Rondleiding 1:
Observators en rondleiders aanwezig: 10:00 Rondleiding: 10:20 - 11:30
Enquêtes 11:30 - 11:50
Experiment: Rondleidingen met en zonder aanraking - 3C Experiment: Rondleidingen met en zonder aanraking - 3C Experiment: Rondleidingen met en zonder aanraking - 3C Experiment: Rondleidingen met en zonder aanraking - 3C
WANNEER WAAR WAT Wie
10:20 Entreehal museum & garderobe
Binnenkomst klas
- Jassen en tassen inleveren in garderobe - Random verdeling leerlingen in groepen: 15 leerlingen naar groep A. - Rondleiding zonder aanraking
15 leerlingen naar groep B. - Rondleiding met aanraking
Begeleid door rondleiders, observators, Bodil
10:30
Tentoonst ellingszale n Rodin
Start rondleiding Groep A - Zaal: Ovaal (hand van God) Groep A; - Rondleider Maria - Observators 1 + 2 10:30 Tentoonst ellingszale
n Rodin Start rondleiding Groep B - Zaal: Coop Himmelb(l)au Groep B:
- Rondleider Christine - Observators: 3 + 4 11:25 Willekeuri ge zaal in tentoonste lling Rodin
Afronding rondleiding Groep A Zaal: Coop Himmelb(l)au
Groep A; - Rondleider Maria - Observators 1 + 2 11:25 Willekeuri ge zaal in tentoonste
lling Rodin Afronding rondleiding Groep B Zaal: Aanraakzaal Groep B: - Rondleider Christine - Observators: 3 + 4 11:30 Willekeuri ge (rustige) zaal in tentoonste lling Rodin
Afnemen van enquêtes bij leerlingen door observators Groep A;
- Rondleider Maria - Observators 1 + 2 11:30 Willekeuri ge (rustige) zaal in tentoonste lling Rodin
Afnemen van enquêtes bij leerlingen door observators Groep B:
- Rondleider Christine - Observators: 3 + 4 11:50 Entreehal museum & garderobe
Leerlingen worden door rondleiders naar garderobe gebracht: halen jas & tas op en verlaten het museum
Begeleid door rondleiders, observators.
11:50 -12:20
Atelier Ruimte voor observators om aantekeningen uit te schrijven en pauze te nemen
Rondleiding 2
Rondleiding: 12:20 - 13:30 Enquêtes 13:30 - 13:50
Experiment: Rondleiding met en zonder aanraking - 3B Experiment: Rondleiding met en zonder aanraking - 3B Experiment: Rondleiding met en zonder aanraking - 3B Experiment: Rondleiding met en zonder aanraking - 3B
WANNEER WAAR WAT Wie
12:20 Entreehal museum & garderobe
Binnenkomst klas
- Jassen en tassen inleveren in garderobe - Random verdeling leerlingen in groepen: 15 leerlingen naar groep C. - Rondleiding zonder aanraking
15 leerlingen naar groep D. - Rondleiding met aanraking
Begeleid door rondleiders, observators, Bodil
12: 30
Tentoonstelli ngszalen Rodin
Start rondleiding Groep C - Zaal: Coop Himmelb(l)au Groep D; - Rondleider Maria - Observators 1 + 2 12: 30 Tentoonstelli ngszalen
Rodin Start rondleiding Groep D - Zaal: Ovaal Groep C:
- Rondleider Christine - Observators: 3 + 4 13: 25 Willekeurige zaal in tentoonstelli ng Rodin
Afronding rondleiding Groep C Zaal: Aanraakzaal - Groep D; - Rondleider Maria - Observators 1 + 2 13: 25 Willekeurige zaal in tentoonstelli
ng Rodin Afronding rondleiding Groep D Zaal: Coop Himmelb(l)au
Groep C: - Rondleider Christine - Observators: 3 + 4 13:30 Willekeurige (rustige) zaal in tentoonstelli ng Rodin
Afnemen van enquêtes bij leerlingen door observators - Groep D; - Rondleider Maria - Observators 1 + 2 13:30 Willekeurige (rustige) zaal in tentoonstelli ng Rodin
Afnemen van enquêtes bij leerlingen door observators Groep C: - Rondleider Christine - Observators: 3 + 4 13:50 Entreehal museum & garderobe
Leerlingen worden door rondleiders naar garderobe gebracht: halen jas & tas op en verlaten het museum
Begeleid door rondleiders, observators.
