sve/khe auteur u zwe 15-1 dossier
20091030-planmerscreeningRupZWE- 15-1-leopoldstraat.doc bestand
Nota
30 oktober 2009 datum
Onderzoek tot Plan-MER-plicht (screening) gemeentelijk RUP RUP ZWE 15-1 ‘Leopoldstraat’
1 Initiatiefnemer
Gemeente Zwevegem Otegemstraat 100 8550 Zwevegem
2 Opdrachthouder Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 8500 Kortrijk
3 Voorwerp
3.1 Het RUP is een plan
Het voorliggende plan is een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan en valt onder de definitie plan zoals geformuleerd door het D.A.B.M.
3.2 Het RUP valt onder het toepassingsgebied
Het RUP vormt het kader op basis waarvan de stedenbouwkundige vergunning toegekend wordt en valt dus onder het toepassingsgebied van het D.A.B.M.
3.3 Bepaling van de plicht tot opmaak van een Plan-MER
Het RUP is niet van rechtswege onderworpen aan de Plan-MER-plicht want:
a) Art. 4.2.3, §2, 1° DABM
Het RUP vormt geen kader voor de toekenning van een vergunning voor de in bijlagen I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 opgesomde projecten.
b) Het RUP betreft geen plan, waar gelet op het mogelijk betekenisvolle effect op speciale beschermingszones, een passende beoordeling vereist is uit hoofde van het artikel 36ter, §3, vierde lid van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het
natuurlijk milieu (titel IV, artikel 4.2.1 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen algemeen milieubeleid).
Daar het RUP niet van rechtswege onderworpen is aan de Plan-MER-plicht (art. 4.2.3 §3 D.A.B.M.) wordt voor betreffend plan op basis van een screening geoordeeld of het aanzienlijke milieueffecten kan hebben.
4 Beschrijving en verduidelijking van het plan 4.1 Naam plan
RUP ZWE 15-1 ‘Leopoldstraat’.
4.2 Fase van opmaak van het plan of programma
Fase Datum goedkeuring
Schetsontwerp Voorontwerp Ontwerp Besluit
Inrichtingsplan Maart 2006
4.3 Plan- en procesevolutie: mogelijkheid tot planbijsturingen en mate van flexibiliteit
Bijsturingen van het RUP zijn nog mogelijk naar aanleiding van opmerkingen:
vanuit de verschillende adviserende instanties naar in kader van de screening (raadpleging betrokken instanties)
vanuit de plenaire vergadering
vanuit het openbaar onderzoek
4.4 Ligging
Provincie West-Vlaanderen
Arrondissement Kortrijk
Gemeente Zwevegem
Deelgemeente Zwevegem
2.1 Feitelijke toestand
Zie inrichtingsplan in bijlage.
2.2 Uitgangspunten en doelstellingen
Via dit ruimtelijk uitvoeringsplan wordt de verdere realisatie van het inrichtingsplan voor het inbreidingsproject Leopoldstraat mogelijk.
Het inrichtingsplan voorziet in de bouw van circa 30 bijkomende woongelegenheden en een 60- à 70-tal parkeerplaatsen. Deze parkeerplaatsen zijn dienstig voor het centrum van Zwevegem en voor het theatercentrum dat aan het plangebied paalt. Het inrichtingsplan voorziet in een bijkomende ontsluiting voor brandweer en bediening van het theatercentrum (over de parking naar de Avelgemstraat).
2.3 Voorgeschiedenis en eventueel reeds genomen beslissingen
Het ruimtelijk uitvoeringsplan vervangt het BPA Zwevegem nr. 19 Centrum. Hierbij dient de studie voor het inbreidingsproject (zie inrichtingsplan) in het binnengebied tussen de Avelgemstraat, Leopoldstraat en Otegemstraat te worden vertaald in dit ruimtelijk uitvoeringsplan.
Het RUP is geen voorwerp van een vroegere Plan-MER.
2.4 Voor welke activiteiten en/of projecten kan het plan het kader vormen
- realiseren van een woonproject - aanleg van een parking
- aanleg van een parkzone
- doorsteken voor fietsers en wandelaars
- ontsluiting voor bediening van het theatercentrum en brandweer
2.5 Interferentie met andere plannen, projecten of activiteiten binnen of buiten de perimeter van het plan, voor zover in dit stadium al gekend
Het RUP geeft uitvoering aan het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan van de gemeente Zwevegem.
