• No results found

De Darde Klokke

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De Darde Klokke"

Copied!
44
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

/

/

Port Betaald

yy

De Darde Klokke

yy

Maart

Drie moandeleks tiedschrift veur Ommen

in samenwerking met de Historische Kring Ommen

,a--

é

(2)

Colofon

STICHTING DE DARDE KLOKKE HISTORISCHE KRING OMMEN GEMIENSCHOP VAN OLL OMMER

Voorzitter H. Woertink

Telefoon 0529-452963

Voorzitter B.J. Warmeiink Telefoon 06-54347956

Veurzitter G.H. Steen

Telefoon 0529-454181

Secretaris S. Schokkenbroek Patrijsstraat 39 7731 ZL Ommen 3eklokke@hccnet.nl Telefoon 0529-463111

Secretaris

H.J. Feddema-van EIburg De Schammelte 27 7731 BL Ommen w.feddema@home.nl Telefoon 0529-463288

Schriefster Berna Poelarends Wolfkuillaan 10 7731 AM Ommen

martinenberna@hetnet.nl Telefoon 0529-450507

Penningmeester A. van der Vegt Sperwer 34 7731 KB Ommen Telefoon: 0529-456317

Penningmeester C.C. Schneiders Telefoon 0529-458335

Penningmeester H. Prenger

Telefoon 0529-452096

Drie moandeleks tiedschrift veur Ommen en de gemienschap van 011 Ommer in samenwerking met de Historische Kring Ommen

Redactieadres

Patrijsstraat 39, 7731 ZL Ommen telefoon (0529)46 31 11 e-mail 3eklokke@hccnet.nl

wmw.

Lidmaatschap

21,50 per jaar lidmaatschap HKO

inclusief abonnement De Darde Klokke.

22,50 per jaar bij niet automatische afschrijving. Betaling op IBAN NL97 RABO 0378 9039 77 t.n.v. HKO.

Veur betaling van abonnement op De Darde Klokke € 6,- per joar.

IBAN NL72 INGB 0003 0435 54 of NL08 RABO 0348 9059 04 t.n.v. 'De Darde Klokke' te Ommen

Overname van artikelen toegestaan met

bronvermelding.

www.hko-ommen.nl

MET DANK AAN

Notarispost Ommen Ekkelenkamp Freesverhuur Ommen

Univé Verzekeringen lunch - patisserie - diner - ijssalon Timmer- & Onderhoudsbedrijf Kleinlugtenbelt Tuincentrum Jurrie Baas M. Dunnewind Radio, TV en witgoed Sportrijk fit & gezond Ommen

Go Makelaars Weenink Jansen Lennips groep Vastgoed Onderhoud Autobedrijven:

Aannemersbedrijf M. van der Vegt Takman Gereedschappen Oostendorp Meijerink | grafisch bedrijf Cents Autocentrum Van Leussen

Douwe's Dump Café-Restaurant 'Flater' Dunnewind bv

Rijwielen/Bromfietsen Brunink De Rechter van Ommen Schuurhuis Installatiebedrijf Groen Ommen OCB Bouw bv Autopalace

Autoschade Huysmans Kompanen Cents bv

Ommer Automaten Restaurant-Catering 'De Bootsman' M.C. Bouwman Bandenservice Ommen H. Steen bv verhuizingen en transporten Kapsalon de Kapper

Pearie Opticiëns Autoschade Henk Koggel Van Elderen accountants belastingadviseurs Schildersbedrijf Van EIburg Resto Oco Zorgboerderij 't Schöttincksflier

Dakdekkers- en Renovatiebedrijf Bungalowpark'Hoge Hexel' De Lange Keukens E. van der Linde Ommen BV Expert Westerman Klusbedrijf H. Bremmer Café-Restaurant'De Nieuwe Brug' Bentum Nijboer Notarissen Culinair bij u thuis

Slaapkenner Touwen Eyewish Opticiëns Makelaarskantoor Sallands Goed Stucadoorsbedrijf Rinus Zwanepol Hovenier Arjan van der Veen Huiskes Hovenier

Van Aalderen garage en tankservice Installatieburo Henk van den Hof BV Atelier de Wilde Roos

Dunnewind Groep BV Brasserie Tante Pos Prima Vista

Bouwbedrijf Vonder BV Goudsmids Atelier & Juwelier Zandbergen EP Ommen

Berna's Hairfashion Bakkerij van der Most Grand-Café Jipp

Wij worden financieel ondersteund door Rabobank Vaart & Vechtstreek

(3)

Kamp Erika: een vergeten kamp

Kamp Erika en de Tweede Wereldoorlog. Een zwarte bladzijde in de geschiedenis, waar we niet aan voorbij kunnen. Een kamp met ook een geschiedenis waar je niet trots op hoeft te zijn. Wij zien het toch als een taak om de geschiedenis van Erika onder ieders aandacht te brengen. Kamp Erika wordt ook wel 'het vergeten kamp' genoemd. De ontbe ringen voor de kampbewoners waren vreselijk. Erika was een verzamelplaats van mensen die door de Duitsers niet werden gerespecteerd. Wat had de Duitse bezetter met de gevan genen voor; waarom werden ze zo gruwelijk behandeld dat er soms de dood er op volgde?

Nog steeds ontvangen we vragen over personen van nabestaanden die werden vermoord of familieleden die te maken hebben gehad met kamp Erika. Daaruit blijkt dat na meer dan zeventig jaar bevrijding de geschiedenis van kamp Erika leeft. Dit nummer gaat over kamp Erika.

Monument

Van kamp Erika op de Besthmenerberg is niets zichtbaars meer aanwezig. Jaarlijks wordt aan de voet van de Besthmenerberg op 4 mei een herdenking gehouden bij een eenvoudig monument. Dit herdenkingsmonument bestaat uit een kruis, steen en zitbankje. Een monu ment moetje niet willen veranderen. Toch vinden wij dat deze gedenkplek een beter mo nument verdiend. Uiteraard met instandhouding van het bestaande, maar wel een monu ment dat symbool staat voor de geschiedenis van de omgeving. Een onderzoek naar de mogelijkheden om het huidig monument op te waarderen is lopende. Als alles meezit - ook in financiële zin - wat zou het dan mooi zijn om volgend jaar te herdenken bij een

vemieuwd monument.

De redactie.

Het volgende nummer verschijnt begin augustus 2016. Kopij voor dat nummer dient voor medio juli a.s. bij de redactie te zijn.

Foto's in dit blad zijn afkomstig van de Historische Kring Ommen, St. Oud-Ommen, uit par ticulier bezit of aangeleverd door de auteur. De redactie heeft zoveel mogelijk getracht om de

rechten van derden niet te schaden.

Omslagfoto: op de omslag van dit blad ziet u gevangenen van Kamp Erika die langs de Gereformeerde kerk aan de Bouwstraat lopen.

Inhoudsopgave

Kamp Erika Sir Schokkenbroek blz. 2

Lijsten met omgekomen slachtojfers blz. 4

Feiten en bijzonderheden over Kamp Erika Sir Schokkenbroek blz. 6 Erika- 'knacker' Rikus van Beerde vond weg terug Mannes Schoppink blz. 9 Jaap Musch in Kamp Erika vermoord Marietje Rhee-Luttekes ... blz. 12

Arbeitseinsatzlager Erika Frank Meijerink blz. 16

Herbertus Bikker Hans Dogger blz. 24

Het Joodse verhaal van kamp Erika Gerko Warner blz. 30 Kamp Erika als opleidingscentrum Gerko Warner blz. 31 Vreemdelingen op de Joodse begraafplaats Gerko Warner blz. 34

(4)

Kamp Erika

Auf der Heide blüht ein kleines Blümelein und das heifit: Erika.

Erika is de naam die de bezetter aan een berucht plekje in Ommen gaf. Het is zeer waar schijnlijk afkomstig van een van de Duitse marsliederen. Naar verluidt had de voormalige paardenslager Wemer Schwier deze naam bedacht voor het vroegere Sterkamp in Ommen.

Na 11 april 1945 noemden de Nederlanders het kamp "Erica".

Het is een naam die bij de oudere generatie rillingen oproept. Het is weliswaar niet te ver gelijken met de vernietigingskampen als Auschwitz, Sobibor, Treblinka en ga zo maar door, maar ook in het lieflijke Ommen gebeurden dingen die we nu voor onmogelijk hou

den.

Dr. Wilhelm Harster, chef van de Sicherheitspolizei in

Nederland en verantwoor

delijk voor o.a. Ommen en Amersfoort

Dr. Friedrich Wimmer

krijgt een hand van Seys- Inquart. De grote man

naast Wimmer is Rauter.

Deze mensen waren samen

met Harster de kwade geni-

Kamp Erika was gelegen op de Besthmenerberg, waar nu camping de Besthmenerberg is gevestigd. Er is vrijwel niets meer dat aan het vroegere kamp herinnert. Als je goed zoekt kun je nog enkele vage sporen van de grens van het kamp vinden. Alle gebouwen van het kamp zijn in de loop der jaren afgebroken en verdwenen.

