Vraag nr. 90 van 24 mei 2002
van de heer JAN VERFAILLIE
Bouw- en renovatiepremies – Gebiedsafbakening Sinds 1 maart 2001 kunnen de Vlaamse gezinnen onder bepaalde voorwaarden een bouw- of renova-tiepremie van 7.500 euro aanvragen. Aan deze re-geling komt op 30 september 2002 een einde. Een van de voorwaarden is dat de woningen gele-gen moeten zijn in de woningbouw- of woonver-n i e u w i woonver-n g s g e b i e d e woonver-n . Iwoonver-n grote lijwoonver-newoonver-n komewoonver-n deze ge-bieden overeen met de bestaande woonkernen. Deze gebieden zijn afgebakend en cartografisch voorgesteld op schaal 1:25.000. De afdeling Ruim-telijke Ordening, Huisvesting en Monumenten en Landschappen (ROHM) of de gemeente kunnen hieromtrent verdere inlichtingen verschaffen aan de kandidaat-bouwer of -verbouwer.
Wanneer een huisvestingsmaatschappij een verka-veling aanlegt, kan het gebeuren dat deze deels ge-legen is in het woningbouwgebied en deels erbui-t e n . Dierbui-t geeferbui-t in de prakerbui-tijk blijkbaar aanleiding erbui-toerbui-t uiteenlopende interpretaties m.b. t . het toekennen van een bouw- of renovatiepremie.
1. Wanneer blijkt dat meerdere loten van een ge-realiseerde verkaveling voor de ene helft in het woningbouwgebied liggen en voor de andere helft erbuiten, hoe wordt dit dan geïnterpre-teerd ?
Komen deze percelen in aanmerking (althans wat deze ene voorwaarde betreft) als zijnde ge-legen in woningbouwgebied ?
2. Het gebeurt dat de afdeling ROHM een dossier weigert omdat het bouwperceel buiten het wo-ningbouwgebied valt, terwijl de gemeente voor-af schriftelijk aan de kandidaat-bouwer heeft laten weten dat zijn perceel in aanmerking komt voor de premie.
Hoe komt het dat er niet meer eenduidigheid is ? Welk verhaal heeft de bouwheer ?
3. Doordat de kaarten van de woonvernieuwings-gebieden en woningbouwwoonvernieuwings-gebieden in V l a a n d e-ren opgemaakt zijn op schaal 1:25.000, valt de grens op het terrein op ware grootte vaak moei-lijk te bepalen. Volgens de ene instantie komt het perceel net in aanmerking, volgens de ande-re instantie net niet.
Is de minister op de hoogte van deze problema-tiek ?
Welke criteria worden in dit geval dan gehan-teerd ?
4. Hoe kan de kandidaat-bouwer of -v e r b o u w e r op een vlotte en juiste manier weten of zijn wo-ning of bouwperceel in een woonvernieuwings-gebied of woningbouwwoonvernieuwings-gebied ligt ?
Antwoord
1. Een gedeeltelijke ligging van de premiewoning in een woningbouw- of woningvernieuwingsge-bied wordt aanvaard.
Deze percelen komen dus op basis van hun lig-ging in aanmerking voor een nieuwbouwpremie. 2. De provinciale afdelingen ROHM kunnen aan de hand van lijsten nagaan of een woning bin-nen een woonvernieuwings- of woningbouwge-bied valt.
Nieuwe straten zijn echter niet altijd opgeno-men op deze lijsten. In dergelijke gevallen wordt de ligging van het perceel via het inge-diende bouwplan vergeleken met de kaarten van de woningbouw- en woonvernieuwingsge-bieden waarover de provinciale afdelingen ROHM beschikken.
De gemeenten beschikken over dezelfde gege-v e n s, dus in principe dienen zowel gemeente als afdeling ROHM tot eenzelfde oordeel te k o m e n . Enkele gemeenten blijken echter niet altijd het onderscheid te hebben gemaakt tussen de woonvernieuwings- en woningbouwgebieden zoals gedefinieerd in de Vlaamse Wo o n c o d e, e n de woongebieden en woonuitbreidingsgebieden zoals bepaald in de regelgeving inzake Ruimte-lijke Ordening. Ik meen evenwel dat dit inmid-dels is bijgestuurd.
afdelingen ROHM slechts in een zeer beperkt aantal gevallen gewijzigd. Dat toont aan dat er binnen de administratie Huisvesting wel dege-lijk grote eenduidigheid bestaat.
4. De problematiek is mij bekend. De regelgeving is echter heel duidelijk : enkel de beslissing van de administratieve eenheid binnen de V l a a m s e Gemeenschap belast met de uitvoering van het Vlaams woonbeleid, is van tel.
De provinciale afdelingen ROHM hanteren daarbij ruime criteria, zoals ook al bleek uit het antwoord op de eerste vraag. Er wordt in de mate van het mogelijke rekening gehouden met standpunten van andere instanties, doch wan-neer de provinciale afdelingen ROHM tot een andersluidende conclusie komen, dan heeft deze voorrang, teneinde de beoordeling van alle aanvragen voor een nieuwbouwpremie eendui-dig te houden.
5. De lijst van de woningbouw- en woonvernieu-wingsgebieden is door iedereen in te kijken op de website van de Vlaamse Huisvestingsmaat-schappij ( h t t p : / / w w w. v h m . b e / P r o f e s s i o n e e l / P r o f-frame.htm).
