• No results found

8.4 Aanbevelingen

8.4.2 Praktische aanbevelingen

8.4.2.1 Toelichting

Aan de hand van een verwijzing naar interactiviteit in een advertentie van Univé zal ik het gebruik van de checklist uitleggen door middel van een toelichting bij de checklist.

In de advertentie van Univé wordt verwezen naar interactiviteit met de consument door middel van de tekst: “Ga naar www.unive.nl/klantvriendelijkste en met uw suggestie maakt u kans op een weekendje weg bij Landal Greenparks.”

Deel I: Geef een verwijzing naar interactiviteit

In de verwijzing naar interactiviteit wordt een verwijzing gegeven naar verschillende mogelijkheden om met een organisatie in contact te komen.

Er wordt in de verwijzing naar interactiviteit een verwijzing gegeven naar de website van Univé www.unive.nl/klantvriendelijkste om met Univé in contact te komen.

Hierbij is er echter maar sprake van één mogelijkheid om met de consument in contact te komen, waardoor de verwijzing niet voldoet aan de keuze om te verwijzen naar verschillende mogelijkheden.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt de handeling voor de consument benoemd.

Met de tekst “Ga naar” wordt verwezen naar de handeling die de consument moet uitvoeren om met de organisatie in contact te komen.

De verwijzing naar interactiviteit voldoet hiermee aan de keuze om de handeling voor de consument te benoemen.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt verwezen naar de consument in de tweede persoon en met bezittelijke voornaamwoorden.

In de verwijzing naar interactiviteit van Univé wordt met de formele aanspreekvorm “u” en met het bezittelijke voornaamwoord “uw” verwezen naar de consument.

Hiermee voldoet de verwijzing naar interactiviteit van Univé aan de keuze om te verwijzen naar de consument in de tweede persoon en met bezittelijke voornaamwoorden.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt het toekomstige karakter van de handeling benoemd, door middel van bijwoorden van tijd.

Het toekomstige karakter van de handeling wordt in de verwijzing naar interactiviteit van Univé niet, door middel van bijwoorden, benoemd.

De verwijzing naar interactiviteit voldoet hiermee niet aan de keuze om het toekomstige karakter van de handeling te benoemen.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt de consument beloond voor het uitvoeren van de handeling.

Met de tekst “… en met uw suggestie maakt u kans op een weekendje weg bij Landal Greenparks” maakt Univé duidelijk de consument te belonen voor het uitvoeren van de handeling. Bij het uitvoeren van de handeling maakt de consument namelijk kans op een weekendje weg bij Landal Greenparks.

Hiermee voldoet de verwijzing naar interactiviteit van Univé aan de keuze om de consument te belonen voor het uitvoeren van de handeling.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt naar de bereidheid van de consument gevraagd.

De advertentie van Univé opent met de tekst “Kan Univé nog klantvriendelijker? Wij denken van wel. Helpt u ons daarbij?”. Hiermee wordt er gevraagd naar de bereidheid van de consument om de handeling uit te voeren.

Univé voldoet hierdoor met de verwijzing naar interactiviteit aan de keuze om in de verwijzing naar de bereidheid van de consument te vragen.

In de verwijzing naar interactiviteit worden redenen gegeven voor het uitvoeren van de handeling door de consument.

In de verwijzing naar interactiviteit van Univé wordt een reden gegeven voor het uitvoeren van de handeling, namelijk dat de consument met het uitvoeren van de handeling kans maakt op een weekendje weg bij Landal Greenparks.

Hiermee wordt er door Univé voldaan aan de reden dat er in de verwijzing naar interactiviteit redenen moeten worden gegeven voor het uitvoeren van de handeling door de consument.

Deel II: Breng de relatie met de consument tot stand

In de verwijzing naar interactiviteit wordt het belang van de consument vergroot

Ook wordt met de tekst: “… en met uw suggestie maakt u kans op een weekendje weg bij Landal Greenparks het belang van de consument vergroot, door te wijzen op de voordelen van het uitvoeren van de handeling voor de consument.