Een van de laatst bewaard gebleven barakken is als woning in Lemele gebruikt. Deze is in september 2015 afgebroken en grotendeels bij de vuilnis beland. Gemeente noch andere instanties vonden het niet de moeite waard om het veilig te stellen voor toekomstige gene raties. Vrijwilligers van de HKO in Ommen hebben toch

nog enkele specifieke delen veilig kunnen stellen.

In Ommen weten de meeste mensen ook niet wat er alle

maal in het kamp gebeurd is. Diegenen die daar wel getui ge van waren zijn inmiddels bijna allemaal overleden of hebben andere redenen om hierover niet te willen praten.

Ook het begrip "doden zijn gevallen" is niet op zijn plaats. Deze doden zijn simpelweg vermoord. Het was geen natuurlijke dood waardoor ze zijn gestorven. Ze zijn als gevolg van mishandelingen, zware arbeid, martelin gen, onthouden van voedsel, slechte woon- en leefom standigheden gestorven. Sommigen zijn daar ook doodge schoten en er schijnen enkelen te zijn geweest, die als gevolg van het uitzichtloze zelf de dood hebben gezocht.

Door een lid van de werkgroep van de werkgroep genealogie was opgemerkt dat in de registers van overlijden van de gemeente Ommen wel vaak dezelfde namen voorkwamen van aangevers. Dat bleken administrateurs van Kamp Erika te zijn.

In de periode van medio 1942 tot begin 1943 deed in 37 (zevenendertig!) gevallen een beambte van Erika aangifte van overlijden. Deze slachtoffers zijn onder verschrikkelijke omstandigheden overleden.

Daarnaast werden veel gevangenen die zodanig ziek of gewond waren naar ziekenhuizen in de wijde omgeving van Ommen gebracht. Daar overleden een aantal en anderen herstel den en gingen daarna terug naar het kamp of werden in vrijheid gesteld. Er zijn er ook een paar die wisten te ontvluchten.

In de ziekenhuizen in Nederland overleden 39 (negenendertig!) mensen aan de gevolgen van hun verblijf in Erika. Een groter aantal kon zover herstellen, dat ze de oorlog hebben overleefd. Enkele ongelukkigen moesten echter toch weer terug naar het kamp.

Dit valt daarmee niet meer onder het hegrip "slechts enkelen".

Daarnaast werden sommige gevangenen op transport gesteld naar Heerte (Lager 35) bij Salzgitter. Ze moes ten daar dwangarbeid verrichten in de Hermann Göring Reichswerke. De omstandigheden daar waren zo moge lijk nog slechter dan in Ommen. Volgens opgave stier ven daar 12 mensen per dag door ondervoeding, mis handeling of anderszins.

Ook de bewakers van Ommen gingen periodiek mee naar Heerte. Hun gedrag daar was ook zodanig dat ze

"Die Henker aus Holland." (de Hollandse beulen) wer-

(5)

den genoemd.

In Duitsland stierven er in ieder geval nog eens 95 (vijfennegentig!) mensen.

In de huidige samenleving zijn sommige dingen al in het nieuws voordat het gebeurd is.

De situatie in Ommen was echter in ieder geval al bij de rechterlijke macht bekend. Voor relatief lichte vergrijpen (illegaal slachten, zwarthandel, etc.) werden vrijheidsstraffen van enkele maanden opgelegd. Door het Ministerie van Justitie werden deze vonnissen in op dracht van de bezetter ook in Ommen ten uitvoer gelegd.

Het sterftecijfer onder de veroordeelden in Ommen was echter zo extreem hoog dat rech

ters een onderzoek lieten instellen.

Het onderzoek leerde dat vooral als gevolg van het brute geweld en de slechte leefomstan digheden dit ongewenste grote aantal doden

was gevallen. De rechters waren in meerder heid niet Duitsgezind. Deze zorgen werden gericht aan de secretaris-generaal van het Mi

nisterie van Justitie. In eerste instantie was dat

tegen dovemans oren. De zaak werd versneld

door een daad van het Gerechtshof in Leeu warden. In een arrest van dit Hof werd een

verdachte gevrijwaard voor een straf in Om men. Het Hof stelde de straf niet alleen op een vrijheidsstraf die gelijk was aan het voorarrest, maar voegde ook nog de zin "o/w des gewetens \ wille" toe. Dat was tegen het zere been van de bezetter. Van de drie raadsheren werden er twee ontslagen en de derde dook onder.

De Zwolse officier van justitie Groeninx van Zoelen, De Walle uit Almelo en Baron van der Feltz uit Zutphen werkten samen met hun collega's De Vries en Wassenbergh, uit res pectievelijk Arnhem en Amsterdam. Het is vooral aan deze juristen te danken dat "Erika"

vanaf 19 april 1943 niet meer gebruikt werd voor justitieklanten.

De man met hoed is Mr.

Wassenberg, officier van justitie te Amsterdam, en de

man met baard is Dr. Van

Hulst, anatoom-patholoog.

'CJ

Tekening van Kamp Erika zoals het in de oorlogsja

ren was.

(6)

Slachtoffers Kamp Erika

waarvan in Ommen aangifte van overlijden is gedaan

Naam, voornamen Leeftijd bij overlijden

Bos, Hendrik 59

Brink, Martinus Albertus van den 28

Brouwer, Hendrikus Wilhelmus 41

Bruurs, Henricus Joannes 43

Damen, Comelis 36

Durberg, Antonie Marinus 45

Goudriaan, Sebastiaan Adrianus Anthonius 34

Hartman, Joannes 44

Houtum, Theodorus Hermanus van 43

Janssen, Petrus Joannes 49

Jong, Anton Theodorus de 49

Jonkers, Petrus Johannes 24

Kelderman, Johannes 28

Kinneging, Gerardus Jaeobus 25

Knuist, Hubertus Jaeobus 27

Kooten, Hendrik van 29

Kroon, Pieter 47

Kuijer, Pieter Hendrikus 38

Lelyveld, Marcus 37

Libbers, Gerard 36

Maas, Petrus 37

Marle, Pieter van 40

Meijning, Andries 38

Mulder, Harm 42

Musch, Jacob Phlip 31

Nooij, Comelis Johannes 31

Ostendorf, Bemardus Gerardus 32

Pol, Stienus van de 34

Putten, Jan van 25

Rem, Comelis 48

Roet, Salomon 52

Ruben, Christiaan 45

Rupke, Hendrik 39

Spee, Remegius Hubertus Joseph 25

Stavinga, Hein 32

Timmers, Augustinus 29

Webbink, Derk 28

(7)

Slachtoffers Kamp Erika

Overleden in ziekenhuizen in de wijde omgeving (waarschijnlijk niet compleet)

Naam: Leeftijd

A. Schelberg 43

A. Smid 21

A. Turksma 25

A.H. Hersbach 56

C. de Brey 30

C. de Vries 29

C. Netten 22

C. Smit 29

CJ. van Leeuwen 23

D.P. Zwart 32

F.A.A.B.J. Dommers 24

G. Dissevelt 43

G. Nieuweboer 22

G. Twijnstra 41

G. van Merkenstein 41

G. van Zwaarden 54

H. van Rijswijk 45

H.J. Benckhuysen 48

H.M. van Diggelen 36

H.V. ten Hoeve 29

J. Brink 28

J. de Booy 43

J. de Vries 42

J. Groothand 37

J. van EIteren 33

J.A. Teeuwissen 45

J.F.S. Wijne 38

J.M. Grim 34

J.T.M. Theunissen van Manen 28

J.W. Peters 21

M.A. Meulman 38

0. ten Hoff 23

P. Eissens 28

P. van der Lee 32

P.C. van Opijnen 31

PJ. Boetekes 37

R. Pranger 26

T.C. de Vree 26

W. Lap 25

(8)

Feiten en bijzonderheden over Kamp Erika

door Sir Schokkenbroek

Jan van Putten

De herbegrafenis van Derk

Webbink in Vriezenveen

P.J. Wamelink, SD Arnhem (Streekarchief Arnhem)

Over Kamp Erika, haar bewoners en haar bewakers is niet zo heel veel gesehreven. In Ommen lijkt het ook een beetje vergeten geschiedenis. Het is ook niet iets waar we trots op terug kunnen kijken.

Elders in dit blad wordt de geschiedenis van het prachtige gebied van de Besthmenerberg beschreven. Het begon als Sterkamp, in 1941 werd het Arbeitseinsatzlager Erika en in 1945 werd het Gevangenkamp Erica.

In de jaren 1941 tot 1945 zijn in en in de omgeving van het kamp veel gewelddadigheden gepleegd. Meerdere eindigden met de dood.

In 1944 zijn er drie mensen vermoord. Op 7 september 1944 betrof dat Jaeob Philip (Jaap) Musch en op 23 september 1944 Derk Webbink en

Jan van Putten uit Vriezenveen.

