• No results found

BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 82, vierde lid van de Gaswet.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 82, vierde lid van de Gaswet."

Copied!
15
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BESLUIT

Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 82, vierde lid van de Gaswet.

Nummer 103171_4 / 1

Betreft zaak: Vaststelling x-factor kwaliteitsconversietaak GTS

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot vaststelling van de doelmatigheidskorting als bedoeld in artikel 82, vierde lid van de Gaswet voor de kwaliteitsconversietaak als genoemd in artikel 10a, eerste lid, sub c van de Gaswet voor de netbeheerder van het landelijk gastransportnet, voor de periode 2009 tot en met 2012.

1 Inleiding... 2

2 Leeswijzer... 2

3 Juridische context... 3

4 Procedure... 6

5 Berekening van de

x

-factor voor de kwaliteitsconversietaak………7

(2)

1 Inleiding

1. Met dit besluit geeft de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hierna: de Raad) uitvoering aan artikel 82, vierde lid van de Gaswet. Op grond hiervan stelt de Raad de korting ter bevordering van de doelmatige bedrijfsvoering (hierna:

x

-factor) vast voor de netbeheerder van het landelijk gastransportnet.

2. De Raad stelt dit besluit vast voor de periode van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2012. Dit besluit is gericht tot de netbeheerder van het landelijk gastransportnet, Gas Transport Services B.V. (hierna: GTS), en betreft de

x

-factor die van toepassing is op tarieven die GTS in rekening brengt voor de uitvoering van de kwaliteitsconversietaak als bedoeld in artikel 10a, eerste lid, sub c van de Gaswet.

3. De Raad heeft op 16 december 2008 voor de taken van GTS genoemd in artikel 10 en 10a, eerste lid, sub b en c van de Gaswet drie methodebesluiten vastgesteld, waarin per taak een methode van regulering is vastgesteld.1 Ieder methodebesluit bevat een methode waarmee de

x

-factor behorende bij die taak kan worden berekend. De Raad heeft in de drie

methodebesluiten voor de taken van GTS genoemd in artikel 10 en 10a, eerste lid, sub b en c van de Gaswet een gelijkluidende methode van regulering vastgesteld.

4. De Raad stelt met dit besluit de

x

-factor vast die van toepassing is op de

kwaliteitsconversietaak. De Raad stelt deze

x

-factor vast op grond van de reguleringsmethode zoals neergelegd in het Methodebesluit Kwaliteitsconversie.

2 Leeswijzer

5. Met dit besluit stelt de Raad de

x

-factor vast die van toepassing is op de tarieven die GTS ontvangt uit hoofde van haar kwaliteitsconversietaak. Dit besluit bestaat uit een aantal hoofdstukken. In de hoofdstukken 1 tot en met 3 beschrijft de Raad het kader dat hij hanteert bij de vaststelling van dit besluit. Het kader bestaat onder meer uit de juridische context van dit besluit (hoofdstuk 3). In hoofdstuk 4 wordt de gevolgde procedure voor het vaststellen van dit besluit uiteengezet. In hoofdstuk 5 wordt uiteengezet hoe de

x

-factor voor de

(3)

kwaliteitsconversietaak is berekend en welke afwegingen daarbij zijn gemaakt. Tenslotte bevat hoofdstuk 6 het dictum.

3 Juridische

context

Methode van regulering

6. Op grond van artikel 82, tweede lid van de Gaswet stelt de Raad voor elke taak van GTS een methode van regulering vast. Bij het vaststellen van deze methoden van regulering moet rekening worden gehouden met de bevordering van de doelmatigheid van de bedrijfsvoering en de meest doelmatige kwaliteit van de uitvoering van de taken. Ter bevordering van de doelmatige bedrijfsvoering stelt de Raad op grond van artikel 82, vierde lid van de Gaswet een doelmatigheidskorting vast. Op grond van artikel 82, derde en vierde lid van de Gaswet stelt de Raad, na een daartoe strekkend voorstel van de beheerder van het landelijk

gastransportnet, jaarlijks de tarieven vast ter uitvoering van de taken genoemd in artikel 10 en 10a van de Gaswet. Via het in rekening brengen van deze tarieven wordt GTS in staat gesteld de kosten die zij maakt, rekening houdend met de in dit besluit vast te stellen

x

-factor, voor uitvoering van de kwaliteitsconversietaak in rekening te brengen bij de afnemers van de door GTS aangeboden diensten. Hieronder wordt nader toegelicht hoe methodebesluit,

x

-factorbesluit en tariefbesluit met elkaar samenhangen.