Het plangebied is eveneens gelegen in de afbakening van het regionaalstedelijk gebied van Kortrijk, waarvoor een gewestelijk RUP werd opgemaakt.
2.6 Beoordeling of het plan grens- of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kan hebben
Het plangebied is niet gelegen aan een (gewest)grens en zal geen grensoverschrijdend effect hebben.
2.7 Bijdrage van het plan tot oplossingen van bestaande milieuproblemen Geen bijzondere milieuproblemen.
2.8 Reeds geraadpleegde studies, bronnen, milieugegevens, … Zie screening onder beschrijving referentiesituatie (punt 5).
2.9 Overzicht van mogelijke milieumaatregelen die vanaf het beginstadium worden ingecalculeerd
Naast de geldende wetgeving en reglementering, zie screening onder milderende maatregelen (punt 5).
De stedenbouwkundige voorschriften voorkomen en beperken de eventuele hinder en verstoring van de omgeving.
2.10 Leemten in de kennis volgens het stadium van het plan of programmaproces Zie screening onder leemten in de kennis (punt 5).
2.11 Planalternatieven
De gemeente Zwevegem wil met dit RUP de stedenbouwkundige afspraken vastleggen om tot een betere ruimtelijke ordening te komen en een kader te creëren voor de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling van het plangebied.
De krachtlijnen zijn genomen binnen het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan om het gebied tussen de Avelgemstraat en de Leopoldstraat op te waarderen tot een gemeentelijk
ontwikkelingsgebied.
In opdracht van de gemeente werd in 1990 een wedstrijd uitgeschreven voor de realisatie van het inbreidingsproject. De wedstrijd was gericht naar promotoren-architecten. De wedstrijd werd gewonnen door de NV Thiers. Het winnende project werd gedeeltelijk gerealiseerd. Het stedenbouwkundig plan vormt nog steeds de basis voor de verdere ruimtelijke ontwikkeling van het gebied.
Het gemeentebestuur wenst in de volgende fase van realisatie samen met het
woningbouwproject een parkeerplaats van een 60 à 70-tal parkeerplaatsen, dienstig voor het
centrum van de gemeente en voor het theatercentrum, te voorzien. Het inrichtingsplan werd aangepast om dit mogelijk te maken. Het vormt de basis voor het opmaken van het RUP.
Met het opnemen van de ruimtelijke voorschriften zullen de krijtlijnen voor de verdere ontwikkeling van het gebied vastliggen.
3 Inschatting van mogelijke aanzienlijke milieueffecten (screening) 3.1 Beschrijving en inschatting van de mogelijke milieueffecten 3.1.1 Algemene methodiek
De screening van de milieueffecten verloopt in drie stappen:
1. Voor een eerste inschatting van de milieueffecten worden in een
“ingreepeffectschema” de mogelijke activiteiten en werken die op basis van het plan kunnen plaatsvinden geëvalueerd op potentiële milieuhinder. Deze worden getoetst aan de verschillende effectdisciplines. De hinder kan van tijdelijke of permanente aard zijn en zal in die zin ook verschillend beoordeeld worden.
2. De beschrijving en een inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan op de gezondheid en veiligheid van de mens, de ruimtelijke ordening, de biodiversiteit, de fauna en flora, de energie- en grondstoffenvoorraden, de bodem, het water, de atmosfeer, de klimatologische factoren, het geluid, het licht, de stoffelijke goederen, het cultureel erfgoed, het landschap, de mobiliteit en de samenhang tussen de genoemde factoren. De disciplines waar mogelijk een significant negatief effect verwacht wordt, worden verder uitgewerkt. Voor deze effectdisciplines wordt de referentiesituatie beschreven. Daarna worden de ingrepen en hun effect beschreven, aangevuld met remediërende maatregelen en eventuele leemten in de kennis.
