• No results found

Vraag nr. 6 van 13 november 1995 van de heer FRANCIS VERMEIREN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 6 van 13 november 1995 van de heer FRANCIS VERMEIREN"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 6

van 13 november 1995

van de heer FRANCIS VERMEIREN

Regeringsgebouwen Martelaarsplein – Stedebouw De stedebouwkundige diensten van de stad Brussel hebben in een verslag gewezen op de miskenning door de Vlaamse regering van de stedebouwkundige voor-schriften die gelden voor gebouwen opgetrokken of gerenoveerd op het grondgebied van de hoofdstad. In dit rapport wordt erop gewezen dat bij de inrichting van de gebouwen ingenomen door de Vlaamse regering rond het Martelaarsplein, geen rekening werd gehou-den met een overeenkomst gesloten in 1990 tussen de voorzitter van het Hoofdstedelijk Gewest, de heer Pic-qué, en de toenmalige voorzitter van de Vlaamse Gemeenschap, de heer Gaston Geens. Luidens deze overeenkomst verbond de Vlaamse regering zich ertoe in de zuidelijke vleugel van het Martelaarsplein een derde van de oppervlakte voor te behouden voor dienstwoningen, in aanvulling van de op de gelijkvloer-se verdieping en de drie verdiepingen toegelaten kan-toorruimte.

Bij een recent bezoek aan deze gebouwen hebben inspecteurs van de stedebouwkundige dienst van de stad Brussel in de gebouwen gelegen op de nummers 6, 7 en 8, vastgesteld dat er in plaats van appartementen kantoren waren gemaakt.

1. Waarom werd afgeweken van de oorspronkelijke bouwvergunning ? Werd hiervoor een aanvraag ingediend bij de bevoegde stedebouwkundige dien-sten ?

2. Werd na het opstellen van het verslag door deze diensten, reeds contact opgenomen met de bevoeg-de instanties van Brussel ?

3. Heeft de Vlaamse regering al maatregelen getroffen om de inrichting van de gebouwen op het Marte-laarsplein alsnog aan te passen aan de geldende ste-debouwkundige voorschriften ?

Antwoord

1. Het protocol waar het Vlaams parlementslid naar verwijst is dat van 3 oktober 1990 tussen de Vlaam-se Gemeenschap en het BrusVlaam-sels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de huisvesting van de ministe-riële kabinetten van de Vlaamse executieve op het Martelaarsplein. Daarbij werd bepaald dat :

1) de Vlaamse Gemeenschap het Noordgebouw zal inrichten als zetel van de Vlaamse executieve, met inbegrip van het kabinet van de voorzitter van de Vlaamse executieve ;

2) de Vlaamse Gemeenschap het Zuidgebouw zal inrichten als volgt :

a) voorbouw : huisvesting ;

b) achterbouw : administratieve ruimte voor het kabinet.

De bouwvergunning waar het parlementslid naar verwijst, werd afgeleverd op 21 oktober 1991 en

werd afgeleverd op basis van een voorontwerp opgemaakt door het architectenbureau Peeters, en destijds nog aangevraagd door de Regie der Gebou-wen – directie Brussel-Hoofdstad. (Deze dienst is een federale dienst.) De voorbouw van blok 6/10 werd op deze plannen ingevuld als appartementen-studio's.

Bij de uitvoering werd aan het concept van het gebouw weinig veranderd : de gevelarchitectuur, het dakenplan, de handelsgalerij, de ingang tot de kan-toorzone, forum en wintertuin, de liften ... werden uitgevoerd zoals op het goedgekeurde voorontwerp. Ook het principe van de appartementen in de voor-bouw werd behouden, zij het dat de interne verde-ling en indeverde-ling van de appartementen om prakti-sche redenen werd aangepast.

Op de gelijkvloerse verdieping van dit Zuidgebouw zijn vier privatieve woningappartementen ingericht, die de volledige oppervlakte van de voorbouw van het gebouw innemen. Deze appartementen zijn als verblijf ter beschikking gesteld van de Vlaamse ministers Demeester, Martens en Kelchtermans. Een vierde appartement zal door de huisbewaarder binnenkort worden betrokken.