Over Jaap Musch treft u in dit blad een uitgebreid verhaal aan.

Eind september 1944 gaan KK'ers naar Vriezenveen. Een NSB'er had namelijk geklaagd dat hij door enkele Nederlanders uit zijn huis was gehaald en daarbij met de dood was bedreigd. Bij deze bedreigers zou de marechaussee Van Putten zijn geweest.

Diepgrond en kornuiten, waaronder Lt. De Jong, gingen naar Vriezenveen en in het huis van zijn aanstaande schoonouders trol"

men hem aan. Ook was daar een zekere

Webbink, ambtenaar bij de distributie. In de woning werd een revolver en een pi stool aangetroffen.

Diepgrond verklaarde dat Sehwier hem gebeld had en hem had verteld dat Van

Putten en Webbink hadden bekend tele

foonkabels te hebben doorgesneden en een trein hadden laten ontsporen. Diepgrond

dacht dat de twee wel in de ziekenzaal

zouden zijn, omdat verhoren daar normali

ter toe leidden.

Men vertelde hem echter, dat de twee al waren vertrokken naar de SD in Arnhem.

Het bleek echter dat ook Van Putten en Webbink door KK'ers in het bos bij Erika zijn vermoord. Helemaal duidelijk is niet wie er voor verantwoordelijk was. De bewaker Cloo en een kok Mensink zouden hebben verteld dat de bewaker Zuiderduin er over had opge schept beide mannen te hebben "omgelegd".

Na 11 april 1945 werden de meeste betrokkenen, verdachten en getuigen door de politie gehoord. Opvallend is wel dat ook hier de mensen - van wie bekend was dat ze niet meer leefden - de meeste schuld kregen. Luitenant De Jong, de tweede man in de kamphiërar chie was namelijk doodgeschoten ergens in Drenthe. Alle verklaringen die afgelegd zijn geven wel aan dat het in ieder geval geen prettig heerschap was geweest. Hij was bijzon

der gewelddadig en om in de stijl te blijven "rücksichtslos".

In de periode dat Musch in het kamp verbleef was er ook een an dere arrestant binnengebracht. Dat was de 28-jarige Hendrik Mul der. Hij maakte deel uit van het verzet in Almelo en was onderge doken in Zwolle. Bij een actie op 6 september 1944 waarbij de verzetsgroep wapens had gehaald uit Zenderen"^ kwamen ze vanaf Den Ham in de buurt van het kamp een controlepost van de KK uit Erika tegen. De verzetsmensen waren met twee auto's en stopten vanzelfsprekend niet bij de controlepost.

De inzittenden van beide auto's namen de KK'ers onder vuur. De

eerste auto had het voordeel van de verrassing, maar de tweede

(9)

auto - die ongeveer 150 meter achter de eerste reed - werd meteen onder vuur genomen door de KK'ers. De chauffeur van deze auto, Harry van der Veen, werd geraakt en moest tijdens het rijden van plaats wisselen met Anton Wisman.

Mulder schoot met een Stengun op de Duitsers, maar op een bepaald moment werd zijn wapen door een kogel geraakt. Munitie in het wapen ontplofte daarbij en hij raakte emstig gewond aan zowel handen als in zijn gezicht.

De auto's gingen toen op de Hammerweg of de Stationsweg naast elkaar rijden om een nieuw wapen te kunnen overgeven. De auto van Mulder kwam echter in een gat terecht en men kon hem er niet meer uitkrijgen.

ledereen stapte vervolgens in de eerste auto en men reed verder naar Dalfsen. Daar kregen ze onderdak en kon Van Veen met een ambulance naar het Sophia-ziekenhuis gebracht

worden.

De volgende dag werd Mulder in een ambulance naar het Sophia-ziekenhuis vervoerd. Bij Dalfsen was echter een controlepost. De leider van de Ordnungspolizei (Grime Polizei), Leutnant Steiner, wilde Mulder meteen doodschieten. Omdat een dode niet spreekt werd hij naar Erika vervoerd. Daar werd Mulder verhoord door o.a. Ahlbrecht en de Nederland se SD'er Wamelink. Zijn wonden waren voor hun van mindere zorg en medische hulp werd hem eenvoudig onthouden. Van een bewaker kreeg hij stiekem nog wel iets te eten.

Ook zag hij een andere arrestant en hoorde dat dit Musch was.

Mulder had wel de tijd gehad om na te denken over zijn verhaal. Hij vertelde de SD dat zijn verwondingen waren ontstaan als gevolg van een luchtaanval, toen hij vanuit Assen naar Zwolle fietste. Toen hij naar een luchtaanval had gekeken was hij door een auto aangereden en gewond geraakt. Hij was toen bij een onbekende boer beland, die hem de volgende dag met een ambulance had laten ophalen. De naam en het adres van de boer wist hij niet.

Bij het verhoor was ook een schijnexecutie opgevoerd. Dat wil zeg gen een vuurpeloton stond klaar en Mulder werd gevraagd of hij nog iets wilde vertellen of hebben. Hij vroeg naar zijn zeggen om zelf het vuurpeloton te mogen commanderen. Hij werd toen weer naar binnen gebracht.

Uiteindelijk is Mulder naar de SD in Arnhem vervoerd. Bij zijn transport was Johannes Mattheus (Johnny) De Droog aanwezig. Dat was een Nederlandse SD'er die veel verzets mensen als V-mann in de val heeft laten lopen. De Droog is op 19 februari 1945 overleden (zelfmoord?).

Mulder is in Arnhem meermalen verhoord en ook tot zijn eigen verbazing is hij na enige tijd in vrijheid gesteld. Zijn betrokkenheid bij de schietpartij op de Hammerweg kon de SD niet bewijzen en zijn verhaal van de luchtaanval is schijnbaar geaccepteerd.

Een ander detail is dat bij het naoorlogse onderzoek door een van de verdachten gesproken wordt over drie Nederlanders die vlak bij het kamp opgepakt waren. Zij zouden op zoek zijn geweest naar neergekomen geallieerde vliegers. Een van deze mannen zou ene Zijgers uit Ommen zijn. Nadat men bij zijn woning in de Wolfskuil was geweest, bleek er nie mand thuis te zijn. Het kan niet anders dat hier bedoeld wordt Jan Seigers, Gerard Jansen en Wicher Dam. Zij zijn inderdaad in die periode opgepakt door de KK.

De SD'er Ahlbrecht had kennelijk na 1945 een selectief geheugen. Van de moord op Musch en de dreiging met executie van Mulder kon hij zich niets heriimeren. Wel wist hij nog dat hij in juni of juli 1944 in Erika was geweest. Dat was vanwege de aanhouding van drie of vier Nederlanders die opgepakt waren wegens het zoeken naar geallieerde vliegers.

Zij waren in het bezit geweest van vuurwapens.

De arrestanten waren in het bezit van persoonsbewijzen en dis tributiekaarten en behoorden tot de EO (Landelijke Organisa tie). Een van de gevangenen noemde de schuilnaam (Jan van Ommen) van degene die hen opdracht had gegeven. Kennelijk was die naam bij Diepgrond bekend en was men al langer naar deze persoon op zoek. Onderzoek in de woning Seigers leerde dat de bewoners kennelijk gevlucht waren.

Ahlbrecht verklaarde verder dat er in dezelfde periode nog drie mannen waren aangehouden. Ze reden in een personenauto, waarvan de bestuurder een leren jas droeg. De auto stond niet op de naam van de bestuurder. De twee andere inzittenden konden niet verklaren waar ze naar op weg waren.

Deze auto bleek na onderzoek van een arts uit Zwolle te zijn.

A.L. W. Ahlbrecht, SD Am- hem (StreekarchiefArn

hem)

Friedrich Anglist Enkelstroth (Streekarchief Arnhem)

(10)

J.M. (Johnny) de Droog (C.B. Cornelissen)

Deze arts werd ook gearresteerd.

De gevangenen Seigers, Dam en Jansen en die uit de tweede auto zijn naar de SD in Arnhem overgebracht. Het verscherpte verhoor

werd door de SD'er Enkelstroth verricht.

Voor wat betreft Musch legde Ahlbrecht een vage verklaring af.

Hij vertelde dat deze man wiens naam hij niet kende en Schwier ook niet wist wat hij had gedaan, heeft gehoord. Hij had daar maar

15 minuten voor nodig. Ahlbrecht kon wel zien dat de man al en kele dagen in het kamp had verbleven (?), hij had echter geen spo ren van mishandeling gezien(?).

Nadat hij opdracht had gegeven dat deze man ook naar Arnhem moest, kreeg hij na korte tijd van De Droog de melding dat deze

man was doodgeschoten. De Droog had de indruk gewekt dat hij deze moord had ge pleegd.

