UITVOERING PREVENTIEVE EN
CORRIGERENDE MAATREGELEN
Het uitvoeren van de risicoanalyse is goed om de knelpunten en onaanvaardbare risico’s in de organisatie te ontdekken. Aanvullend moeten de maatregelen die hier voorgesteld worden ook nog ingevoerd worden, om het welzijn effectief te verbeteren.
In dit deel zal ik de maatregelen bespreken: welke zijn voorgesteld, welke zijn reeds uitgevoerd en wat is hun effect, met welk plan wordt de rest nog uitgevoerd?
6.1. VOORGESTELDE MAATREGELEN EN PLAN VAN AANPAK
Er werden in totaal 28 maatregelen voorgesteld uit diverse risico’s (zowel onaanvaardbaar als aanvaardbare). Alle maatregelen zijn terug te vinden in de bijlage nr. 9. De maatregelen worden voorafgegaan door een cijfer dat verwijst naar het risico waarop ze effect hebben.
Met de risicoanalyse konden we voldoen aan onze wettelijke plicht van het bepalen of hier sprake was van gevaarlijk werk (neen) en of de alarmmiddelen volstonden (gsm, stil alarm en inbraakalarm: ja). Met de uitvoering van de maatregelen komen we bij het echte resultaat: het verhogen van het welzijn.
Voor het uitvoeren van de maatregelen werd er per maatregel enkele punten bepaald:
wat is de voorgestelde maatregel
wanneer start de uitvoering (maand + jaar)
wanneer is einde uitvoering voorzien (maand + jaar)
de status: te starten – in uitvoering – opgelost
beoogd resultaat: een duidelijke omschrijving wat het (al dan niet tastbare) resultaat moet zijn van de maatregel
kritische voorwaarde: welke personeelsleden of instanties een invloed kunnen uitoefenen op het invoeren van de maatregel (bv. om budgettaire, praktische, ideologische, … redenen)
verantwoordelijke: wie het moet uitvoeren
betrokkenen: wie er bij de uitvoering nog betrokken is
behaald resultaat: wat het uiteindelijke resultaat is
Alvorens te starten met de uitvoering van de maatregelen werden deze met de directie overlopen. Op die manier werden er afspraken gemaakt over inzet van personen, budget en tijd voor de uitvoering van deze maatregelen. Verder zal de opvolging van de maatregelen ook in de ‘werkgroep welzijn’ van het PVI besproken worden, waar de uitvoering van dit eindwerk als actiepunt in het JAP werd opgenomen.
6.2. REEDS UITGEVOERDE MAATREGELEN EN HUN RESULTAAT
Er werden 14 maatregelen reeds opgelost bij het voltooien van dit eindwerk (50 %). Deze waren de volgende:
uren flexibeler maken naar privéleven: er werd een werkritme gevonden dat toelaat dat de conciërge tijdens de dag en in het weekend vrije tijd heeft én dat voordelen oplevert voor het werk.
Functieomschrijving verduidelijken: de vorige functieomschrijving en alle losse afspraken werden in het pas vernieuwde sjabloon van de provincie gegoten en ondertekend door de conciërge en de werkgever.
Tweede personeelslid langer aanwezig houden: aan de vacature voor schoonma(a)k(st)er die lopende was werd de voorwaarde gekoppeld dat dit enkel voor avonduren kon, zodat er een tweede personeelslid tot 19u aanwezig zou zijn.
Deze vacature is ondertussen ingevuld.12 Hierdoor is de redding verhoogd.
Voorstel aan de dienst personeelsontwikkeling: opleiding voor bepaalde functies hoe omgaan met agressie: er bestond reeds een opleiding om om te gaan met agressie voor domeinwachters. De volgende keer dat deze georganiseerd wordt (2013), wordt deze opengesteld naar meer functies. Zineb staat op de wachtlijst voor deze opleiding.
Uitzoeken hoe de herstellingsdienst van de lift in het PVI geraakt na de kantooruren:
indien Zineb geblokkeerd geraakt in de lift, dient zij de herstellingsdienst te bellen én de meldkamer voor incidenten (inbraak, brand, …). Zij kunnen een interventieploeg sturen met een sleutel. Ook de brandweer heeft toegang tot een sleutel van het gebouw.
12 Bij het invullen van deze vacature werd de conciërge reeds in haar nieuwe functie als hoofdschoonmaakster betrokken. Aangezien zij met dit nieuw lid van de poetsploeg een aanzienlijk deel van de avond alleen zou zijn, werd zij hierin gehoord. Noch zij, noch het nieuwe poetsteamlid zag hier problemen in.
