• No results found

BIJKOMENDE NOTA: PLAN MER SCREENING WIJZIGINGEN RUP KERKVELD

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "BIJKOMENDE NOTA: PLAN MER SCREENING WIJZIGINGEN RUP KERKVELD"

Copied!
18
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1288083024/mgo – bijkomende nota plan MER screening pagina 1 van 5

BIJKOMENDE NOTA: PLAN MER SCREENING – WIJZIGINGEN RUP KERKVELD

Project/onderwerp 128808 – RUP 'Kerkveld' / bijkomende nota plan MER screening (OHPL0955) Ons kenmerk 1288083024/mgo

Datum Juni 2014

Vrijgave CM/PL Cedric Vervaet / Marijke Gorissen

1 Inleiding

In het RUP Kerkveld gelegen binnen de gemeente Alken werd in de oorspronkelijke screening / het initiële voorontwerp RUP een visie uitgewerkt waarbinnen:

1. wateropvang volledig binnen de zone langs de Papenakkerbeek wordt voorzien, 2. ontsluiting naar de Motstraat niet wordt toegestaan,

3. voor de bestaande landbouwactiviteit een nabestemming wordt opgenomen: Het bedrijf zal op lange termijn dienen te herlocaliseren, in het RUP wordt een nabestemming (projectzone voor specifieke woningbouw) geactiveerd 10 jaar na de goedkeuring van het RUP. Tot dan kan de bedrijfszetel aanwezig blijven binnen plangebied (=projectzone hoeve op grafisch plan). De bedrijfsgronden zelf worden dadelijk omgevormd tot woongebied. Het bedrijf heeft wel nog landbouwgronden buiten het plangebied waardoor het bedrijf kan verder gezet worden.

Figuur 1-1 Luchtfoto en GRB van het plangebied, bron www.geopunt.be 1

3

2

(2)

1288083024/mgo – bijkomende nota plan MER screening pagina 2 van 5 Bovenstaande visie werd licht bijgestuurd. De bijgestuurde visie wordt weergegeven op onderstaande figuur:

Er wordt een verscheidenheid in typologieën voorzien waarbij aansluitend bij de randen een minder dichte bebouwing van open en halfopen bebouwing wordt beoogd (1). Deze sluit aan bij het karakter van de randen. Centraal kan een dichter woonproject worden gerealiseerd (2). Het hart van de ontwikkeling wordt gevormd door een groene zone waarin een aantal meergezinswoningen kunnen worden voorzien (3).

Richting het aangrenzende landbouwgebied wordt een open typologie voorzien van ruimere villa percelen (4) die afgeschermd worden door een groene afscheiding op de perceelsgrens (in de vorm van een haag bijv.).

Zo wordt er een geleidelijke overgang tussen open ruimte en bebouwd weefsel gecreëerd.

Langs de Papenakkerbeek wordt nog steeds ruimte voor de beek voorzien en kunnen voorzieningen getroffen worden voor de opvang van hemelwater. Het is echter niet meer de bedoeling al het water op de locatie op te vangen. Gezien de omvang van het project, de eigendomstoestand, en het feit dat er ook enig reliëf aanwezig is, wordt ervoor gekozen op verscheidene plaatsen te bufferen i.p.v. alles te concentreren op één plaats. Er zullen op verschillende plaatsen wadi’s worden voorzien.

Van oost naar west wordt een verbinding voor langzaam verkeer voorzien die aansluit op de bestaande toegangen langs Motstraat en Hameestraat.

De ontsluiting wordt voorzien via Merellaan en Lijsterlaan. Daarnaast wenst de gemeente de ontsluiting naar de Motstraat, zoals voorzien in het bestaande BPA, te behouden. Op die manier wordt het verkeer verdeeld.

De Merellaan en de Lijsterlaan zijn erg smalle straten die niet zijn aangepast aan grote verkeersgeneraties.

1

2

3

4

(3)

1288083024/mgo – bijkomende nota plan MER screening pagina 3 van 5 Foto 1 en 2 Merellaan

Tenslotte wordt de aanwezige boerderij onmiddellijk opgenomen in het RUP. Er wordt niet gewerkt met een nabestemming, de functie is hier uitdovend.

