POLITIEBEPALINGEN VERZAMELING

: ^ ^ V ^

I à

=b=6WS

t&t

fô

VERZAMELING

VAN

Reglementen en Keuren van Politie

EN VERSCHILLENDE ANDERE

POLITIEBEPALINGEN

r

l' -A

f

^Residentie Jogjakarta

v VERZAMELD DOOR

W . F. ENGELBERT YAi\ BEVERVOORDE,

Assistent-Resident van Jogjakarta.

< » •

4 %

J O G J A K A R T A

W. A. VAN DER HÜCHT & Co.

1902. § %

f^kc

4*M" :-«a®a

BIBLIOTHEEK KITLV

0093 1285

* I

V E R Z A M E L I N G

TAN

REGLEMENTEN EN KEUREN VAN POLITIE

i:x vF.iisciiiLr.KXDi: A N D E R E

PO'LITIEBEPALINGEN

VOOR DE

R E S I D E N T I E J O G J A K A R T A

VERZAMELD DOOR

W. F. ENGELBERT VAN BEVERVOORDE, A sais tent- Remku t va n J or ja kar ta.

— > - - * - -

ggStu» mm

v*

[ÏAAl-,LAND * VOLKENKUNDE j ''s* v A N «v>5v

J O G J A K A Tl T A

W. A. VAN DER IIUCHT & Co.

1902.

V O O R R E D E .

Of het voetspoor van hetgeen ik voor de residentie Soerabaja in hH jaar 1898 (L) deed, ben ik na mijn optreden als Assis- tent-Resident in dit gewest dadelijk begonnen aan eene herziening eau de vigeerende reglementen en keuren van politie.

Ook hier ware,, eenige dier verordeningen verouderd, mie ge- wijzigd sommige niet overeenkomende met de tegenwoordige toe- standen,, terwijl nadere regeling van eenige onderwerpen van po-

litioneel belang tevens gewenscht was.

Het beslaande in 1885 djor den heer H. BÜNING uitgegeven boekje ter zake was geheel onbruikbaar geworden, omdat, zoo te zeggen, geene enkele der daarin voorkomende keuren meer van

toepassing was.

Om tot de uitgave van een nieuw boekje te kunnen overgaan was het echter eerst noodig zich op de hoogte der plaatselijke — hier soms zeer afwijkende—toestanden te stellen om daarna de verschillende veranderingen op de gebruikelijke wijze aan de be- lrokken autoriteiten ter goedkeuring aan te bieden, met een en

ander zooals gewoonlijk veel tijd gemoeid gaat. _ Ook was het wenschelijk voor de beschikkingen van den Resi-

dent en voor de ordonnantie», welke met die reglementen en keu- ren in nauw verband staan, afzonderlijke af deeling en m het werkje te bestemmen, hetgeen wederom noodzakehjk maakte som- mige dier beschikkingen te doen herzien om ze aan den Jeitelijken of aewenschten toestand te doen aanpassen.

Ten gerieve van de Inlandsehe Grooten, hoofden en ambtenaren en van de Hoofden der Vreemde Oosterlingen zijn ook hier, waar noodig, Javaanse he en Maleische vertalingen dier keuren en beschikkingen opgenomen, waardoor deze verzameling _ voor hen meer waarde heeft, vermits alhier onder hen slechts weinigen ge- vonden worden, die de Nederlandsche taal machtig zijn.

Ook voor de HH. landhuurders en hunne geemploijeerden heej t dit werkje daardoor meer nut verkregen

Door de diverse bepalingen wijders alfabetisch te rangschikken is het naslaan vergemakkelijkt.

Jogjakarta, Februari 1902.

W. F . E N G E L B E M VAN BEVERVOOBDE,

Assistent-liesiden t.

p.) Dezer dagen verscheen hierop ran mijne hand lij de firma A I H M C H Ï en Co. te Batavia een supplement.

I N H O U D S O P G A V E.

// 8-

// 4 —

A F D E E L I N G I-

Reglementen en Keuren van Politie voor de Residentie Jogjakarta.

AT , , Bladz.

IM o. 1— Atappen dakbedekking. Keur omtrent het ver- bod tot bedekking van nieuw op te nebten woningen of gebouwen met. atap of andere licht ontvlambare materialen ter hoofdplaats

•Jogjakarta . . . . n

'/ 2 — begraaf plan tem Europeanen. Verordening op liet beheer der begraafplaatsen en op het" be- graven van lijken van Europeanen en daarmede gelijkgesteld en ter hoofdplaats Jogjakarta . 2 begraafplaatsen Chineezm. Verordening op liet beheer der begraafplaatsen en op het beu-ra- ven van lijken van Chiueezen ter hoofdplaats Jogjakarta met Maleische vertaling . . . . J 4

Blaasroeren blaaspijpjen. Keur op "hel gebruik van blaasroeren en blaaspijpeu in de Residen- tie Jogjakarta, met Maleïsclie en Javaansche

vertaling OQ brandspuiten. Reglement op den dienst der

brandspuiten in- hoofdplaats Jogjakarta, met

Maleische extract 47 broodbakkerijen. Keur op de broodbakkerijen

in de Residentie Jogjakarta, met Maleische

vertaling ^K Gemeentediensten Vreemde Oosterlingen,. Veror-

dening op het prestoeren van gemeentediensten door Vreemde Oosterlingen in de Residentie

Jogjakarta, met Maleische vertaling . . . . 6 0 // 8 — Licht. Verordening betreffende het ïoopen met

licht langs de openbare wegen door Inlanders en met hen gelijkgestelden in de Residentie Jog- jakarta, niet Maleische en Javaansche vertaling

en Model „Soerat lampoe" ^ . 67

" 9— Naambordjes, nummer plaatjes. Verordening op het aanbrengen van naambordjes en nummer- plaatjes aan de woonhuizen, pakhuizen en der- gelijke gebouwen van Europeanen en met de- zen gelijkgestelden en van Vreemde Ooster- lingen ter hoofdplaats Jogjakarta, met .Malei-

sche vertaling 75 // 6-

// 7 —

INHUDSOPGAVB.

Bladz.

Netheid, enz. Verordening tot bevordering van netheid, zindelijkheid, veiligheid en orde in de Residentie Jogjakarta, met Maleische en J a -

vaansehe vertaling 8 0 Paardenoerhuurderijen, wegen, enz. Reglement

op het gebruik van paarden, rij- en voertuigen op de openbare wegen en lief verhuren van paarden, rij- en voertuigen in de Residentie

Jogjakarta, met Javaarische vertaling . . . . 106 Prostitutie. Verordening tot wering (1er Scha-

delijke gevolgen, welke uit de prostitutie voort- vloeien, in de Residentie Jogjakarta, met J a -

vaansclie vertaling . . 152 Rooireg lemen t. Reglement op liet bouwen en sloopen ter hoofdplaats Jogjakarta, met

Javaansehe extract 177 Slachten van, vee en paarden. Reglement op liet

slachten van runderen, buffels, paarden en veu- lens en op liet verkoopeu van vleesch in de Resi-

dentie Jogjakarta, met Javaasche vertaling . . 2 1 4 Station Toegoe. Verordening tot handhaving van de goede orde op het buitenplein van en den toegangsweg tot het station van den

Staatsspoorweg te Jogjakarta 242 Station Lempuejangan. Verordening tot hand-

having van de goede orde op het buitenplein van het station van de Nederlandsch-Indische

Spoorwegmaatschappij te Jogjakarta . . . . 2 4 4 Varkens. Verordening op het houden van

varkens in de Residentie Jogjakarta, met Ma-

leische en Javaansehe vertaling '246 Veeovergang. Keur op den overgang van rund-

vee, buffels en paarden onder de'Inlandsche en daarmede gelijkgestelde bevolking in de Resi- dentie Jogjakarta, met Maleische en Javaansehe

vertaling 2 5 4 Velocipedes. Reglement op het gebruik van

velocipedes (rijwielen) in de Residentie Jogja-

karta, met Maleische en Javaansehe vertaling. 262 Wachtdiensten. Verordening op het houden van wachten door Inlanders in de Redentie Jogjakarta, met Javaansehe vertaling . . . 2 7 3

// ijkmeesters Europeanen. Reglement voor de Europeesehe wijkmeesters ter hoofdplaats Jog-

jakarta, met wijziginging van dat Reglement. 2 8 3

m

Bladz.

