Vraag nr. 178 van 10 juni 2005
van de heer MARK DEMESMAEKER De Lijn Over ij se – Taalgebruik
In de gemeente Overijse doet zich de paradoxale situatie voor dat de Nederlandstalige gebruikers op de bussen van de openbare vervoermaatschappijen TEC en De Lijn die hun grondgebied doorkruisen van en naar Brussel-Hoofdstad en/of Wallonië, in de praktijk minder kans hebben in hun eigen taal terecht te kunnen dan de Franstalige gebruikers. De trajecten in kwestie worden door De Lijn beschouwd als taalgemengde trajecten. Op deze trajecten zijn de richtlijnen van De Lijn samenge-vat de volgende.
– Over het geheel van het traject moeten de mede-delingen en de schriftelijke informatie op de bus tweetalig zijn.
– De bestuurder is over het gehele traject verplicht Franstalige klanten in het Frans te bedienen, ook al bevindt de bus zich op Vlaams grond-gebied. Dit betekent concreet dat op het traject Brussel-Ninove een Franstalige die in Dilbeek opstapt en in Roosdaal uitstapt, in het Frans moet worden bediend.
Dit beleid wordt verantwoord op basis van artikels 34 en 35 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken van 18 juli 1966. Artikel 35, § 1 bepaalt namelijk: "Iedere gewestelijke dienst waar-van de werkkring:
a) ofwel uitsluitend gemeenten uit Brussel-Hoofdstad;
b) ofwel gemeenten uit Brussel-Hoofdstad en tevens gemeenten uit het Nederlandse of het Franse taalgebied of uit beide gebieden bestrijkt;
valt onder dezelfde regeling als de plaatselijke dien-sten die in Brussel-Hoofdstad gevestigd zijn". De Vlaamse overheid steunt deze zienswijze. Op de website van de Vlaamse overheid over het taalge-bruik in bestuurszaken lezen we namelijk: "De buslijnen van de openbaarvervoermaatschappijen die verschillende gemeenten bedienen moeten beschouwd worden als diensten waarvan de werk-kring zich uitstrekt over verschillende gemeen-ten (maar niet over het hele land). De Taalwet Bestuurszaken bepaalt dat gewestelijke diensten waarvan de werkkring zich ook uitstrekt over het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad particulieren in de twee talen moeten kunnen bedienen". (http:// bi ussel. Vlaanderen. be/pageview.aspx?id=l 10) Deze interpretatie wordt blijkbaar ook gevolgd door de Vaste Commissie voor Taaltoezicht (VCT). Ze zorgt echter voor de absurde situatie dat Franstaligen op alle buslijnen die Brussel aandoen in het Frans te woord gestaan worden, tot in Antwerpen toe. Dit is totaal in tegenstrijd met de geest van de taalwetgeving, die gebaseerd is op de ééntaligheid van Vlaanderen, en bevor-dert bezwaarlijk de integratie van de Franstaligen. Logisch zou zijn dat de tweetaligheid inzake infor-matie en dienstverlening op de bus - zowel mon-deling als schriftelijk - enkel zou gelden wanneer de bus zich op het grondgebied van het Brussels tweetalig gewest bevindt. Eens de bus Brussel verlaat, dient alle informatie uitsluitend in het Nederlands te gebeuren. Dat is trouwens de rede-nering die de NMBS erop nahoudt. Eenmaal een trein het grondgebied Brussel verlaat, gebeuren de mededelingen aan het publiek uitsluitend in het Nederlands.
gebruik-maken, zet sommige chauffeurs er blijkbaar toe aan iedereen dan maar (uitsluitend) in het Frans te begroeten: "Bonjour". De Vlamingen kennende, zullen velen ongetwijfeld in het Frans antwoor-den. De omgekeerd wereld. In je eigen gemeente als Nederlandstalige op een bus van de Vlaams Vervoermaatschappij in het Frans aangesproken worden, het zal je maar overkomen.
Natuurlijk is de hierboven geschetste interpretatie van de taalwetgeving ook van toepassing op de TEC. Theoretisch kan je dus op de TEC-bussen die Wallonië met Brussel verbinden ook in het Neder-lands terecht. De realiteit wil echter dat heel wat busbestuurders van de TEC geen Nederlands ken-nen. Een klacht bij de VCT haalt niets uit, want de TEC legt het advies eenvoudigweg naast zich neer. En dus komen we inderdaad tot de situatie dat een Franstalige die op een bus stapt in Overijse, meer kans heeft in zijn taal terecht te kunnen dan een Nederlandstalige. Het gaat nog verder. Sinds kort zijn er op het grondgebied van Overijse in verschil-lende bushokjes tweetalige berichten van TEC aangebracht.
De huidige praktijk is in tegenstrijd met het beleid van de Vlaamse Regering met betrekking tot de randgemeenten, zoals dit in het Vlaams regeerak-koord is vastgelegd en zoals dit op 18 mei 2005 nog werd uiteengezet door minister-president Leterme na het B-H-V-debacle.
1. Het gevoerde beleid van De Lijn inzake taal-gebruik is duidelijk in tegenspraak met de Vlaamse Regeerverklaring van 18 mei 2005. Welke concrete maatregelen neemt de minister
om een restrictieve toepassing van de taalwet bij De Lijn te eisen, zodat het principe van de een-taligheid van Vlaanderen geëerbiedigd wordt? 2. Sinds kort prijken er tweetalige berichten van
TEC in verschillende bushokjes in Overijse. Is de minister op de hoogte van deze tweetalige
berichten?
Welke maatregelen neemt zij om deze berichten die in strijd zijn met de taalwet onmiddellijk te laten verwijderen?
Antwoord
1. De Vlaamse Vervoermaatschappij is onderwor-pen aan de wetgeving op het gebruik van de talen in bestuurszaken, en leeft deze ook na. Mededelingen aan het publiek gebeuren in het
Nederlands en het Frans waar de wet zulks voorschrijft.
Het bericht op de Vlaamse website inzake taal-gebruik in bestuurszaken is inderdaad correct. De lijnen van openbaarvervoermaatschappij en die verschillende gemeenten bedienen moeten worden beschouwd als gewestelijke diensten. Als ze ook naar Brussel-Hoofdstad rijden, dan moet de dienstverlening op deze bussen volle-dig in de twee landstalen geschieden, zo schrijft de taalwetgeving het voor (zie art. 35, §1, b) SWT).
2. De exploitatie door de Waalse maatschap-pijen voor openbaar vervoer S.R.W.T. (TEC) van de gewestgrensoverschrijdende lijnen die Vlaanderen aandoen wordt beheerst door het "Samenwerkingsakkoord tussen het Vlaamse Gewest en het Waalse Gewest in verband met het grensoverschrijdend openbaar vervoer tus-sen het Vlaamse Gewest en het Waalse Gewest" (Belgisch Staatsblad 02/04/1992).
Dit samenwerkingsakkoord regelt overigens tegelijk de exploitatie door De Lijn van de gewestgrensoverschrijdende lijnen die Wallonië aandoen. In dit samenwerkingsakkoord komen geen bepalingen voor over het gebruik van de talen.
Ik ben niet op de hoogte van de tweetalige berichten van de TEC in Overijse. In voorko-mend geval kan tegen een miskenning van de taalwetgeving door de S.R.W.T. (TEC) klacht worden neergelegd bij de Vaste Commissie voor Taaltoezicht. Zowel de S.R.W.T. (TEC) als de V.V.M, zijn immers gehouden de wetgeving op het gebruik van de talen in bestuurszaken na te leven.