Methodebesluit,

x

-factorbesluit en tariefbesluit

7. De Raad heeft op 16 december 2008 voor de regulering van de kwaliteitsconversietaak het Methodebesluit Kwaliteitsconversie vastgesteld. De wettelijke grondslag hiervoor is artikel 82, tweede lid van de Gaswet:

“- 2. Voor elke taak van de netbeheerder van het landelijk gastransportnet, genoemd in de artikelen 10 en 10a stelt de raad van bestuur van de mededingingsautoriteit de methode van regulering vast, voor een periode van ten minste drie en ten hoogste vijf jaar, na overleg met de gezamenlijke netbeheerders en met representatieve organisaties van partijen op de gasmarkt en met

inachtneming van het belang dat de doelmatigheid van de bedrijfsvoering op de meest doelmatige kwaliteit van de uitvoering van deze taken worden bevorderd.”

8. De Raad stelt met dit besluit de hoogte van de

x

-factor voor de kwaliteitsconversietaak vast op grond van de methode uit het Methodebesluit Kwaliteitsconversie. De wettelijke grondslag voor onderhavig besluit is artikel 82, vierde lid van de Gaswet:

“-4. De raad van bestuur van de mededingingsautoriteit stelt de tarieven die kunnen verschillen voor de onderscheiden tariefdragers jaarlijks vast. De raad van bestuur van de

(4)

minste drie en ten hoogste vijf jaren. De doelmatigheidskorting heeft tot doel om een doelmatige bedrijfsvoering te bevorderen.”

9. De netbeheerder van het landelijk gastransportnet zendt jaarlijks aan de Raad een voorstel voor de tarieven die deze netbeheerder zal berekenen. Daarbij neemt de netbeheerder de bij onderhavig besluit door de Raad vastgestelde

x

-factor in acht. De wettelijke grondslag hiervoor is artikel 82, derde lid van de Gaswet:

“De netbeheerder van het landelijk gastransportnet zendt jaarlijks voor 1 september aan de raad van bestuur van de mededingingsautoriteit een voorstel voor de tarieven voor uitvoering van de taken genoemd in de artikelen 10 en 10a, met inachtneming van de tariefstructuren vastgesteld op grond van artikel 12f of 12g.”

10. De Raad stelt jaarlijks de tarieven voor GTS vast (hierna: tariefbesluit). Dit tariefbesluit bevat de tarieven die afnemers moeten betalen. Indien bij de eerder vastgestelde tarieven gebruik is gemaakt van onjuiste of onvolledige gegevens kan de Raad een correctie toepassen. De wettelijke grondslag voor het tariefbesluit is artikel 82, vierde, vijfde en zesde lid van de Gaswet:

- “4. De raad van bestuur van de mededingingsautoriteit stelt de tarieven die kunnen verschillen voor de onderscheiden tariefdragers jaarlijks vast. De raad van bestuur van de

mededingingsautoriteit stelt na overleg met de gezamenlijke netbeheerders en met representatieve organisaties van netgebruikers op de gasmarkt een doelmatigheidskorting vast. De raad van bestuur van de mededingingsautoriteit stelt de doelmatigheidskorting telkens vast voor een periode van ten minste drie en ten hoogste vijf jaren. De doelmatigheidskorting heeft tot doel om een doelmatige bedrijfsvoering te bevorderen.”

- 5. Artikel 81c tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.

-6. Indien een voorstel niet binnen de termijn, bedoeld in het derde lid aan de raad van bestuur van de mededingingsautoriteit is gezonden stelt deze de tarieven uit eigen beweging vast met

inachtneming van dit artikel.”

Beleidsregel

11. Hiernaast is bij de vaststelling van de

x

-factor relevant de “Beleidsregel uitoefening door de raad van bestuur van de Nederlandse mededingingsautoriteit van de bevoegdheid, bedoeld in artikel 82, tweede lid, van de Gaswet” van 7 juli 2008 (hierna: de Beleidsregel).2 De Raad

houdt bij de vaststelling van de

x

-factor rekening met de parameters die in de Beleidsregel zijn vastgelegd.