A F D E E L I N G IL

Besluiten en beschikkingen van den Resident van Jogjakarta, inzake:

N o . I Alarmsignalen. Alarmsignalen bij brand, enz.

in de residentie Jogjakarta, met Maleisdhe

ru Javaanscbe vertaling 295 // I I Atappen dakbedekking. Wering van brandge-

vaar, verbod atappen dakbedekking, ter hoofd-

pbiats Jogjakarta, met Javaanscbe vertaling. . 299 // I I I — Instructie Hoofden, i rei'inde Oosterlingen. In-

structie voor de Hoofden der Yreemde Ooster- lingen en hunne wijkmeestets in de Residen-

tie Jogjakarta, met Maleische vertaling. . . 814 ti IV — Koffievervoer. Regeling van het vervoer van

koffie in de Residentie Jogjakarta, met J a -

vaanscbe vertaling 322 // V — Mier ken van karren. Merken der karren en

grobag 's in de Residentie Jogjakarta, met Ja-

vaansche veitaling 332 // V I — Pleisterplaatsen. Pleisterplaatsen voor voer-

tuigen- tot personenvervoer ter hoofdplaats

•Jogjakarta, met Javaanscbe vertaling . . . 342

* V I I — Prostitutie. Aanwijzing der middelen ter voorkoming van geslachtsziekten, met J a -

vaanscbe vertaling 346 f/ V I I I — Jl'ioireglemenl, wegen. Aanwijzing der wegen

ter hoofdplaats Jogjakarta, waarop het rooi- rcglement voor Inlanders van toepassing is

verklaard, met Maleische vertaling . . . . 349 n I X — Slachten van vee en paarden. Aanwijzing der

personen, die vergunningen tot slachten van vee en paarden moeten afgeven in de Resi-

dentie Jogjakarta niet Maleische vertaling. . 3 5 3 n X — Slachten van varkens. Aanwijzing der perso-

nen, die vergunningen tot slachten van var- kens moeten afgeven iti de Residentie Jogja-

karta met Maleische vertaling 355 // X I — Varkenskralen. Aanwijzing der varkenskralen

ter hoofdplaats Jogjakarta, met Maleische ver-

taling . . . . 358

I V INHOUD

Bk.

N o . X I I — Wijken Europeanen, indeeling, grenzen. Indee- ling en grenzeu der Europeesche wijken ter hoofd

l%.a t s Jogjakarta met Javaansche vertaling. 360

<•/ JC1II— // ,y/w / Europeanen, kampongs. Aanwijzing der opgemeten kampongs, die 'onder elke Euro- peesclie wijk ter hoofdplaats Jogjakarta res-

sorteeren, met Javaansche vertaling. . . 3 7 3

" X}Z~ !l1-..""- X I 1.1' d o c h a l fabetisch gerangschikt .' 395

» X V — Wijken. Chineezen, grenzen, (.'reuzen der voor Chineezeu ter hoofdplaats Jogjakarta

Javaansche en Maleische vertaling . . . . 398- // X V I — Wijken, Chineezen, Onderwijken. [ndeeling

der Chineesche wijken ter hoofdplaats Jogja- karta in onderwijken en grenzen daarvan, met Maleische vertaling 4 ] g

AFDEELING III

Ordonnantiën betrekking hebbende op de Politie in de resi- dentie Jogjakarta.

Lt. A.— Begraven van lijken. -Bepalingen omtrent, het begraven van lijken van Europeanen, Inlan- ders en met lien gelijkgestelde personen in

Nederlandsch-Indië . . . 4,23

„ B.~- (tremen. Grenzen ,1er hoofdplaats Jogjakarta

niet Javaansche vertaling'. . . . 1.05 n C— Koßeoerboer. Bepalingen tot tegengang op Java

van de onttrekking van koffie aan de ver-

plichte • levering met Javaansche vertaling . 431

" D-— Heispassen Chineezen. Bepalingen op de reis-

passen van Chineezen in de Forstenlanden. . 4 6 3 a E. Slachten van vee en paarden. Invoering eener

rechtstreeksche heffing van de belasting 0p het slachten van runderen, buffels, paarden en veulens op Java en Madoera met Javaansche

vertaling ;. 4 ^ 4 11 *. Star/den, ran varkens. Invoering eener directe

heffing van de belasting op het slachten van

varkens op Java eu Madoera 480 // O.— Veevervoer. Bepalingen op het vervoer van

vee in Nederlandseh-Indiè ' 483

" •"•— Wijken voor Chineezen. Aanwijzing der plaat- sen voor afzonderlijke wijken voor Chineezen

in .de Residentie Jogjakarta . . . 485

" J-— Zoulaanmaik. Bepalingen tot verzekering van

zoutmonopolie in Nederlandsch-Indiè . . 480

A F D E E L I N G 1.

Reglement en

VAN

POLITIE

VOOR DE RESIDENTIE

JOGJAKARTA.

No. I, A tappen dakbedekking. Keur omtrent het verbod tot bedekking van nieuw op te richten woningen of gebouwen met atap of andere licht ontvlam- bare materialen ter hoofdplaats Jogjakarta.

De Resident can Jogjakarta.

(Voor het land.) Ovenregende, dat de dezerzijdsche verorde- ning van 18 Februari 1891, afgekondigd in de Javasche Courant van 10 en 13 Maart 1891 Nos. 20 en 2 1 , waarbij aanwijzing is gedaan van de wijken en buurten van de hoofdplaats Jogja- karta, waarop liet verbod tot bedekking van nieuw op te rieliten woningen of gebouwen niet atap of andere lieht ontvlambare materialen, bedoeld bij artikel 1 der ordonnantie van 17 Decem- ber 1875 (Staatsblad No 288), van toepassing is verklaard, be- hoort te worden ingetrokken in verband inet liet bepaalde bij de ordonnantie van 15 Augustus 1895 (Staatsblad N o . 176), zooals dat is gewijzigd bij de ordonnantie van 24 Augustus 1897 No. 217), mits deze materie bij Kesidents-besluit moet worden geregt-ld ; (!)

Gelet op artikel 72 van liet Reglement op het beleid der Regeering van Nederlandseh-Indië en op Staatsblad 1858 No. 17;

Maakt aan de ingezetenen vän dat gewest bekend : Dat door hem is vastgesteld de navolgende

V E R O R D E N I N G . Artikel één.

De dezerzijdsche verordening van 18 Februari 1 8 9 1 , afgekon- digd in de Javasche Courant van 10 en 13 Maart 1891 Nos. 20 en 21 wordt ingetrokken.

Artikel twee.

Deze verordening treedt in werking op den dag harer afkondiging.

En opdat niemand, wien zulks aangaat, hiervan onwetendheid voorwende, zal deze in het officieel nieuwsblad worden geplaatst en, voor zooveel noodig, in de Inlaudsche en Chiueesche talen worden aangeplakt.

Gedaan te JOGJAKARTA, den 12en October 1 9 0 1 . Be Resident voornoemd,

J. A. A M E N T . Be Secretaris,

H. D E B I E . (Afgekondigd in de Javasehe Couranten van 25 October en 29 November 1901 Nos. 85 en 95).

(!) Zie dat Residentshtsluit in Afdeeling II onder No. I I hierachter.

_ 2 —

No. 2 Begraafplaatsen Europeanen. Verordening op het beheer (1er begraafplaatsen en op het begraven van lijken van Europeanen en daarmede gelijk- gestelde!] ter hoofdplaats Jogjakarta (}).

De Resident van Jogjakarta.

(Voor het Land.) Overwegende, dat de recognition, gelieven volgens de vigeerende verordening op liet beheer dei' begraaf- plaatsen en op het begraven van lijkeu van Europeanen en daarmede gelijkgesteld en te Jogjakarta dd. '21 September 1 8 9 1 , afgekondigd in de Javasehe Couraut van 20 October 1891 No.

84, niet alle wettig zijn :

Overwegende verder, dat ook nog andere wijzigingen in die verordening behooren te worden aangebracht ;

Overwegende wijders, dat het in verband met die vele wijzi- gingen wenschelijk moet worden geacht, ter voorkoming van misvattingen, om de geheele gewijzigde verordening opnieuw af te kondigen ;

Gelet op de circulaire van den Directeur van Justitie dd. 6 April 1900 No. 2234 ;

Gelet op art. 72 van het Reglement op het beleid der Re- geering van Nederlandsch-ïndië en op Staatsblad 1858 No. 17, gewijzigd bij Staatsblad 1901 No. 2 7 5 ;

Maakt aan de ingezetenen van dat gewest bekend : Dat door hem is vastgesteld de navolgende verordening : VERORDENING op het beheer der begraafplaatsen en op het

begraven van lijken van Europeanen en daar- mede gelijkgestelden ter hoofdplaats Jogjakarta

I. Het beheer.

Artikel.

Het beheer der begraafplaatsen voor lijken 'van Europeanen en daarmede gelijkgestelde personen ter hoofdplaats Jogjakarta is opgedragen aan eene commissie van vijf leden.

De Assistent-Resident ter hoofdplaats Jogjakarta treedt krach- tens zijn ambt als voorzitter op, terwijl de vier andere leden door den Resident worden benoemd en ontslagen.

De commissie wijst uit haar midden een secretaris en een thesaurier of een secretaris-thesaurier aan.

I I . J)e commissie.

Artikel 2.

De commissie draagt zorg, dat de gebouwen, gedenkteekenen.

(1) Zie de ordonnantie op het begraven van lijken iu Afdeeling I I I onder La A .

— 3 —

tombes, grafkelders en wegen op de begraafplaatsen goed wor- den onderhouden, zullende het jaarlijks aauwitten der gedenk- teekenen, tombes enz., komen voor rekening van het fonds, terwijl andere reparation voor rekening van belang-hebbenden zijn.