Vanaf 13:50 Atelier Ruimte voor observators om aantekeningen uit te schrijven
Bijlage 4 - Observatieleidraad
> Observatielijst voor rondleidingen zonder aanraking.
1. Schrijf voordat je gaat beginnen je naam op de voorkant van het boekje. 2. Schrijf als je een aantekening maakt eerst de volgende punten op: Andere tips:
- Noteer steekwoorden en uitdrukkingen.
- Leg de meeste focus op hun gedrag. Maar noteer ook uitspraken van leerlingen. Let op de volgende zaken tijdens de observatie:
Non-verbale communicatie - Algemeen gedrag van de groep
- Lichaamshouding
- Houding ten opzichte van de objecten - Gebruik van handen
- Wat doen ze ermee?
- Lijken leerlingen de objecten te willen aanraken? - Gebruik van armen
- Gezicht
" " - Uitdrukkingen in het gezicht Verbale communicatie
- Wordt er gesproken over het aanraken van de objecten?
- Hoe reageren de leerlingen op de opdrachten? (dit kan ook non-verbaal) - Hoe reageren de leerlingen op de tentoonstelling? (dit kan ook non-verbaal) > Observatielijst voor rondleidingen met aanraking.
1. Schrijf voordat je gaat beginnen je naam op de voorkant van het boekje. 2. Schrijf als je een aantekening maakt eerst de volgende punten op: Andere tips:
- Noteer steekwoorden en uitdrukkingen.
- Leg de meeste focus op hun gedrag. Maar noteer ook uitspraken van leerlingen.
Let op de volgende zaken tijdens de algemene rondleiding - (dus buiten de zaal waar ze mogen aanraken):
Non-verbale communicatie - Algemeen gedrag van de groep
- Lichaamshouding
- Houding ten opzichte van de objecten - Gebruik van handen
- Wat doen ze ermee?
- Lijken leerlingen de objecten te willen aanraken? - Gebruik van armen
- Gezicht
" " - Uitdrukkingen in het gezicht Verbale communicatie
- Wordt er gesproken over het aanraken van de objecten?
- Hoe reageren de leerlingen op de opdrachten? (dit kan ook non-verbaal) - Hoe reageren de leerlingen op de tentoonstelling? (dit kan ook non-verbaal) Let op de volgende zaken in de aanraakzaal
Non-Verbale communicatie - Gebruik van het gehele lichaam
" - Loopsnelheid richting aan te raken object - Snel, " langzaam - Willen ze de objecten meteen aanraken of niet?
- Zijn er ook leerlingen die aarzelen? Hoe zie je dat?
- Zijn er ook leerlingen die de objecten niet willen aanraken? Zo ja, hoeveel? - Welke afstand nemen ze in tot het object?
" - Anders...
- Houding ten opzichte van het object - Buigen ze zich naar het object ? - Blijven ze op afstand van het object? " - Anders...
- Gebruik van armen
- Buigen ze hun armen richting het object? - Strekken ze hun armen in richting het object? - Gebaren?
" - Anders.... - Gebruik van handen
" - Gebruik van volledige hand - hoe? " - Gebruik van vingertoppen - hoe?
- Welke vingertoppen gebruiken ze? " - Gebaren?
- Gezicht
- Uitdrukkingen in het gezicht Anders
Verbale communicatie
- Wordt er gesproken over het aanraken van de objecten?