(5)

12. In artikel 2 van de Beleidsregel is bepaald dat bij het vaststellen van de methode van regulering uit wordt gegaan van een gestandaardiseerde activawaarde op 1 januari 2005 van EUR 6.376.000.000, vermeerderd met de waarde van de investeringen die in gebruik zijn genomen in de periode tussen 1 januari 2005 en de datum van inwerkingtreding van de Beleidsregel:

“Bij het vaststellen van de methode van regulering voor de taken van de netbeheerder van het landelijk gastransportnet, bedoeld in artikel 82, tweede lid, van de Gaswet wordt uitgegaan van een gestandaardiseerde activawaarde op 1 januari 2005 van € 6.376.000.000, vermeerderd met de

waarde van de investeringen die in gebruik zijn genomen in de periode tussen 1 januari 2005 en de

datum van inwerkingtreding van deze beleidsregel. Voor zowel het landelijk gastransportnet zoals dat op 1 januari 2005 bestond als voor de investeringen die in de periode tussen 1 januari 2005 en

de datum van inwerkingtreding van deze beleidsregel in gebruik zijn genomen, wordt bij het vaststellen van de methode van regulering voor de taken van de netbeheerder van het landelijk gastransportnet mede uitgegaan van:

a. een lineaire afschrijving over een termijn van 55 jaar voor leidingen, waarbij rekening wordt gehouden met reeds gedane afschrijvingen en jaarlijkse indexatie;

b. een reële kapitaalkostenvergoeding vóór belastingen van 5,5%.”

13. In artikel 3 van de Beleidsregel is bepaald hoe moet worden omgegaan met investeringen die in gebruik worden genomen na inwerkingtreding van de Beleidsregel:

“1. Indien na de datum van inwerkingtreding van deze beleidsregel een investering in gebruik wordt genomen ter vervanging of uitbreiding van een deel van het lage druk transportleidingennet of ter vervanging van een deel van het hoge druk transportleidingennet, dan wordt bij het vaststellen van de methode van regulering voor de taken van de netbeheerder van het landelijk gastransportnet mede uitgegaan van:

a. de waarde van de investering;

b. een lineaire afschrijving over een termijn van 55 jaar voor leidingen en jaarlijkse indexatie; c. een reële kapitaalkostenvergoeding vóór belastingen van 5,5%.

2. Indien na de datum van inwerkingtreding van deze beleidsregel een investering in gebruik wordt genomen ter uitbreiding van een deel van het hoge druk transportleidingennet, dan wordt bij het vaststellen van de methode van regulering voor de taken van de netbeheerder van het landelijk gastransportnet mede uitgegaan van:

a. de waarde van de investering;

b. een lineaire afschrijving over een termijn van 20 jaar en jaarlijkse indexatie; c. een reële kapitaalkostenvergoeding vóór belastingen van 7,0%.

3. Indien na de datum van inwerkingtreding van deze beleidsregel een investering in gebruik wordt genomen ten behoeve van de in artikel 10a, onder b en c, van de wet omschreven taken, dan wordt bij het vaststellen van de methode van regulering voor de taken van de netbeheerder van het landelijk gastransportnet mede uitgegaan van:

(6)

b. een reële kapitaalkostenvergoeding vóór belastingen van 5,5%.”

4 Procedure

14. Voorafgaand aan dit besluit heeft de Raad bij voornoemd besluit van 16 december 2008 met kenmerk 102752/403 de methode van regulering vastgesteld voor de kwaliteitsconversietaak genoemd in artikel 10a, eerste lid, sub c van de Gaswet. De

x

-factor die met dit besluit wordt vastgesteld, wordt met toepassing van deze methode berekend. Ter voorbereiding van de methode van regulering is de uniforme openbare voorbereidingsprocedure gevolgd. In dat proces is met representatieve organisaties en de landelijke netbeheerder uitgebreid en meerdere malen gesproken over de wijze van totstandkoming van de doelmatigheidskorting.

15. De gevolgde procedure bij het onderhavige besluit betreft niet de uniforme openbare voorbereidingsprocedure zoals bedoeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Het onderhavige besluit is niet ter inzage gelegd. Tegen dit besluit staat derhalve zowel bezwaar als beroep open.