Artikel 3. •

De commissie is belast met het toezicht over den opziener der begraafplaatsen, tevens bedienaar van sterfhuizen, de dragers en al v a t verder tot de begrafenis behoort en zorgt, zooveel in haar vermogen is, dat door een ieder wieu zulks aangaat, de in deze verordening voorgeschreven bepalingen stiptelijk worden gehandhaafd en nagekomen.

De'begraafplaatsen worden minstens eenmaal in de maand door een der leden bij beurten bezocht.

Het schriftelijk rapport van bevinding wordt, na gemaakt ge- bruik, door den voorzitter aan liet volgend lid gezonden, ten einde daarop bij zijn bezoek te kunnen letten.

Artikel 4.

Alle gelden, die overeenkomstig deze verordening ten -behoeve der begraafplaatsen gelieven worden en bet fonds daarvan uit- makende, staan onder de administratie (1er commissie, die daar- over zoodanig beschikt, als zij ten meesten nutte van de be- graafplaatsen en bet onderhoud, de verbetering en verfraaiing daarvan goedvindt en als zij noodig' acht om in alles te voor- zien, wat voor eene gepaste teraardebestelling vereiseht wordt.

Alle betalingen, voortvloeiende uit deze verordening, geschie- den aan den thesaurier.

Artikel 5.

De voorzitter leidt de vergaderingen en roept de leden tot het bijwonen daarvan op, wanneer bij dit noodig' oordeelt.

In 'de eerste maand van elk semester wordt eene vergadering gehouden.

in die vergadering legi de secretaris over:

a. eene opgave van bet saldo in kas ;

b. eene opgave van de debiteuren en het door elk dezer ver- schuldigde, met vermelding van hetgeen voor de inning daarvan is of wordt verricht; en

e. eene opgave van de crediteuren en het aan elk dezer ver- schuldigde bedrag.

Wanneer de meerderheid van de ter plaatse aanwezige leden der commissie eene vergadering noodig acht, en daartoe b i j d e n voorzitter schriftelijk aanvraag doet, is deze verplicht, haar te beleggen.

4 —

Artikel 6.

Het dagelijksch beleid van zaken is aan den voorzitter en secretaris overgelaten.

In spoedvereischende gevallen zendt de voorzitter de stukken bij de leden in rondjezing of wel behandelt hij die, zooals hij vermeent te behooren, behoudens bericht aan,' en goedkeuring door de commissie in de eerstvolgende vergadering.

Artikel. 7.

De secretaris houdt nauwkeurig aanteekening van al wat in de vergadering verricht wordt.

_ Hij brengt in de semester-vergadering van elk jaar verslag uit over het voorgevallene in het afgeloopen semester.

Artikel 8.

"De thesaurier is persoonlijk verantwoordelijk voor de onder zijne berusting zijnde gelden van het fonds der begraafplaatsen.

Maandelijks sluit hij zijne boeken af en 'moet "alle sommen boven de f 3 0 0 . — storten bij de Rijkspostspaarbank.

Op de eerste semester-vergadering van elk jaar doet hij aan de overige leden der commissie rekening en verantwoording van zijne gehouden administratie over het afgeloopen semester.

I I I . Be hegraafplaalsen.

Artikel 9.

Van de gedeukteekenen, graftombes en dergelijke op de be- graafplaatsen wordt aanteekening gehouden in' het register der graven.

Artikel 10.

De nieuwe algemeene begraafplaats, alwaar alleen begraven mag worden, is verdeeld in afdeelingen, welke duidelijk ' zicht- baar onderscheiden behooren te zijn.

Artikel 1 1 .

Ieder graf of gedenkteeken wordt voorzien van het overeen- stemmend nummer van het register en van de plattegrondtee- kening der begraafplaats.

De nummerplaten worden voor rekening van het fonds der begraafplaatsen aangemaakt van duurzaam materiaal.

Artikel 12.

Ieder graf beeft eene lengte van 3 3 meter, eene breedte van 1.9 meter en eene diepte van minstens 1.9 meter.

Wanneer voor een graf eene grootere breedte of lengte wordt verlangd, is men verplicht % of meer geheele graven te nemen.

Artikel 13.

De drempels en voetstukken der grafkelders moeten in dier voesre worden o p d i e n t , dat zij bij v e r k o o p van den -rond der begraafplaats, berekend op drie decimeters, Z1cbtbaar en toe- gankelijk blijven; zij mogen, evenmin als de kroonlusten der gedenkteekenen of andere versierselen, _ de lengte en breedte voor de grafruimte toegestaan, overschrijden.

E e n gedenkteeken, meer ruimte beslaande dan voor een grat is toegestaan, bekomt niet één nummer, maar de nummers der graven, welke bet beslaat.

De graven worden onderscheiden in eigen graven : nuurgra- ven die in eigendom kunnen worden aangevraagd : huurgraveu, die 'niet in eigendom kunnen worden aangevraagd ; en gratis

g TV o o r ieder soort worden bepaalde vakken op bet kerkhof aan-

^ A l ï e T n op eigen graven mogen gedenkteekenen, tombes en dergelijke worden aangebracht.

Van' eigen graven of grafkelders zullen op verzoek van be- langhebbenden door de commissie bewijzen van eigendom wor- den uitgereikt.

Artikel 14.

Ten behoeve van het fonds der begraafplaatsen worden de navolgende recognition geheven:

$ I Voor een eigen graf met bevoegdheid, om op ei^en kosten daarop ' te plaatsen een kruis, dan wel platten steen vier decimeters boven den beganen grond, mits behoorlijk gefundeerd en overwelfd . .

' § 2. Voor een gemetseld graf, met gelijke bevoegd- heid . • • • • ' , . - , ' , i !

§ 3. Voor een gemetseld graf, geschikt voor het bijzetten van twee lijken . • • • •

§ 4. Voor een gemetseld graf, geschikt voor het ^

bijzetten van drie lijken . • • • ""100 ' e n voor ieder lijk meer. . • • • • " i u •

§ 5. Voor een bunrgraf, dat in eigendom kan wor- den verkregen • "

Wanneer later dat graf in eigendom wordt verlangd, met de bevoegdheid bij § 1 omschreven, is daarvoor bovendien verschuldigd . . • , •

Wanneer met vergunning der commissie m eene endere afdeeling of eene andere plaats dan die, welke boor de volgorde der nummers wordt aangewezen, degraven wordt, is daarvoor verschuldigd .

ƒ 3 n- —

» 1 5 0 . —

// 2 5 0 . —

1 2 . —

1 5 . —

20,

— 6 —

politie lijk

begraven van het.

het eer- idem.

f 25.- j 6. Voor een huurgraf, dat niet in eigendom kan bekomen worden, en na afloop van tijd, naar gelang

de behoefte zulks vordert, wordt weggeruimd f 5 JJeze betaling wordt ook gevorderd, wanneer de be-

graf ems plaats heeft door het hospitaal.

§ 7 Voor een huurgraf als onder SS 6 voor min- gegoeden en voor lien, die door de diaconie of ande- re bijzondere gestichten van liefdadigheid begraven

worden . °

§ 8. Voor een huurgraf als o n d e r ' § ß 'voor lijken,' * die op last van het bestuur door de

worden

§ 9. Voor het overbrengen van een eene naar het andere graf.

Hierbij komt nog het prijsverschil tussohen ste en het laatste graf.

§ 1 0 . Voor liet recht tot oprichting van een tredenk- teeken van hardsteen, sarcophaag of eenvoudige tom- be, met meer dan één meter boven den grond ver-

heven . °

§ 1 1 . Voor het recht, om een monument met or- namenten op te richten .

f }l' Z(WV 'f* r e d l t' o m e e n mai>soieum of praalgraf'

§ i.0. Voor het recht, om een graf of monument te omheinen met een houten of ijzeren hekwerk

§ 14. Voor liet recht, om een graf of een monu- ment van een dak te voorzie,,, mits geheel van ijzer en mits het project door de commissie vooraf is goed- gekeurd die in het bijzonder zal letten op eene nette constructie en op de hoogte van den nok. (Hieronder is het hekwerk niet bes-repen)

De recognition, bedoeld bij de §§ 1 0 , ' 11 en I 2 ' betreffen alleen die gedenkteekenen! tombes, mont

Zf van"3 r f

T '

°PP

^

^e van één

^rat van 3.3 meter lengte en 1.9 meter breedte niet overschrijden.

Wanneer de daardoor ingenomen oppervlakte -rooter

^ dan die voor één graf (gedeelten rekenen voor een d , e I w ' I T T * * e r e c o?n i^ , boven eu behalve of praalgraf, g e d e n k t e e k e i l> d e t o m^ bet monument

voor de oppervlakte van twee graven

voor de oppervlakte van drie graven ' , voor de oppervlakte van elk graf meer .

§ l o . Voor het openen van een eigen gemetseld

30.—

ß 0 . — 1 0 0 , —

50.