- Hoe reageren de leerlingen op de opdrachten? (dit kan ook non-verbaal) - Hoe reageren de leerlingen op de tentoonstelling? (dit kan ook non-verbaal) - Kun je opvangen welke woorden ze gebruiken om het aanraken te benoemen?
Bijlage 5 - Uitwerking observaties en videobeelden 1. Observaties door observatoren
Aantekeningen Eline - Groep 1 aanraken Aantekeningen Eline - Groep 1 aanraken Aantekeningen Eline - Groep 1 aanraken
Zaal GebeurtenissenGebeurtenissen
Nonverbale communicatie Verbale communicatie
1. Coop
- Tijdens uitleg leerlingen: handen in zakken of handen over elkaar, armen gekruist. 1.
Coop
- Groep houdt zo’n 3 meter afstand van werken. 1.
Coop
- Jongen beweegt naar beeld toe. - Leerlingen doen hem na en lachen - Jongen kijkt naar het plafond
- Museumdocent zegt: “Je mag het niet aanraken”.
1. Coop
- Leerlingen wijzen veel 1.
Coop
- Wanneer de museumdocent iets uitlegt komen leerlingen in een halve kring staan en iets dichterbij. 1.
Coop
- Leerlingen doen actief met opdrachten actief mee. - Jongen kijkt om zich heen en wiebelt op voeten. 2. Coop
(marmer)
- Leerlingen staan dichter bij beelden waar verhaal over gaat. Soms met rug ernaar toe.
- Leunen zelfs tegen sokkels en tegen muren. 2. Coop
(marmer)
- Jongen draait met hoofd - Andere jongen kijkt naar buiten - Jongens wijzen naar beeld achter glas
- Andere jongen frummelt an sluiting van sokkel en glas
- Groepje jongens praten
fluisterend met elkaar over andere beelden
3. Bronzen tijdperk
Jongens hebben eerst interesse in (eigen) schaduwen op de muur
3. Bronzen tijdperk
Zitten op bankjes en leunen tegen muur 3. Bronzen
tijdperk
Leerlingen lopen om beelden heen - dicht in de buurt van de sokkel. Wijzen met wijsvingers en potlood of boekje. Wijzen/ aaien met platte hand.
Jongens praten veel met elkaar tussendoor, meisjes zijn rustiger. 3. Bronzen
tijdperk
Meisjes blijven meer op afstand. 4.
Middenzaa l (met Denker)
Een jongen reikt uit naar een klein beeld waar groep met rug naartoe staat en raakt dit aan (jongen staat helemaal achterin).
4. Middenzaa
l (met Denker)
Leerlingen kijken omhoog en naar beneden. Ze zijn een groot deel van de tijd niet aan het kijken naar de beelden.
5. bloemen en kruiken
Leerlingen leunen op tafel (wat niet mag) 5. bloemen
en kruiken
Bij glazen: niet wijzen 5. bloemen
en kruiken
6. Assemblag
es
Een jongen loopt gelijk naar de tafel, maar gaat daarna bij de groep staan.
6. Assemblag
es
Twee meisjes leunen tegen de muur 6.
Assemblag es
Leerlingen wijzen met vinger of pen bij opdracht, maar raken glas van vitrines niet aan.
6. Assemblag
es
Meisjes maken paar keer een foto van meisje met beeld erachter
6. Assemblag
es
Jongen sleept boekje mee over tafel tijdens het lopen 6.
Assemblag es
Jongen raakt glas aan en zag dat ik net keek en deed toen snel beide handen op zijn rug.
6. Assemblag
es
2 meisjes gaan met gezicht dichtbij glas staan 7. Handen
en poort van de hel
Twee meisjes doen verkrampte hand na en een raakte bijna het glas aan. Ze schrikt en trekt hand terug.