Oene Meek (HCO Zwolle)

LceniHAtit -r-w

Een Nederlandse SD'er bevestigt dat hij samen met Ahlbrecht, Wamelink en een chauf feur naar Ommen is geweest in verband met de aanhouding van drie mannen. Ze werden verdacht van hulp aan geallieerde vliegers. Later op de dag werden in de buurt twee of

drie geallieerde vliegers door de KK gevangen geno- i men.

1 Ook waren nog KK'ers naar een bakker in de buurt van

I Ommen (Dedemsvaart-red.) geweest om hem aan te houden. Dat was niet gelukt, omdat hij niet thuis was.

Ook hij vertelde over de aanhouding van drie marmen

in de auto van een arts.

De bekende Diepgrond werd ook over het een en ander in Erika gehoord. Hij vertelde onder andere over het verhoor van Oene Meek. Meek bleek een van de inzittenden van de tweede auto te zijn.

Diepgrond vertelde dat hij gezorgd had dat de mishandeling van Meek stopte. Ze zouden op weg geweest zijn naar ene "Ton" in Lemelerveld. Verder vertelde Meek dat de garage houder Bontius in Dedemsvaart ook bij het verzet was betrokken. Ton kwam daar ook, want hij had verkering met de dochter van bakker Kwant uit Dedemsvaart.

Van de schietpartij waar Mulder bij was betrokken, vertelde Diepgrond dat dit op de Ham- merweg bij de Eerder Klif ter hoogte van kasteel Eerde was. Een auto (Hanomag) van de daders was ongeveer drie kilometer voorbij Ommen op de weg naar Zwolle aangetroffen.

Op drie van de zitplaatsen lag bloed en de ruiten waren doorschoten.

Het is wel frappant dat alle betrokkenen vrij exact weten wat de anderen hebben gedaan, maar dat hun eigen rol eigenlijk heel minimaal was. De doden en de spoorloze KK'ers kregen de meeste schuld.

Karei Lodewijk Diepgrond heeft na de oorlog acht jaar gevangenisstraf uitgezeten. Hij heeft in Kamp Erika veel mishandelingen gepleegd en was mede verantwoordelijk voor hetgeen zijn ondergeschikten hebben uitgehaald.

In Balkbrug en Dedemsvaart heeft hij volgens afgelegde verklaringen op 24 september 1944 eigenhandig twee mannen vermoord. Bij deze moordpartij was onder andere ook Herbertus Bikker aanwezig.

Een andere bewaker met een twijfelachtige bekendheid, was Driehuis. Hij was nummer drie in de pikorde van Kamp Erika. Persoonlijk heeft hij veel geweld toegepast op gevan genen. Na de oorlog werd hij ter dood veroordeeld en in 1947 werd het vonnis voltrokken.

In zijn verklaringen zijn het vaak dingen die hij zich niet kan herinneren of dat hij op dracht had gekregen. Vreemd is dat hij de doodstraf krijgt en de nummer 1 en 3 weg ko men met een paar jaar gevangenisstraf of vrijspraak.

Twee broers Hartman uit Amsterdam vonden in Erika en in Heerte de dood. In Ommen

werd er een "op de vluchf' neergeschoten en in Heerte werd de andere door een Neder landse bewaker wegens het aannemen van een dreigende houding doodgeschoten.

In Vroomshoop heeft Schwier - althans als je Diepgrond mag geloven - Harm Nieboer doodgeschoten. Verder is er op een vluchter geschoten, die waarschijnlijk ook is overle

den.

In Ane is ook de 18-jarige Arend Schipper op de vlucht door KK'ers van Erika doodge

schoten.

(11)

Erika-'knacker' Rikus van Meerde

vond weg terug naar Ommen

door Mannes Schoppink

Voor Hendrikus van Heerde was de oorlog een gesloten boek. De ervaringen opgedaan in kamp Erika waren voor een flink deel traumatisch geweest. De laatste jaren praat de in middels 88-jarige Zwollenaar er toch weer

over. Hij komt zelfs in Ommen. In het voor- , ■

jaar hebben hij en zijn vrouw Tea een sta- gé-' . •

plek op camping De Koeksebelt nabij de ;

Vecht. Van Heerde gaat dan 's zondags naar ■- \ -'a de hervormde kerk en loopt door de week ii-ls ■ • : "

over de vroegere Markt. „En dan bedenk ik Tjlr

me dat ik er zeventig j aar geleden koolsoep * ^I^ÊÊÊÊÊÊÊ/M -

at uit een stuk krant," schudt hij z'n hoofd. i

„Ik denk dat er maar weinig mensen zijn die . /' $

weten wat er zich destijds daar en een aantal j J J Rikus en Tea van Heerde,

kilometers verderop allemaal heeft afge- februari 2015

speeld."

Razzia

Hendrikus van Heerde (roepnaam Rikus) werd te Zwolle geboren op 31 juli 1926. Na zijn schooltijd kwam hij te werken bij het elektrotechnisch bedrijf Bekius, dat een lampenwin kel had aan het eind van de Diezestraat. Bekius zelf woonde in een mooi landhuis op de Agnietenberg. De ondernemer was zuinig op de jonge Rikus en wilde hem niet kwijt. „Er was niet zoveel werk in de aanleg van elektrische apparatuur en Bekius stelde voor dat ik bij hem in het bos kwam werken," vertelt Van Heerde. „Ik moest alleen wel oppassen wanneer ik 's morgens op pad ging, want er waren regelmatig razzia's." Juli 1944 ging het mis. Op de Diezerkade was het een drukte van belang. Overal liepen Duitsers, voorname lijk soldaten van de Waffen-SS. Vele voorbijgangers werden opgepakt. Zo ook de 17- jarige Van Heerde. „Ik liep gewoon in de val. Ze vroegen me om mijn Ausweis. Die gaf ik

af. Ik had het een en ander gedaan in het achterover drukken van distributiebonnen, maar ik weet niet of men dat op dat moment wist. Ik moest in ieder geval mee. We vormden een ploegje van een man of twintig en werden naar de Berkumschool gedreven." In de school was één groot lokaal. Daar werd alles in gereedheid gebracht voor het transport naar Om men. Eén man trachtte te ontvluchten. Van Heerde ziet het nog voor zich. „Hij wilde door een klein raampje ontsnappen. Dat had hij beter niet kunnen doen. Hij had geen schijn van kans. Hij werd voor het oog van ons allen afgeranseld. We wisten waar we aan toe waren, de toon was gezet."

De gevangenen moesten in colonne naar Ommen lopen. Wie onderweg de weilanden in probeerde te vluchten, werd neergeschoten. Enkele waaghalzen moesten hun actie dan ook met de dood bekopen. Aangekomen op de Markt in Ommen kregen de gevangenen te eten. „Koolsoep was het," weet Van Heerde nog. „Ik had een stuk krant en daar slurpte ik het uit." De gevangenen waren nu dichtbij hun bestemming. „Eerst moesten we de brug over, daarna langs restaurant Ekkelenkamp. Als we nu in Ommen staan, eten we daar wel eens een ijsje. Onvoorstelbaar, wat een verschil met toen. We liepen verder en passeerden de schoorsteen van de melkfabriek. Een eindje voorbij de melkfabriek sloegen we linksaf een bospad in. Daar kwamen we bij Erika terecht."

Bosploeg

Bij het kamp werden de 'knackers' opgevangen door Herbertus Bikker. Van Heerde kan 'de beul van Ommen' nog zo uittekenen. „Het was een dikke, stevige vent. Een ruwe kerel ook. Hij kon heel aardig doen, maar hij was niet te vertrouwen. Wie een grote mond had werd letterlijk in elkaar geslagen." Van Heerde werd ingedeeld hij de zogenoemde bos ploeg. Dat betekende dat er bomen moesten worden gesjouwd. „Tussen de middag was het even schafttijd. Voor ons was er dan weer koolsoep. Bikker zelf at een dikke boterham met een grote klont roomboter erop." Een week of drie bleef Van Heerde in het bos wer ken. Een slaapje uit het westen had een beter idee. „Hij stelde me voor bij hem te komen werken. Hij hielp bij het bouwen van mitrailleursnesten. Hij had het best naar z'n zin, naar omstandigheden dan. De volgende morgen ging ik bij het appèl niet bij de bosploeg staan, maar bij m'n maat. Bikker telde de mensen van de bosploeg. Hij miste er één. Hij begon me daar te schelden en te tieren! Wat duurde dat lang! Het hart klopte in m'n keel. Ineens

(12)

Van Heerde toont de riem

die hij in Westerbork bemachtigde van een Waffen-SS'er

riep Bikker: 'Lopen, ingerukt, mars! Ik zie ze nog weglopen. Ik kon alleen maar stame len: 'Dankjewel, Heer!'. Ik was bij de andere ploeg! Daar had ik het redelijk naar m'n zin.

Met de bosploeg heb ik me nooit meer bemoeid. Mitrailleursnesten bouwen hield in dat we gaten moesten graven en kleine boompjes stapelen voor het geschut."