3. Hieruit volgt een globale beoordeling van de effecten voor de verschillende effectdisciplines.
3.1.2 Ingreepeffectschema
Beschrijving ingreep in tijd en ruimte Eerste afweging ten opzichte van de effectdisciplines
Ingreep Omvang Duur Gezondheidvan demens Ruimtelijke ordening Biodiversiteit, floraenfauna Energieen grondstoffen- voorraad Bodem Water Atmosfeeren klimatologische factoren Geluid Licht Stoffelijke goederenen cultureel erfgoed Landschap Mobiliteit
Afbraak- en infrastructuurwerken inclusief parkeerruimte
T N / N / N* N* N N / N* / N
Bouwproject van een woon- gebied als inbreiding in de kern met een diverse typologie aan appartementen
T / + / / / N N N* / / / N
Aanleg parkzone en verbindingen voor langzaam verkeer
T + + N* / N / N / / / N +
Bevestiging van de woonfunctie van het gebied met nevenfuncties (kantoren)
P / / / / / N N / / / / N
Genereren van verkeer, gebruik van parking
P / / / / / / N / / / / N*
Gebruik van de parkzone P + / N / / / / N / / / N
N: niet significant effect
N*: waarschijnlijk niet significant effect, effect zeer beperkt in ruimte en omvang, zeer lokaal effect S*: mogelijk significant effect – verder te onderzoeken
S: significant effect T: tijdelijk effect P: permanent effect /: niet relevant +: positief effect
3.1.3 Beschrijving en inschatting van de mogelijke milieueffecten
Effect op de gezondheid en de veiligheid van de mens
Referentiesituatie Het plangebied ligt volledig binnen het centrum van Zwevegem en vormt een onbebouwd binnengebied op 200 meter van het marktplein.
Er zijn geen veiligheids- of gezondheidsproblemen die specifiek verbonden zijn aan de aard of de ligging van het plangebied.
Het plangebied ligt niet in een straal van 2 km van een Seveso-bedrijf.
Beoordeling van de
voorgenomen planopties met de mogelijke effecten
Het RUP creëert de basis voor een inbreidingsproject in het centrum van Zwevegem voor de bouw van woonblokken met een dertigtal bijkomende wooneenheden aangepast aan de huidige noden. Het project zal door de private markt gerealiseerd worden.
De kwaliteit van het openbaar domein (parkeerzone en parkzone) vormt een essentieel onderdeel van het project.
De woonprojecten bieden een kwalitatieve woonomgeving en globaal is er een positief effect voor de mens.
Milderende maatregelen Tijdens de infrastructuur- en bouwwerken dienen
maatregelen te worden genomen om milieuhinder door stof, geluid, ... te beperken in tijd en ruimte.
Aanzienlijk milieueffect Nee
Effect op de ruimtelijke ordening
Referentiesituatie Huidige bestemming op het gewestplan is volledig woongebied.
Het plangebied is een onbebouwd binnengebied ontstaan door de afbraak van vroegere bebouwing. Het wordt bereikbaar via de Leopoldstraat en via de Avelgemstraat en wordt nu gebruikt als met steenslag verhard parkeergebied voor het centrum.
In een eerste fase zijn in de Leopoldstraat reeds een eerste reeks van appartementen gebouwd.
Het plangebied is ook opgenomen in de afbakening van het regionaalstedelijk gebied Kortrijk.
Beoordeling van de
voorgenomen planopties met de mogelijke effecten
Globaal is er een positief effect op de ruimtelijke ordening door een beter ruimtelijk structureren van het gebied en benutten van de beschikbare ruimte voor kerngebonden wonen. Het project is de voortzetting van een eerste fase en behoudt de schaalgrootte van de recente appartement-
constructies. De hoogte van de woonblokken is beperkt tot maximaal vier bouwlagen. Gelijkvloers kunnen diensten en kantoren gevestigd worden.
Het project vormt de uitvoering van de opties van het gemeentebestuur van Zwevegem om een aanbod te creëren van kwalitatief wonen in het volle centrum, waar alle
voorzieningen aanwezig zijn.
Het openbaar domein wordt ingericht met de nodige zorg voor details. Het plein staat in verbinding met het
marktplein via een voetgangersdoorsteek.
Aanzienlijk milieueffect Nee
Effect op de biodiversiteit, fauna en flora
Referentiesituatie Het plangebied is gelegen in het volle centrum van de gemeente Zwevegem.
Op de biologische waarderingskaart is geen ecologisch waardevol gebied weergegeven. Het plangebied is volledig geürbaniseerd (ua). Toch zijn een aantal oude stadstuinen met volwassen bomen aanwezig die een groene toets geven aan het plangebied.
In de nabijheid liggen de tuinen van het domein ‘Bekaert’
die ingekleurd zijn als een combinatie met ecologische waardevolle elementen.
Beoordeling van de
voorgenomen planopties met de mogelijke effecten
Er worden geen bestaande natuurwaarden of –potenties aangetast.
