Vraag nr. 78 van 7 februari 1996
van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH Contractuelen – Vast Wervingssecretariaat
Statutaire personeelsleden worden normalerwijze aan-geworven na een wervingsexamen of selectietest uitge-voerd door het Vast Wervingssecretariaat.
Het blijkt dat deze verplichting voor contractuele betrekkingen niet bestaat, of alleszins niet wordt nage-leefd door de Vlaamse administratie.
Waarom niet ? Alleen al uit functionele overwegingen zou dat toch wenselijk zijn ?
Welke maatregelen worden ter zake eventueel geno-men ?
Antwoord
Het APKB (1) legt geen verplichting op om een beroep te doen op de bemiddeling van het Vast Wervingssecre-tariaat voor contractuele aanwervingen.
Als gevolg hiervan omvat het Vlaams personeelsstatuut (2) geen algemene bepaling op grond waarvan voor elke aanwerving in een contractuele betrekking, de bemiddeling van het Vast Wervingssecretariaat moet worden gevraagd.
Dit sluit echter niet uit dat in bepaalde gevallen het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap de bemidde-ling inroept van het Vast Wervingssecretariaat.
Zo kan in toepassing van het artikel XIV 6 van het Vlaams personeelsstatuut, het Vast Wervingssecretari-aat worden gevraagd een voorselectie te organiseren, wanneer wordt gerecruteerd voor bepaalde bijkomen-de of specifieke opdrachten met een zeer gespeciali-seerd karakter (bv. gemeenschapsattaché, investerings-prospector, taaladviseur, ...).
De commissie van wetenschappelijke en administratie-ve autoriteiten die bij deze aanwervingen de Vlaamse regering adviseert, wordt samengesteld door de leidend ambtenaar van de administratie Ambtenarenzaken, echter eveneens op advies van de Vast Wervingssecre-taris.
In bepaalde gevallen put het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap bovendien uit de wervingsreserves aan-gelegd door het Vast Wervingssecretariaat (bv. Vlaams Impulsprogramma voor Natuurontwikkeling – VLINA).
Het bovenvermelde neemt echter niet weg dat het ministerie voor bepaalde contractuele betrekkingen ook haar eigen selecties organiseert (bv. contractuele betrekkingen bij het secretariaat van de Milieu- en Natuurraad voor Vlaanderen).
De resultaten van deze selecties zijn, zo blijkt uit de reacties, zeer bevredigend, zodat zich tot nu toe geen noodzaak voordoet om voor alle contractuele betrek-kingen terug te grijpen naar eventuele wervingsreserves van het Vast Wervingssecretariaat.
Ik acht het dan ook niet nodig om in het Vlaams perso-neelsstatuut bepalingen op te nemen op grond waarvan elke contractuele aanwerving verplicht via het Vast Wervingssecretariaat dient plaats te vinden.
(1)Met APKB wordt bedoeld : het koninklijk besluit van 26 september 1994 tot bepaling van de algemene principes van het administratief en geldelijk statuut van de rijksamb-tenaren die van toepassing zijn op het personeel van de diensten van de gemeenschaps- en gewestregeringen en van de colleges van de Gemeenschappelijke Gemeen-schapscommissie en van de Franse Gemeenschapscommi-sie, alsook op de publiekrechtelijke rechtspersonen die ervan afhangen
(2)Besluit van de Vlaamse regering van 24 november 1993 houdende organisatie van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en de regeling van de rechtspositie van het personeel