2 Referentiesituatie

De referentiesituatie zoals in het oorspronkelijk screeningsdossier (OHPL0955) besproken blijft ongewijzigd.

3 Effectbespreking

De wijzigingen hebben voornamelijk betrekking op de thema’s oppervlaktewater en mens (mobiliteit en sociaalorganisatorische aspecten).

Oppervlaktewater

Sedert de opmaak van plan MER screening en voorontwerp RUP werd de verordening hemelwater gewijzigd.

De nieuwe verordening is sinds 1 januari 2014 van kracht. Hierin worden strengere normen naar buffering opgenomen. Ook dient binnen elke verkavelingsvergunning waar nieuwe wegenis wordt aangelegd verplicht voorzien te worden in de plaatsing van collectieve voorzieningen voor infiltratie of buffering. Conform de nieuwe verordening dient in het plangebied een infiltratievoorziening met buffervolume van min. 500l/20m² afwaterende oppervlakte te worden voorzien.

Een ruwe schatting van de oppervlakte verharding brengt ons op ongeveer 11500m² oppervlakte wegenis, 8960m² verharde oppervlakte voor de loten (80m²/lot) en ongeveer 3300m² verharde oppervlakte voor de centrale zone waar meergezinswoningen in een groene omgeving worden voorzien. De totaal voorziene verharding bedraagt ongeveer 23760m². Dit komt neer op een benodigd buffervolume van ongeveer 594m³.

In het plangebied wordt ruimte voorzien voor water langs de Papenakkerbeek. Langs weerszijden wordt een zone van 5m voorzien. Dit laat toe op bepaalde plaatsen de beek te verbreden i.f.v. de opvang van hemelwater. Als we ongeveer een derde van de ruimte langs de beek gebruiken voor wateropvang kan hier al ongeveer 250m³ gebufferd worden (90m lang over een breedte van 8m en een diepte van 0,35m). Deze ruimte behelst wel een kleinere oppervlakte dan in het initiële plan. Het resterende benodigde buffervolume wordt opgevangen in de rest van het plangebied, bijv. in de centrale groenzone. Een bufferbekken kan hier opgevat worden als een verlaagde speelzone die wanneer nodig kan onderlopen en gebruikt worden als bufferbekken. Tenslotte kunnen er ook voorzieningen worden getroffen in het openbaar domein door op bepaalde plaatsen een breder openbaar domein te voorzien waarbij centraal een bufferstrook wordt gecreëerd. In het plangebied is dan ook voldoende ruimte om het benodigde buffervolume op te vangen. De aanvraag van een verkavelingsvergunning dient bovendien steeds te voldoen aan de gewestelijke verordening hemelwater waardoor er geen negatieve effecten ten aanzien van de waterhuishouding verwacht worden.

(4)

1288083024/mgo – bijkomende nota plan MER screening pagina 4 van 5 Door op verscheidene plaatsen te bufferen worden er naargelang de behoefte collectieve buffervoorzieningen getroffen en wordt de opvang meer verspreid. Niet al het regenwater dient op die manier naar één punt te worden afgevoerd.

Mens Mobiliteit

Het plangebied voorziet een ontsluiting naar de Motstraat. Deze is bovendien reeds voorzien in het BPA Centrum I dat momenteel het juridisch kader voor het plangebied vormt. De Merellaan en de Lijsterlaan zijn smalle woonstraten. Indien we enkel langs deze zijde ontsluiten is een heraanleg van beide wegen noodzakelijk. Het voorzien van een rechtstreekse ontsluiting naar de Motstraat heeft een positief effect ten aanzien van deze wegen: het verkeer gaat zich verdelen, er zal minder verkeer door deze straten passeren waardoor de heraanleg ook niet strikt noodzakelijk is.

Daarnaast wordt de noordelijke zijde van de Papenakkerstraat ingenomen door een aantal gemeenschapsvoorzieningen nl. school, kinderopvang, bibliotheek, OCMW. In deze omgeving is veel verkeer niet gewenst. Een ontsluiting langs deze zijde lijdt tot verkeersonveilige situaties.

De Motstraat betreft een verbindingsweg tussen Alken en Wellen. Het is dan ook aan te raden voorzieningen te treffen ter hoogte van de aansluiting van de nieuwe weg (verkeersremmers). We naderen hier bovendien het centrum van Alken. Een vertraging van het verkeer is vanuit dit oogpunt ook gunstig.

