Vraag nr. 20
van 11 januari 2001
van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Reïntegratie na loopbaanonderbreking – Kinder-opvang
Naar aanleiding van een discussie in het parlement over de problemen die rijzen als gehuwde vrouwen met kinderen zich na loopbaanonderbreking op-nieuw in de vroegere werkkring willen inschakelen, antwoordde de minister dat kinderopvang een pro-bleem blijft en dat nieuwe experimenten en initia-tieven aan de gang zijn (vraag om uitleg van de heer Dirk De Cock over loopbaanonderbreking voor gehuwde vrouwen met kinderen ; H a n d e l i n -gen C34 van 9 november 2000, blz. 5-6 – red.). Welke experimenten en initiatieven betreft het hier en wanneer worden ze geëvalueerd ?
Antwoord
In het Enkelvoudig Programmeringsdocument van het Europees Sociaal Fonds (ESF) – doelstelling 3 , wordt de problematiek van de gelijke kansen man-vrouw uitgebreid beschreven.
In zwaartepunt 5 van ESF-doelstelling 3 (gekop-peld aan Vesoc-middelen inzake gelijke kansen man-vrouw) kunnen projecten worden ingediend die zich richten naar de man-vrouwproblematiek ( Vesoc : Vlaams Economisch en Sociaal Overlegco -mité – red.). Binnen dit zwaartepunt is het even-wel de bedoeling om door middel van wetenschap-pelijke studies, experimenten en proefprojecten bij te dragen tot de ontwikkeling van een efficiënt ar-beidsmarktgericht gelijkekansenbeleid in V l a a n d e-ren.
Concreet met betrekking tot kinderopvang kunnen binnen maatregel 4 van zwaartepunt 5 projecten worden opgestart die flexibele arbeidssystemen willen ontwikkelen vanuit een genderperspectief en de voorzieningen in de vraag naar kinderopvang willen verbeteren.
Het betreft hier uiteraard projectmatige werkingen die via Europese middelen mee worden gehono-r e e gehono-r d . Het is echtegehono-r duidelijk dat egehono-r stgehono-ructugehono-rele op-lossingen inzake de beschikbaarheid van voldoen-d e, betaalbare en volvoldoen-doenvoldoen-de flexibele kinvoldoen-derop- kinderop-vang moeten worden uitgewerkt. Kinderopkinderop-vang is een essentieel instrument voor werkzoekenden om werk te vinden en te houden. De uitbouw en
be-taalbaarheid van de kinderopvang is een bevoegd-heid van Kind en Gezin en de minister van Welzijn. Inzake de betaalbaarheid van de opvang dienen er vooral naar de eenoudergezinnen met een laag in-komen specifieke inspanningen te gebeuren. O p korte termijn heeft de Vlaamse Dienst voor A r-beidsbemiddeling en Beroepsopleiding reeds in juli 2000 de uitbetaling van de opvangpremies die werkzoekenden ontvangen wanneer ze een be-roepsopleiding volgen, versoepeld en versneld. E r dient echter dringend een structurele oplossing te worden uitgewerkt door een aanpassing van de re-guliere ouderbijdragenstelsels in het voordeel van de gezinnen met lage inkomens, waaronder vele eenoudergezinnen.
Bovendien dient er samen met de lokale werkwin-kels een contingent aan flexibele opvangplaatsen voor werkzoekenden te worden uitgewerkt. Ik zal inzake deze punten dan ook verder overleg plegen met de minister bevoegd voor Welzijn.
In 2000 is er met betrekking tot zwaartepunt 5 een beperkte oproep gelanceerd om projecten in te d i e n e n . Binnen zwaartepunt 5, maatregel 4, is er momenteel nog maar één project van start gegaan, namelijk het project "Family and Business audit" dat door de Vakgroep Management, Faculteit To egepaste Economische We t e n s c h a p p e n , U f s i a -RU CA , Universiteit A n t w e r p e n , is ingediend. (Ufsia : Universitaire Faculteiten SintIgnatius A n t werpen ; RU CA : Rijksuniversitair Centrum A n t w e r -pen – red.)
Het project past binnen de ontwikkeling van een geïntegreerd beleid inzake de combinatie van het gezins- en beroepsleven en de maatschappelijke gelijkheid van mannen en vrouwen. De "Fa m i l y and Business audit" is gericht op de diagnose van de emancipatie- en gezinsgerichtheid van een (meer) emancipatorische en gezinsvriendelijke ar-b e i d s o r g a n i s a t i e. De ar-basisconditie is dat gezinnen en bedrijven inspanningen leveren en er op termijn beide een voordeel aan hebben. Via deze audit wil men er dus toe komen dat er voor gezinnen en be-drijven een win-winsituatie wordt gecreëerd, z o d a t beide actoren erop vooruitgaan. Flexibele kinder-opvang vormt maar een klein onderdeel van deze audit, maar zal zeker aan bod komen.