• No results found

7. Toetsing huidig gebruik

7.5. Resultaten toetsing huidig gebruik Meinweg

7.5.4 Waterbeheer

De instandhoudingsmaatregelen zoals vastgelegd in hoofdstuk 5 van dit beheerplan worden verondersteld door het Waterschap op een professionele manier te worden uitgevoerd, rekening houdend met de instandhoudingsdoelen (in het verlengde van de gedragscode Unie van waterschappen 2012). Deze maatregelen worden niet afzonderlijk getoetst in dit plan. Hieronder worden de overige relevante gebruiksvormen beschreven en beoordeeld.

Beheer en onderhoud watergangen

Beschrijving In en om het Natura2000-gebied liggen verschillende watergangen en kunstwerken welke in beheer zijn van het Waterschap Limburg. Het beheer bestaat veelal uit het schonen van de bodem en het maaien van de oevers en onderhoudsstroken. Daarnaast is er onderhoud aan kunstwerken als stuwen, dammen en duikers. In zowel de Boschbeek als de Roode Beek worden door het Waterschap Limburg geen beheermaatregelen genomen.

Exotenbestrijding vindt waar nodig plaats. Hierbij richt het Waterschap zich op soorten die de werking van het watersysteem belemmeren (bijvoorbeeld woekerende invasieve waterplanten).

In het kader van het herintroductie project van de zalm in de Roer worden jaarlijks zalmbroedjes uitgezet in de Roode Beek en in augustus gemonitord op de eerstejaars overleving door de VBC Roerdal.

Effect en beoordeling

Van de potentiële verstoringsfactoren zijn bij deze gebruiksvorm met name geluids- en optische verstoring mogelijk relevant en ook mechanische verstoring (zie figuur 7.3).

Het beheer en onderhoud van de beek vindt ter plaatse van het foerageergebied van de gaffellibel en leefgebied van de beekprik plaats. De omvang, frequentie, intensiteit en duur van de werkzaamheden is laag. Er wordt gewerkt volgens de richtlijnen van de gedragscode soortenbescherming van de Unie van Waterschappen. De mate van optische verstoring is daardoor zeer beperkt en verstoring door mechanische effecten nagenoeg uit te sluiten.

Om significant negatieve effecten uit te sluiten gelden de volgende aanvullende voorwaarden:

 Er vindt altijd afstemming plaats met de terreinbeheerder.

 Het maaibeheer van onderhoudspaden vindt plaats vanaf locaties die geen kwalificerend habitattype zijn en geen leefgebied van soorten zijn;

 Alle werkzaamheden worden conform de gedragscode van de Unie van Waterschappen uitgevoerd. Daarmee is het beheer afgestemd op de eisen van de habitatsoorten beekprik en gaffellibel;

 Het leefgebied van de habitatsoorten en de habitattypen worden alleen betreden indien dit noodzakelijk is (zie habitattypen- en leefgebiedenkaart).

Ingeval er in het huidig gebruik sprake is van het gebruik van bestrijdingsmiddelen ten behoeve van exotenbestrijding, is het generieke uitgangspunt dat indien nieuwe middelen beschikbaar komen met minder (kans op) schadelijke effecten, deze middelen ook door de betrokkene zullen worden toegepast in de nabijheid van de kwetsbare habitattypen en leefgebieden van soorten.

Categorie Categorie 2b: Huidig gebruik vrijgesteld van de Wnb-vergunningplicht, met gebied specifieke voorwaarden

Overstorten en andere lozingen

Beschrijving In Dalheim, buiten de begrenzing van het Natura2000-gebied, is een rioolwaterzuiveringsinstallatie aanwezig.

Effect en beoordeling

Het overstortwater uit de rioolwaterzuiveringsinstallatie kan negatieve effecten hebben op het habitattype vochtige alluviale bossen langs de Roode Beek en op de beekprik. Van de potentiële storingsfactoren is voor de rioolwaterzuiveringsinstallatie verontreiniging door rioolslib en eutrofiërende stoffen dan ook relevant (zie tabel 7.3).