Door langs deze zijde een ontsluiting / verbinding te voorzien wordt er ook een vlotte verbinding voor langzaam verkeer richting het openbaar vervoersnet gerealiseerd (bushalte aan de Motstraat).

Sociaalorganisatorische aspecten

In het plangebied ligt een landbouwbedrijf. Aangezien er een woonontwikkeling gepland is, is het niet aangewezen dat dit bedrijf op deze locatie blijft bestaan. Het bedrijf ligt immers in woongebied, en kan zich dan ook beter elders, in het landbouwgebied, vestigen.

Het bedrijf heeft ook nog elders binnen de gemeente gronden, die wel gelegen zijn in agrarisch gebied. Het is dan ook aangewezen dat het bedrijf naar deze locatie zal verhuizen in de toekomst. In dit opzicht is het niet zinvol het bedrijf in het RUP nog ontwikkelingsmogelijkheden te verlenen. Het opnemen van een nabestemming is dan ook niet zinvol.

Binnen het RUP kunnen vergunde situaties in elk geval blijven bestaan. Uitbreidingen die oneigenlijk aan de bestemming zijn, kunnen niet worden toegestaan. Dit sluit dus niet uit dat het bedrijf tijdelijk kan blijven bestaan. Een nieuwe vergunning of milieuvergunning kan echter niet meer verkregen worden op de huidige locatie.

Deze zone zal onmiddellijk als woongebied worden voorzien. Er zal in het RUP wel een fasering worden opgelegd waarbij deze zone pas na 2017 kan ontwikkeld worden. Dit zorgt voor voldoende tijd voor de herlokalisatie van het bedrijf.

Er worden dan ook geen negatieve effecten verwacht ten aanzien van deze wijziging.

4 Besluit

Het doel van het RUP blijft ongewijzigd: het voorzien van een woonontwikkeling in het binnengebied. Enkel de visie werd op bepaalde punten gewijzigd. De planwijzigingen brengen geen significant negatieve effecten met zich mee. De effecten worden als vergelijkbaar beoordeeld ten opzichte van het vroegere planvoornemen.

Er kan dus besloten worden dat er geen significant negatieve effecten verwacht worden ten aanzien van de genoemde planwijzigingen in het RUP Kerkveld.

(5)

1288083024/mgo – bijkomende nota plan MER screening pagina 5 van 5

5 Bijlagen

- Lijst aangeschreven adviesinstanties - Voorbeeld adviesvraag

- Adviezenmatrix: samenvatting uitgebrachte adviezen - Uitgebrachte adviezen

(6)

1/1 Lijst adviesinstanties voor OHPL0955 RUP Kerkveld – bijkomende nota plan MER screening te Alken

Provinciebestuur Limburg Directie Infrastructuur, Ruimtelijke Ordening,

Milieu en natuur

Sectie 3.2.2 Ruimtelijke Ordening – Planning en beleid

Provinciehuis Universiteitslaan 1 3500 Hasselt

Departement Landbouw en Visserij

Afdeling Duurzame

Landbouwontwikkeling - Limburg

VAC Koningin Astridlaan 50 bus 6 3500 Hasselt

Departement MOW t.a.v. Fernand Desmyter,

secretaris-generaal

Graaf de Ferrarisgebouw

Koning Albert II-laan 20 bus 2 1000 Brussel

VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer t.a.v. Bram Vogels Graaf de

Ferrarisgebouw

Koning Albert II-laan 20 bus 16 1000 Brussel Agentschap Wegen en Verkeer Adviesvraag via mail verzonden op vraag van MOW

(7)

contactperso(o)n(en): e-mail: telefoonnummer:

Cedric Vervaet cedric.vervaet@anteagroup.com +32 (0)9 261 63 92 Marijke Gorissen Marijke.gorissen@anteagroup.com +32 (0)89 74 11 91

bijlage(n): 2. bijkomende nota plan MER screening

Antea Belgium nv Roderveldlaan 1, 2600 Antwerpen BTW: BE 0414.321.939 – RPR Antwerpen www.anteagroup.be T: +32 (0)3 221 55 00 IBAN: BE81 4062 0904 6124