50.—

1 0 0 . — 5 0 . —

7 —

hef' r Ï b i J Z e t t e n V a n H j k e n m h e t w e d e i's l u i t™ van

. ƒ 2 5 . — Artikel 15.

Wanneer een gedenktceken, tombe, monument of p r a a W

u Z r ;

e / V

' I t * f ^ ^ ^ e door de commJ fe -

maa pei aangeteekend schryven tot herstel aangemaand.

m ; i , • . " T - ™ . j . - u » , . i i c x s i d a a n g e m a a n d . , ,1 J, "!?* v a? .d e ontvangst van dit schrijven door den be- langhebbende, of « de belanghebbende dan wel diens woon plaats met bekend, dan geschiedt de oproeping door muddel ™n eene advertentie in de Javasche Courant, daarin tweemall Z tusschenruirnte van drie maanden, te plaatsen ' h e t ^ è c h t ^6 1 1 n a d e k a t S t e °P r 0 e p i U g' h 6 e f t d e oommù«io net reent tot opruimen.

Artikel 16.

Voor de verstrekking van roef, lijkbaar en doodkleed (e sa- men wordt naar gelang van de klasse der begrafenis ten be hoeve van het fonds betaald / 6, / 5 /' 4 en / 2 d , L ging en terughaling daaronder b e g r e p e n / 7 ' b e Z M' -

Artikel 17.

De begrafenissen moeten plaats hebben bij dag tnsscheu 6 u u r s morgens en 6 uur 's avonds

Echter kunnen lijken ook worden bijgezet des avonds tot 9 u u r met nam bouwen.

Wordt de verstrekking van flambouwen door belanghebbenden van wege de commissie verlangd, dan moet daarvoor eene re- cognitie van ƒ 1 0 . — worden betaald

Deze betaling is niet verschuldigd in buitengewone omstan- digheden ter beoordeeling van de commissie en&evenmin, - s c h i è d f g r a V e Ü n a Z O n S O m l e^i l» 8 ' °P iMt der politie ge-

Artikel 18.

Na ommekomst van vijftien jaren heeft de commissie het recht om graven, die geen eigendom zijn, op te ruimen en opnieuw ten gebruike aan te wijzen.

I V . De opziener, tevens bedienaar der sterfhuizen.

Artikel 19.

De opziener wordt door ,1e commissie benoemd en ontslagen Deze bepaalt zijne bezoldiging, die ten laste var, het fonds tier begraafplaatsen komt.

Artikel 20.

De opziener is belast met liet dagelijkscb toezicht over de

s

begraafplaatsen en is verantwoordelijk voor alles, wat daarop in strijd met deze verordening voorvalt.

Aan hem wordt ten laste van liet fonds der begraafplaatsen het noodige Inlandsen personeel toegevoegd.

Artikel 2 1 .

Hij houdt onder toezicht van den secretaris der commissie

aan : - n

a een algemeene plattegroudteekemug van de begraafplaatsen;

b. een afzonderlijke plattegrondteekeuing van iedere afdeehng der nieuwe algemeene begraafplaats;

c. een dagregistei van de teraaidebestellingen, bevattende den da«- der begrafenis, den naam van den teraardebestelden per- soon, zijn ouderdom, beroep of kwaliteit, de letter en het nummer van het vak en van het graf; en

cl. een register voor de graven, overeenstemmende met de plat- tegrondteekening, verdeeld in zoovele vakken, als op de be- graafplaatsen worden aangetroffen, met vermelding van de

namen der in ieder graf bijgezette lijken.

Artikel 22.

De opziener zorgt, dat ieder graf of gedeukteeken voorzien zijn van het overeenkomstig nummer of de nummers van het

register en van de plattegrondteekeuing der begraafplaatsen.

5 " A r t i k e l 2 3 .

Hij vestigt de aandacht der commissie op den voorraad dood- kisten en den staat, waarin het verder materiaal verkeert.

Artikel 24.

Hij zorgt voorts, dat de lijken, naar gelang die aangebracht worden, opvolgend worden begraven in de categorie van graven, daarvoor bestemd, zoodat met overspringing alleen van de eigene o-raven steeds worde begraven naar de volgorde der nummers en dat, zoolang eeDe 'afdeeling niet vol is, in geen volgende afdeeling worden begraven.

De commissie kan echter vergunning verleenen, om van die volgorde af te wijken, zijnde alsdan de recognitie verschuldigd, vermeld in hef 2e lid van § 5 van artikel 14.

Yoor liet graven op de reeds gesloten begraafplaats te Lo- djikêtjii ter hoofdplaats Jogjakarta is de vergunning van het Hoofd van Gewestelijk lïesluur noodig, die deze niet verleent dan in gevallen van hooge noodzakelijkheid en na den genees- heer, met den civielen geneeskundigen dienst belast, gehoord te hebben.

. - 9 - Artikel 25.

De opziener is altijd tegenwoordig hij het teraardebestellen van een lijk.

Bij wettige verhindering echter kan hij zich op zijne verant- woordelijkheid door een door den voorzitter geschikt geacht persoon doen vervangen.

Wanneer bevonden wordt, dat bij het- teraardebestellen iets ongeregeld* of onordelijke heeft plaats gehad, moet de opziener zich daaromtrent voor de commissie verantwoorden en kan hij door haar, zoo noodig, met verbeurte van traktement over één maand en des noods met ontzetting van zijnen post gestraft worden.

Artikel 26.

De opziener zorgt, dat de lijken up de bij artikel 12 voor- geschreven diepte begraven worden.

Artikel 27.

De opziener houdt de begraafplaatsen voor zooveel het jaar- getijde en het weder zulks gedoogeu, altijd zuiver van hoog gras en onkruid, en zorgt, dat op dezelve ' geen vee weidt en geen schade wordt aangericht; dat het plantsoen en de bloem- heesters worden onderhouden en begoten, en dat de voetpaden steeds schoon eu zindelijk en gemakkelijk te begaan ziju ; ter- wijl hij tevens zorgt, dat die paden ter voorkoming van stuiven bij elke teraardebestelling voor zooveel noodig begoten worden.

Artikel 22.

De opziener zorgt ook, dat de graven niet gestoord en de lijken met bestolen worden, alsmede dat zijne bedienden bij begrafenissen zindelijk in het zwart gekleed en hunne o-ereed- schappen zwart geschilderd zijn.

Hij ziet toe, dat altijd een of twee graven van elke categorie in voorraad uitgegraven en gereed zijn.

Hij vestigt de aandacht der commissie op den stand van de in voorraad zijnde gemetselde graven, zoo die aanwezig ziju.

Artikel 29.

De opziener vordert, alvorens een lijk teraardebesteld wordt behoorlijke opgaven van den naam, de voornamen, de kwaliteit en den ouderdom van den overledene.

Hij geeft, wanueer liet consent van begraven, iu de gevallen, waarin dit consent volgens de bepalingen van Staatsblad 1849 N u . 2ö (reglement op het houden der registers van den bur- gerlijken stand) wordt gevorderd, ontbreekt, onmiddellijk kennis aan den Resident, die het noodige zal bevelen

Het is hem echter niet geoorloofd, een lijk van de begraaf- plaats terug te zenden.

— i'

Artikel 30.

De opziener, in een sterfhuis geroepen, begeeft zich _ onmid- dellijk derwaarts en brengt mede de tarieven van begrafeniskos- ten, vermeld in de" artikelen 14, 16, 17, 33, 34, 35, 37, 3 8 , 39, 4 3 , 41' en 46, en vraagt, in welke klasse en op welke wij- ze 'de begrafenis moet plaats hebben, en verder eene opgave van de diensten, die men van hem verlangt, van al hetwelk eene schriftelijke, opgave wordt opgesteld en d or belangheb- benden geteekend.

Artikel 3 1 .

De opziener is gehouden den hem opgedragen last te vol- brengen en alle inlichtingen te verschaffen, die verlangd wor- den of noodig zijn.

Artikel 32.

Bij overtreding van de bij dit hoofdstuk den opziener gege- ven 'voorschriften, kan Inj (foor de commissie gestraft worden met eene boete van ƒ 10 tot f 2 5 .

Artikel 3 3 .

De commissie brengt in rekening naai: gelang van de staatsie der begrafenis, die belanghebbenden verlangen :

a. voor de algemeene bestelling f 8, ƒ 5, ƒ 3 ; voor begrafe- nissen van de 4e klasse en behoeftigen geschiedt de bestel- ling gratis.

Voor kinderen beneden 2 jaar m de 3 eerste, klassen wordt hoogstens ƒ 3 in rekening gebracht;

b. voor liet bekendmaken, dat alleen voor de drie eerste, klas- sen en op speciaal verzoek van den bezorger geschiedt, ƒ 8, ƒ 5, cu ƒ 3, waaronder het rondbrengen begrepen is.

Artikel 34.

Wanneer verlangd wordt, dat de rondbrenging der begrafe- nisbriefjes geschiede door een zoogenaamden aanspreker, wordt deze door den opziener uit het beschikbare personeel aangewezen.

Voor dezen aanspreker is aan het begrafenisfonds verschuldigd eene recognitie van ƒ 10.