Hiermee voldoet de verwijzing naar interactiviteit aan de keuze dat in de verwijzing naar interactiviteit het belang van de consument moet worden vergroot.

In de verwijzing naar interactiviteit komt de organisatie tegemoet aan de behoeften en belangen van de consument

In de verwijzing naar interactiviteit in de advertentie van Univé wordt niet benoemd waarom de consument de website van Univé moet bezoeken.

Hiermee voldoet de verwijzing naar interactiviteit niet aan de keuze om in de verwijzing naar interactiviteit tegemoet te komen aan de behoeften en belangen van de consument, door de specifieke reden van het contact opnemen met de organisatie te benoemen.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt wederzijdse uitwisseling tussen de organisatie en de consument gesuggereerd.

Univé suggereert in de verwijzing naar interactiviteit dat er een wederzijdse uitwisseling tussen de consument en de organisatie zal plaatsvinden, namelijk wanneer de consument de website van Univé zal bezoeken, zal de consument hiermee kans maken op een weekendje weg bij Landal Greenparks. De consument krijgt hiermee iets van de organisatie terug voor het uitvoeren van de handeling.

De verwijzing naar interactiviteit voldoet hierdoor aan de keuze om in de verwijzing naar interactiviteit een wederzijdse uitwisseling tussen de organisatie en de consument te suggereren.

In de verwijzing naar interactiviteit worden beschrijvende aanspreekvormen gebruikt in plaats van persoonlijke voornaamwoorden

In de verwijzing naar interactiviteit van Univé wordt gebruikgemaakt van met de formele aanspreekvorm “u” en het bezittelijke voornaamwoord “uw”.

Hiermee voldoet de verwijzing naar interactiviteit van Univé aan de keuze om beschrijvende aanspreekvormen te gebruiken in plaats van persoonlijke voornaamwoorden.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt door de organisatie achting en eerbied getoond voor de consument.

Door gebruik te maken van de formele aanspreekvorm “u” en niet van de informele aanspreekvorm “je” toont Univé in de verwijzing naar interactiviteit achting en eerbied voor de consument.

Daarmee voldoet de verwijzing naar interactiviteit van Univé aan de keuze om in de verwijzing naar interactiviteit achting en eerbied te tonen voor de consument.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt gebruikgemaakt van één of enkele relationele coherentieverband(en). Bijvoorbeeld een middel-doelrelatie, voorwaarde-gevolgrelatie, procedure of vraag-antwoord constructie.

In de advertentie van Univé wordt gebruikgemaakt van een vraag-antwoord constructie om de verwijzing naar interactiviteit te ondersteunen. De consument kan antwoord geven op de vragen: “Kan Univé nog klantvriendelijker?” en “Helpt u ons daarbij?” door de website van Univé “www.unive.nl/klantvriendelijkste” te bezoeken.

Daarnaast wordt de verwijzing naar interactiviteit ondersteund door middel van een voorwaarde-gevolgrelatie. Het bezoeken van de website van Univé kan in deze verwijzing naar interactiviteit gezien worden als een voorwaarde om met de suggestie kans te maken op een weekendje weg bij Landal Greenparks, dat het gevolg is wanneer consumenten de website van Univé bezoeken.

Hiermee voldoet de verwijzing naar interactiviteit van Univé aan de keuze om in de verwijzing naar interactiviteit gebruik te maken van relationele coherentieverbanden.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt gebruikgemaakt van één of enkele referentiële markering(en) van een coherentieverband. Zoals een aanwijzend voornaamwoord, aanwijzend bijwoord, bezittelijk voornaamwoord of lidwoord.

Univé maakt in de verwijzing naar interactiviteit gebruik van een referentiële markering, namelijk een bezittelijk voornaamwoord. Met het bezittelijke voornaamwoord “uw” in de verwijzing verwijst Univé namelijk naar de consument.