Ze reageert met ‘Ho’. 7. Handen
en poort van de hel
Er wordt geween met hand, dichtbij werk. 7. Handen
en poort van de hel
Meisjes doen hand na (de kathedraal) Moeten lachen
8.
Aanraak-zaal
Leerlingen gaan dicht op tafel staan. Paar hebben handen over elkar, in zakken en achter rug. 8.
Aanraak-zaal
Museumdocent wijst Museumdocent ‘je mag aanraken’
8.
Aanraak-zaal
Jongen reageert erop en gaat in een seconde erop af moet wijsvinger en raakt aan. Meisje ook.
8.
Aanraak-zaal
Twee meisjes gaan naar andere kant van de zaal om marmer en brons te voelen —> doen dit met platte hand.
Voelen voorzichtig
Wanneer ze brons voelen zegt een ‘vies’.
8.
Aanraak-zaal
Enkele leerlingen voelen marmeren muurplaat (meisje) ’Echt lekker glad he’ (meisje) ’Wooow dit is echt lekker’. (meisje) ‘hard’
8.
Aanraak-zaal
Enkele leerlingen voelen bronzen muurplaat en kloppen erop
is koe’. 8.
Aanraak-zaal
Bij de beelden: vingers over beelden 8.
Aanraak-zaal
Bij de muurplaten: met platte hand erover. 8.
Aanraak-zaal
Bij beelden en muurplaten:
Jongens: met volle hand erop slaan en kloppen. Meisjes: veel rustiger en voorzichtiger —> meisje aait bijvoorbeeld de Denker
Wanneer de opdracht afgesloten wordt, stopt iedereen met aanraken.
Reacties op opdracht, gevraagd door museumdocent:
Jongen: “ik leer ik niks van voelen”. Meisje zegt van wel, ‘want fijne detail voel je beter dan wanneer je ze ziet.’
Jongen maakt het niet uit ‘zijn allemaal keihard’. —> leert niet over hoe het gemaakt is.
Meerdere meisjes vinden het leuk om te voelen. Een meisje maakt het niet zoveel uit.
Aantekeningen Maayke - Groep 1 aanraken Aantekeningen Maayke - Groep 1 aanraken Aantekeningen Maayke - Groep 1 aanraken
Zaal GebeurtenissenGebeurtenissen
Nonverbale communicatie Verbale communicatie
1. Coop 10:25 Leerling raakt beeld burgers v. calais aan - strijkt langs hand
1. Coop
Leerlingen doen beelden na met lichaam
1. Coop
Licht geïnteresseerde houding, doen wel mee, niet niet heel enthousiast. 2. Coop
(marmer)
10:35 Leerlingen houden veel afstand, passieve houding. Leunen tegen sokkels, tegen muren. Op afstand van beelden. Handen in zakken en armen over elkaar.
3. Bronzen tijdperk
10:45 Leerlingen leunen tegen muren en gaan direct op bankjes zitten. 3. Bronzen
tijdperk
Krijgen notitieboekjes 3. Bronzen
tijdperk
Jongens: lopen rond en wijzen Meisjes: iets afwachtender en in groepjes
3. Bronzen tijdperk
Jongen raakt bijna beeld aan (andere dan op coop)
3. Bronzen tijdperk
Docent (van school) wijst/ raakt bijna aan
4. Middenzaal (met denker)
Leerlingen houden afstand Doen houding van de denker na
Uitleg over het beeld de denker
‘Waarom zou je met je hand zo vlak onder je kin nadenken?’
4. Middenzaal (met denker)
Jongen doet houding na met vuist onder kin
Emotie volgens groep: zielig/ depressief - jongen: juist concentratie
‘ Zou Rodin wel leuk in het leven staan? Al zijn beelden missen lichaamsdelen of zijn alleen hoofden of kijken depressief.’ 5. Bloemen
en kruiken
5. Bloemen en kruiken
Actieve deelname aan opdracht 5. Bloemen en kruiken Wijzen 5. Bloemen en kruiken Leunen op tafel 6. Assemblages
Leerlingen leunen passief tegen muur 6.