F: +32 (0)3 221 55 01 BIC: KREDBEBB

ISO 9001

Kwaliteitslabel

pagina 1 van 4 Provinciebestuur Limburg

Directie Infrastructuur, Ruimtelijke Ordening, Milieu & Natuur Sectie 3.2.2 Ruimtelijke Ordening – Planning en Beleid Provinciehuis

Universiteitslaan 1 3500 Hasselt

uw kenmerk: ons kenmerk: 1288080004/mgo datum: 15 juli 2014

onderwerp: Bijkomende nota screeningsdossier in het kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUP ‘Kerkveld’ te Alken

Geachte

De gemeente Alken heeft het voornemen om het RUP “Kerkveld” op te stellen. Voor desbetreffend RUP werd de screeningsprocedure reeds doorlopen. Op 10 maart 2011 maakte de Dienst MER haar beslissing kenbaar (kenmerk LNE/MER/OHLPL0955/11): het voorgenomen plan geeft geen aanleiding tot aanzienlijke milieueffecten. De opmaak van een plan MER is niet nodig.

De visie uit het RUP werd echter licht bijgestuurd. Naar aanleiding van deze wijziging werd een bijkomende nota opgemaakt waarin deze wijzigingen, en de hiermee gepaard gaande mogelijke milieueffecten, worden toegelicht.

Uit de kenmerken van het plan en uit de aard van de wijzigingen leiden we af dat het advies van uw instantie ten aanzien van de planwijziging relevant kan zijn.

Mogen wij u daarom vriendelijk verzoeken om ons mee te delen of u vindt dat de conclusie correct is dat de betreffende wijzigingen aan het RUP “Kerkveld” geen aanleiding geven tot aanzienlijke milieueffecten en het RUP bijgevolg vrijgesteld kan worden van de plan-MER-plicht, en indien niet, welke uw inschatting zou zijn aangaande de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van onderhavige wijzigingen in het RUP?

Gelieve ons uw advies door betekening of tegen ontvangstbewijs te bezorgen binnen de decretaal daartoe voorziene termijn van 30 dagen na de datum van ontvangst van deze brief. Indien deze termijn praktisch niet haalbaar is voor u, gelieve ons dan onverwijld te contacteren om onderling een alternatieve adviestermijn af te spreken.

Gelieve deze beslissing te richten aan Antea Group, t.a.v. Marijke Gorissen, Jaarbeurslaan 25, 3600 Genk.

Wij vertrouwen erop u hiermee van dienst te zijn.

Met vriendelijke groeten Antea Group

Marijke Gorissen

Adviseur ruimtelijke planning

(8)

Gorissen Marijke

Van: Gorissen Marijke

Verzonden: donderdag 28 augustus 2014 10:49

Aan: 'jo.miliaux@mow.vlaanderen.be'

Onderwerp: 128808 adviesvraag RUP Kerkveld Alken Opvolgingsmarkering: Opvolgen

Markeringsstatus: Rood

Bijlagen: 1288083024_nota plan mer screening.pdf

Page 1 of 2

29/09/2014

Beste,

Voor de gemeente Alken zijn wij aangesteld voor de opmaak van het ruimtelijke uitvoeringsplan “Kerkveld”, waarbinnen een nieuwe woonontwikkeling wordt voorzien. Vandaag is er een BPA van kracht voor deze zone, de bouwmogelijkheden zijn echter te beperkt om een hedendaagse ontwikkeling te voorzien:

In het kader van het RUP werd een screeningsprocedure doorlopen. Op basis van gewijzigde planopties werd de screeningsprocedure hernomen, en werd een bijkomende nota opgemaakt. Wij hernamen de adviesronde.

In het plan wordt, net zoals binnen het BPA, een ontsluiting naar de Motstraat N754 voorzien. Daarnaast worden 2 secundaire ontsluitingsmogelijkheden via Lijsterlaan en Merellaan voorzien. Het verkeer wordt beter verdeeld, en zit direct op de hoofdweg.

Omdat er een aansluiting op de Motstraat wordt voorzien stuur ik u op vraag van MOW u in bijlage de nota omtrent de gewijzigde planopties die wij opstelden. Graag zou ik willen vragen uw advies ten aanzien van deze nota aan ons over te maken.