Prikkeldraad

Op zondag en met Kerst hadden de knackers verlof, dat wil zeggen dat ze de gelegenheid kregen in hun barak te blijven en eventueel bij de poort bezoek te ontvangen. „Mijn moe der en zus zijn ook nog een keer op het kamp geweest. Mijn vader was er niet bij, dit om dat hij bang was zelf te worden opgepakt. Moeder kwam aan met een lekke band. Ik mocht even naar haar toe, maar mocht haar niet helpen. Natuurlijk was dat een emotioneel moment." Van vrijuit praten was voor de knackers en hun bezoek in beperkte mate sprake.

Prikkeldraad ertussen zorgde ervoor dat omarmingen niet mogelijk waren, laat staan zoe nen. Van Heerde kreeg verder nooit bezoek. Tenminste, dat dacht hij. „Op een keer stond er een meisje. Ze was van mijn leeftijd. Ik kende haar niet. Ze kende mij ook niet, maar ik hoorde dat ze voor mij kwam. Ze stelde zich voor als Geertje Marsman. Haar zus Alle bleek een vriendin van mijn zus Jennie te zijn. Haar ouders hadden een boerderij in de Dante. Ze is verscheidene keren bij me geweest. En elke keer moest ze toch de nodige kilometers lopen! Het is heel raar om te zeggen misschien, maar later kreeg ik het gevoel dat er van haar kant misschien wel een beetje liefde in het spel was. Ik stond daar op dat moment niet voor open en vrij snel na de oorlog kreeg ik verkering, dus tja... Geertje bracht altijd wat voor me mee: appels, snoep, kleren... Als de bezoektijd voorbij was, gin gen we in colonne terug naar de barakken. Op een keer had Geertje weer een heel pakket voor me meegebracht. Bij zijn kantoor stond Bereitsschaftführer Wemer Schwier. Hij keek me vals glimlachend aan. Wat ik daar in mijn handen had. Alles werd me afgeno men. Bikker was een sadist, Schwier niet minder."

Over de gruwelijkheden die hij in het kamp zag, wil Van Heerde niet (meer) praten. Daar aan terugdenken grijpt hem nog steeds aan. „Ik heb de luchtaanvallen begin 1945 op het kamp meegemaakt. Het ging allemaal goed. Ik begrijp nog niet dat ik het heb overleefd.

En dan die rotgeintjes van die bewakers. Bikker ging een keer expres, zonder enige aanlei ding, achterop mijn ene klomp staan. De klomp brak, maar ik moest er de rest van m'n tijd op blijven lopen. Voor hetzelfde geld liep je met blote voeten door de sneeuw. Je werd gewoon bikkelhard. Nog zie ik die gevangene aan een paal staan. Hij was al half doodge vroren. Bikker kwam erbij en schoot de man dood. Niet met één, maar wel met dertig ko gels. In 2003 was in Hagen dat proces tegen Bikker. Ik wou me nog opgeven om tegen hem te getuigen. Dat wilden mijn vrouw en kinderen niet. Geen sprake van."

Bevrijding

In het voorjaar van 1945 werd duidelijk dat Duitsland aan de verliezende hand was. Kamp Erika werd om die reden uit voorzorg ontruimd. De circa 300 knackers gingen daarvoor op 5 april van genoemd jaar naar het Drentse Westerbork. De tocht werd te voet afgelegd.

Van Heerde zegt veel 'kwijt' te zijn, maar hij weet nog genoeg. „Het was een helse tocht.

We ovemachtten in Hoogeveen. Er waren veel ontvluchtingspogingen. Wie het probeerde werd neergeschoten. Iedereen was zenuwachtig, ook, misschien wel juist de Duitsers. Ze voelden dat ze gingen verliezen. Ze wisten ook niet zo goed wat ze met ons aan moesten.

Ik liep zó, dat ik zo min mogelijk opviel. Zagen ze maar iets, dan werd je al neer geknup peld. Vreselijk gewoon. De wandeling naar Westerbork was nog erger dan die van Zwolle

naar Ommen driekwart jaar eerder." Westerbork zag er verlaten uit. Joden waren er niet meer, zij waren allemaal weggevoerd. „We werden een barak inge duwd," vertelt Van Heerde. „Er lag nog veel kleding van joden, je moest wat aan. De sokken die er lagen heb ik aan de kant gelegd. Ik ging op een krib liggen.

We deden niets, dan vielen we ook niet op. Poepen en pissen deed je maar ergens in een hoek. Als eten werd ons een stuk kuch toegeworpen. Vreet maar op!

Het was één beestenbende. Drie dagen bleven we in de barak. We werden niet meer mishandeld. Op het laatst deden de Duitsers zelfs aardig tegen ons. Ze

vertelden ons dat we niet naar Duitsland zouden

gaan." Uiteindelijk kwamen Polen Westerbork bevrij den. Van Heerde herinnert zich het enorme gejuich nog, dat in het kamp opsteeg. „Ongelooflijk, wat een lawaai! Iemand van de Waffen-SS eiste mijn klom pen, maar die wilde ik niet afstaan. Hij gooide z'n riem van zich af. Die heb ik ingepikt en heb ik nog

r

(13)

steeds in mijn bezit." In wagentjes gingen de bevrijde gevangenen temg naar hun woonplaats. Van Heerde werd naar Ommen gebracht. Daar werd hij bij de familie Marsman opgewacht door zijn vader en moeder. Even slikt van Heerde. „Het is al zolang geleden! Ik weet niet meer hoe ik eruit ben gekomen en hoe zwaar ik nog was. Veel ben ik vergeten, andere herinne ringen raak ik nooit meer kwijt, daar ga ik mee m'n graf in."

Rikiis van Heerde (midden) bij de 4 mei-herdenking 2014 op kamp Erika

Terug naar Ommen

Na de oorlog pakte Van Heerde zo goed en zo kwaad als dat ging de draad van zijn leven weer op. Al snel kreeg hij verkering met schippersdochter Tea, die op het laatst van de oorlog met haar ouders met schip en al was ondergedoken in het Friese Murmerwoude. In 1951 trouwde het stel. Tussendoor werd Van Heerde nog met zijn leeftijdsgenoten uitge zonden naar Nederlands-Indië. Drie zoons werden uit het huwelijk geboren. Ze wonen inmiddels verspreid over het land in Zeewolde, Best en Zwolle. Anno 2015 zijn er zes kleinkinderen en vier achterkleinkinderen. Tijdens zijn werkzame leven verdiende Van Heerde zijn boterham bij de IJsseleentrale. Hij is al enkele decennia gepensioneerd. Meer dan 65 jaar was de oorlog taboe en tabee voor de Zwollenaar. Daar kwam enkele jaren geleden verandering in. Van Heerde ging voor het eerst bewust terug naar Ommen. De vroegere 'knacker' ging zelfs de herdenkingen die op 4 mei op Erika werden georgani seerd, bezoeken. Hij is dan 'toch in de buurt', in het voorjaar zijn de Van Heerdes te vin den op camping De Koeksebelt. „Op een of andere manier had Ommen voor mij weer aantrekkingskracht. Terwijl ik daar vroeger niets van moest hebben. Een van mijn kin deren stond wel eens met de caravan op de Besthmenerberg (op de plek van het voormali ge Erika, ms), nooit ben ik er geweest. Nu eten we soms een ijsje bij Ekkelenkamp. Dan zit ik daar en zie mezelf weer voorbij marcheren." Van Heerde ging zelfs vragen of ie mand Geertje Marsman nog kende. „Kerkmensen wisten me te vertellen dat ze in het wes ten van het land moet hebben gewoond, maar inmiddels was overleden. Natuurlijk, ik had haar graag nog eens ontmoet, maar na de oorlog heb ik haar nooit weer gezien."

Volgens Van Heerde heeft de mensheid niets geleerd van de Tweede Wereldoorlog. „Als je toch die man in die kooi ziet die levend werd verbrand, dan denk ik: waar heb ik nou

voor gezeten? Dan raak ik ook met mijn geloof in de war. Hoe kan het, hoe is het moge lijk?! En toch, ik hoop op 31 juli 89 jaar te worden, ik kan zeggen dat de Heer altijd bij me is geweest. Als je nooit iets hebt meegemaakt, is geloven een stuk gemakkelijker. Ik weet écht dat er een god bestaat. Zonder God had ik het nooit gehaald. Nooit en never. Vorig jaar stond ik op de roltrap bij de Action in Ommen. Ik keek om me heen en dacht: hier heb ik vroeger uit een krant koolsoep gegeten. En ik moest er nog om lachen ook."