Assemblages
Opdracht: Direct actief kijken 6.
Assemblages
—->
Maakt foto van klasgenoot die beeld nadoet - (3B de schreeuw)
Doen ander beeld ook na - nr 45 de schaduw
Mag ik foto’s maken? Oké cool’
7. Handen en poort vd hel
Doen direct ‘verkrampte hand’ na. 7. Handen en
poort vd hel
Leunen tegen muur 7. Handen en
poort vd hel
Gaan direct meedoen met opdracht 7. Handen en
poort vd hel
Nadoen van verkrampte hand —> foto van het beeld + nadoen van de hand + houding handen boven het hoofd. Leerlingen doen veel moeite voor goede foto.
7. Handen en poort vd hel
Beeld: kathedraal —> nieuwe titel bedenken
- De ontmoeting (want: twee rechterhanden)
- Applaus 8.
Aanraakzaal
Meisje raakt aan met één vinger, alsof het niet mag
8. Aanraakzaal
Groep gaat direct dicht om de tafel staan
Docent zegt dat aanraken mag 8.
Aanraakzaal
Docent doet voor dat aanraken mag - 2 jongens raken direct beelden aan. 8.
Aanraakzaal
Enthousiasme (?) - hard praten 8.
Aanraakzaal
Gaan met vlakke volle hand over beelden
8. Aanraakzaal
Voelen aan alle beelden 8.
Aanraakzaal
Ook nu weer: nadoen van houding + foto’s - meerdere keren.
8. Aanraakzaal
Voelen met vlakke hand aan
wandpanelen. Ook met vingertoppen. - Strijken van links naar rechts en andersom.
8. Aanraakzaal
Glad oppervlak hoofd v/d denker voelen. Kont aanraken - dwingen elkaar dat ook te doen.
- jongen haalt schouders op
Docent vraagt: leer je meer van voelen? Leerlingen:
- Nee
- Ja een beetje, voelt anders dan het eruit ziet, voordal door fijne details voel je beter dan dat je ziet.
- Nee, want het is allemaal keihard, leer niks over hoe het gemaakt is.
- Maakte niet zoveel uit
Aantekeningen Bodil - Groep 1 aanraken Aantekeningen Bodil - Groep 1 aanraken Aantekeningen Bodil - Groep 1 aanraken
Zaal GebeurtenissenGebeurtenissen
Nonverbale communicatie Verbale communicatie
1. Coop
Leerlingen houden geruime afstand van de werken
1. Coop
Museumdocent beschrijft gietproces van beelden Rodin 1.
Coop
Leerlingen houding nog steeds ruime afstand. Armen over elkaar, voor het lichaam.
1. Coop
Deel v/d leerlingen leunen tegen muren en op tafels.
2. Coop (marmer)
Groep is erg rustig, stil. Vragen moeten zeer gericht gesteld worden.
Museumdocent besteed veel aandacht aan materiaalsoorten. 3. Bronzen
tijdperk
Leerlingen reageren op spotlights in hoeken van zaal
3. Bronzen tijdperk
Schrijven opdracht in notitieboekjes (worden nu pas uitgedeeld)
3. Bronzen tijdperk
Leerlingen wijzen veel op beelden als ze in de buurt komen.
3. Bronzen tijdperk
Jongens komen veel dichterbij de werken. Meisjes blijven open afstand (tijdens opdracht)
4. Middenzaal (met Denker)
Aandacht verslapt terwijl museumdocent nog aan het woord is - hangen, praten etc.
5. bloemen en kruiken 6. Assemblages
7. Handen en poort van de hel
8. Aanraak-zaal Leerlingen voelen allemaal 8. Aanraak-zaal
Duwen met duimen erin.
“Ik voel amper verschil” “ Het is glad”
Enkele leerlingen doen beelden na.
Museumdocent vraagt ‘leer je er meer van?’