Spiegels plaatsen op bepaalde plaatsen zodat het moeilijker wordt voor personen om zich te verstoppen en de angst voor een agressieve persoon kan afnemen: er blijken geen plaatsen te zijn waar een spiegel dit resultaat kan hebben, bijkomende verlichting of bewegingssensoren voor verlichting of alarm kunnen dit wel hebben (na overleg met beveiligingsexperte).
Bekijken welke opleidingen nog mogelijk zijn: er werd een lijst gemaakt van de opleidingen die de conciërge nog kon volgen en zij werd hiervoor ingeschreven of op de wachtlijst gezet (indien volzet).
Regelmatig overleg over conciërgezaken: hierover is een akkoord bereikt, deze punten zullen namelijk in het twee wekelijks overleg dat reeds bestond met de conciërge als hoofdschoonmaakster, opgenomen worden.
Afspraken maken over werken op hoogte tijdens afgezonderd werken: met het extra personeelslid dat tot 19u werkt is er afgesproken dat werken op kleine hoogte (trapladder, ladder) mogelijk is als deze twee personen samen aanwezig zijn. Zij verwittigt dan deze tweede persoon (of omgekeerd). De conciërge mag dit niet doen als zij afgezonderd tewerkgesteld is, tenzij de veiligheid op een andere, dringendere manier bedreigd wordt.
Afspraken maken over de richel onder het dak: er is een richel boven de glaskoepel maar onder het dak waar zij enkele keren per jaar over loopt om de ramen open te zetten bij uitzonderlijk warm weer. Er is afgesproken met de conciërge dat zij anderen moet verwittigen dat zij dit zal doen en dit enkel mag doen tijdens de uren als er ander personeel aanwezig is, tenzij de veiligheid op een andere, dringendere manier bedreigd wordt.
Uitzoeken wat er gebeurt als de schuurschrobmachine kortsluiting geeft (combinatie water/elektriciteit): volgens de leverancier is het uitgesloten dat deze machine kortsluiting geeft.
Afspraken binnen de ploeg over wie met de machine rijdt: de schuurschrobmachine is een zware machine om mee te rijden, de poetsdames ondervinden hier last van. De conciërge poetste nog als enige hiermee, in haar functie als hoofdschoonmaakster.
Het extra personeelslid ondervond echter geen problemen met het poetsen met deze machine. Deze taak (één keer per week) is nu aan hem toegewezen, de conciërge/hoofdschoonmaakster zal dit overnemen bij lange afwezigheid (ziekte/verlof).
Valalarm bekijken: de ondersteunend preventieadviseur suggereerde een valalarm en er werd gezocht binnen de bestaande mogelijkheden. Er werd beslist dit niet aan te
kopen om verschillende redenen: uit de risicoanalyse blijkt geen grote kans op bewustzijnsverlies of nood aan autonome verwittiging, de conciërge heeft hier zelf geen nood aan. Bovendien zouden we ook een systeem moeten hebben dat personen of een meldkamer verwittigd – geen systeem dat gewoon een sirene uitzendt (want dat zou erg laat ’s avonds nog niet gehoord worden). De kostprijs van die systemen zijn redelijk hoog. Bovendien is er reeds een vorm van controle door de meldkamer van het brand- en inbraakalarm: als het alarm niet wordt op- of afgezet hebben zij een cascade die ze moeten verwittigen. Uiteindelijk sprak ik als leidinggevende met de conciërge wel af hoe zij mij beter kan verwittigen bij mogelijke risico’s waar zij over twijfelt als zij afgezonderd is.
Bekijken of we in de winter de chauffage langer kunnen oplaten: na het bespreken vindt noch de conciërge, noch de directie dit nog nodig. Indien het toch een extreem koude winter wordt, kan deze vraag terug bekeken worden.
Deze maatregelen hadden effect op 14 verschillende risico’s, waarvan 5 risico’s met een cijfer 4 en 3 (onaanvaardbaar niveau). 2 maatregelen hebben als resultaat dat ze niet ingevoerd zullen worden (nl. sloten verplaatsen – spiegels bijplaatsen), maar beide waren niet de enige maatregelen voor een risico, dus het welzijn op dit punt valt nog te verbeteren.
Het was geen bewuste keuze om ervoor te zorgen dat deze maatregelen het eerst hun resultaat kenden. Verschillende maatregelen en acties werden tegelijk met deze gestart, maar werden nog niet afgerond bij het schrijven van dit eindwerk (zie verder). Deze maatregelen waren gemakkelijk om snel uit te voeren of waren al lopende tijdens het opstellen van de risicoanalyse zodat deze nu reeds afgerond zijn.