Noten:

1. Herbertus Bikker (Wijngaarden, Alblasserwaard 15 juli 1915 - Haspe, Duitsland 1 november 2008) kreeg in 1949 de doodstraf voor zijn daden als bewaker van Erika en voor twee moorden die hij had gepleegd (waaronder die op verzetsman Jan Houtman op 17 november 1944). Later werd de straf omgezet in levens

lang. Hij ontsnapte op Tweede Kerstdag 1952 uit de Koepelgevangenis in Breda. Hij vluchtte naar West- Duitsland en hoefde daar slechts tien Marken te betalen vanwege illegale grensoverschrijding. In 2003 werd geprobeerd hem alsnog veroordeeld te krijgen, maar de Duitse rechter hield hem vanwege gezondheidsrede nen de hand boven het hoofd. De oorlogsjoumalist Amold Karstens maakte op 29 april 2009 de dood van Bikker bekend. Een halfjaar eerder was 'de beul van Ommen' een natuurlijke dood gestorven.

2. Wemer Schwier (1907-1971) was een Duitse ex-paardenslager die zich ook wel Herr Doktor liet noemen.

Hij richtte in 1941 het strafkamp Erika op. Na de oorlog werd hij gevangengezet in Brussel, maar hij wist naar Duitsland te ontsnappen.

3. Geertje Marsman (Dante, Ambt-Ommen 19 september 1925 - Rozenburg 7 december 2012) was het vijfde uit het negen kinderen tellende gezin van Hendrik Marsman (1894-1945) en Annigje Soepenberg (1891-1975). Ze trouwde op 13 december 1957 met Comelis Pot (1923-2008). Het paar woonde op het eiland Rozenburg (Zuid-Holland). Hun vier kinderen werden in een Vlaardings zie kenhuis geboren.

Op de foto een deel van het gezin van Hendrik en Annigje Marsman-Soepenberg rond 1940. De familie woonde op een boerderij aan de voormalige 2e Danteweg in Ommen. Geertje staat tweede van rechts (met dank aan de familie Pot te Rozenburg).

Bronnen:

'Nederland gedenk', gedenkboek van het Nederlandse concentratiekamp Erika te Ommen, samenge steld door veertig oud-gevangenen. Seinen De Krim, 1946.

'Knackers achter prikkeldraad / Kamp Erika bij Ommen', 1941-1945, Gusta Veldman, uitgeverij Matrijs

1993.

'Tradities in Ommen', Elleke Steenbergen, IJsselacademie, 2014.

www.oudommen.nl.

11

(14)

Op 29 juni 1945 werd Jacob Philip Musch met militaire eer herbegraven in Ommen, waar hij zijn laatste mstplaats kreeg.

In de kennisgeving van de begrafenis

schreef de familie Musch:

"Ten offer gevallen als gevolg van een gruwelijken moordlust is zijn verminkte lichaam teruggevonden in de bosschen van Ommen. Met den inzet van eigen leven heeft hij het hoogste offer ge

bracht waar hij zich toegelegd had op het redden van kinderen. Zijn kort doch vreeselijk lijden is overgegaan in een aanschouwen van de Heerlijkheid Gods. Gods verbond is ons allen tot

troost."

F

Jaap Musch in Kamp Erika vermoord

Marietje Rhee-Luttekes

Een aantal jaren geleden bezocht ik, zoals elk jaar op de eerste meidag, het graf van mijn ouders op de Begraafplaats aan de Hardenbergerweg. De zon scheen en ik wandelde langs enkele paden, bekeek de graven en las de namen op de veelal verweerd-grijze grafstenen van mij bekende en onbekende overledenen.

Aan een pad, dat tegen de heg ligt, kwam ik bij een graf, waarvan ook de tekst op de steen mijn bijzondere aandacht trok.

Sinds ik deze tekst las moest ik er steeds weer aan terugdenken. Ik vroeg me af, wie Jacob Philip Musch was en hoe het kwam, dat hij in Ommen gefusilleerd werd.

Met het gevoel een indiscrete toeschouwer te zullen zijn bij een gevoelige geschiedenis, waarbij nieuwsgierigheid ongepast is, ging ik op zoek naar de historie. Wat ik vond is waard te worden doorgegeven.

Het is een deel van de geschiedenis uit de donkere oorlogsjaren van Ommen, maar meer nog van een moedige man en zijn diep-trieste levenseinde.

Om over het laatste deel van het leven

van Jaap Musch te schrijven moet eerst worden temggegaan naar de eerste oor logsjaren met de nadruk op Amsterdam.

Ml

\mn PUST

lONZE ccM'NDE, ZOOMENhPOLDfÖ

JACOb PHIÜP MÜ5CH

fütö.fi MAART t9t"5Tf,.AM5J£ftDTf'il

OEf'USILL-hPa

■'SEPItMöfcft l944.TK0MMeN

Ih^ilBrfiPAVEN MEI Mi | rrftlPl FrEPl

2y JUNI 194 5 5O0 NAM .HEM OP IN

ZüfiE HEEPL'-.'KHEiD

Vanaf het begin van de oorlog werd het leven en de vrijheid van de joodse inwo- ners steeds meer beperkt. Ze mochten o.a.

K . niet meer in bepaalde beroepen werk-

jjjjH zaam zijn en b.v. niet in dienst zijn van _ ■■■ overheid, die onder het "gezag" van de

bezetter stond. Op 15 september 1941 had de bezetter een verordening uitgevaardigd:

Het is joden verboden deel te nemen aan openbare bijeenkomsten en gebruik te maken van openbare inrichtingen voor zover zij bestemd zijn om de bevolking ontspanning, tijd verdrijf en voorlichting te bieden, (www.hollandscheschouwburg.nl/geschiedenis/theater/

joodsche-schouwburg)

De bekende Hollandsche Schouwburg werd daama, in oktober 1941, door de bezetter aangewezen alleen voor joodse artiesten, die uitsluitend voor joods publiek mochten op treden. De Joodsche Schouwburg, zoals het gebouw sindsdien werd genoemd, hield tot in de zomer van 1942 de functie van theater en kreeg daama de bestemming als verzamel plaats voor joodse inwoners, die een oproep - een bevel - hadden gekregen zich daar te

12

(15)

TM

meijerink | grafisch bedrijf drukken printen sign vormgeving

Bloemendalstraat 3,7721 AL Dalfsen Postbus 27, 7720 AA Dalfsen

T 0529 432512

E info@drukkerijmeljerink.nl I www.drukkerijmeijerink.nl

Voor een zeer

uitgebreide oogmeting!

wh wish

De koffie staat klaart

Sjaco Aalbers Brugstraat 22 7731 CT Ommen 0529 728990

H OV u iskes ENIER

Varsenerweg 14,7731 PZ Ommen 0529-451091 / 06-21488936

email: jhuiskes@xs4all.nl

faxnr: 0529-46301 1

Jaap Huiskes

OMMER AUTOMATEN

ZORGBOERDERIJ BOERENGOLFBOERDERIJ.NL

't SchötfmcKsfiiei*

Oerjande en flkx Suitenhuis-Ueurink Karshoekweg T 7737 PP Stageren

0529 S-5 72 70

gjdveurink@hetnét.nf

www.schottincksf1ier.coin

Dè zorgboerderij voor dagbesteding voor (jong) volwassenen en oudere

Voor professioneel autoschadeherstel

Huysmans

autoherstel I Ommen AiB S

Strangeweg 20 7731 GW Ommen Tel. (0529) 451146 info@abshuysmans.nl www.abshuysmans.nl

FOCWA

reparatie totale autoschade

gratis vervangend vervoer

aangesloten reparateur voor;

Univé, interpolis, Achmea en

Inshared verzekering

4 jaar FOCWA garantie

DOIJWE'S

DUMP

DUMP, OIJTDODR & MDRIÜ

STUANGEWKG », OMMEN 052» 1511»1 WWW.OOIJWILSIHJMP.NL

Bandenservice Ommen B.V.

voor volledig technisch onderhoud

Hbo™

Bosch Ctir Scrvioe IMCO

Nieuwelandstraat 1 7731 TH Ommen

Tel. (0529) 45 37 84

www.bandenserviceommen.nl

GROTE EN KLEINE BEURTEN

OOK VOOR APK-KEURINGEN

BRUIMiNK

Rijwielen I Bromfietsen

B.J. Brunink

Bermerstraat 1, 7731 CZ Ommen, Telefoon (0529) 45 14 70 (tegenover Postkantoor)

(16)

VAN DER

MOST

Brood I Banket I Lunchroom I Chocolate www.bakkerijvandermost nl

SCHILDERSBEDRIJF!