Hiermee voldoet de verwijzing naar interactiviteit van Univé aan de keuze om in de verwijzing naar interactiviteit gebruik te maken van referentiële markeringen.

Tabel 8.2: Ingevulde checklist voor het verwijzen naar interactiviteit door Univé

Checklist voor het verwijzen naar interactiviteit x

Deel I: Geef een verwijzing naar interactiviteit

mogelijkheden om met een organisatie in contact te komen.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt de handeling voor de consument benoemd. In de verwijzing naar interactiviteit wordt verwezen naar de consument in de tweede

persoon en met bezittelijke voornaamwoorden.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt het toekomstige karakter van de handeling benoemd, door middel van bijwoorden van tijd.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt de consument beloond voor het uitvoeren van de handeling.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt naar de bereidheid van de consument gevraagd. In de verwijzing naar interactiviteit worden redenen gegeven voor het uitvoeren van de

handeling door de consument.

x x - x x x

Deel II: Breng de relatie met de consument tot stand

In de verwijzing naar interactiviteit wordt het belang van de consument vergroot

In de verwijzing naar interactiviteit komt de organisatie tegemoet aan de behoeften en belangen van de consument

In de verwijzing naar interactiviteit wordt wederzijdse uitwisseling tussen de organisatie en de consument gesuggereerd.

In de verwijzing naar interactiviteit worden beschrijvende aanspreekvormen gebruikt in plaats van persoonlijke voornaamwoorden

In de verwijzing naar interactiviteit wordt door de organisatie achting en eerbied getoond voor de consument. x - x x x

Deel III: Ondersteun de verwijzing naar interactiviteit

In de verwijzing naar interactiviteit wordt gebruikgemaakt van één of enkele relationele coherentieverband(en). Bijvoorbeeld een middel-doelrelatie, voorwaarde-gevolgrelatie, procedure of vraag-antwoord constructie.

In de verwijzing naar interactiviteit wordt gebruikgemaakt van één of enkele referentiële markering(en) van een coherentieverband. Zoals een aanwijzend voornaamwoord, aanwijzend bijwoord, bezittelijk voornaamwoord of lidwoord.

x

x

Uit de ingevulde checklist (zie tabel 8.2) komt naar voren dat er bij de verwijzing naar interactiviteit in de advertentie van Univé sprake is van een hoge mate van interactiviteit. De verwijzing naar interactiviteit voldoet aan verschillende eisen om een verwijzing te geven naar interactiviteit, om een relatie met de consument tot stand te brengen en om de verwijzing naar interactiviteit te ondersteunen. Zo voldoet de verwijzing naar interactiviteit aan alle eisen om de verwijzing naar interactiviteit te ondersteunen. Om de mate van interactiviteit in de verwijzing van Univé te verhogen, kan er door de organisatie gekeken worden aan welke eisen de verwijzing naar interactiviteit nog niet voldoet. Wanneer Univé in de verwijzing naar interactiviteit meerdere mogelijkheden zou benoemen om met de organisatie in contact te komen en het toekomstige karakter van de handeling zou benoemen, zou Univé ook voldoen aan alle eisen om een verwijzing naar interactiviteit te geven. Wanneer Univé daarnaast in de verwijzing naar interactiviteit tegemoet zou komen aan de behoeften en belangen van de consument, door de specifieke reden van het contact opnemen met Univé te benoemen, zou de organisatie voldoen aan alle eisen en maakt Univé gebruik van de meest interactieve vorm van verwijzen naar interactiviteit.

LITERATUURLIJST

BOEKEN

Austin, J.L. (1962). How to Do Things with Words. Cambridge: Cambridge University Press. Baxter, L.A. & Babbie, E. (2003). The Basics of Communication Research. Boston: Wadsworth/Cengage Learning, 347-364.

Blommaert, J. & Dong, J. (2010). Ethnographic fieldwork: A beginner’s guide. Bristol: Multilingual Matters.