Artikel 35.

Door de commissie kan in rekening worden gebracht voor het vóór een lijk uitgaan van den opziener, wanneer zulks door belanghebbenden uitdrukkelijk verlangd wordt en de begrafenis in de I e of 2e klasse geschiedt, ƒ 10.

Artikel 36.

De opziener zorgt, dat hij tijdig, vóór het dragen van het

- 1 1 -

lijk uit het sterfhuis, aldaar aanwezig is, om het noodige te regelen.

Hij zeudt aan de sterflmizeu de rekening der gelden, aan het begrafenisfonds verschuldigd, en verantwoordt die gelden aan den thesaurier.

Geene rekening behoeft te worden voldaan, alvorens die voor gezien geteekend is door den voorzitter der commissie.

V. Dragers.

Artikel 37.

De commissie brengt in rekening voor eiken drager, ingeval verstrekking van dragers van harentwege door belanghebbenden verlangd wordt, naarmate van de klasse van begrafenis, / ' 2 ƒ 1 . 5 0 , / 1 of y 0.50.

liet te bezigen aantal dragers bedraagt voor de I e klasse 12 en voor de overige 8.

Artikel 38.

Wanneer verlangd wordt, dat behalve de dragers zoogenaam- de aansprekers vóór het lijk uitgaan, worden deze door den op- ziener uit het beschikbare personeel aangewezen.

Voor eiken aanspreker is aan het begrafenisfonds verschuldigd eene recognitie van f 10.

Artikel 39.

Voor belioeftigen worden de dragers uit het fonds der be- graafplaatsen betaald, voor zoover daarin niet op eene andere wijze kan worden voorzien.

Artikel 40.

De helft der dragers gaat bij verwisseling te voet bij liet lijk tot aan de begraafplaats.

Artikel 4 1 .

De commissie is bevoegd, om zoo noodig aan eiken drager eene maande!ijksche toelage uit het fonds der begraafplaatsen te doen uitkeeren, waarvoor zij verplicht zijn die diensten te pres- teeren, die. hun door de commissie worden opgedragen.

/ . De lijkwagens.

Artikel 42.

De commissie zorgt voor de aanwezigheid van een geschikten lijkwagen en voor het onderhoud daarvan.

Artikel 4 3 .

De wagen wordt getrokken door zes, vier of twee zwarte of zeer donkerbruine, goed gedresseerde paarden met zwarte en

— l e -

rnet zwart ijzer beslagen tuigen eu met lauge rouwkleeden als

naar gebruik. _ Voor de I e klasse wordt toegestaan 6, voor de 2e klasse 4

en voor de 3e en 4e klasse en voor de belioeftigen 2 paaiden.

Artikel 44.

Voor het gebruik van een rouw- of lijkwagen wordt door de commissie in rekening gebracht:

voor een lijkwagen met 6 paarden voor de I e klasse ƒ 2U.

„ „ // // 4 n '/ " 2e '/ " 1 5-

„ „ ,/ n 2 tl '/ " 3e // » C

„ „ „ // 2 '/ 'i " 4e // " 3.

Voor lijken, die uit het hospitaal begraven worden, wordt ƒ 4 in rekening gebracht.

Voor liet gebruiken van den lijkwagen ter afhalmg van een lijk buiten de grenzen der hoofdplaats, wordt eene speciale ver- gunning van de commissie vereischt, eu wordt behalve de bo- vengenoemde bedragen betaald ƒ 2 per paal voor den wagen en f 1 per paal voor de paarden, gerekend over den afstand dien 'de lijkstatie moet afleggen.

Artikel 4 5 .

De rouwwagens rijden met het lijk stapvoets, Bij ieder paard is een in het zwart g'ekleede looper geplaatst, die het paard bvj den toom leidt. De koetsier is mede in het zwart gekleed.

VIL. -De doodkisten.

Artikel 46.

Voor de levering van doodkisten wordt door de commissie m rekening gebracht ( h e t bezorgen en het sluiten daaronder be- grepen):

I . voor eene doodkist voor de I e klasse van djatihout met paneelen, de planken ter dikte van 4 centime- ter, gepolitoerd, met 8 koperen handvatsels, van binnen bekleed met fijn wit katoen, met zwart zij- den lint vastgespijkerd, het deksel voorzien van 9

koperen schroeven . • • • • \J ó ~

I I . voor eene doodkist voor de 2e klasse van djati- hout met paneelen, de planken ter dikte van 4 centimeter, gepolitoerd, met 8 vernikkelde hand- vatsels, van binnen bekleed met fijn wit katoen, met zwart lint vastgespijkerd, het deksel voorzien ^ van 9 vernikkelde schroeven . • • • / y^-—

I I I . voor eene doodkist voor de 3e klasse van goed deugdzaam hout, zonder paneelen, van binnen met wit katoen bekleed, met 9 ijzeren schroeven en

— 13 —

8 ijzerei] handvatsels. . . f 25 I V . voor eene doodkist in de 4e klasse van goed

deugdzaam liout, zwart gemaakt, zonder liandvat- sels, zonder bekleeding en voorzien van 9 gewone houtschroeven . . . . , . // 10 Voor behoeftigen worden de laatstbedoelde kisten gratis ver-

strekt. ° Voor doodkisten voor kinderen van 2 tot 12 jaar wordt

slechts 2/3 eu voor kinderen beneden de 2 jaar 1/3 van de genoemde prijzen gerekend.

_ Wanneer iemand eene doodkist verlangt anders gemaakt dan hierboven is aangegeven, moet deswege met de commissie voor- af een accoord worden getroffen.

VIII. Algemeens bepalingen.

Artikel 47.

Minvermogenden en behoeftigen, zooals bij deze verordening worden bedoeld, moeten, desgevorderd, van hun onvermogen doen blijken door een behoorlijk bewijs van het Hoofd van Plaatselijk Bestuur.

Artikel 48.

Deze. verordening treedt in werking op den dag harer afkon- diging in liet officieel nieuwsblad.

Op genoemd tijdstip vervalt de verordening op bet beheer der begraafplaatsen en op het begraven van 'lijken van Euro- peanen en daarmede gelijkgestelden te Jogjakarta van 21 Sep- tember 1 8 9 1 , afgekondigd in de Javasche Courant van 20 Oc- tober 1894 No. 84.

En opdat niemand, wien zulks aangaat, hiervan onwetendheid voorwende, zal deze in het officieel nieuwsblad worden geplaatst en, voor zooveel noodig, in de Inlandsche en Chineesehe talen worden aangeplakt.

Gedaan te JOGJAKARTA, den 28en October 1 9 0 1 . De Resident ran. Jogjakarta, J. A. A M E N T . • De Gewestelijk Secretaris,

H. D E B I E .

(Afgekondigd in de Javasche Courant van 13 December 1901 No. 99).

moÊmm^m me

— 14 —

No. 3. Begraafplaatsen Chineezen. Verordening op het beheer der begraafplaatsen en op het begraven van lijken van Chineezen ter hoofdplaats Jog- jakarta.

Be Resident van Jogjakarta.

{Voor het Land.) Overwegende, dat de recognition, gelieven volgens liet vigeerende reglement op de begraafplaats voor lij- ken van Chineezen te Jogjakarta ddo 6 December 1890, afge- kondigd in de Javasclie Courant van 23 December 1890 N o . 102, alle onwettig zijn, vermits zij niet bij gewestelijke kern- maar bij besluit van den Resident van Jogjakarta zijn vastge- steld en sommige ook onwettig zijn, daar zij eene belasting zijn, door eenen onbevoegden wetgever in liet leven geroepen ;

'Overwegende verder, dat ook nog andere wijzigingen in dat reglement beliooreii te worden aangebracht, vermits ter hoofd- plaats Jogjakarta onder meer twee Chineesche begraafplaatsen zijn en het nieuwe reglement op beide van toepassing te ver- k l a r e n ;

Overwegende wijders, dat het in verband met die vele wijzi- gingen wenschelijk moet worden geacht ter voorkoming van 'misvattingen, om het geheele gewijzigde reglement opnieuw at te koudigen :

Gelet op de circulaire van den Directeur van Justitie ddo.

6 April 1900 no. 2 2 3 4 ;

Gelet op de ordonnantie van 15 December 18G4 (Staatsblad K o . 196), zooals deze is gewijzigd bij de ordonnantiën van 23 J u n i 1871 (Staatsblad No. 91) en 22 September 1896 (Staats- blad N o . 1 8 5 ) ; (1)

Gelet op artikel 72 van liet Reglement op het beleid der llegeering van Nederlandsen-Indië en op de ordonnantie van 17 Februari 1858 (Staatsblad N o . 17), gewijzigd bij die van 23 J u l i 1901 (Staatsblad N o . 2 7 5 ) ;

Maakt aan de ingezetenen van dat gewest bekend : Dat door hem is vastgesteld de navolgende verordening:

VERORDENING op het beheer der begraafplaatsen en op het begraven van lijken van Chineezen ter hoofd- plaats Jogjakarta.

Artikel 1.

