• No results found

Regionale wateroverlast

In document Waterplan Gelderland 2010-2015 (pagina 58-61)

4 Het Gelderse waterbeleid

4.2 Het basisniveau

4.2.3 Regionale wateroverlast

Doel voorkomen regionale wateroverlast

Het op orde brengen en houden van het regionale watersysteem, zodat wateroverlast ten gevolge van inundatie vanuit de watergang, zoveel mogelijk wordt voorkomen. Niet alleen nu, maar ook in de toekomst wil de provincie anticiperen op extreme neerslag als gevolg van klimaatverandering. De waterschappen dragen zorg voor het nemen van maatregelen om extreme waterhoeveelheden op te kunnen vangen of te verwerken. De trits ‘vasthouden- bergen-afvoeren’ geldt daarbij als uitgangspunt voor de volgorde van de uit te voeren maatregelen.

Termijnen 2027

• Het regionale watersysteem is op orde, mede naar aanleiding van tussentijdse toetsingsrondes in 2012 en 2018.

2015

• Het regionale watersysteem voldoet aan de normen uit de provinciale

waterverordening ten aanzien van inundatie vanuit de watergang ten gevolge van extreme neerslag. De daarvoor benodigde waterbergingsgebieden zijn ingericht en de benodigde conserveringsmaatregelen zijn uitgevoerd. Beide maatregelen zijn door de gemeenten planologisch vastgelegd en beschermd.

Uitvoering

Voor de uitvoering van maatregelen in de planperiode zien wij de volgende taakverdeling: • de provincie

o zorgt voor de ruimtelijke bescherming van de waterbergingsgebieden;

o zet indien nodig haar Wro-instrumentarium (pro-actieve en reactieve aanwijzing) in voor een tijdige vastlegging van de waterbergingsgebieden in de bestemmingsplannen en ter voorkoming van ongewenste ontwikkelingen;

o heeft de overeengekomen normen voor wateroverlast vastgelegd in de Waterverordening Gelderland.

• de waterschappen

o zorgen dat de voor verdere uitwerking van de Streekplanuitwerking Waterberging benodigde maatregelen en bergingsgebieden uiterlijk in 2015 zijn gerealiseerd; o berekenen de opgave die nog nodig is om het systeem op orde te houden, eerstvolgend moment is 2012. Voor de nieuw te berekenen wateropgave in relatie tot de regionale wateroverlast wordt, conform de afspraak uit NBW-actueel, gebruik gemaakt van het KNMI’06-scenario G als ondergrens;

o adviseren aan provincie en gemeenten over de noodzakelijke ruimteclaim (omvang en locaties van bergingsgebieden), inclusief eventuele nodige functieveranderingen; o zorgen in samenwerking met gemeenten voor verankering van de waterbergings- gebieden in de bestemmingsplannen.

• de gemeenten

o zorgen dat de bergingsgebieden Binnenveld en Eefde-West worden vastgelegd in hun bestemmingsplannen. Ook eventuele extra bergingsgebieden worden vastgelegd in bestemmingsplannen;

o zorgen dat de “conserveringsmaatregelen in het systeem” – zoals het vasthouden van water in plassen, het verruimen van watergangen en het vasthouden van water in haarvaten – uiterlijk in 2015 passen binnen het bestemmingsplan én dat na realisering van de maatregelen, het gebruik als zodanig wordt beschermd.

Toelichting

Normering regionale wateroverlast

De acceptabele omvang van wateroverlast, waar het regionale watersysteem aan moet voldoen, is in de vorm van normen vastgelegd in de provinciale waterverordening. Met deze normen wordt een minimaal beschermingsniveau vastgelegd tegen inundatie van water vanuit de watergang als gevolg van extreme neerslag. De provincie geeft hiermee ook duidelijkheid richting burgers en bedrijven over het restrisico. De normen zijn gebaseerd op de werknormen uit het NBW, het aanwezige landgebruik en de specifi eke watersystemen van de waterschappen.

In de verordening is voor natuur enige ruimte gelaten. Zo vragen bepaalde natuurdoeltypen juist een zekere overstroming van water. Ook het toelaten van natuurlijke processen, zoals inundatie, past bij het ontwikkelen van robuuste en natuurlijke water- en beeksystemen. Daarentegen is inundatie van enkele kwetsbare natuurdoeltypen binnen de EHS met verrijkt cq. vervuild water niet wenselijk. Dit betreff en de natuurdoeltypen: ‘blauwgrasland’, ‘broekbos’, ‘bloemrijkgrasland (zuur)’, ‘beekbos’ en ‘weidevogelgrasland’. Voor deze natuurdoelypen is inundatie na overleg met de terreinbeheerder mogelijk. Voor deze gebieden is verbetering van de waterkwaliteit veelal een voorwaarde voor het toelaten van inundatie.