16. Ten behoeve van de berekening van de

x

-factor heeft de Raad gebruik gemaakt van gegevens van GTS. Hiertoe heeft de Raad GTS verzocht om het aanleveren van informatie (hierna: het Feitelijk Vooronderzoek). Op 30 januari 2009 heeft de Raad de opgevraagde informatie van GTS ontvangen, die op 25 februari 2009 is voorzien van een aanvullende

accountantsverklaring. Met behulp van deze gegevens en de methode van regulering zoals vastgelegd in het Methodebesluit Kwaliteitsconversie, kon de

x

-factor worden berekend. Bij de berekening van de

x

-factor heeft de Raad verder gebruik gemaakt van een op verzoek van de Raad op 2 april 2009 door Mazars Paardekooper en Hoffman N.V. opgesteld rapport inzake de door GTS in het kader van het Feitelijk Vooronderzoek aangeleverde informatie. Dit rapport, dat ter controle op feitelijke onjuistheden en vertrouwelijkheid aan GTS is

voorgelegd, zal samen met een geaggregeerde versie van de rekenmodule na

(7)

5 Berekening van de

x

-factor voor de

kwaliteits-conversietaak

17. In dit hoofdstuk geeft de Raad inzicht in de feitelijke en rekenkundige stappen en afwegingen die hij heeft gemaakt om van de data, als ontvangen van GTS in het kader van het Feitelijk Vooronderzoek, door toepassing van de methode, als vastgesteld bij het Methodebesluit Kwaliteitsconversie te komen tot de

x

-factor voor deze taak. Daarbij wordt verwezen naar de in Bijlage A van het Methodebesluit Kwaliteitsconversie opgenomen formules. Aan de parameters van deze formules kunnen op basis van de genoemde gegevens waardes toegekend worden. Dit hoofdstuk is verdeeld in de onderdelen Begininkomsten en Eindinkomsten, Operationele Kosten en Kapitaalslasten.

5.1 Begininkomsten en Eindinkomsten

(Bedragen in duizenden EURO)

5

De begininkomsten, zijnde de inkomsten van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in het jaar

2008

BI

2008

97.267

5 en 7

De eindinkomsten, zijnde de inkomsten van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in het laatste jaar van de eerste reguleringsperiode (het jaar 2012), uitgedrukt in prijzen van het jaar

2008

EI

2012 103.555

5

De procentuele korting ter bevordering van de doelmatige bedrijfsvoering van GTS in de jaren

2009 tot en met 2012

x

2009-2012 -1,6 %

7 en 8

De kosten van GTS voor de

kwaliteitsconversietaak in jaar 2012 uitgedrukt in

prijzen van het jaar 2008

EK

2012

103.555

Bepaling van de begininkomsten per taak

18. In de het Methodebesluit Kwaliteitsconversie is bepaald dat de Raad bij de vaststelling van de begininkomsten gebruik maakt van de gereguleerde tarieven van 2008.3 Aangezien de

gereguleerde transporttarieven niet slechts de kosten van transport en balancering dekken, maar eveneens dekking bieden aan een gedeelte van de kosten voor de taak

(8)

kwaliteitsconversie, dienen de transporttarieven te worden gecorrigeerd om zo de begininkomsten voor elke taak te kunnen berekenen. Daartoe is in de methodebesluiten bepaald dat het aandeel voor balancering en kwaliteitsconversie in de tarieven moet worden bepaald met behulp van de kosten.

19. Deze systematiek kan niet een-op-een worden toegepast voor de taak kwaliteitsconversie als gevolg van de uitzonderlijke manier waarop de tarieven voor deze taak in rekening worden gebracht. Op grond van artikel 3.5.3.2 van de TarievenCode Gas4 zijn de inkomsten voor de

taak kwaliteitsconversie tot dusverre voor 50% via de transporttarieven terugverdiend en voor 50% door middel van een apart tarief voor de dienst kwaliteitsconversie. Door vaststelling van de inkomsten uit de dienst kwaliteitsconversie en vermenigvuldiging daarvan met de factor twee zouden derhalve de begininkomsten voor de taak kwaliteitsconversie kunnen worden vastgesteld. Echter, uit de door GTS in het kader van het Feitelijk Vooronderzoek opgeleverde informatie blijkt dat de werkelijk gemaakte kosten voor de taak

kwaliteitsconversie hoger zijn dan tweemaal de inkomsten uit de dienst kwaliteitsconversie. Het gedeelte van de kosten van kwaliteitsconversie dat is terugverdiend door middel van de tarieven voor de transporttaak (lees: de dienst entry) is hoger dan de inkomsten uit tarieven voor kwaliteitsconversie. Dit is het gevolg van het niet reguleren van de tarieven sinds het jaar 2006. De verdeelsleutel van de TarievenCode Gas gaat daarom niet op.