Brown, P. & Levinson, S.C. (1987). Politeness: Some Universals in Language Usage. Cambridge: Cambridge University Press.

Creswell, J.W. (2003). Research Design. Qualitative, Quantitative, and Mixed Methods Approaches. Thousand Oaks: Sage.

Floor, J.M. & Raaij, W.F, van (1998). Marketingcommunicatiestrategie. Groningen: Stenfert Kroese.

Geis, M. (1995). Speech Acts and Conversational Interaction. Cambridge: Cambridge University Press.

Glaser, B.G. & Strauss, A.L. (1967). The Discovery of Grounded Theory: Strategies for Qualitative Research. Chicago: Aldine.

Haverkate, H. (1994). La Cortesia Verbal: Estudio Pragmalingüistico. Madrid: Gredos.

Houtkoop, H. & Koole, T. (2008). Taal in Actie. Hoe mensen communiceren met taal. Bussum: Uitgeverij Coutinho.

Jansen, C., Steehouder, M. & Gijsen, M. (red.) (2005). Professioneel communiceren. Taal- en communicatiegids (2e druk). Groningen: Martinus Nijhoff.

Janssen, T.A.J.M. (ed.) (2002). Taal in gebruik. Een inleiding in de taalwetenschap. Den Haag: Sdu. Michels, W.J. (2010). Communicatiehandboek. Groningen/Houten: Wolters Noordhoff.

Pander Maat, H. (1994). Tekstanalyse: Een pragmatische benadering. Groningen: Martinus Nijhoff.

Pander Maat, H. (2002). Tekstanalyse. Wat teksten tot teksten maakt. Bussum: Coutinho.

Percy, L. & Elliott, R. (2005). Strategic Advertising Management (2e druk). Oxford: Oxford University Press.

Saunders, M., Lewis, P. & Thornhill, A. (2007). Research Methods for Business Students (4e druk). Amsterdam: Pearson Education Benelux.

Schellens, P.J. & Steehouder, M. (red.) (2008). Tekstanalyse: Methoden en toepassingen. Assen: Van Gorcum.

Searle, J.R. (1969). Speech Acts: An Essay in the Philosophy of Language. Cambridge: Cambridge University Press.

Searle, J. (1997). The Mystery of Consciousness. New York: NYREV.

Strauss, A. & Corbin, J. (1998). Basics of Qualitative Research: Techniques and Procedures for Developing Grounded Theory (2e druk). California: Sage Publications inc.

Vanmaele, L. (2002). Leren schrijven van informatieve teksten: een ontwerponderzoek bij beginners secundair onderwijs. Leuven: Leuven University Press, 69.

Verhage, B. (2002). Grondslagen van de marketing (4e druk). Groningen/Houten: Wolters-Noordhoff.

Wester, F. (red.) (2006). Inhoudsanalyse: theorie en praktijk. Deventer: Kluwer, 101. ARTIKELEN

Cho, C.H. & Leckenby, J.D. (1999). Interactivity as a Measure of Advertising Effectiveness: Antecedents and Consequences of Interactivity in Web Advertising. In: M.S. Roberts (eds.). Proceedings of the 1999 Conference of American Academy of Advertising (pp. 162-179). Gainesville: American Academy of Advertising.

Chung, D.S. (2008). Interactive Features of Online Newspapers: Identifying Pattern and Predicting Use of Engaged Readers. Journal of Computer-Mediated Communication, 13(3): 658-679.

Debevec, K. & Romeo, J.B. (1992). Self-referent Processing in Perception of Verbal and Visual Commercial Information. Journal of Consumer Psychology, 1(1): 83-102.

Dholakia U.M., 2000, Temptation and Resistance: An Integrated Model of Consumption Impulse Formation and Enactment. Psycholgy & Marketing, 17 (11): 955-98.

Geiger, S. & Martin, S., (1999), The Internet as a Relationship Marketing Tool – Some evidence from Irish Companies. Irish Marketing Review, 12 (2): 24-36.