Een deel van de aanwezige stadstuin zal weliswaar verdwijnen voor het woonproject, en wordt in ruime mate gecompenseerd door nieuwe publieke ruimte met een inrichting met groen- en parkelementen (toegang Leopoldstraat).
Het openbaar domein en parkzone zal ingericht worden op basis van een pesticidentoets in het kader van de reductie van bestrijdingsmiddelen door openbare besturen.
Milderende maatregelen Parkeerplein voorzien van hoogstammige bomen
Natuur- en mensvriendelijke inrichting van de parkzone.
Minimaal helft van de stadstuin behouden.
Aanzienlijk milieueffect Nee
Effect op energie- en grondstoffenvoorraad Beoordeling van de
voorgenomen planopties met de mogelijke effecten
Het RUP heeft geen betrekking op energie- of grondstoffenvoorraad.
Aanzienlijk milieueffect Nee
Effect op de bodem
Referentiesituatie Het plangebied behoort tot het centrum van Zwevegem met een hoge historische bebouwingsdichtheid.
Op de bodemkaart is het gebied volledig gekarteerd als antropogene (verstoorde) bodem op de oorspronkelijke bodem (vochtig zandleem en leem).
Beoordeling van de
voorgenomen planopties met de mogelijke effecten
Er wordt geen ongestoorde bodem aangetast, gezien het gebied reeds bebouwd is.
Bij de grond- en infrastructuurwerken zal grond uitgegraven worden. Volgens de regelgeving op grondverzet zal
(afhankelijk van het volume) een technisch verslag en bodembeheersrapport dienen te worden opgemaakt.
Er worden geen activiteiten in het plangebied toegelaten die een bodemverontreiniging kunnen veroorzaken.
Ten opzichte van de bestaande situatie is er beperkt bijkomende verharding.
Percelen die op het register van verontreinigde gronden staan worden verder opgevolgd door toepassing van het bodemsaneringsdecreet.
Milderende maatregelen Waar mogelijk waterdoorlatende verhardingen toepassen.
Eventueel bestaande bodemverontreiniging indien noodzakelijk saneren.
Leemten in de kennis Infiltratiecapaciteit van de bodem.
Aanwezigheid van de bodemverontreiniging (wordt nog opgevraagd bij de gemeente).
Aanzienlijk milieueffect Nee
Effect op het water
Referentiesituatie De watertoetskaarten geven de volgende situatie weer:
- watert af naar de Keibeek (waterloop categorie 2) op zo’n 300 m.
- niet erosiegevoeling
- matig gevoelig voor grondwaterstroming - infiltratiegevoelig
- niet overstromingsgevoelig
Op het zoneringsplan is het plangebied gelegen in het centraal (en dus gerioleerd) gebied.
Beoordeling van de
voorgenomen planopties met de mogelijke effecten
Tijdens de bouwwerken kan een bemaling van het grondwater nodig zijn, wat een tijdelijke verstoring meebrengt van de grondwaterhuishouding.
Ondergrondse constructies kunnen de grondwaterstromen beïnvloeden.
Er zijn geen natuurgebieden in de omgeving die kunnen beïnvloed worden door een verstoorde grondwaterstroming.
Bijkomende woongelegenheden zorgen voor extra afvalwater, wat via een (in de toekomst) gescheiden riolering zal worden afgevoerd. Het regenwater wordt best afgeleid naar de Keibeek. De afwatering van het
binnengebied met de woonblokken zal in de fase van het technisch ontwerp nog uitgewerkt worden om na te gaan op welke riolering kan aangesloten worden.
De verharding is in overeenstemming met de stedelijke context van de omgeving. Er wordt ruimte voorzien voor en buffering van het regenwater (eventueel in ondergrondse bekkens of via infiltratieriolen).
Milderende maatregelen Tijdens de bouwwerken wordt de bemaling van grondwater beperkt en wordt het grondwater indien mogelijk afgevoerd naar de Keibeek. Bij het bouwproject wordt de
stedenbouwkundige verordening toegepast met het oog op een herbruik hemelwater, infiltratie en vertraagde afvoer.
Het binnengebied wordt uitgerust met een gescheiden stelsel met een (vertraagde) afvoer van het regenwater naar de Keibeek.
Waar mogelijk wordt waterdoorlatende verharding gebruikt.