Antwoorden:
- Nee, het is allemaal keihard. - Het voelt anders dan je denkt 15 leerlingen
Aantekeningen Fardau - Groep 1 niet aanraken Aantekeningen Fardau - Groep 1 niet aanraken Aantekeningen Fardau - Groep 1 niet aanraken
Zaal GebeurtenissenGebeurtenissen
Nonverbale communicatie Verbale communicatie
1. Ovaal Terughoudend (als het om vragen gaat) Achterin wordt veel gekletst 1. Ovaal
Staan dichtbij beeld - jongen raakt sokkel aan
1. Ovaal
Sommigen lopen om beeld heen bij schetsen
1. Ovaal
Serieus bezig met schetst maar ook —> Lachen 1. Ovaal
Jongen staat dichtbij beeld (schetsboek op sokkel)
1. Ovaal
Mensen schrijven en kijken veel in hun boekje
Na opmerking van Maria loopt iedereen er omheen 2. Handen/ poort van de hel
Blijven in het begin vrij stil staan zonder naar de beelden te lopen
2. Handen/
poort van de
hel
Twee jongens lopen naar beeld zonder glas voor tekenopdracht.
2. Handen/
poort van de
hel
Meisjes blijven rond glas op afstand staan 2.
Handen/ poort van de
hel
Sommige jongens dichterbij/ lopen er omheen + dichtbij glas
2. Handen/ poort van de hel Waarom tekenen?
- Antwoorden: spastisch, simpel om te tekenen (grote verkrampte hand)
- Leerlingen praten vooral over hun tekeningen. 3.
Assem-blages
Leerlingen zijn niet heel ‘voorzichtig’, staan gemakkelijk dichtbij de beelden.
3.
Assem-blages
blages
Mensen achterin bekijken andere beelden van dichtbij. Houden wel aandacht. Wijzen
Oh, moet je dat zien’
4. Kruiken
en bloeme
n
Sommigen schetsen voorover gebogen, ogen op hoogte van de beelden, leunen op de tafel.
4. Kruiken
en bloeme
n Brengen hun lichaam dichterbij de beelden. 4.
Kruiken en bloeme
n
Anderen blijven op een afstandje staan. 4.
Kruiken en bloeme
n
Serieus aan het schetsen - serieuze blikken. 4. Kruiken en bloeme n
Een groepje jongens is snel klaar en stapt weg van de beelden / gaat tegen de muur staan. 4. Kruiken en bloeme n
Leerlingen kijken tijdens het praatje vooral in het boekje.
5. Tussenz
aal
Leerlingen blijven nog steeds een beetje afstand houden. Lopen niet om beeld heen. (terwijl museumdocent dat wel
suggereerde)
Museumdocent: ‘Kom maar even wat dichterbij staan’.
5. Tussenz
aal
Leerlingen lijken serieus bezig met de opdracht - kijken bij elkaar
overleggen 5.
Tussenz aal
Leerlingen blijven op afstand Museumdocent moet groep aansporen om dichtbij te komen.
5. Tussenz
aal
Opdracht bij beeld: zij die eens de
prachtige vrouw van de helmenmaker was.
Leerlingen noemen nav opdracht woorden op: arm, zwak, (want armen zijn dun), oud (gebogen rug, rimpels), moedeloos (ze lijkt verdrietig), houding is kwetsbaar.
Museumdocent: Wat vinden jullie ervan? (museumdocent moet aansporen om de antwoorden te horen).
Antwoorden: Is een mooi beeld, maar de persoon is niet mooi.
6. Balzac
Leerlingen lachen om naam Balzac 6.
Balzac
Wordt in boekjes gekeken Wordt gekletst
6. Balzac
Leerlingen maken grapjes om eindversie van beeld Balzac.
6. Balzac
Leerlingen wijzen naar beeld - een persoon raakt het bijna aan.