In het initieel screeningsdossier toetsten we obv van kencijfers van CROW reeds af hoeveel de bijkomende

verkeersgeneratie ten gevolge van de woonontwikkeling bedraagt. Hieruit konden we besluiten dat deze bijkomende verkeersgeneratie relatief beperkt is en gezien de goede ontsluitbaarheid van het plangebied er geen significante negatieve effecten te verwachten zijn.

Ik vroeg ook al eventuele beschikbare verkeerstellingen van de Motstraat op bij uw dienst, maar verwacht hieromtrent nog op een antwoord.

Alvast bedankt voor uw reactie, Vriendelijke groet,

(9)

Marijke Gorissen | Adviseur Antea Group

+32 (0)89 74 11 91 | +32 (0)491 56 65 40 Marijke.Gorissen@anteagroup.com www.anteagroup.be

Page 2 of 2

29/09/2014

(10)

1288083025_adviezenmatrix/mgo - samenvatting adviezen bijkomende nota wijziging screening RUP “Kerkveld” 1

Overzicht uitgebrachte adviezen bijkomende nota plan MER screening – wijziging RUP “Kerkveld”

De gemeente Alken heeft het voornemen om het RUP “Kerkveld” op te stellen. Voor desbetreffend RUP werd de screeningsprocedure reeds doorlopen. Op 10 maart 2011 maakte de Dienst MER haar beslissing kenbaar (kenmerk LNE/MER/OHLPL0955/11): het voorgenomen plan geeft geen aanleiding tot aanzienlijke milieueffecten.

De opmaak van een plan MER is niet nodig.

De visie uit het RUP werd echter licht bijgestuurd. Naar aanleiding van deze wijziging werd een bijkomende nota opgemaakt waarin deze wijzigingen, en de hiermee gepaard gaande mogelijke milieueffecten, worden toegelicht. De relevante adviesinstanties werden opnieuw om advies gevraagd: provincie Limburg, Departement Landbouw en Visserij, Departement MOW en de VMM.

Datum verzending screening naar adviesinstanties: 16/07/2014

Opmerking: vet en cursief gedrukte tekst geeft de reactie weer op het ontvangen advies Adviesinstantie Datum

ontvangst advies

Samenvatting advies

Provincie Limburg 24/07/2014 Principes inzake duurzaamheid moeten worden doorvertaald in het RUP.

Inhoudelijke opmerkingen zullen worden gemaakt i.h.k.v. het openbaar onderzoek.

Landbouw en Visserij 07/08/2014 De afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling geeft een voorwaardelijk positief advies en gaat er mee akkoord dat het voorgenomen plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke milieueffecten kan genereren.

De landbouwbedrijfszetel die aanwezig was binnen het plangebied werd volgens de beschikbare gegevens reeds geherlokaliseerd naar de Wolfsstraat. Verdere instandhouding van oudere bedrijfsgebouwen kan derhalve niet verantwoord worden.

MOW 19/08/2014 Het Departement MOW gaat akkoord met de conclusie dat het plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke milieueffecten zal teweeg brengen en formuleert volgende opmerkingen:

De mogelijkheid om aan te sluiten op de Motstraat mag behouden blijven in het RUP maar zal moeten besproken worden met AWV en inhoudelijk worden verantwoord. De noodzaak voor een nieuwe aantakking wordt niet onderbouwd met cijfers maar enkel wenselijk geacht vanuit een subjectief ingeschat leefbaarheidsprobleem langs de aangrenzende gemeentewegen.

Er zijn geen verkeerstellingen opgenomen in de nota. Hierdoor is er geen zicht op de totale verkeersbelasting na realisatie van het project. Een eventueel leefbaarheidsprobleem langs gemeentewegen kan dus ook niet worden ingeschat.

(11)

1288083025_adviezenmatrix/mgo - samenvatting adviezen bijkomende nota wijziging screening RUP “Kerkveld” 2 Er moet voldoende aandacht besteed worden aan het stimuleren van duurzame verplaatsingen zodat verkeersleefbaarheid en veiligheid gewaarborgd blijven. Het RUP kan ook een kans zijn om de verdwenen buurtweg weer open te maken.