Tot nieuwe algerneene begraafplaats voor lijken van Chineezen ter hoofdplaats Jogjakarta wordt aangewezen het stuk grond m de desa Badran gelegen ter hoofdplaats Jogjakarta en ressor- teerende onder het politiegebied Sosrodipoeran, ten Oosten van de rivier Winongo en ten Westen van de leiding Bendololé.

(1) Zie deze ordonnantiën in Afdeeling I I I onder La A.

— 15 —

T)e grenzen van bedoeld stuk grond, ter plaatse aangewezen door steenen merkteekenen, worden gevormd ;

aan de Noordzijde door eene denkbeeldige lijn, getrokken langs de merkteekenen 1, 2, 3, en 4 ;

aan de Oostzijde door eene denkbeeldige lijn, getrokken langs de merkteekenen 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12 en 1 3 ;

aan de Zuidzijde door denkbeeldige . lijnen, welke de merk- teekenen 15 en 16 aan elkander verbinden;

aan de Westzijde door eene denkbeeldige lijn, welke de merk- teekenen 14 en 15 aan elkander verbindt en verder van het merkteeken 16 langs de merkteekenen 17, 18, 19, 20 en 21 naar het merkteeken 1 loopt.

Artikel 2.

Op deze nieuwe algemeene begraafplaats worden ter aarde besteld de lijken van Cbineezen, die in het gewest Jogjakarta zijn overleden, behoudens bet bepaalde sub H e n IV van Staats- blad 1864 No. 196, zooals dit is gewijzigd bij Staatsblad 1896 No. 185.

Artikel 3.

Met het beheer dezer nieuwe algemeene begraafplaats, alwaar alleen begraven mag worden, en van de begraafplaats te Djetis, mede ter hoofdplaats Jogjakarta, zoomede met het toezicht over alles, wat betrekking heeft op het begraven op eerstgenoemde begraafplaats, is belast eene door den Resident van Jogjakarta te benoemen commissie, bestaande uit een voorzitter, een se- cretaris-thesaurier en vier leden.

De commissie wordt telkenmale benoemd voor drie jaren.

Als voorzitter treedt krachtens zij u ambt op de Assistent- Resident ter hoofdplaats Jogjakarta.

De secretaris-thesaurier en de overige leden worden uit de Chineesche bevolking gekozen.

Artikel 4.

De voorzitter leidt de vergaderingen der commissie en belegt ten minste éénmaal in het semester eene vergadering.

Wanneer de meerderheid der leden eene vergadering noodig acht, is de voorzitter verplicht die te beleggen.

Artikel 5. .

De secretaris-thesaurier houdt nauwkeurig: aanteekeninsr van al wat m- en buiten de vergadering verricht wordt en is inzonder- heid persoonlijk voor de onder zijne berusting zijnde gelden van het fonds der begraafplaatsen aansprakelijk.

Hij is gehouden alle drie maanden aan de commissie reke-

ning en verantwoording te doen van zijn beheer.

— 1 6 - Artikel ß.

Het dagelijkscli helieer der zaken is, om beurten volgens een rooster, voor drie maanden opgedragen aan twee der Chineesche leden der commissie.

Zij ontvangen de te innen gelden en doen de gewone dage- lijksche uitgaven en storten het evcntueele saldo onder overleg- ging der verantwoordingstukken na afloop van elke maand bij den secretaris-thesaurier.

Zij brengen in de vergaderingen der commissie verslag van hunne verrichtingen uit.

Artikel 7

De commissie doet jaarlijks in de maand Januari van haar beheer verslag aan het Hoofd van Gewestelijk Bestuur.

Artikel 8.

De begraafplaatsen worden ten minste eenmaal 's maands om beurten door een der leden van de commissie, belast met hel dagelijkscli beheer in artikel 6 bedoeld, bezocht, ten einde den toestand der begraafplaatsen e. a. op te nemen.

Artikel 9.,

Geen lijk wordt op de nieuwe algemeene begraafplaats toe- gelaten en geene teraardebestelling mag aldaar geschieden zon- der schriftelijke vergunning der commissie.

Op de begraafplaats te Dj etis ter hoofdplaats Jogjakarta mo- gen geene lijken worden begraven zonder voorafgaande machti- ging van het Hoofd van Gewestelijk Bestuur.

Artikel 10.

De teraardebestelling mag niet plaals hebben vóór zes uren des morgens en na zes uren des avonds.

Van het voorschrift betreffende de voor de teraardebestelliu- gen aangewezen uren kan worden afgeweken op last of na be- komen verlof van het Hoofd van Plaatselijk Bestuur.

W o r d t in dit geval door belanghebbenden verstrekking van flambouwen van wege de commissie verlangd, dan wordt daar- voor eene recognitie van / ' 10 betaald.

Deze betaling is niet verschuldigd in buitengewone omstan- digheden ter beoordeeling van de commissie en evenmin wan- neer het begraven na zonsondergang op last der politie geschiedt.

Artikel 1 1 .

De lijken worden tenminste l1/^ meter onder den grond be- graven; het Hoofd van Gewestelijk Bestuur kan echter in ver- band met Ghineesche gebruiken, die een verhoogd graf boven den beganen grond veroorloven, hiervan afwijking toestaan, mits boven het lijk de voorgeschreven aardlaag van l1/4 meter g e - handhaafd blijve.

—17—

Artikel 12.

Wanneer de teraardebestelling plaats heeft of plaats heeft gehad in een voor een ander bestemd of in een reeds geoecu - peerd graf, kan de commissie de wederopgraving' gelasten.

Artikel 13.

De nieuwe algemeene begraafplaats wordt verdeeld in vakken : A, B, C, D en E.

In elk vak hebben de graven dezelfde oppervlakte.

De oppervlakte van een graf is in vak :

A 160 vierkante meters B 80 id. id.

C 40 id. id.

D 24 id. id.

E 10 id, id.

Artikel 14.

De graven hebben doorloopende nummers.

De teraardebestelling geschiedt naar de volgorde dezer nummers.

Voor het begraven buiten de volgorde der nummers is een buitengewone bijdrage aan het fonds der begraafplaatsen ver- schuldigd, volgens het tarief, bedoeld in artikel 16.

Artikel 15.

Grafsteenen of gedenkteekenen mogen de lengte en breedte voor een graf bepaald niet overschrijden.

^ Artikel 16.

Ten behoeve van het fonds der begraafplaatsen worden de navolgende recognition geheven:

§ 1. Voor hel recht orn te begraven in vak:

A ./ 64,—

B » 16.—

C •••• » 4.—

D " L —

E gratis

§ 2. Voor het recht om een gedenkteeken (bongbaai) op een graf te plaatsen in vak :

A / 100.—

B : " 50 — C '/ 25.—

D : n 12.50

E , , " 5 . - -

— 18 —

§ 3. Voor het gebruik maken van den lijkwagen en andere benoodigdheden, indien de begrafenis plaats heeft in vak :

A

ƒ 4 0 . -

B „ 2().—

C ,/ 10.—

D „ 5.—

E „ 2.—

Ingeval het sterfhuis meer dan twee palen verwijderd is van de begraafplaats, wordt bovendien voor de meerdere kosten van bedoelde benoodigdheden betaald, per paal indien de begrafenis plaats heeft in vak :

A / 4.—

B „ 2.—

O „ L—

D « 0.50 E. ,i 0.25

§ 4. Voor het begraven builen de rij der volgnummers van de graven, zooals bedoeld in artikel 14, in vak:

A / 40.—

B : i, 20.—

C H 10.—

D // 5.—

• E.._ - u 2.—

§ 5. Voor het laten delven van een graf door het personeel der begraafplaatsen, het sluiten van het graf daaronder begrepen, in vak ;

A / 10.—

B n 5.—

C : n 2.50 D ; « 1 25 E >/ 0.50 De recognition, vermeld in § 3 en 5 hierboven zijn niet ver- schuldigd door behoeftigen, mits deze desgevorderd van hunne be- hoeftigheid doen blijken door een certificaat, afgegeven door het Hoofd van Plaatselijk Bestuur.

Artikel 17.

Het onderhoud van alle gcdenkteekenen, van welken aard ook,

komt ten laste van de eigenaren of belanghebbenden.

— 19 —

Zij kunnen echter met de commissie een schriftelijke overeen- komst aangaan, waarbij deze, tegen betaling van eene periodieke contributie aan de kas der begraafplaatsen, dat onderhoud op zich neemt.

Indien eigenaren of belanghebbenden aan hunne verplichting tot onderhoud niet voldoen, is de commissie bevoegd de op de graven geplaatste gedenkteekenen te doen sloopen en opruimen.

Alvorens daartoe over te gaan, worden de nalatigen door de commissie behoorlijk gesommeerd om binnen zekeren door haar te bepalen bekwamen termijn de rioodig geoordeelde herstellingen te doen.

Wanneer deze last binnen den door de commissie gestelden termijn niet nagekomen is, worden betrokkenen nogmaals door de commissie aan hunne verplichtingen en aan de gevolgen hunne nalatigheid herinnerd en wordt hun alsnog een uitstel van veertien dagen izv.iwwn, om het noodige te verriehten.

