Vraag nr. 21
van 11 januari 2001
van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN S o c i a a l-culturele verenigingen – Concurrentie SIF-projecten
De minister is bevoegd voor het beleid betreffende s o c i a a l-culturele verenigingen. Gelukkig heeft Vlaanderen hiervan een breed gamma, zodat zowel jong als oud, man en vrouw, ... aan bod komen. Om heel wat problemen te voorkomen en aan te p a k k e n , is een ondersteuning van de verenigingen e s s e n t i e e l : door de vrijwillige inzet blijft deze wer-king niet alleen dynamisch en betaalbaar (ook voor de overheid), maar daarenboven garandeert dit een soepel inspelen op maatschappelijke evoluties. De overheid – zowel gemeentelijk als bovenlo-kaal – moet dus vermijden deze vrijwilligersver-enigingen te beconcurreren en moet ze integendeel o n d e r s t e u n e n , zeker in het Internationaal Jaar van de Vrijwilliger.
Toch gebeurt het frequent dat de overheid deze or-ganisaties fnuikt door concurrerende bijna gratis of gratis activiteiten op te zetten.
Zo zijn er SIF-projecten (Sociaal Impulsfonds) die voor ouderen – en hier is geen sprake van kansar-men – gratis of erg goedkoop uitstappen doen, a c-tiviteiten organiseren in gemeentelijke gebouwen, . . . waardoor normale verenigingen voor ouderen geen deelnemers meer hebben voor activiteiten, uitstappen, lessenreeksen.
1. Is de minister op de hoogte van deze problemen ?
2. Zo ja, wat heeft hij hiertegen ondernomen of welke initiatieven worden in het vooruitzicht gesteld om een anti-emancipatieaanpak door de lokale overheid te vermijden ?
3. Kunnen betrokken verenigingen, o u d e r e n , a n-dere personen een klacht indienen bij de minis-ter wanneer dergelijke zaken gebeuren ?
Antwoord
1. De thematiek is mij totaal onbekend.
2. De lokale overheid is autonoom bevoegd voor het eigen SIF-beleid. Ik zie niet hoe ik zou kun-nen ingrijpen, want het Impulsfonds is
daaren-boven een materie waarvoor ik niet bevoegd ben.
3. Verenigingen uit de culturele sfeer kunnen een klacht indienen bij de Vaste Nationale Cultuur-pactcommissie en zich beroepen op het Cul-tuurpact.