• No results found

2. DE ONTSTAANSGESCHIEDENIS VAN HET MONUMENT

2.1 Het zwarte discours en de roep om erkenning

2.1.3 Slachtofferschap

Naast erkenning komt het zwarte discours ook terug in het slachtofferschap-betoog. Dit be- toog is niet alleen geïnspireerd op de transnationale dynamiek, ook het eerder genoemde boek

Wij slaven van Suriname (1934) voedde de redenatie van slachtofferschap. Oostindie schrijft

het volgende over het invloedrijke werk van Anton de Kom: ‘Vrijwel alle elementen uit het hedendaagse discours over het slavernijverleden – uitbuiting en genoegdoening; racisme, ontmenselijking en trauma; zelfbevrijding – kwamen in dit opmerkelijke boek al aan bod.’88 Ook in de strijd om een monument zien we argumenten die zijn afgeleid van Wij slaven van

85 G. Oostindie, ‘Inleiding: een memento, een gebaar’, in: G. Oostindie ed., Het verleden onder ogen: Herden- king van de slavernij, Amsterdam: Arena 1999, p. 166.

86 K. Ribbens, ‘Ruimte voor multiculturaliteit: De vaderlandse canon en de veranderende historische cultuur’, in:

M. Grever e.a., Controverses rond de canon, Assen: Van Gorcum 2006, p. 93.

87 M. Hoogers, ‘Nederland zelf had geen slavernij. Niet iedereen ziet nut in van monument wegens ons zwarte

verleden’, De Telegraaf, 24 juni 2000.

88

G. Oostindie, Postkoloniaal Nederland: Vijfenzestig jaar vergeten, herdenken, verdringen, Amsterdam: Bert Bakker 2010, p. 164.

31

Suriname. Het leed van de slaven wordt door de schrijver (onder andere) als volgt omschre-

ven:

Veelvuldig kwam ook de straf voor, waarbij de slaven aan de haak gehangen werden. Men sloeg de- ze haak dan door het vel of onder de ribben en alsof de vreselijke pijnen nog niet genoeg waren, zo werd de straf nog verzwaard door gloeiende tangen in de vlezige delen te klemmen. Ook het levend verbranden van slaven was geen uitzondering in die tijd.89

De Kom geeft hierbij als bron de Notulen van Gouverneur en Raden van 14 december 1730 en Wolbers’ boek Geschiedenis van Suriname (1861). Julien Wolbers schreef enkele brochu- res en petities over de gruwelijkheden van de slavernij en de noodzaak tot abolitie. Één van deze brochures is ‘De Slavernij in Suriname, of Dezelfde gruwelen der slavernij, die in de ‘Negerhut’ geschetst zijn, bestaan ook in onze West-Indische koloniën!’ gepubliceerd in 1853. Hoewel hij zich nooit heeft gevestigd in Suriname schreef hij in 1861 zijn boek Ge-

schiedenis van Suriname. Hij maakte hiervoor gebruik van archieven in Den Haag en Enge-

land. Vervolgens werden passages uit zijn boek overgenomen door De Kom en toont de peti- tie ‘Sporen van Slavernij’ op haar beurt sterke overeenkomsten met passages uit De Kom zijn boek. Een herziening van de standpunten omtrent de slavernijgeschiedenis is volgens stichting Sophiedela in overeenstemming met de tijdgeest overwegende:

[12] dat ook bekend is dat, in de periode 1700 tot 1780, Nederland ten opzichte van het Caraïbisch gebied en de rest van Amerika, in Suriname de wreedste en hardste slavernij bedreef; […]; [16] dat ook veelvuldig de straf voorkwam waarbij een haak door het vel of onder de ribben van de slaven werden geslagen en alsof de vreselijke pijnen nog niet genoeg waren ook nog gloeiende tangen in de vlezige delen van de slaven werden geklemd;90

In dit voorbeeld komt de intertekstualiteit van het zwarte discours duidelijk naar voren. Aan- gezien de passage uit Wij slaven van Suriname bijna letterlijk is overgenomen in de petitie, spreken we hier van het ‘iterability’-type van intertekstualiteit.91

Het is opmerkelijk dat stich- ting Sophiedela—zonder het vermelden van bronnen—het pamflet van De Kom uit de jaren dertig gebruikt in haar betoog voor de realisatie van een monument. In het voorwoord van de negende editie van Wij slaven van Suriname schrijft John Jansen van Galen het volgende over het boek: ‘Het boek van Anton de Kom heeft met zijn hartstocht en zijn pathetiek, en ook zijn eenzijdigheid, de kracht van een monument, het is een aanklacht. […] Grote delen van Wij

89 A. de Kom, Wij slaven van Suriname, Amsterdam: Contact 1999, p. 57. 90 Stichting Sophiedela, Petitie ‘Sporen van Slavernij’,

www.platformslavernijmonument.nl/images/sophiedela.pdf, geraadpleegd op 27 januari 2014, pp. 3-4.

32

slaven van Suriname laten zich lezen als waren het vlammende redevoeringen.’92 Het boek van De Kom kan aldus worden bestempeld als een politieke hartenkreet. Historicus Emmer noemde het boek, in het eerder behandelde debat uit de Groene Amsterdammer, ‘pamfletach- tige literatuur’. Volgens Biekman is deze omschrijving van Wij slaven van Suriname opnieuw een voorbeeld van Eurocentrisme. Toch is het opmerkelijk dat Sophiedela door middel van het overnemen van argumenten uit een hartstochtelijk betoog uit de jaren dertig, de gruwe- lijkheden omtrent de slavernij benadrukt.

Het idee van de ‘zwarte Holocaust’ wakkert het leed van de slaven eveneens aan. De vergelijking met de tragedie van de Joodse bevolking werd door verschillende intellectuelen al gemaakt. In het eerder genoemde artikel ‘een Beau Geste’ pleitte Martinus Arion voor een monument op de Dam met het bijschrift ‘Nimmer Meer’. Een dergelijk monument zou aan- sluiting vinden bij het nationaal monument dat stil staat bij de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Ook de leus ‘Nimmer Meer’ roept een associatie op met de Shoah. Wereldwijd was men het erover eens dat gruwelijkheden zoals de systematische Jodenvervolging zich nooit meer mochten voordoen. Biekman, die eerder in een interview het belang van erkenning onderstreepte, gaf in een ander interview te kennen dat de vergelijking met de (in haar woor- den) witte Holocaust gemaakt kon worden: ‘We moeten de vergelijking met de witte holo- caust durven te maken. Die duurde twintig jaar, die van ons duurde 350 jaar.’93

De toevoeging dat de zwarte Holocaust veel langer duurde dan de witte, plaatst het leed van de slaven zelfs boven dat van de joden. Door het overnemen van termen als ‘Holocaust’ en ‘Nimmer Meer’ is er opnieuw sprake van intertekstualiteit. In dit geval wordt het transnationale Holocaustdis- cours geleend voor het slachtofferschap-betoog van het zwarte slavernijdiscours in Nederland.