Bijaldien ook na verloop van dezen laatsten termijn aan den gegeven last geen gevolg gegeven is, en der commissie over- tuigend gebleken is, dat de belanghebbenden van de bovenbe- doelde sommation kennis hebben gekregen, wordt door haar tot de opruiming en slooping der verwaarloosde gedenkteekenen overgegaan.

Blijkt niet van de ontvangst van de sommatie door belang- hebbende of is de belanghebbende dan wel diens woonplaats niet bekend, dan geschiedt de sommatie door middel van eene advertentie in de Javasehe Courant,' daarin tweemaal, met tns- schenruimte van drie maanden, te plaatsen.

•Drie maanden na de laatste sommatie, heeft de commissie het recht tot opruimen en sloopen.

Artikel 18.

Alle gelden, overeenkomstig deze verordening geheven of op andere wijze ten behoeve der begraafplaatsen verkregen, staan onder het beheer der commissie.

Zij beschikt daarover ten nutte der begraafplaatsen en tot het aanschaffen der benoodigdheden voor de begrafenissen.

De ordonnantiën van betaling worden, voor zoover zij geene dagelijksehe uitgaven betreffen, evenals alle stukken, betrekking hebbende tot de correspondentie der commissie, geteekend door den voorzitter en den secretaris-thesaurier.

Artikel 19.

Met het dagelijksch toezicht over de begraafplaatsen is belast een opziener.

Deze wordt door de commissie benoemd en ontslagen.

— 20 —

Aan hem zijn toegevoegd een of meer wachters, die door de commissie worden aangesteld en ontslagen.

Artikel 20.

De bezoldiging van den opziener en de wachters wordt dooi- de commissie geregeld in verband met den stand van het fonds der begraafplaatsen.

Artikel 2 1 .

Bij elke begrafenis moet de opziener, of bij wettige verhin- dering van dezen door de commissieleden der maand t e beoor- deelen, een der wachters tegenwoordig zijn.

Artikel 22'.

De opziener houdt een register aan waarin bij elke teraarde- bestelling op de begraafplaats aanteekening wordt gehouden : a. van den naam, den ouderdom, de woonplaats en het beroep

van den overledene ;

b. van het nummer van het graf en vau het vak, waarin het graf is gelegen ;

e. van den dag der begrafenis.

Ook houdt hijaaneeneplattegrondteekeningder begraafplaatsen, waarop de graven nummersg-ewijze zijn aangeduid.

Artikel 2 3 .

De opziener zorgt, dat ieder graf' voorzien is van h e t ' overeen- stemmend nummer van het register.

Hij zorgt voor het schoonhouden der begraafplaatsen.

Hij waakt, dat door eigenaren of belanghebbende voldaan wordt aan hunne verplichting omschreven in artikel 17.

15ij nalatigheid dier eigenaren of belanghebbenden geeft hij daar- van kennis aan de twee Chineesche leden der commissie, belast met het dagelijksoh beheer.

Artikel 24.

De opziener en de wachters zijn overigens gehouden de be- velen van het in artikel 8 bedoeld lid der commissie op te volgen.

De opziener is verantwoordelijk voor hetgeen op de begraaf- plaatsen in strijd met deze verordening geschiedt.

Artikel 25.

Geschillen, die op de begraafplaatsen, de begrafenissen en wat daarmede in verband staat, betrekking hebben, worden door de commissie beslist.

— -21 —

Bezwaren tegen de beslissingen der commissie k a n n e n belang- hebbenden indienen bij het Hoofd van Gewestelijk Bestnur.

Artikel 26.

Deze verordening treedt in werking op den dag barer afkon- diging in bet officieele nieuwsblad.

Op genoemd tijdstip vervalt liet Reglement op de begraaf- plaats voor lijken van Chineezen te Jogjakarta van 6 December 1890, afgekondigd in de Javascbe Courant van 23 December

1 8 9 0 ' N O . 102.

En opdat niemand, wien zulks aangaat, hiervan onwetendheid, voorwende, zal deze iu liet officieel nieuwsblad worden geplaatst- en, voor zooveel noodig, in de Inlandsche en Cliineesche talen worden aangeplakt.

Gedaan te JOGJAKARTA, den 29en October 1 9 0 1 . De Resident van Jogjakarta,

J . A. A M E N T . De Gewestelijk Secretaris,

H. D E B I E.

(Afgekondigd in de Javascbe Courant van 13 December 1901 no 99).

— 2£ —

No. 3. Oendang-oendang bab pamijaraännja pakoeboeran tjina dan bab tanemnja bangkenja orang tjina dalam kota Jogjakarta.

FATSAL 1.

J a n g disediaken boewat pakoeboeran tjina jang baliaroe dalam kota Jogjakarta jaïtoe sepotong tanah dalam desa Badran dalam kota Jogjakarta, jang toeroet kabawah kapolisèn Sosrodipoeran, kapernahan sablah wetan kali Winongo serta sablali koelon slo- kan Sendololé.

Adapoen wates-watesnja tauah itoe jang soedah ditaroki andjir batoe saperti :

Sablali lor: oleh satoe baris meliwat andjir 1, 2, 3 dan 4 ; Sablah wetan : oleh satoe baris meliwat andjir 4, 5, 6, 7, 8,

9, 10, 1 1 , 12 dan 1 3 ;

Sablah Udoel: oleh baris-baris jang meliwat andjir 15 dan 16;

Sablah koelon : oleh satoe baris jang meliwat andjir 14 dan 15 dan meliwat andjir 16, 1 7 , 18, 19, 20, 21 dan 1.

FATSAL 2.

Pada pakoeboeran baharoe ini misti ditanam bangkenja orang tjina jang meninggal doenia dalam karesidenan Jogjakarta, sa- lainnja apa jang terseboet fatsal I I dan I V dari Staatsblad 1864 No. 196, saperti soedah berobah dengan Staatsblad 1896 No 185. (*)

FATSAL 3.

J a n g soedah dipasrahken pengrawatannja pekoeboeran baharoe ini dimana tjoemah boleh ditanam, apalagi pekoeboeran lama di Djetis, djoega dalam kota Jogjakarta, jaïtoe satoe kommissie jang ditetepken oleh kandjeng toewan Resident pakee satoe President, satoe Secretaris rangkep Thesaurier dan 4 lid.

Kommissie itoe saben 3 taoen sekali ditetepken.

J a n g djadi president jaïtoe kandjeng toewan Assistent-Resi- dent Jogjakarta.

Secretaris rangkep Thesaurier dan 4 lid dipilih pada orang bangsa tjina.

FATSAL 4.

President mengatoer samoea vergadering (pekoempoelan) dan bekin vergadering koerang-koerangnja satoe kali dalam saben setengah taoen.

(1) Ini Staatsblad bal) pakoeboeran partikulier, djadi tida tepakee boewat segala orang tjina ; melibat Atdeeling I I I Lt. A diblakang ini.

— 23 —

Djikalau tiga lid minta satoe vergadering, president misti djoega mitoeroet permintaan itoe.

F A T S A L 5.

Secretaris-Thesaurier misti menjatetti dengan ati-ati samoea jang dibitjara waktoe vergadering (pekoempoelan) dan djoega samoea lain perkara jang perloe, apa lagi dia tanggoeng samoea doewit kailmpoenjaännja pakoeboeran.

Masing-masing tiga boelan sekali dia misti kirim verantwoor- ding (pertelan ongkos) kapada kommissie akan dipriksa.

F A T S AL 6.

Pengrawatannja saliari-hari dipasraliken pada doea lid tjina kommissie itoe dan saben 3 boelan ganti lid itoe.

Itoe doea lid misti trima doewitnja dan membajar segala ong- kos saliari-hari dan pada toetoep masing-masing boelan kelebi- hannja doewit dia misti pasrah pada Secretaris-Thesaurier.

Waktoe vergadering lid-lid itoe misti lapor dari dia poenja pendapetan dan pakerdjaän bab pekoeboeran itoe.

E A T S A L 7.

Kommissie misti saben toetoep taoen dalam boelan Januari mengatoer satoe lapor kapada kandjeng toewan Resident diatas perboewatannja.

F A T S A L 8.

Pakoeboeran-pakoeboeran misti dipriksa koerang-koerangnja satoe kali saben boelan oleh satoe lid kommissie jang terseboet fatsal 6 soepaja mengatahoewi roepanja pakoeboeran itoe.

P A T S AL 9.

Tida kelilan meugoeboerken bangkee pada pakoeboeran baha- roe djikalaoe belom dapat idinnja kommissie.

Pada pakoeboeran di Djetis dalam kota Jogjakarta tida boleh tanam bangkee, djikalau blom dapat idin dari kandjeng toewan Resident.

F A T S A L 10.

Tida kelilan tanam sablomnja poekoel 6 pagi dan sahabisnja poekoel 6 soree.

Kandjeng toewan Assistent-Resident boleh beri idin akan tanam djoega antara poekoel 6 soree dan poekoel 6 pagi.