20. Door de directe inkomsten uit de dienst kwaliteitsconversie in mindering te brengen op de totale kosten van de taak kwaliteitsconversie kunnen de resterende kosten van

kwaliteitsconversie, dat wil zeggen die kosten die uit de overige inkomsten van GTS moeten worden vergoed, worden bepaald. GTS behaalt inkomsten uit acht andere diensten dan kwaliteitsconversie. Een gedeelte van deze transporttarieven dekt de resterende kosten voor kwaliteitsconversie. Dit gedeelte kan worden bepaald door de resterende kosten voor kwaliteitsconversie te delen door de som van de kosten voor de transport(gerelateerde) taken, de taak balancering en de resterende kosten voor kwaliteitsconversie. De uitkomst van deze deelsom is dat 5,4% van de inkomsten uit de transportdiensten wordt toegerekend aan de taak kwaliteitsconversie.

5.2 Operationele kosten

(Bedragen in duizenden EURO)

8 en 9

De operationele kosten van GTS voor de

kwaliteitsconversietaak in jaar 2012 uitgedrukt in prijzen van

het jaar 2008

OPEX

2012

75.677

(9)

9 en 10

De operationele kosten van GTS voor de

kwaliteitsconversietaak in jaar 2012 die voortvloeien uit de

kosten voor arbeid uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008

OPEX

2012, arb

7.980

9 en 11

De operationele kosten van GTS voor de

kwaliteitsconversietaak in jaar 2012 die voortvloeien uit de inkoopkosten voor energie en overige operationele kosten

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008

OPEX

2012, e&m 67.697

10, 11 en 17 De consumentenprijsindex voor het jaar 2008

cpi

2008 1,1 %

10

De operationele kosten van GTS voor de

kwaliteitsconversietaak in jaar 2007 die voortvloeien uit de

kosten voor arbeid uitgedrukt in prijzen van het jaar 2007

OPEX

2007, arb

8.730

10

De reële procentuele productiviteitsverandering voor de operationele kosten die voortvloeien uit de kosten voor arbeid,

deze bedraagt 2%.

PV

arb

2,0 %

11 en 12 De reële procentuele trend in de prijzen voor energie en overige operationele kosten voor de kwaliteitsconversietaak.

-7,0 %

11

De operationele kosten van GTS voor de

kwaliteitsconversietaak in jaar 2007 die voortvloeien uit de inkoopkosten voor energie en overige operationele kosten

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2007

m e

OPEX

2007,& 47.873

12 en 13

De gerealiseerde reële productiviteitsverandering in de inkoopkosten voor energie en overige operationele kosten voor

de kwaliteitsconversietaak van GTS over het jaar 2006

-17,5%

12 en 13

De gerealiseerde reële productiviteitsverandering in de inkoopkosten voor energie en overige operationele kosten voor

de kwaliteitsconversietaak van GTS over het jaar 2007

11,6%

13

De operationele kosten van GTS voor de

kwaliteitsconversietaak in jaar 2005 die voortvloeien uit de (inkoop)kosten voor energie en overige operationele kosten

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008;

45.354

13

De operationele kosten van GTS voor de

kwaliteitsconversietaak in jaar 2006 die voortvloeien uit de (inkoop)kosten voor energie en overige operationele kosten

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008;

55.447

13

De operationele kosten van GTS voor de

kwaliteitsconversietaak in jaar 2007 die voortvloeien uit de (inkoop)kosten voor energie en overige operationele kosten

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008;

48.399

13 De output van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in het jaar

2005 uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008. 36.976

13 De output van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in het jaar 2006 uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008. 38.474

(10)

13 De output van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in het jaar 2007 uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008. 37.995

Incidentele baten en lasten en normalisaties

21. In het kader van het Feitelijk Vooronderzoek heeft GTS een aantal correcties opgegeven van operationele kosten (hierna: OPEX) in verband met incidentele baten en lasten alsmede normalisaties. Naar het oordeel van de Raad dienen deze incidentele posten en normalisaties niet te worden meegenomen in de berekening van de

x

-factoren.