Het is dus mogelijk te zeggen dat er eerste verbeteringen in het welzijn zijn aangebracht en zichtbaar zijn, maar er moeten ook nog inspanningen geleverd worden.
6.3. MAATREGELEN IN UITVOERING
Van de 28 maatregelen zijn er 9 ‘in uitvoering’ (32%): hierbij zijn reeds acties ondernomen, maar deze hebben nog geen (volledig) resultaat behaald:
bespreking met departement HRM voor het verduidelijken van problemen bij conciërge rond verloning, vervanging, verlof, …: de vragen zijn voorgelegd aan het
departement HRM en zij hebben gedeeltelijk hierop een antwoord gegeven, enkele specifieke zaken moeten nog uitgezocht worden.
Duidelijke afspraken maken over bv. bereikbaarheid, laatavondopening, permanentie,
… : hiervoor wordt een voorstel uitgewerkt dat nog moet besproken en gevalideerd worden door directie en de conciërge.
Stil alarm verbeteren zodat zij dit kan gebruiken bij het treffen van een indringer:
momenteel draagt zij dit niet altijd omdat dit een log toestel is: binnen de bestaande wetgeving is het mogelijk een nieuw toestel te gebruiken dat wel zou gedragen worden, maar dit moet nog aangekocht worden.
Opmerkingen keuringsverslag laagspanning uitvoeren om kans op kortsluiting te verminderen (o.a. bijplaatsen differentieel): de opdracht is aanbesteed aan een externe firma die dit in de loop van september zal uitvoeren.
Analyse van de veiligheidsmaatregelen: deze analyse werd uitgevoerd en de punten die te verbeteren zijn ofwel uitgevoerd, ofwel werden ze reeds als maatregel opgenomen in dit eindwerk bij een ander risico. Enkel het bijplaatsen van magneetsensoren op bepaalde plaatsen en het bijplaatsen van bewegingssensoren dient nog uitgevoerd te worden.
Opleiding omgaan met elektriciteit om reactie bij kortsluiting of storing te verbeteren:
opleiding is gepland, maar nog niet doorgegaan.
Ergonomische audit (begeleiding door ergonome externe dienst): deze audit en individuele coaching is gebeurd, de collectieve afsluiting dient nog te gebeuren.
Regelmatige medische controle door de arbeidsgeneesheer met specifieke aandacht voor afgezonderd werken: de vraag is gesteld aan de interne dienst of de arbeidsgeneesheer hier (en bij collega’s die afgezonderd werken) specifieke aandacht aan kunnen geven, het antwoord is nog niet gekend.
Bekijken of de sloten verplaatst kunnen worden: dit blijkt technisch niet mogelijk, maar de conciërge had zelf het voorstel om de sloten op een andere manier te sluiten. Dit moet nog besproken worden met de experte beveiliging en de directie.
Deze maatregelen hebben invloed op 10 risico’s, waarvan 5 met een cijfer van 3, 4 of 5.
Verwacht wordt dat deze allemaal tegen het einde van 2012 worden afgerond. Om te verzekeren dat deze maatregelen ook effectief worden opgevolgd en volledig uitgevoerd, worden deze alsnog opgenomen in het JAP van het PVI voor 2012.
Samengevoegd met de vorige resultaten wil dit zeggen dat tegen het einde van dit jaar een significant aantal maatregelen zullen uitgevoerd zijn (82%), waardoor een heel aantal risico’s zullen verbeteren én het welzijn zal stijgen.
6.4. NOG UIT TE VOEREN MAATREGELEN
Zo blijven er nog 5 maatregelen over die nog ‘te starten’ zijn (18%):
sensoren bijplaatsen op verlichting zodat het moeilijker wordt voor mensen om zich hier te verbergen: er moet nog een lijst gemaakt worden van welke plaatsen dit zijn en de opdracht moet nog geplaatst worden.
Verlichting aangapassen en donker tegengaan (twee schakelaars bij in- en uitgang):
er moet nog een lijst gemaakt worden van waar er schakelaars moeten bijkomen, mogelijk is het reeds opgelost met de hoger vermelde sensoren bij te plaatsen
alle maatregelen die betrekking hebben op het communiceren naar het personeel (3 maatregelen): de eerstvolgende personeelsvergadering is gepland in oktober en zal daar opgenomen worden.
Verwacht wordt dat deze maatregelen ook in uitvoering zijn of zelfs opgelost tegen het einde van 2012. Ook deze maatregelen worden opgenomen in het JAP van het PVI van 2012.