é,

•li

r

M ii, ERK£ND

GLAS- VERF- BEHANGSPECIAA12AAK

Van Elburg Ommen

SchuTinkstraat 22a - 7731 GD Ommen Tel. [0529] 45 24 41 - Fax [0529] 45 62 56

Autocentrum

Uw Renaultdealer voor het Vechtdal

RENAULT Passion forllfe

■\CJAeiAï.' FOCWA

EUROGARANTöEBftyF

Stationsweg 24

7731 AX Ommen Tel. 0529 46 99 00

www.cents.nl

makelaars

JANSEN

Qfl vastgoedcsrt

NVM hA gecertificeerd

Markt 32, Ommen T +31 529 451121 www.go-makeiaars.nl

slaapkenner"

TOUWEN

ervaar het verschil

Een goed siaapadvies begint bij Slaapkenner Touwen

Schurinkstraat 26A e 7731 gd Ommen Telefoon (0529) 451716

Fax (0529) 456672 Partner van Vivante Touwen Be Home

E-mail: info@vivantetouwen.nl

Restaurant Pannenkoekenhuis

Zalencentrum en Catering

Een Omme(n)tje waard!!

met speeltuin

Familie Loode Lemelerweg 13

7731 PR Ommen

Tel. (0529) 45 17 23 www.denieuwebrugommen.nl

Lennips »

VASTGOED ON

-ttotaai ofdffhOLid 2»-uui dffTWOi lc : . .r

- J.d Uur giosservir

totaal onderhoud schilderwerk

onderhoudsplan 24-uur glasservice

Vestiging Hardenberg

T 0523 272051

Vestiging Ommen

T 0529 450313

lennips.nl

[e]BOVAI!

BOVAG BEDRIJVEN

een compleet

^mkket occasions

Q VW-Audi dealer

Oostendorp Balkerweg 10, Ommen tel. (0529) 45 36 59

©Toyota dealer

Van Leussen De Brink 2, Ommen tel. (0529) 45 12 61

© Dalhatsu en Hyundai specialist

Autobedrijf Dunnewind Veldkampweg 29, Ommen tel. (0529) 45 19 60

QSuzuki dealer

Schuurhuis

Vermeerstraat 2, Ommen tel. (0529) 45 46 00

0 Peugeot dealer

Autopalace Patrijsstraat 1, Ommen tel. (0529) 45 14 71

Q Renauit dealer

Cents bv

Stationsweg 24, Ommen tel. (0529) 46 99 00

Q Citroen agent

/VV.C. Bouwman

Hammerweg 3-5, Ommen tel. (0529) 45 62 47

Keuze uit ruim 400 occasions! www.hetrondjeommen.nl

Het comfort van nu, het gevoel van toen

de kwaliteit van

de Lange Keukens JW

Eskampweg 4a, 7731 TA Ommen.

Tel. 0529-46 25 00 Fax: 0529-46 26 00

www.delangekeukens.nl Het lekkere leven

BERNA'S

HAIRFASHION

Markt 14 - 7731 DB Ommen

Telefoon 0529 45 63 94 - www.bernashairfashion.nl

rGROEN

Patrijsstraat 3-5, 7731 ZL Ommen Tel. (0529) 45 22 03, Fax (0529) 45 63 54 info@installatietechniek-groen.nl www.installatietechniek-groen.nl

■ Sanitair

■ Service en onderhoud

■ Zonne-energie

■ Warmtepompinstallaties

■ Elektra

■ Loodgieterswerk

■ Centrale verwarming

■ Dak- en gootwerk

lINSTAi

J UnetoVni

Arjan van dei"

Veen

hoveniersbedrijf www.arjanvanderveen.nl

Woestendijk2 • 7738 PL Witharen

T0523-676116 • M 06-506 450 81

ontwerp aanleg

onderhoud

vijvers boomverzorging

renovatie

sierbestrating

(17)

melden. Velen voldeden aan de oproep, anderen ■ weigerden hun huis te verlaten en werden later op gehaald. Weer anderen kozen er voor te vertrekken om onderdak te zoeken bij familie, vrienden, ken nissen of ze doken onder bij vreemden.

Tegenover stond de schouwburg De Crèche, hierin was voor de oorlog een kinderopvang gevestigd.

Directrice was de alom gewaardeerde Henriëtte Pi- mentel*. In oktober 1942 werd het gebouw door de bezetter gevorderd om het te gebruiken als kinder opvang speciaal voor joodse kinderen. Dit waren jongens en meisjes tot twaalfjaar, gescheiden van

hun ouders, die in de Schouwburg waren opgeslo ten. De kinderen verbleven er tot het tijdstip, waar op zij met hun ouders gedeporteerd zouden worden.

Jacob Philip Musch, geboren en getogen in Amster dam, was een van de mensen, die zich steeds grote re zorgen maakten over de positie van de joodse medeburgers en vooral ook over de toekomst van

de kinderen in De Crèche. Gedreven vanuit zijn geloofsovertuiging, hij groeide op in een gereformeerd gezin, besloot hij zich daadwerkelijk voor de kinderen in te zetten. Hij richt te, samen met zijn broer Gerard* en hun vriend Dick Groenewegen van Wijk* een ver zetsgroep op, die zich de NV (Naamloze Vennootschap) noemde. De NV kwam in contact

met Joop Woortman* (schuilnaam Theo de Bruin) die als taxichauffeur veel mensen ken de en zijn vrouw Semmy, met hen werd intensief samengewerkt.

De NV stelde zich tot doel zoveel mogelijk betrouwbare mensen te vinden, die hun huis wilden openstellen om kinderen (soms ook volwassenen) een veilige onderduikadres te

bieden.

Jacob Philip Musch

Jaap verhuisde in september 1942 naar het zuiden van het land. waar hij werk gevonden had als chemisch analist bij de Staatsmijnen. Door bij de mijnen te werken zou hij zijn vrijgesteld van de Arbeitsdienst, bovendien was het van daaruit beter mogelijk om onder duikadressen te vinden. Toen hij in Heerlen de gereformeerde dominee Pontier* leerde kermen bracht deze hem in contact met de familie Bockma, die in een boerderij aan de rand van Heerlen woonde. Jaap Museh was inmiddels gestopt met zijn werk bij de Staats mijnen om zich volledig te kunnen wijden aan het NV-werk. Hij dook als Jaap Vogel on der bij Bockma en de boerderij werd het hoofdkwartier van de NV.

Ds. G.J. Pontier was predikant van de grote Gereformeerde Kerk in Heerlen. Daar, in Heerlen en later in de wijde omgeving, trokken Jaap, Gerard en Dick er op uit om onder duikadressen te vinden. Pontier had het goede voorbeeld gegeven door zelf ook twee jood se pleegkinderen in huis te nemen en menig gezin bleek bereid om joodse kinderen onder dak te geven. De NV stelde daarbij steeds als voorwaarde, dat de pleegouders de kinderen goed moesten behandelen en hen volledig in de gezinnen zouden laten integreren. Er werd dan ook door de NV op toegezien, dat het de kinderen goed ging en de pleegouders zich aan de afspraken hielden.

In juni 1943 werd het hoofdkwartier gevestigd in Brunssum ten huize van het elf kinderen tellend gezin Vermeer. Dochter Truus (met haar verloofde Cor Grootendorst) en zoon Piet hielpen de NV door kinderen te begeleiden tijdens de risicovolle treinreizen naar de nieu we verblijfjrlaats.

Er moest voor de vele onderduikers ontzettend veel georganiseerd worden, zoals het ver krijgen van extra distributiekaarten, geld, kleding en schoeisel. Bovendien waren er per soonsbewijzen nodig voor de NV om deze te vervalsen tot identiteitsbewijs "op schuil naam". De NV onder leiding van Jaap was erg actief en kreeg veel gedaan bij - en hulp van - particulieren, ambtenaren en bedrijven. Regelmatig werd beroep gedaan op de gees telijkheid om te weten te komen aan welke personen wel, of beter niet, een bezoek kon worden gebracht om een nieuw onderduikadres te vinden.

In Amsterdam smeedden de gemotiveerde Walter Süsskind*, beheerder van de Schouw burg en Henriëtte Pimentel plannen om kinderen te laten ontsnappen. Een van de zeer ge wenste handelingen was hun creativiteit op de beide administratiesystemen los te laten,

13

(18)

Grootestraat 122, Nijverdal

I

zij lieten namen verdwijnen, zodat het niet zou opvallen als er kin

deren "ontvoerd" waren.

Kinderverzorgsters stelden zich hulpvaardig op om het verdwijnen goed te laten verlopen.

's Avonds, als het donker was, werden de kinderen via de speel plaats van De Crèche in de tuin van de naastgelegen school gehol pen, waar "het verzet" al wachtte en hen door de school "naar buiten" bracht. Daarna gingen de kinderen op reis. Andere ontsnappingen werden soms letterlijk onder de ogen van bewakers, die werden afgeleid, uitgevoerd.

Evenals de NV zetten ook andere groepen zich in om zo veel mogelijk kinderen op een veilige plek onder te brengen.

Jaap Musch, oprichter en leider van de NV, zette lijnen uit door het gehele land en vond met hulp van anderen overal, maar vooral in het zuiden en het noorden van het land, ge zinnen waar kinderen welkom waren. In het vooijaar van 1944 ging Jaap naar Nijverdal, waar de familie Flim in het bezit was van een zomerhuisje. Jaap vervoegde zich bij me vrouw Flim en vertelde haar, dat hij dit zomerhuisje wilde huren om er tijdelijk joodse meisjes in onder te brengen in afwachting van een onderduikadres. De familie stelde zich welwillend op. Jaap Musch en Truus Vermeer maakten het zomerhuis gereed en weldra logeerden er vijf joodse meisjes. Herman Flim, zoon des huizes, sloot zich meteen aan bij

de NV.