Op basis van het advies van MOW werd ook het Agentschap wegen en verkeer om advies gevraagd. AWV ziet de noodzaak van een ontsluiting naar de Motstraat niet in gezien het om bestemmingsverkeer gaat en de bijkomende verkeersgeneratie beperkt is.

Buurtweg

Het RUP laat de aanleg van verbindingen voor langzaam verkeer toe in elke bestemmingszone. De afschaffing / omlegging van een buurtweg is een procedure die los van het RUP dient gevoerd te worden.

Ontsluiting naar Motstraat

De gemeente wenst de ontsluiting naar de Motstraat, zoals ook voorzien in het BPA, toch te behouden om het verkeer te kunnen verdelen en de Papenakkerstraat (waarlangs zich een aantal gemeenschapsvoorzieningen nl. school, kinderopvang, bibliotheek, OCMW bevinden) niet bijkomend te belasten. In deze omgeving is veel verkeer niet gewenst.

De gemeente wenst 2 ontsluitingsmogelijkheden voor de wijk te voorzien – ook ifv hulpdiensten is dit aangewezen.

Leefbaarheid Motstraat

Obv het advies van MOW werden verkeerstellingen voor de Motstraat opgevraagd. We verkregen 2 tellingen ter hoogte van kruispunt Langveldstraat – Motstraat. Eén in de richting van het centrum en één weg van het centrum. Obv deze tellingen kunnen we nagaan of de Motstraat op piekmomenten het bijkomend verkeer tijdens de piek kan opvangen.

Ochtendpiek loopt van 8u – 9u en avondpiek van 17u – 18u. We kregen 2 tellingen ter beschikking : +mp12.3 (in richting van het centrum) en -mp12.5 (weg van het centrum). Het gemiddeld aantal voertuigbewegingen op een werkdag (gemiddelde van maandag tem vrijdag) tussen 8u en 9u ter hoogte van deze punten bedraagt resp. 363 en 388. Het gemiddeld aantal voertuigbewegingen tussen 17u en 18u ter hoogte van deze punten bedraagt resp. en 491 en 383. De Motstraat betreft een lokale verbindingsweg. Deze hebben een leefbaarheidscapaciteit van 650 personenautoequivalenten (pae)/u/richting (bron : mobiliteitsacademie, studiedag ‘opstellen van mobers’).

Op basis van de meest recente planinzichten en het meest recente planprogramma (maximale dichtheid van 17we/ha, dit betekent ongeveer 165 woningen max.) bepalen we de verkeersgeneratie. We gebruiken hiervoor de meest recente cijfers van OVG Vlaanderen en niet van CROW. De cijfers van CROW betreffen cijfers uit Nederland terwijl OVG Vlaanderen het verplaatsingsgedrag van Vlaanderen onderzoekt. Gezien we hier in een Vlaamse context zitten zijn deze laatste cijfers dan ook de meest juiste om te gebruiken. Als we uitgaan van 165 woningen komen we op volgende kencijfers :

Aantal motorvoeruigbewegingen (mvt)/etmaal 595,41

Aantal mvt/ochtendspits 53,41

Aantal mvt/avondspits 56,45

(12)

1288083025_adviezenmatrix/mgo - samenvatting adviezen bijkomende nota wijziging screening RUP “Kerkveld” 3 Hierin zitten zowel verplaatsingen van bewoners als bezoekers vervat.

Deze motorvoertuigbewegingen zullen terecht komen op de Motstraat en over beide richtingen verdeeld worden. De bijkomende bewegingen zullen er dan ook niet voor zorgen dat de theoretische capaciteit van de Motstraat overschreden wordt.

VMM Geen advies

ontvangen

Na het verstrijken van de adviestermijn werd telefonisch contact opgenomen met Bram Vogels van de VMM (dd.

26/08/2014). Hieruit bleek dat de nota (aangetekend verzonden dd. 16/07/2014) niet werd ontvangen. Uit de telefonische toelichting kan de VMM besluiten dat het slechts om een kleine wijziging gaat. Het lijkt hun evident dat de opvang van het hemelwater op verscheidene plaatsen gebeurt ipv alles te concentreren op één plaats. Ze gaan aldus akkoord met de wijziging.