Beperking in diepte van de ondergrondse constructies.
Leemten in de kennis Infiltratiecapaciteit van de bodem.
Mogelijkheid om regenwater af te voeren naar Keibeek.
Timing voor renovatie van het bestaand rioleringsstelsel met gescheiden stelsel in het centrum van Zwevegem.
Aanzienlijk milieueffect Nee
Effect op de atmosfeer en klimatologische factoren Beoordeling van de
voorgenomen planopties met de mogelijke effecten
Er zijn geen bestaande problemen naar luchtkwaliteit bekend in het plangebied.
In de gemeente Zwevegem bevindt zich een automatische meetpost van de VMM (Hinnestraat) voor het bepalen van de luchtkwaliteit.
Bijkomende wooneenheden en het verkeer leiden uiteraard tot een uitstoot van verbrandingsgassen naar de lucht. Door toepassing van het energieprestatiedecreet blijft dit bij nieuwe woonprojecten binnen de perken. Door deze nieuwe woningen zal het aantal oudere en slecht geïsoleerde huizen kunnen afgebouwd worden.
De luchtemissie door het extra-verkeer is vrij beperkt. Door het bevorderen van wonen in het centrum in de nabijheid
van alle voorzieningen, wordt de automobiliteit beperkt.
Aanzienlijk milieueffect Nee
Effect op het geluid
Referentietoestand Het plangebied ligt in het centrum van Zwevegem met geen bijzondere geluidsbronnen
Beoordeling van de
voorgenomen planopties met de mogelijke effecten
Bouwwerken kunnen overdag lawaaihinder betekenen, maar van tijdelijke aard.
De hoofdfunctie van het plangebied is het wonen in het centrumgedeelte. Er worden binnen het plangebied geen lawaaierige activiteiten voorzien die niet eigen zouden zijn aan een centrum.
Het parkeerplein met bomen, de groenvoorziening en de verbinding met de parkzone moeten rust brengen voor het gebied.
Ook wordt er doorheen het plangebied geen doorgaand verkeer toegelaten.
Aanzienlijk milieueffect Nee
Effect op het licht Beoordeling van de
voorgenomen planopties met de mogelijke effecten
Er zijn geen bijzondere problemen rond lichthinder in het plangebied bekend. De gemeente zal aandacht hebben voor energiezuinige verlichtingsarmaturen en een functionele verlichting van de omgeving. Voor het parkeerplein dient wel een voldoende lichtintensiteit bereikt te worden voor de sociale veiligheid.
Aanzienlijk milieueffect Nee
Effect op de stoffelijke goederen, het cultureel erfgoed en het landschap Beoordeling van de
voorgenomen planopties met de mogelijke effecten
Er zijn geen beschermde monumenten in het plangebied of in de omgeving die beïnvloed worden door dit
inbreidingsproject. Een aantal panden zijn opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed.
Het nabijgelegen beschermd monument is de Klockemolen.
Aanzienlijk milieueffect Nee
Effect op de mobiliteit
Referentiesituatie Het centrum van Zwevegem kent een belangrijk aandeel doorgaand verkeer vanuit Kortrijk dat zich verspreidt
doorheen de gemeente. Met de recente omleidingsweg N391 en de brug in aanbouw over het kanaal Bossuit-Kortrijk zal een deel van het doorgaand verkeer dat bovenlokaal is, wegvallen in het centrum.
Zwevegem kent een vlotte busverbinding richting Kortrijk en Avelgem. Aanvullend is er de belbus die opereert vanaf het marktplein. Kortrijk is vlot bereikbaar en beschikt over een treinstation met een vlotte verbinding naar Brussel, Gent, Lille en Brugge.
Beoordeling van de
voorgenomen planopties met de mogelijke effecten
Het inbreidingsproject voorziet in een toegang vanuit de Avelgemstraat. Ook wordt er doorheen het plangebied geen doorgaand verkeer toegelaten.
Het centrale plein wordt een parkeerplein (toegang Avelgemstraat) voor een honderdtal wagens dat dient als centrumparking.
Door de aanleg van fiets- en wandelverbindingen wordt een scheiding tussen het autoverkeer en het langzaam verkeer doorgevoerd.
In het woonproject worden per wooneenheid minimaal 1 garageplaats voorzien in een ondergrondse
parkeerverdieping.
Deze stedelijke ontwikkeling wordt verder bekeken in het mobiliteitsplan van de gemeente Zwevegem.