Op de eerste verdieping werden twee appartemen-ten samengesmolappartemen-ten tot één groot appartement en ingericht als ambtswoning van de minister vice-pre-sident van de Vlaamse regering, namelijk het appar-tement aan de voorgevel en het apparappar-tement hoek Zilverstraat. Het tweede hoekappartement is inge-richt als privatief woonappartement van de minister vice-president.

Op de tweede verdieping werden eveneens 2 appar-tementen samengesmolten tot één groot apparte-ment, dat als ambtswoning ter beschikking werd gesteld van de Vlaamse minister van Cultuur, Wel-zijn en Gezin.

De derde verdieping werd inderdaad ingericht en in gebruik genomen als kantoren en vergaderzalen. Men kan echter bezwaarlijk deze ruimtes als woon-appartementen inrichten, aangezien de enige natuurlijke verlichting via daklantaarns gebeurt. Men kan dus stellen dat de voorkant van de Zuid-vleugel op het Martelaarsplein nagenoeg volledig ingericht werd voor bewoning.

Supplementair werden zelfs in de Noordvleugel een privatief woonappartement voor de minister-presi-dent van de Vlaamse Gemeenschap en 2 kleinere studio's ingericht, respectievelijk in blok 5 en blok 12.

Er werd dus maximaal rekening gehouden zowel met het protocol als met de bouwvergunning. 2. De stad Brussel heeft een PV overgemaakt aan de

Vlaamse Gemeenschap op 31 augustus 1995. De heer Simons, schepen van Stedebouw, verzocht de Vlaamse Gemeenschap een "eventuele regularisa-tieaanvraag" in te dienen op de formuli eren, beschikbaar op zijn departement.

(2)

Op 6 september 1995 werden deze formulieren aan-gevraagd door de afdeling Gebouwen. Er komt geen reactie.

Op 24 oktober 1995 laat de heer Simons weten dat de formulieren moeten worden aangevraagd en ingediend bij het ministerie van het Brussels Hoofd-stedelijk Gewest. Het nodige is inmiddels gebeurd. Aan de heer Picqué werd bij nota van 3 november 1995, uitgaande van de heer Van den Brande, minis-ter-president van de Vlaamse regering, omtrent deze aangelegenheid een nota overgemaakt. 3. De Vlaamse regering is van oordeel dat maximaal

werd tegemoet gekomen zowel aan de bouwvergun-ning als aan het protocol. Het regularisatieformulier zal worden ingevuld zodra het ter beschikking wordt gesteld. Het is momenteel niet aangewezen vooruit te lopen op een eventuele negatieve beslis-sing omtrent de regularisatieaanvraag.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deze maatregelen zijn van toepassing op wegen die worden beheerd door het Vlaams Gewest.. H e t Vlaams Gewest is evenwel niet bevoegd voor

Werden er ook door de Vlaamse Gemeenschap culturele akkoorden gesloten met Europese lan- den waarbij in de mogelijkheid werd voorzien om Vlaamse leerkrachten in die landen aan het

Deze verslaggeving zal echter geen totaalbeeld opleveren van het aantal bedrijven dat mogelijk in de problemen zit met zijn vergunning, d o c h zal – zoals door mij gevraagd –

Na consensus over dit voorontwerp kan ontwerpfase 2 (detailontwerp tot aanbeste- dingsdossier) aangevat worden. a) Over de collector, zoals over alle zuiverings- infrastructuur die

Voor iedere aan te sluiten woning gebeurde een onderzoek naar de mogelijkheden voor de af- koppeling van het regenwater. Vanzelfsprekend zullen de resultaten van dit proefproject

De toenemende aandacht voor het verkeer te water als alternatief voor het transport van bulk- goederen brengt de noodzaak met zich mee om de bevaarbaarheid van de waterwegen

In 2001 en 2002 zijn er geen gewichtscontroles uitgevoerd door het Vlaams Gewest, er zijn enkel gewichtscontroles uitgevoerd door de Fe- derale Politie?. Pas vanaf 2003 kan

Subsidies in het kader van het besluit van de Vlaamse regering van 23 februari 2001 houdende de vo o r- waarden inzake erkenning en subsidiëring van initiatieven voor