(13)

2014-O7-22

'3, iriv¡

ËÈi\

r

t:A

L l( [:: i'

INGEKCI¡.11 1\ cll:

p r o v in c i eLimburg

[.] r

2

4

itJr

College van burgemeester en schepenen Hoogdorpstraat 38

3570 ALKEN

Contactpersoon: Sara Lemmens Telefoonnummer: 011 23 83 70 Kenmerk: 1 24.03.1 O /5201 4N042202 Dossier: 2011N000672

Bijlagen:

/

Ditectie RUimte

D¡€N't nuintelijke Planning en Eeleid

Geacht college

Bcttcît:

uw vezoek tot raadpleging in het kader van een ondezoek tot milieueffectrappoftage van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoerìngsplan (GRUP) "Kerkveld" te Alken

Op 17 juli 2014 ontvingen we uw verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot

milieueffectrapportage voor het RUP "Kerkveld" te Alken met de vraag om advies uit te brengen binnen de decretaal voorziene termijn van 30 dagen na ontvangst van deze brief. Artikel 4.2.5 van het D.A.B.M.

stelt dat de initiatiefnemer van een plan in het kader van het "onderzoek tot milieueffectrapportage" een aantal instanties dient te raadplegen aangaande de mogelijke aanzienlijke milieueffecten die het plan kan hebben.

Het plan waarover deze screeningsnota handelt, betreft het verder ontwikkelen van een

woonuitbreidingsgebied. Het plangebied van het RUP is gelegen ten zuiden van het centrum van Alken en sluit aan bij de bestaande kernbebouwing. Aan de zuidkant grenst het plangebied aan een open agrarisch gebied met de kasteelhoeve 'Rode Poel' als beeldbepalend element. Het plangebied omvat de volledige contour van het nog resterende deel van het BPA Centrum I (KB 24/09/1969). Met de opmaak van het RUP wenst de gemeente een meer hedendaagse invulling te geven aan het gebied dan voorzien in het BPA. Het RUP voorziet een ontwikkeling met in hoofdzaak woningbouw. Het nog niet ontwikkelde gebied beslaat ongeveer 9,75ha, de voorgestelde dichtheid tussen de 16 en 17 woningen per hectare,

Het RUP heeft reeds een eerste screeningsprocedure doorlopen (anuari 201 1). Op 25 april201 2 vond een plenaire vergadering plaats over het voorontwerp RUP. De gemeente wenst echter enkele wijzigingen door te voeren aan het plan en herneemt daarom de MER-screening. Bedoeling is om het water niet langer te bufferen vlak langs de Papenakkerbeek maar de buffering meer te spreiden over de rest van het plangebied in de vorm van groenzones. Daarnaast wenst men eveneens de ontsluiting naar de Motstraat, zoals voorzien in het bestaande BPA te behouden alsook een langzame verkeersverbinding te voorzien van oost naar west doorheen het plangebied.

ln onderstaand advies gebeurt er een toetsing aan het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), het Ruimtelijk Structuurplan Provincie Limburg (RSPL) en het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS).

ln het RSV is Alken geselecteerd als specifiek economisch knooppunt. Deze selectie gebeurt op basis van de ligging van de gemeente, om historische redenen, omwille van de aanwezigheid van bedrijven met een belangrijke economische betekenis en op basis van vastgelegde economische criteria. Op Vlaams niveau is Alken gesitueerd in buitengebied,

Provincie timburg, universiteitslø an 1, 8-3500 Hasselt

relefoo¡ 011 23 83 05

011 23 83 10

roplangroep@limburg.be www.limburg.be

8lj ontwootd kenmetk, dossiet en doÈun vetmelden

c o t r e s p o n d enl.i e ø d t et

(14)

ln het RSPL maakt Alken deel uit van de deelruimte Herk en Gete binnen de hoofdruimte Haspengouw en Voeren. De hoofdruimte heeft in het bijzonder een belangrijke open ruimte betekenis. De deelruimte heeft een belangrilke rol inzake landbouw, natuurontwikkeling en waterbeheersing. Aan de gemeenten in de deelruimte worden geen mogelijkheden gegeven tot grootschalige ontwikkeling. (RSPL, gecoördineerde versie