22. In het Methodebesluit Kwaliteitsconversie is bepaald dat de OPEX 2012 wordt gebaseerd op de werkelijke kosten in het jaar 2007, waarop een productiviteitsverandering (voor

arbeidskosten) en een trend (voor energie en overige operationele kosten) worden toegepast. Bij het bepalen van de werkelijke kosten sluit de Raad aan bij de geldende financiële

verslaggevingregels, de International Financial Reporting Standards. Dit betekent dat de werkelijke kosten in een bepaald referentiejaar kunnen worden afgeleid uit de gecontroleerde International Financial Reporting Standards jaarrekening van N.V. Nederlandse Gasunie voor dat jaar. Op deze wijze is een reële schatting van de kosten in het jaar 2012 mogelijk. Het optellen of aftrekken van incidentele posten en normalisaties past niet in deze systematiek, omdat niet wordt uitgegaan van de waarschijnlijkheid van kosten of inkomsten, maar van werkelijk behaalde resultaten. De Raad heeft in de door GTS opgegeven correcties geen aanleiding gezien om van deze systematiek af te wijken.

23. De vaststelling van de

x

-factor op basis van werkelijke kosten en zonder rekening te houden met mogelijke financiële meevallers of tegenvallers sluit aan bij de regulering van de regionale netbeheerders voor gas5 en voor elektriciteit6, alsmede bij de regulering van de

netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet.7

Bepaling van de output per taak

24. Ingevolge het Methodebesluit Kwaliteitsconversie wordt over de inkoopkosten energie en overige operationele kosten een trend berekend.8 Met behulp van deze trend houdt de Raad

bij de berekening van de

x

-factor rekening met de verwachte ontwikkeling die deze

5 Zie para. 8.5.2 van het Methodebesluit regionale netbeheerders gas, d.d. 25 april 2008, kenmerk 102449/167

6 Zie Bijlage A, Hoofdstuk 4 bij het Methodebesluit X-factor en rekenvolumina regionale netbeheerders elektriciteit derde reguleringsperiode, d.d. 27 juni 2006, 102106-89

7 Zie para. 8.3.2.1. van het Methodebesluit voor de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet vierde reguleringsperiode, d.d. 26 september 2008, 102615 / 122

8 Methodebesluit Kwaliteitsconversie, d.d. 16 december 2008, kenmerk 102752/403, randnummer 17-20, pp. 43 en 44. 2007

(11)

kostenposten zullen doormaken, zoals bijvoorbeeld een verandering in grondstofprijzen, getransporteerd volume en productiviteitsveranderingen. Op deze wijze wordt de ontwikkeling van de tarieven afgestemd op de verwachte kostenontwikkeling.

25. De Raad baseert de verwachte kostenontwikkeling van de inkoopkosten energie en overige operationele kosten voor de huidige reguleringsperiode op de historische ontwikkeling van deze kosten gedurende de jaren 2005 tot en met 2007. Op grond van het Methodebesluit Kwaliteitsconversie bepaalt de Raad de trend voor deze periode door de (gemiddelde) kosten voor energie en overige operationele kosten van GTS per eenheid output te meten. Om de inkoopkosten voor energie en overige operationele kosten in 2012 te schatten, past de Raad deze trend vervolgens toe op de inkoopkosten voor energie en de overige operationele kosten van GTS in het jaar 2007.

26. De beste wijze om de trend te berekenen is door de kosten te delen door de hoeveelheden die GTS heeft verkocht. Deze gegevens zijn echter niet beschikbaar bij de Raad. Evenwel zijn de inkomsten van GTS gelijk aan de gereguleerde tarieven vermenigvuldigd met de verkochte hoeveelheden. Dankzij het feit dat deze tarieven gelijk zijn gebleven, weerspiegelen de inkomsten de verkochte hoeveelheden per jaar. Een stijging van de inkomsten reflecteert derhalve een stijging van de verkochte hoeveelheden. De inkomsten gedeeld door het gereguleerde tarief van GTS zijn daarom een betrouwbare indicator van het niveau van de verkochte hoeveelheden per jaar voor de taak kwaliteitsconversie. De Raad definieert output voor de taak kwaliteitsconversie als inkomsten gedeeld door het gereguleerde tarief.