Djikalau" orang-orang minta pertoeioengannja kommissie akan tanam dengan obor sabab soedah malam, diaorang misti bajar ƒ 10.

Pembajaran ƒ 10 itoe tida oesa dihajar djikalau kommissie merasa ada sabab jang perloe dan djoega tida oesa dibajar kalau politie soeroeh tanam sahabisnja matahari soedah masok (soeroep).

— u —

FATSAL 1 1 .

Bangkee-bangkee inisti ditanam koerang-koerangnja l1/4 me- ter dibawah tanahuja. Kandjeng toewan Resident ada koewasa akan beri idiu berobahkeu atoeran ini djikalau orang-orang hendak tanam diatasnja tanah lapang menoeroet adat tjina, tapi senadjan begitoe diatas bangkee misti ada satoe toempoekan tanah tebelnja l1/^ meter saperti terseboet diatas ini.

FATSAL 12.

Djikalau orang soedah tanam satoe bangkee pada tempat jang telah disediaken boewat lain bangkee, kommissie boleh soe- roeh bongkar.

F A T S A L 1 3 .

Pakoebocran baharoe ada terbagi bagian pesagi (vak), jaïtoe A, B, C, Ü dan B.

Dalam masing-masing vak koeboer ada sama lebarnja.

Adapoen lebarnja (besarnja) masing-masing koeboer saperti : dalam vak A 160 meter pesagi

// // 13 80 // h // * C 40 n n n n D 24 n a

n / / E 1 0 't a

F A T S A L 14.

Koeboer-koeboer mendapat nommer teroesan.

Bolehnja rnengoeboer misti oeroet nommer itoe.

Djikalau orang hendak rnengoeboer tida oeroet nommer te- roesan itoe, dia orang misti bajar kapada kommissie ongkos sa- bagimana terseboet tarief dalam fatsal 1(5. •

FATSAL 15.

Batoe koeboer atawa bongbaai tida boleh meliwat oekoerannja jang soedah di tenitoeken boewat masing-masing koeboer.

FATSAL 10.

Boewat kas pakoeboeran orang-orang misti membajar ongkos saperti dibawah i n i :

§ 1 Boewat idinnja akan tanam dalem vak;

A / 64 B // 16 C „ i D ,/ 1

E tida bajar satoe apa.

— 25 —

§ 2 Boewat idinnja pasang bongbaai di atas koeboer dalem vak : A / 1 0 0 . -

33 n 50.—

Q // 25.—

j3 // 12. 50

E "

-—

§ 3 Boewat pakee kareta tanam dan lain lain pekakas dan kommissie, djikalau ditanam dalam vak:

A / 4 0 . -

15 n 20.—

• C I I I I I I » 10.—

D "

-—

E "

Djikalau roemabnja dari jang meninggal doema itoe ada kapernahan lebih dari doea pal dari pakoeboeran, dia orang inisti dioega tambak pembajar boewat lebihan ongkos dan pa- keanja pekakas itoe, boewat masing masmg pal, djikalau ditanam dalam vak:

A f * • -

B , .,

—

C »

-—

D „ 0.50 E ,', 0.25

§ 4 Boewat idiunja mengoeboer tida oeroet nommer teroes- san saperti terseboet t'atsal 14, dalam vak:

A / 4 0 . -

B »

- -

c » io—

1) »

-

E »

- -

S 5 Boewat menggali koeboer oleh ' koelinja kommissi pa- koeboeran dengan mengoeroeg djoega koeboer itoe, dalam vak:

A

; f 10.—

B »

* ~

C » *• 50

D » !•

E » O- 50

—

ä6 —

Adapoen pembajaran ongkos jang terseboet bab 3 dan 5 di- atas ini, tida oesa dibajar oleh orang miskin jang bisa menda- pat satoe certificaat kamlaratannja dari kandjeng toewan Assistent Resident.

F A T S AL 17.

Pemijaraännja dari samoea bongbaai, tida perdoeli apa roe- panja, misti di ongkossi oleh jang ampoenja bongbaai itoe.

Maka jang ampoenja bongbaai itoe boleh berdami dengan kommissie pakoeboerau akan kommissie itoe jang mengongkossi djikalau diaorang membajar oeroeuan masing-masing taoen ata- wa membajar samasekali ongkos banjak boewat kommissie piara salamanja.

Djikalau jang ampoenja bongbaai tida piara bongbaai itoe, kommissie mendapat koewasa membongkarken dan mengangkatken bongbaai itoe.

Sablomnja membongarken begitoe . roepa, kommissie mis- ti dahoeloe mengingatken orang jang ampoenja bongbaai itoe dan memberi satoe tempo jang haroes akan membetoelken bongbaai itoe.

Djikalau tempo itoe soeda keliwat dan bongbaai belom dibe- toelken saperti mistinja, kommissie satoe kali lagi mengingatken dan memberi tempo 14 hari akan membetoelken.

Djikalau 14 h a r i ' i t o e djoega soeda keliwat dan bongbaai mis- sili belom dibetoelken dan kommissie soedali taoe terang jang soe- rat peringatan telah ditrima oleh jang ampoenja bongbaai itoe, lan- tas kommissie ada koewasa akan membongkarken dan mengang- katken bongbaai roesak itoe.

Djikalau kommissie tida bisa mendapet ketrangan apa dia poenja soerat peringatan soedah ditrima oleh jang poenja bongbaai roesak itoe atawa djikalau kommissie tida taoe mana roemahnja, kommissie misti masoeken soerat peringatan itoe dalem soerat ka- bar Javasche-Couraut doea kali bolehnja masok dengan pakee antara tiga boelan.

Tiga boelan sahabisnja soedali dioendangken doea kali begi- toe roepa dalem soerat kabar itoe, kommissie mendapet koewasa membongkarken dan mengangkatken bongbaai roesak itoe.

EATSAL 18.

Samoea doewit jang dibajar pada. kommissie, menoeroet oen- dang-oendang ini, misti dirawati oleh kommissie itoe.

Kommissie itoe boleh pakee doewit itoe akan membetoelken pakoeboerau pakoeboerau dan akan beli pekakas jang perloe akan mengoeboer.

27 —

Kwitantie pembajaran.ongkos misti dahoeloe ditaroek teken oleh President dan Secretaris-thesaurier, djikalau boekan ongkos ketjil sahari hari.

FATSAL 19.

J a n g pijara sahari hari tempat pekoeboeran jaïtoe saörang opziener [mandor].

Opziener itoe ditetep dan dilepas oleh kommissie.

Boewat bantoe dia dapet satoe atawa lebih orang djaga [koe- li], jang djoega ditetep dan dilepas oleh kommissie.

FATSAL 20.

Adapoen gadjihnja opziener dan koeli itoe ditemtoeken oleh kommissie mengingat banjaknja doewit kas pakoeboeran.

FATSAL 2 1 .

Pada masing masing waktoe ada baugkei dikoeboer opziener itoe misti sedia dan toeroet di pakoeboeran; djikalau dia tida bi- sa toeroet sebab ada aral dia misti lapor pada kommissie boela- nan jang mengatoer wakilnja koeli djaga.

FATSAL 22.

Opziener itoe misti pij ara satoe register, mana dia menoelis bab masing masing bangkei jang dikoeboer, saperti:

a. namanja, oemoernja, tempatnja, beroemah dan pekerdjaänja dari orang jang mati itoe;

b. nommernja koeboer dan letternja vak dari dia poenja k o e - boer;

c. tanggalnja bolehnja dikoeboer.

Djoega dia misti pijara satoe kaart [gambaran] dari tanah pa- koeboeran, jang terisi nommernja koeboer dan letternja vak.

FATSAL 2 3 .

Opziener itoe misti djaga jang masing-masing koeboer pa- kee nommernja saperti tjotjok dengan register.

Dia misti djaga jang pekoeboeran dipijara bersih.

Dia misti djaga jang orang orang jang ampoenja bongbaai mitoeroet wadjibnja saperti terseboet fatsal 17. •

Djikalau orang-orang itoe tledor diatas pamijaraün itoe dia lantas lapor pada doea lid tjina jang terseboet fatsal C.

FATSAL 2 1 .

Opziener dan koelinja misti mitoeroet segala prentahnja lid kommissie jang terseboet fatsal 8.

Opziener misti tanggoeng diatas samoea jang melanggar pe- ngatoeran pakoeboeran iui.

F A T S AL 25.

Djikalau ada setori diatas pekoeboeran atawa diatas atoeran mengoeboer, kommissie dapet koewasa akan poetoes saliadja.

Djikalau orang-orang tida moefakaät dengan poetoesan kommissie itoe diaorang boleh minta poetoesannja kandjeng toewan Kesident.

FATSAL 26.

Oendang-oendang ini moelaï didjalanken pada harinja dioendang- ken dalam soerat kabar Javasche-Courant.

Pada waktoe itoe oendang-oendang lama tertanggal 6 Decem- ber 1890 tertjaboet.

Tertoelis Jogjakarta, 29 October 1 9 0 1 . Kandjeng toewan Resident, J . A. A M E N T .