-

RD, p.352, 353). Alken is geselecteerd als hoofddorp. De hoofddorpen en woonkernen ziin de kernen van het buitengebied waar de doelstelling van het gedeconcentreerd bundelen op het kleinste schaalniveau moet worden gerealiseerd. Die kernen dragen de ruimtelijke ontwikkelingen van het buitengebied inzake wonen, voorzieningen en bedrijvigheid op lokale schaal. Het gebied van de Herk en Gete ten zuidwesten van Hasselt is een historisch ontwikkeld lintlandschap. Een specifiek doelgericht beleid is noodzakelijk om te zoeken naar mogelijke kernvorming en het ruimtelijk heroriënteren van de trend om steeds verder in linten te bouwen. (RSPL, gecoördineerde versie

-

RD, p. 385 ).

Volgens het GRS is het plangebied gelegen binnen de deelruimte "Bebouwd centrum van Alken" (GRS

-

Richtinggevend deel, p. 8). Bijde verdere ontwikkeling van het centrum van Alken worden in het GRS enkele randvoonryaarden opgesomd. De meest relevante randvooruvaarden voor het plangebied ziin de kernversterking in het centrum van Alken, blijvende venveving van functies zonder de draagkracht te overschrijden en voorzien in kwalitatief en divers aanbod van woonmogelijkheden (GRS

-

RD, p. 9). Het creëren van diverse woonvormen heeft vnl. betrekking tot het ontwikkelen van woon- en

inbreidingsgebieden en het verbouwen van bestaande woningen. Het aanbod van verschillende woontypologieën geeft een breder publiek de kans om in Alken te wonen. (GRS

-

RD, p. 19). De

aanduiding van de kern van Alken gebeurt door middel van "poorten". De kruising van de

Papenakkerstraat met de Hameestraat, met een aanloop vanaf de "Zevenboomkenskapel", vormt de westelijke poort. De zuidelijke poort bevindt zich in de Motstraat ter hoogte van de gemeenteschool met een aanloop vanaf de Papenakkerstraat, Beide poorten situeren zich aan de rand van het plangebied.

Het gemeentelijk RUP "Kerkveld" te Alken is een gedeeltelijke uitvoering van de bindende bepalinq 12:

"opstellen RUP hoofddorp Alken" waarvan de voor het plangebied meest relevante aandachtspunten zijn het onderzoeken van mogelijkheden voor verdichting, ontwikkelen van kwalitatieve woonprojecten, ...

(GRS

-

BD, p. 8).

Principes inzake duurzaamheid moeten doorvertaald worden naar het RUP.

lnhoudelijke opmerkingen worden gemaakt in het kader van het openbaar onderzoek.

Met achting

Wt

Kristien Lefeber

directeur

2

(15)
(16)
(17)
(18)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor het voorliggende RUP wordt, rekening houdend met de beperkte effecten van de mogelijke ingrepen ten opzichte van de huidige referentiesituatie en de voorkomende

Tevens zorgt het plan Galgenweel Oost voor een betere verweving van het gebied in zijn woonomgeving door het afwerken van de bestaande woonwijk, het verbinden van de

Gemeenten Beverwijk, Heemskerk en Velsen vinden het belangrijk om beschermde soorten binnen de gemeentegrenzen te behouden en te versterken. De gemeenten werken daarom met een

Wanneer het ‘nulalternatief’ wordt bekeken (het voorgenomen plan gaat niet door) stellen we vast dat enerzijds een deel volgens het gewestplan ingekleurd als woonzone niet

Voor het voorliggende RUP wordt, rekening houdend met de beperkte effecten van de mogelijke ingrepen ten opzichte van de huidige referentiesituatie en de voorkomende

Nulalternatief Behoud van de huidige bestemming als zone voor ambachtelijke bedrijvigheid zorgt voor een invulling door nieuwe bedrijfsactiviteiten met een mogelijke hinder

Voor het voorliggende RUP wordt, rekening houdend met de beperkte effecten van de mogelijke ingrepen ten opzichte van de huidige referentiesituatie en de voorkomende

De wijk is een plek die steeds belangrijker wordt in het sociaal domein, bijvoorbeeld als het gaat om het versterken van sociale netwerken van mensen die een ondersteuningsvraag