• No results found

(1)BESLU IT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "(1)BESLU IT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BESLU IT

Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

Numrner 103364 / 103364/26 BT1442 Betreft zaak: Wijziging tariefbesluit flex 2011

Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 82, vierde lid, van de Gaswet

Inleiding

1. Met dit besluit geeft de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hierna: de Raad) uitvoering aan artikel 82, vierde lid van de Gaswet. Op grond van dit artikel stelt de Raad jaarlijks de tarieven vast die de netbeheerder van het landelijk gastransportnet in rekening brengt voor de uitvoering van een aantal wettelijke taken.

a. De tarieven die de Raad met dit besluit vaststelt, zijn de tarieven ter uitvoering van de taak van de netbeheerder van het landelijk gastransportnet welke is genoemd in artikel ma, eerste lid, onderdeel d van de Gaswet: het aanbieden van flexibiliteitsdiensten aan een ieder die daarom verzoekt, voor zover de in artikel 54, eerste lid, van de Gaswet bedoelde rechtspersoon een economische machtspositie heeft op de markt vow flexibiliteitsdiensten

(hierna: het aanbieden van flexibiliteitsdiensten).

(2)

3. De Raad heeft met zijn besluit van 23 maart 2011, kenmerk 103364/14, het kwartaaltarief voor de flexibiliteitsdienst ten behoeve van het tweede, derde en vierde kwartaal van 2011

reeds vastgesteld op € 2,76 / m' (n;35,17) / u / kwartaal. Dit besluit is in werking getreden op 1 april 2011.

4. Tegen het besluit van 23 maart 2011 is bij brief van 3 mei 2011, kenmerk LTF 11.0960, op nader aan te voeren gronden bezwaar gemaakt door de netbeheerder van het landelijk gastransportnet, Gas Transport Services B.V. (hierna: GTS).

5. De Raad heeft ambtshalve geconstateerd dat het besluit van 23 maart 2011 enkele gebreken kent en derhalve dient te worden gewijzigd. De Raad licht dit hieronder toe.

2 Wijziging van het besluit van 23 maart 2011

6. In het besluit van 23 maart 2011 heeft de Raad onder meer in de randnummers 41 tot en met 44 als volgt overwogen:

41. In voorkomende gevallen kan de Raad op basis van het methodebesluit — naast afwijkingen van de kosten — ook afwijkingen in het verkochte volume nacalculeren.

Wanneer het door de netbeheerder van het landelijk gastransportnet verkochte volume hoger of lager is dan voorafverwacht, kan het voorkomen dat hij in een jaar meer of minder verdient dan de vooraf geschatte redelijke kosten. Dit verschil kan in een toekomstig tariefbesluit worden verrekend. Naast de redelijke kosten, mag de netbeheerder van het landelijk gastransportnet elk jaar een fonds vormen om tegenvallende verkopen aan het einde van de reguleringsperiode op te vangen.' GTS hanteert hiervoor in zijn tariefvoorstel een opslag van zo% op de in randnummer 39 genoemde kosten.

42. Ten aanzien van het aantal in 2011 te verkopen eenheden heeft GTS in zijn brief van 17 december 2010 het volgende aangegeven: "Voor de jaardienst zijn er ca. 55.000 eenheden verkocht. Voor de kwartaaldienst Q7 zijn er mow eenheden verkocht. In totaal ca. 75.000 eenheden (75.912) die zijn toe te rekenen aan Combex Qt. Deze gerealiseerde hoeveelheden zijn meegenomen in het gewijzigde tariefvoorstel poor Combijlex Qt en als venvachting in het tariefvoorstel voor Nomjlex (Q2-Q4). In de voorgaande twee jaren zijn er ook geen kwartaaleenheden verkocht in de periode Q2-Q4."

' Zie randnummer 28 van het methodebesluit.

(3)

Nqa

Hierbij merkt GTS op dat er medio december 2010 in de eerste verkoopronde significant minder is verkocht op de dienst dan eerder begroot bij indiening van het oorsprankelfike tariefvoorstel van 31 augustus 2010. Het uiteindelijke tariefvoorstel voor 2011 resulteert hiermee in een kwartaaltarief (Q1) van € 2,01 en een

kwartaaltarief (Q2, 3 of 4) van 3,31 voor het aanbieden van flexibiliteitsdiensten (Combiflex A en B in Q1 en Nomflex in Q2 tot en met Q4).

43. De Raad constateert dat het herziene tariefvoorstel een zeer actuele inschatting bevat van het aantal in 2011 te verkopen eenheden. Het is bovendien niet zeer waarschijnlijk dat dit aantal nog significant zal stijgen: GTS geeft in het herziene tariefvoorstel aan dat in de voorgaande twee jaren — 2010 en 2009 — ook geen kwartaaleenheden meer zijn verkocht in de periode Q2 — Q4.

44. De Raad is dan ook van oordeel dat het in het methodebesluit gedentificeerde risico dat de vaste kosten van de netbeheerder van het landelijk gastransportnet niet kunnen worden terugverdiend in 2011 nagenoeg afwezig is. Mocht dit risico zich in 2011 toch nog manifesteren, dan beschikt de netbeheerder van het landelijk

gastransportnet over het fonds dat de afgelopen jaren is gevuld met de 20%-opslag.

Hierbij merkt de Raad op dat dit fonds tot op heden nog niet is aangesproken. Naar het oordeel van de Raad is er derhalve geen noodzaak om op de tarieven voor 2011 een opslag te hanteren. De Raad neemt de in het herziene tariefvoorstel voorgestelde kostenpost 'fondsvorming' niet over en verIaagt het eindtarief dienovereenkomstig.