Het bevorderen van wonen in het centrum in de nabijheid van de voorzieningen kan gezien worden als een afname van de behoefte aan automobiliteit.
In het plan worden de fietsers- en voetgangersverbindingen voorzien als een autonoom netwerk.
Milderende maatregelen Scheiding doorvoeren tussen het autoverkeer en het langzaam verkeer.
Bevorderen aanbod en stimuleren gebruik van openbaar vervoer.
Aanzienlijk milieueffect Nee
3.1.4 Overzicht van de beoordeling van de aanzienlijke milieueffecten
Globaal overzicht aanzienlijk effect ja/nee
Effect op
- gezondheid en veiligheid van de mens nee
- ruimtelijke ordening nee
- biodiversiteit, flora en fauna nee
- energie en grondstoffenvoorraad nee
- bodem nee
- water nee
- atmosfeer en klimatologische factoren nee
- geluid nee
- licht nee - stoffelijke goederen en cultureel erfgoed nee
- landschap nee
- mobiliteit nee
Gezien de beperkte omvang van het plan en de beperkte ingrepen zijn er weinig tot geen effecten met een grote invloed te verwachten.
3.2 De kenmerken van plannen en programma’s
3.2.1 De mate waarin het plan een kader vormt voor projecten en andere activiteiten met betrekking tot de ligging, aard, omvang en gebruiksvoorwaarden en de toewijzing van hulpbronnen
Het RUP heeft geen betrekking op hulpbronnen.
3.2.2 De mate waarin het plan andere plannen en programma’s, met inbegrip van die welke deel zijn van een hiërarchisch geheel, beïnvloedt
Het gemeentelijk RUP geeft uitvoering aan het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan.
Het gemeentelijk RUP staat onder aan de hiërarchie van de ruimtelijke uitvoeringsplannen.
Het gemeentelijk RUP is niet gemeentegrensoverschrijdend.
3.2.3 De relevantie van het plan voor de integratie van milieuoverwegingen, vooral met het oog op de bevordering van duurzame ontwikkeling
Niet relevant voor dit RUP.
3.2.4 Milieuproblemen die relevant zijn voor het plan Zie punt 5.1.
3.2.5 De relevantie van het plan voor de toepassing van de milieuwetgeving van de Europese Gemeenschap
Niet relevant.
4 Conclusie
Voor het voorliggende RUP wordt, rekening houdend met de beperkte effecten van de mogelijke ingrepen ten opzichte van de huidige referentiesituatie en de voorkomende milderende maatregelen en toepassing van de geldende reglementering, geen aanzienlijke milieueffecten verwacht; bijgevolg wordt voorgesteld ontheffing te verlenen tot opmaak van een Plan-MER.
grondwaterstromingsgevoelige gebieden
bron: Agiv
GEMEENTE ZWEVEGEM RUP 15.1 Leopoldstraat figuur xx: watertoets (1)
Legende
plangebied
erosiegevoelige gebieden
erosiegevoelige gebieden
niet erosiegevoelig erosiegevoelig
grondwaterstromingsgevoelige gebieden
geen informatie beschikbaar
zeer gevoelig voor grondwaterstroming (type 1) matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2) weinig gevoelig voor grondwaterstroming (type 3)
hellingenkaart
infiltratiegevoelige bodems
niet infiltratiegevoelig infiltratiegevoelig 0,5
0,5 - 5 5 - 10
> 10
winterbedkaart
bron: Agiv
GEMEENTE ZWEVEGEM RUP 15.1 Leopoldstraat figuur xx: watertoets (2)
Legende
overstromingsgevoelige gebieden
plangebied
overstromingsgevoelige gebieden
niet overstromingsgevoelig effectief overstromingsgevoelig mogelijk overstromingsgevoelig
winterbed
geen informatie beschikbaar winterbedding
waterlopen
bevaarbare waterlopen beek categorie 1 beek categorie 2 beek categorie 3
centraal gebied (reeds of binnenkort berioleerd en aangesloten op zuiveringsstation)
individueel te optimaliseren buitengebied (individuele zuiveringsinstallatie te voorzien op eigen perceel)
collectief geoptimaliseerd buitengebied (reeds of binnenkort berioleerd
en aangesloten op zuiveringsstation) collectief te optimaliseren buitengebied (nog te beriolere, en/of aan te sluiten op zuiveringsstation)