Metingen van het voormalige Waterschap Roer en Overmaas geven licht verhoogde stikstof- en fosfaatgehaltes aan als gevolg van de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Het is nog onduidelijk of het eutrofe beekwater de bossen periodiek inundeert. Dit zou door de licht verhoogde stikstof- en fosfaatgehaltes de beekbegeleidende Vochtige alluviale bossen kunnen eutrofiëren (Kiwa Water Research & EGG, 2007).

Afzetting van vervuild rioolslib heeft bovendien een negatief effect op de populatie beekprikken in de Roode Beek. Dit slib slaat neer op plaatsen waar larven worden afgezet. Hierdoor wordt hun leefgebied aangetast wat sterfte van de larven tot gevolg heeft. Hierom heeft de rioolwaterzuiveringsinstallatie een negatief effect op de instandhoudingsdoelstelling voor de Beekprik

Categorie Nederlandse overheden zijn niet gerechtigd om vergunningen te verlenen of maatregelen op te leggen aan in het buitenland gevestigde bedrijven. Om die reden wordt de rioolwaterzuiveringsinstallatie in Duitsland niet in een vergunningencategorie ingedeeld.

Waterhuishouding en peilbeheer

Beschrijving Peilbeheer wordt toegepast. De belangrijkste sturing op peilen vindt plaats bij de stuwen. Daarnaast zijn er nog wat bodemvallen aanwezig. Het beleid van het waterschap is erop gericht om dergelijke obstakels zoveel mogelijk te verwijderen dan wel vispasseerbaar te maken.

Effect en beoordeling

Bij het peilbeheer zijn verstoringsfactoren zoals verdroging, verontreiniging en verandering in de stromingsdynamiek relevant voor de toetsing, in verband met de invloed daarvan op de voor bepaalde habitats en soorten belangrijke hydrologische omstandigheden (zie figuur 7.3).

In de Boschbeek zijn migratiebarrières voor de beekprik aanwezig in de vorm van stuwen. Hierdoor is sprake van een geïsoleerde populatie beekprikken binnen het Natura2000-gebied. Hoewel deze populatie is geïsoleerd, wordt wel aan de behoudsdoelstelling voldaan. Een significant negatief effect als gevolg van de aanwezige barrières is dan ook niet van toepassing.

In de Roode Beek zijn barrières opgeheven, deze beek is nu vrij optrekbaar voor vissen tot aan de Dalheimer Muhle. Hier ligt in Duitsland een stuwvijver, die migratie verder stroomopwaarts onmogelijk maakt.

Watermolens

Beschrijving In Vlodrop, op de grens met Nederland en Duitsland, ligt de Gitstappermolen. Het is een oude watermolen die in 1988 gerestaureerd is en weer de oude functie van het malen van koren voor een ambachtelijke bakker heeft gekregen. Bij de molen is een vispassage aanwezig.

De Dalheimer Mühle ligt in Duitsland. Deze watermolen functioneert niet meer vanwege de slechte staat van het waterrad.

De Gitstapper en Dalheimer molen hebben educatieve en culturele doeleinden waarbij de landschappelijke, cultuurhistorische en monumentale waarden in stand worden gehouden.

Effect en beoordeling

Van de potentiële verstoringsfactoren is versnippering met name relevant.

Bij de Gitstappermolen voorkomt een vispassage dat deze een barrière voor beekprik vormt en bij de Dalheimer Mühle loopt de beek om de molen heen. Beide hebben daarom geen effecten op de instandhoudingsdoelen.

De stuwvijver die in Duitsland bij de Dalheimer Mühle aanwezig is, belemmert de beekprik wel om verder stroomopwaarts te zwemmen. Uitbreiding van de populatie beekprik wordt hierdoor bemoeilijkt. Het instandhoudingsdoel voor deze habitatsoort is echter behoud. Hier heeft de stuwvijver geen negatief effect op. Er is dan ook geen sprake van een significant negatief effect als gevolg van deze gebruiksvorm.

Categorie Categorie 1: Huidig gebruik vrijgesteld van de Wnb-vergunningplicht

7.5.5 Wonen en verblijven