5.3 Kapitaalslasten (Bedragen in duizenden EURO)

14

Het rendement, zijnde een reële

kapitaalskostenvergoeding voor belastingen, deze bedraagt 5,5%;

5,5 %

14 van jaar 2012, uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008 De verwachte activawaarde van GTS aan het einde 172.099

14 en 15 De afschrijvingen van GTS in jaar 2012 op de activa

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008 18.412

14

De activawaarde van GTS voor de kwaliteitsconversietaak aan het begin van het jaar

2008 uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008

265.654

15

De vervangingsinvesteringen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2008 uitgedrukt in

prijzen van het jaar 2008

(12)

15

De vervangingsinvesteringen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2009 uitgedrukt in

prijzen van het jaar 2008

1.108

15

De vervangingsinvesteringen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2010 uitgedrukt in

prijzen van het jaar 2008

1.108

15

De vervangingsinvesteringen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2011 uitgedrukt in

prijzen van het jaar 2008

1.108

15

De vervangingsinvesteringen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2012 uitgedrukt in

prijzen van het jaar 2008

1.108

15

De afschrijvingen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2008 op de activa

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008

21.355

15

De afschrijvingen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2009 op de activa

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008

20.634

15

De afschrijvingen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2010 op de activa

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008

19.742

15

De afschrijvingen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2011 op de activa

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008 18.955

16

Het deel van de gestandaardiseerde activawaarde 2005 van GTS dat kan worden toegerekend aan de kwaliteitsconversietaak uitgedrukt in prijzen van jaar

2005

284.918

16

De afschrijvingen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2005 op de activa

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008

20.642

16

De afschrijvingen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2006 op de activa

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008

21.119

16

De afschrijvingen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2007 op de activa

uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008

21.433

16 De vervangings- en uitbreidingsinvesteringen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2005 1.134

16 De vervangings- en uitbreidingsinvesteringen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2006 20.720

16 De vervangings- en uitbreidingsinvesteringen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2007

Inv

2007 10.630

(13)

17 De vervangingsinvesteringen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2005 1.654

17 De vervangingsinvesteringen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2006 602

17 De vervangingsinvesteringen van GTS voor de kwaliteitsconversietaak in jaar 2007

Inv

2007 971

17 De relatieve wijziging van de consumentenprijsindex in het jaar 2006 cpi2006 1,8 %

17 De relatieve wijziging van de consumentenprijsindex in het jaar 2007 cpi2007 1,4 %

Afschrijvingsmethodiek voor activa

27. In de Beleidsregel is met betrekking tot investeringen die in gebruik zijn genomen voor 1 januari 2005 bepaald dat bij de vaststelling van de gestandaardiseerde activawaarde wordt uitgegaan van een lineaire afschrijving over een termijn van 55 jaar voor leidingen, rekening houdende met reeds gedane afschrijvingen en jaarlijkse indexatie. Dit betekent dat voor investeringen die voor 1 januari 2005 in gebruik zijn genomen, wordt aangevangen met afschrijven per 1 juni van het jaar na ingebruikname.

28. Met betrekking tot investeringen die na 1 januari 2005 in gebruik worden genomen is in de Beleidsregel bepaald dat bij de vaststelling van de methode van regulering moet worden uitgegaan van de waarde van de investering, van lineaire afschrijving en van jaarlijkse indexatie. In het Methodebesluit Kwaliteitsconversie 9 is bepaald dat met betrekking tot

investeringen die na 1 januari 2005 in gebruik zijn genomen zoveel mogelijk zal worden aangesloten bij de door de Raad vastgestelde Regulatorische Accountingregels 2006 voor regionale netbeheerders gas10 (hierna: RAR 2006) en waar deze onvoldoende

aanknopingspunten bieden bij de International Financial Reporting Standards. Dit betekent dat voor investeringen die na 1 januari 2005 in gebruik zijn genomen, wordt aangevangen met afschrijven per 1 juli van het jaar van ingebruikname en de afschrijvingstermijnen worden gehanteerd die in Bijlage C van het Methodebesluit Kwaliteitsconversie zijn neergelegd.