Na een poosje werd er les gegeven door Marie Amold. Zij was onderwijzeres. De meisjes hadden er naar alle waarschijnlijkheid een fijne zomer, totdat er in september 1944 bezoek

kwam ...

In de eerste week van september kwam de commandant van Kamp Erika in gezelschap van bewakers bij het huisje tijdens een zoektocht naar een verdwenen auto en "gestolen"

benzine, die in het bos verstopt zou zijn. Het leidde tot de arrestatie van Jaap, waarna hij werd meegenomen naar Erika. Ondanks de zware mishandelingen tijdens het verhoor bleef Musch zwijgen., hij liet niets los. In de avond werd hij mee naar buiten genomen en na enige tijd te hebben gelopen vermoord. De volgende ochtend werd hij begraven op het

terrein van Erika.

Wat Roosje Colthof (geboren 16 november 1931) vertelde:

"We gingen die dag uit wandelen, acht kinderen uit De Crèche. Onze verzorgers hadden gezegd dat we extra veel - laagjes - kleren moesten aantrekken. Toen we onderweg waren vertelden begeleidsters dat we steeds langzamer en achter elkaar moesten gaan lopen, an dere volwassenen zouden met ons verderlopen en we zouden ook op reis gaan. Ik werd, met andere kinderen, door Gerard Musch, de broer van Jaap, per trein naar Limburg ge bracht, waar ik terecht kwam bij een gezin in Blerick. Na enige tijd, begin december 1943, vertrok ik uit het gezin in Blerick en gingen we naar Hengelo, daar sliepen we één nacht.

De volgende ochtend vervolgden we onze reis naar Nijverdal. De familie Krommendijk heeft me toen opgenomen. Ik kreeg een andere naam en heette sindsdien Rosien van Vliet.

In een zomerhuisje van de N V-contactpersoon Flim uit Nijverdal logeerden vijfjoodse meisjes. Ze waren daar onder de hoede van Jaap Musch. Een onderwijzeres van de gere formeerde lagere school in Nijverdal, Marie Amold, ging na schooltijd regelmatig naar het zomerhuisje om de meisjes les te geven. Het was er erg gezellig. Ik ging er dan ook vaak naar toe en speelde o.a. met de meisjes, Lenie, (Lea), Greetje, Rormie en een meisje dat ook Greetje werd genoemd.

Op een dag werd het zomerhuis ontdekt. Toen ik kwam aanlopen zag ik, dat er Landwach- ters aanwezig waren. Jaap had niet kunnen wegkomen, want hij wilde de mannen aan de praat houden, zodat de meisjes het bos in konden vluchten. Hij was gearresteerd en mee

genomen.

Ze vroegen me wat ik kwam doen en ik heb maar iets verzonnen. Ze hebben me samen met Marie Amold en de dochter van het schoolhoofd een paar uur vastgehouden, toen lie ten ze me gaan. Ik ben toen naar het huis van Flim gelopen.

Herman Flim is later het bos ingegaan om de andere meisjes te zoeken. Omdat het in het

14

(19)

zomerhuisje te gevaarlijk zou zijn en voor mij ook bij de familie Krommendijk, bracht Herman ons allen naar Lemelerveld, waar we tijdelijk konden onderduiken. Ik kwam daar na in een heel fijn pleeggezin terecht en beleefde er de bevrijding. Van mijn familie zag ik niemand terug, tot op de dag dat een oom mij vond en mij in zijn gezin opnam. Mij, met mijn oude wat versleten pop met mooie bruine ogen, die ik steeds bij me had gehouden.

Het verpleegstersuniform dat deze pop droeg, had ik zelf gemaakt toen ik ongeveer negen jaar was, in gelukkiger tijden.

Jaap werd, zo hoorde ik later, nadat hij gearresteerd was, naar Erika in Ommen gebracht.

Hij werd er met geweld verhoord, mishandeld, maar had niets losgelaten. Na het verhoor werd hij gefusilleerd. Zijn persoonlijke bezittingen werden verdeeld door zijn broer. Ik kreeg Jaaps zilveren potlood."

In 1980 werd aan Jacob Philip Musch de Yad Vashem-onderscheiding "Rechtvaardige onder de Volkeren" toegekend.

De NV, waarvan met zekerheid kan worden gezegd 231 joodse kinderen het leven te heb ben gered, als groep kreeg voor haar werk, ook de Yad Vashem-onderscheiding.

* Dick Groenewegen van Wijk werd op 9 mei 1944 gearresteerd, in Duitsland tewerkgesteld, maar zag kans te ontvluchten en keerde terug naar Brunssum.

* Gerard Musch werd op 9 mei 1944 gearresteerd, in Duitsland als gevangene tewerkgesteld en op 20 april 1945 door de Russen bevrijd.

* Henriëtte Henriquez Pimentel werd op 26 april 1943 gearresteerd en overleed op 17 september in

Auschwitz

* G.J. Pontier werd begin oktober 1943 gearresteerd en na enige tijd weer vrijgelaten.

* Walter Süskind was een Joodse Duitser, die in 1938 besloot naar Nederland te verhuizen. In

Amsterdam werkte hij bij de Joodse Raad. Hij werd door de Duitsers vertrouwd en was daardoor in staat ca. 600 kinderen te helpen ontsnappen. Hij werd met zijn gezin gearresteerd, op 2 september 1944 op transport gesteld naar Theresienstadt, hij kwam om het leven op 28 februari 1945 op een onbekende plaats.

* Joop Woortman werd gearresteerd. Hij overleed op 13 maart 1945 in Bergen-Belsen.

bronnen:

- Roosje Colthof

- Limburgs Dagblad d.d. 25 mei 1977, 26 mei 1977, 27 mei 1977 '"Uit het zuiden geen nieuws" (auteur Jan van Lieshout) - www.hollandscheschouwburg.nl

- www.verzetsmuseum.org - www.wikipedia.org

- Psychotraumanet: De NV en de Joodse kinderen, 1940 - 1945 (auteur Bert-Jan Flim)

Jaap Musch is na zijn arrestatie in Kamp Erika terecht gekomen. Tijdens het verhoor werd hij zwaar mishandeld en in de avond meegenomen naar buiten en daar vermoord. De vol gende ochtend werd opdracht gegeven het lijk te begraven op het terrein van Erika.

In juni 1945 werd het lichaam opgegraven. Het werd door Herman Flim geïdentificeerd aan de kleding herkend als van Jacob Philip Musch.

Redactie: Betrokkenen van de moord op Jaap Musch zijn, van links naar rechts: Ahl- hrecht, Wamelink en De Droog. Laatstgenoemde ging er prat op dat hij dodelijke schot had gelost. Deze heren waren meermaals in Kamp Erika om gevangen te ondervragen of mee te nemen naar de SD in Arnhem. Van bekentenissen was geen sprake bij de heren.

Men gaf het liefst de schuld aan mensen die spoorloos waren of waarvan bekend was dat ze dood waren. Dat laatste gold b.v. voor luitenant De Jong en Johnny de Droog.

15

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

den kunnen worden, hebben zij zich echter niet georganiseerd, vormen geen gesloten groep en veroorzaken geen feitelijke tegenstellingen.... Geconstateerd wordt dat in

In 1942 heb ik drie Joden bij mij laten onderduiken: een echtpaar en een man die ik uit Amsterdam had gehaald. Mijn huis was nogal klein was en ik had intussen zes kinderen en

N.B. Dit geldt ook voor de beide aangelegde spoorbanen in het bos ten zuiden van de overweg naar de Sahara in Eerde. Eén van deze banen is later gebruikt voor de aanleg van

toonden zich terzijde hier van oude bekenden in de gedaante van zonnedauw, vetbiad en dat aardige orchideetje, Platanthera bifolia of welriekende nachtorchis, dat de flora als vrij

Gerrit Veurink had het aangezien voor spel, maar bedacht zich nu geen moment, dook in het water en met forse slagen zwom hij naar de plek waar de twee onder water waren verdwenen..

Westenberg kan ook geen hervormde Gemeente, met ouder lingen en diakenen in Ommen hebben gehad, want in 1603 wordt Hendrik Petri eigenmachtig door de magistraat van de Stad

Toen de Duitse bezetters niet alleen het reizen naar het buitenland verboden, maar ook haar werk voor de padvinderij, vertrok ze voor langere tijd naar Ommen.. De

Boerderij “De Driehoek” werd gebouwd in 1896 op naam van Van Haeringen. Het was voor die tijd een enorme grote boerderij van 20 meter breed en 50 meter diep.In 1920 brandde