7. In de hiervoor aangehaalde randnummers heeft de Raad overwogen dat er geen aanleiding is om de in het herziene tariefvoorstel van GTS voorgestelde kostenpost 'fondsvorming' over te nemen en te verdisconteren in het tarief. Deze overwegingen berusten evenwel op een onjuiste Iezing van het aan het besluit van 23 maart 2011 ten grondslag liggende methodebesluit van 25 augustus 2008, met kenmerk 102651/103.

8. In dit methodebesluit is overwogen dat een manier om de hoogte van de eventuele naheffing aan de shippers te verlagen is om GTS toe te staan een fonds te vormen door middel van een opslag op tarieven. De Raad heeft GTS de mogelijkheid gegeven om met ingang van 1 januari 2009 een extra risico opslag van 2o% op het jaarlijks te berekenen tarief in rekening te brengen. in randnummer 29 van het methodebesluit overweegt de Raad vervolgens: "Mn het einde van de periode van 7 januari 2009 tot en met 31 december 2077 vindt nacalculatie plants over deze periode. Een eventueel tekort of overschot wordt gesaldeerd met de opgebouwde reserve. Een hierna resterend overschot of tekort worth verrekend met de shippers naar rato van het gemiddelde bedrag waarvoor een deelnemende shipper flexibiliteit heeft gecontracteerd over de periode van 7 januari 2009 tot en met 31 december

2011".

(4)

9. Het methodebesluit bepaalt derhalve dat een ultimo 2011 resterend overschot of tekort wordt verrekend met de shippers die flexibiliteit hebben gecontracteerd over de periode van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2011. Ook met de shippers die in het tweede tot en met het derde kwartaal van 2011 flexibiliteit hebben gecontracteerd zal door GTS, naar rato van het gemiddelde bedrag van de door hen gecontracteerde flexibiliteit, het resterende overschot of tekort worden verrekend terwip deze shippers ingevolge het besluit van 23 maart 2011 niet hebben bijgedragen aan de vorming van het fonds. Dit houdt tevens in dat er geen verrekening plaatsvindt door middel van eventuele toekomstige tariefbesluiten.

10. De Raad stelt vast dat het methodebesluit heeft bedoeld te regelen dat met alle shippers die in de jaren 2009 — 2011 flexibiliteit hebben gecontracteerd een verrekening plaatsvindt.

Dit houdt in dat ook alle shippers die in deze jaren flexibiliteit hebben gecontracteerd zullen moeten bijdragen aan de vorming van het fonds. Het besluit van 23 maart 2011

behoeft in dit licht derhalve aanpassing.

11. De Raad wijzigt zijn besluit van 23 maart 2011 als volgt. Het herziene tarithoorstel van GTS bevat een post voor fondsvorming ter grootte van € 1,65 voor het tweede tot en met het vierde kwartaal van 2011. De Raad zal deze post alsnog opnemen in het voor deze periode geldende kwartaaltarief voor de flexibiliteitsdienst.

3 Dictum

12. Op grond van artikel 82, vierde lid van de Gaswet, en gelet op artikel 6:18, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, alsmede de voorgaande overwegingen, wijzigt de Raad zijn besluit van 23 maart 2011, kenmerk 103364/14, en besluit de Raad de tarieven die de netbeheerder van het landelijk gastransportnet in het tweede, derde en vierde kwartaal van 2011 in rekening mag brengen voor het aanbieden van flexibiliteitsdiensten als volgt vast te stellen:

Kwartaaltarief flexibiliteitsdienst 3,31 €/m3 (n;35,17)/u/kwartaal.

13. Van dit besluit zal mededeling worden gedaan in de Staatscourant. Voorts zal dit besluit worden gepubliceerd op de internetpagina van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

(www.nma.nl ) en ter inzage worden gelegd ten kantore van de Nederlandse

Mededingingsautoriteit. Daarnaast is de netbeheerder van het landelijk gastransportnet verplicht om de voor hem geldende tarieven op een geschikte wijze te publiceren en ter inzage te leggen in al zijn vestigingen.

(5)

uur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, De Raad van B

namens e,

14. Dit besluit treedt met terugwerkende kracht in werking op i april 2011.

Den Haag,

0 8 JULI 2011

Robert Spkcer

Clustermanager Handel en Transport Gas

TegenTegen dit besluit kan degene, wiens belong rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dog van bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Raad van Bestuur van de dit besluit kon degene, wiens belong rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dog van bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschnft indienen bll de Road van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, uridische Dienst, Postbus-16326, 2500 BH Den Haag.Nederiandse Mededingingsautoriteit, jun'dische Dienst, Postbus 16326, 2500 BH Den Haag

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In onderhavige zaak kan echter in het midden worden gelaten of er sprake is van een aparte markt voor payrolling of dat payrolling deel uitmaakt van een ruimere markt waarvan

voor een Mededingingswet (Kamerstukken II 1995-1996, 24707, nr. 3), blijkt dat onder een concentratie in de zin van deze bepaling niet alleen wordt verstaan de situatie

Na onderzoek van de melding en de daarbij ingediende gegevens, is de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot de slotsom gekomen dat de gemelde operatie

In onderhavig besluit wordt in het midden gelaten of sprake is van een mogelijke markt voor schoonmaakdiensten of dat nader onderscheid moet worden gemaakt naar een mogelijke

Op bovenvermelde datum heeft de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hierna: de Raad) een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin

Ingevolge artikel 82, vierde lid, van de Gaswet stelt de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hierna: de Raad) jaarlijks de tarieven vast voor uitvoering

Bijgaand besluit dient ter uitvoering van het bepaalde in artikel 82, lid 4, Gaswet, waarin de korting ter bevordering van de doelmatige bedrijfsvoering (hierna: x-factor)

Op 28 juni 2006 heeft de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 34 van de