9 Zie het Methodebesluit Kwaliteitsconversie, d.d. 16 december 2008, kenmerk 102752/403, randnummer 7, p 39. 10 Regulatorische Accountingregels 2006 voor Regionale Netbeheerders Gas, Nederlandse Mededingingsautoriteit, Den Haag, maart 2007. Bijlage 2. Te raadplegen via http://www.dte.nl/images/RAR%20GAS%202006_tcm7-100886.pdf.

2005

Inv

(14)

Bepaling van de afschrijvingen met betrekking tot vervangingsinvesteringen

29. Om te kunnen komen tot de bepaling van de activawaarde voor GTS in 2012 moet de hoogte van de toekomstige vervangingsinvesteringen worden bepaald. Conform het Methodebesluit Kwaliteitsconversie zal de Raad dit doen door de verwachte vervangingsinvesteringen in de komende reguleringsperiode te baseren op het gemiddelde van de werkelijk gerealiseerde vervangingsinvesteringen over de periode 2005-2007.11 Op basis van deze systematiek zullen

ook de afschrijvingen van de vervangingsinvesteringen worden berekend.

30. De Raad hanteert op grond van artikel 3, eerste lid, sub b van de Beleidsregel een afschrijvingstermijn van 55 jaar voor leidingen. Voor overige activacategorieën gelden de afschrijvingstermijnen zoals vermeld in Bijlage C van het Methodebesluit Kwaliteitsconversie. Hieruit volgt voor wat betreft de vervangingsinvesteringen dat afschrijvingen in een bepaald jaar gelijk zijn aan de som van de afschrijvingen per activacategorie in dat jaar. Immers, in elke activacategorie wordt afgeschreven conform de bijbehorende termijn.

Kennelijke verschrijving

31. De berekening van de activawaarde van GTS voor de taak kwaliteitsconversie aan het begin van het jaar 2008 uitgedrukt in prijzen van het jaar 2008 is vastgesteld door bij de in de Beleidsregel per 1 januari 2005 vastgestelde activawaarde alle investeringen uit de jaren 2005-2007 op te tellen en de afschrijvingen 2005-2005-2007 af te trekken. De toelichting bij formule 16, zoals deze in bijlage A van het Methodebesluit Kwaliteitsconversie is weergegeven, wijkt hier van af. De investeringen die moeten worden opgeteld bij de activawaarde per 1 januari 2005 betreffen immers niet slechts vervangingsinvesteringen, zoals de toelichting bij formule 16 aangeeft, maar ook uitbreidingsinvesteringen van GTS. Hoewel de formule derhalve nog steeds correct is, is de toelichting bij de formule in de bijlage bij het methodebesluit incompleet. Het betreft hier een kennelijke verschrijving, die bij deze is hersteld.

(15)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag van bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd

Bij de toetsing van het voorstel aan de belangen, regels en eisen als genoemd in artikel 12f, eerste en tweede lid van de Gaswet, heeft de Raad vastgesteld dat in het voorstel een

De vraag wie en onder welke voorwaarden de transportdienst bij de netbeheerder van het landelijk gastransportnet kunnen afnemen dient echter naar het oordeel van de Raad onderwerp

Ingevolge artikel 82, vierde lid, van de Gaswet stelt de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hierna: de Raad) jaarlijks de tarieven vast voor uitvoering

Bijgaand besluit dient ter uitvoering van het bepaalde in artikel 82, lid 4, Gaswet, waarin de korting ter bevordering van de doelmatige bedrijfsvoering (hierna: x-factor)

Indien gedurende de periode tussen de veertiende werkdag van de maand volgend op de maand waarin de gasdag valt waarop de gegevens betrekking hebben en de achtste werkdag van de

Naar het oordeel van de Raad is het oorspronkelijke voorstel gebaseerd op artikel 12c, eerste lid van de Gaswet door wijziging te voor te stellen van de tariefstructuren en de

kwaliteitsconversie automatisch wordt verkregen bij het contracteren van entry- en exitcapaciteit. De GNB hebben voorgesteld de term gastransport in 2.1.1 Transportvoorwaarden Gas-