Goffman, E. (1955). On Face-work: An Analysis of Ritual Elements in Social Interaction. Psychiatry: Journal of Interpersonal Relations, 18(3): 213-231.

Hancher, M. (1979). The Classification of Cooperative Illocutionary Acts. Language in Society, 8(1): 1-15.

Heeter, C. (1989). Implications of New Interactive Technologies for Conceptualizing Communication. In J. L. Salvaggio and J. Bryant (eds.). Media Use in the Information Age: Emerging Patterns of Adoption and Computer Use (pp. 221-225). Hillsdale: Lawrence Erlbaum Associates.

Hong, J. & Da Silva, E. (2006). The influence of URLs on consumer perception and reaction. Journal of Macau Polytechnic Institute, 9(1): 40-53.

Huls, E. (2002). Beleefdheid als communicatief principe. In: T. Janssen (ed.). Taal in gebruik. Een inleiding in de taalwetenschap (pp. 143-162). Den Haag: SDU.

Hyland, K. (1998). Persuasion and context: The pragmatics of academic metadiscourse. Journal of Pragmatics, 30(4): 437-455.

Jensen, J.F. (1998). ‘Interactivity’. Tracing a New Concept in Media and Communication Studies. Nordicom Review, 19: 185-294.

Johnson, R. B., & Onwuegbuzie, A. J. (2004). Mixed methods research: A research paradigm whose time has come. Educational Researcher, 33(7): 14-26.

Kanso, A., & Nelson, R. A. (2004). Internet and Magazine Advertising: Integrated Partnerships or Not? Journal of Advertising Research, 44, 4: 317-26.

Kiousis, S. (2002). Interactivity: a concept explication. New Media & Society, 4(3): 355-383. Maddox, L.M. and Gong, W. (2005). Effects of URLs in traditional media advertising in China. International Marketing Review, 22(6): 673-692.

Massey, B.L. & Levy, M.R. (1999). Interactivity, Online Journalism, and English-Language Web Newspapers in Asia. Journalism and Mass Communication Quarterly, 76 (1): 138 – 151.

Mazeland, H. (2009). Taalkunde voor CIW. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen.

Michels, W. & Michels, Y. (2011). Focus op fans. Hét boek over brandactivation. Zaltbommel: Thema.

Rafaeli, S. (1988). Interactivity: From new media to communication. In: R. P. Hawkins, J. M. Wiemann, & S. Pingree (eds.). Sage Annual Review of Communication Research: Advancing Communication Science: Merging Mass and Interpersonal Processes (pp. 110-134). Beverly Hills: Sage.

Searle, J.R. (1975). Indirect Speech Acts. In: P. Cole & J.L. Morgan (eds.). Syntax and Semantics. Volume 3: Speech Acts (pp. 59-82). New York: Academic Press.

Searle, J. (1976). A Classification of Illocutionary Acts. Language in Society, 5: 1-23.

Sheehan, K. B. & Doherty, C. (2001). Re-weaving the Web: Integrating Print and Online Communications. Journal of Interactive Marketing, 15(2): 47-59.

Wakolbinger, L.M., Denk, M., & Oberecker, K. (2009). The effectiveness of combining online and print advertisements: is the whole better than the individual parts? Journal of Advertising Research, 49(3): 360-372.

ONLINE ARTIKELEN

Heeter, C. (2000). Interactivity in The Context of Designed Experience. Journal of Interactive Advertising, 1 (1). http://jiad.org/article2 (3 maart 2012).

Un, S & Duin, P. van der (2008). Consumer in control. Second sights. http://www.secondsight.nl/technology/consumer-in-control (7 maart 2012).

WEBSITES

Nationaal Onderzoek Multimedia (2011). http://www.nommedia.nl/upload/documenten/pers bericht-jaarcijfers-nom-juli-2010-juni-2011-incl-bijlage-def.pdf/. Laatst geraadpleegd 3 maart 2012.