6. Balzac
Letten bij opdracht op datum (minder op het beeld zelf) of hoe gedetailleerd is 7.
Middenz aal (de denker)
7. Middenz
aal (de
denker) Leerlingen kijken naar beeld, geïnteresseerd maar blijven op afstandje. Hebben snel geen interesse meer lijkt het, kijken weg en zijn met elkaar bezig, doen spelletjes in boekjes.
8. Het bronzen
tijdperk
Leerlingen houden afstand van beelden. 8. Het
bronzen
tijdperk Verveelde blikken 8. Het
bronzen tijdperk
Spelen spelletjes met schaduwen 9.
Coop met marmer
Leerlingen zijn snel afgeleid. Het lijkt dat ze weer meer opletten als ze over de beelden specifiek praat en dingen aanwijst.
9. Coop
met marmer
Beveiliger zegt tegen een jongen dat hij niet op tafeltje rondom beeld mag schrijven in zijn boekje 10.
Coop - Burgers
van Calais
Nemen afstand tot beelden 10.
Coop - Burgers
van Calais
Lopen bij opdracht meer rond en dichterbij. Kijken naar de beelden.
10. Coop - Burgers
van Calais
Aantal jongens gaan op bankjes zitten. 10.
Coop - Burgers
van Calais
Meisjes doen houding bronzen tijdperk na 10.
Coop - Burgers
van Calais
Na kijken voor opdrachten weer meer afstand tot de beelden.
10. Coop - Burgers
van Calais
Aantal jongens hebben het gezamenlijke over de beelden.
Aantekeningen Maren- Groep 1 niet aanraken Aantekeningen Maren- Groep 1 niet aanraken Aantekeningen Maren- Groep 1 niet aanraken
Zaal GebeurtenissenGebeurtenissen
Nonverbale communicatie Verbale communicatie
1. Ovaal Leerlingen die van Rodin gehoord hebben steken hun vinger en worden gevraagd wat te vertellen.
3 jongens kletsen ondertussen met elkaar 1. Ovaal
Leerlingen krijgen de opdracht verwachtingen op te schrijven. 1. Ovaal
Leerlingen zijn stil en doen het geconcentreerd (kijken naar papier) Leerlingen staan stil
Twee keer fluisteren twee jongens tegen elkaar.
1. Ovaal
Opdracht: schetsen.
- Ze schetsen allemaal, praten gedempt, kijken op papier. 1. Ovaal
Jongen lacht en wijst naar ‘de hand van God’. Laat potlood vallen, pakt ‘m op, slaat armen over elkaar en blijft naar beeld kijken.
Iemand zegt het niet de hand van God te vinden. Geen respons uit de groep bij de vraag wie het er niet mee eens is.
Museumdocent vraagt: Wie vindt de titel wel passend? Meisje antwoord. Anderen geven geen antwoord meer.
Concentratie neemt af - leerlingen verplaatsen van plek/ praten. 2. Handen/ poort
van de hel
Leerlingen concentreren zich op museumdocent
Introductie van museumdocent 2. Handen/ poort
van de hel
Zelfde jongen als vorige zaal: fluisteren 2. Handen/ poort
van de hel
Opdracht: ‘kies hand uit en ga die schetsen’. 2. Handen/ poort
van de hel
Leerlingen lopen rond, kiezen beeld en gaan schetsen.
2. Handen/ poort van de hel
Groepje van jongens die fluisteren (3 leerlingen) wijzen naar beeld en doen het allemaal na met hun handen.
“Hij is heel mooi spastisch’ 2. Handen/ poort
van de hel
Museumdocent roept groep bij elkaar. 2. Handen/ poort
van de hel
Leerlingen vergelijken elkaars opdracht.
Jongens die de gekromde hand kozen —>
Hand trok hen aan ‘Spastisch’ en ‘simpel’. 2. Handen/ poort
van de hel
Jongens blijven kletsen terwijl ander meisje haar keuze toelicht.