Toetsing regionale watersystemen aan normen

Inmiddels hebben de waterschappen ieder hun eigen watersystemen getoetst. Om ook voor de toekomst in beeld te hebben of het watersysteem nog voldoet, wordt in 2012 en 2018, conform afspraken uit NBW-Actueel, een nieuwe toetsronde van het regionale watersysteem uitgevoerd door de waterschappen.

Uitvoering maatregelen

Uit de eerste toetsing is gebleken dat het watersysteem plaatselijk niet voldoet. Daar waar het watersysteem niet voldoet aan de normen, hebben de waterschappen de volgende oplossingen/maatregelen aangedragen:

• water vasthouden in bovenstrooms gelegen waterlopen (in de ‘haarvaten’); • water bergen in verruimde watergangen (‘meestromende waterberging’); • water bergen in bestaande of nieuwe plassen (‘bergen op water’);

Kaart 5: waterberging

In de Streekplanuitwerking Waterberging (2006) zijn de waterbergingsgebieden, de gebieden voor berging in bestaande of nieuwe plassen en de gebieden voor verruiming van watergangen vastgelegd, zie kaart 5.

Om te voorkomen dat een hernieuwde toetsing van het watersysteem, eerstvolgend toetsmoment is 2012, resulteert in weer een nieuwe opgave aan maatregelen, verwacht de provincie van de waterschappen dat ze de uit te voeren maatregelen zo veel mogelijk extra robuust uitvoeren.

Functiebeschrijving

Voor het onderwerp regionale wateroverlast is op de functiekaart de functie

‘waterbergingsgebieden’ opgenomen. Onderstaand volgt de beschrijving van deze functie. Functie: Waterbergingsgebieden

De functie ‘waterbergingsgebieden’ geldt voor de twee regionale waterbergingsgebieden in Gelderland: het Binnenveld in het beheergebied van Waterschap Vallei en Eem, en Eefde- West in het beheergebied van Waterschap Rijn en IJssel.

De inrichting en het beheer van het waterhuishoudkundig systeem zijn in waterbergingsgebieden gericht op:

• het behoud van het overwegend aanwezige grondgebruik (grasland, bouwland of natuur); • de mogelijkheid om het gebied te laten inunderen met oppervlaktewater bij extreme

neerslag;

• het voorkomen van schade of overlast aan het huidige grondgebruik, wegen en bebouwing;

• verbeteren van de kwaliteit van het inundatiewater. waterberging

in bestaande of nieuwe plas in waterbergingsgebied

De begrenzing van deze waterbergingsgebieden is vastgelegd in de Streekplanuitwerking Waterberging van 2006. Door vastlegging in de Streekplanuitwerking wordt voorkomen dat functieveranderingen zoals stedelijke uitbreidingen, bedrijventerreinen, verblijfsrecreatie, infrastructuur, glastuinbouw en andere vormen van kapitaalintensieve bebouwing, de waterberging frustreren.

Binnen de in de streekplanuitwerking aangegeven begrenzing van het waterbergingsgebied Eefde-West ligt zowel een opgave voor waterberging als een zoekzone wonen en werken. Pas bij de invulling van de zoekzone wonen en werken kan een zinvolle begrenzing op bestemmingsplan niveau worden vastgelegd voor het gebied dat nodig is voor waterberging. Tot die tijd wordt de begrenzing van de streekplanuitwerking niet op bestemmingsplan niveau uitgewerkt. Wel is het aan de overheden duidelijk dat er voor dit gebied een wateropgave bestaat van 257.000 m3, aangevuld met de wateropgave van de uitwerking van

de zoekzone wonen en werken. Wij verwachten van de gemeente dat tijdens de watertoets procedure de waterbergingsopgave wordt ingepast in de uitwerking van de zoekzone wonen en werken. Ook legt de gemeente deze wateropgave bij deze uitwerking vast in het bestemmingsplan.

De waterbergingsgebieden hadden per 1 januari 2008 vastgelegd moeten zijn in gemeen- telijke bestemmingsplannen. Dit is nog niet gebeurd. In paragraaf 4.9 is opgenomen dat de provincie in het uiterste geval het instrument van pro-actieve aanwijzing kan inzetten als de waterschappen er voor de planologische doorwerking niet (tijdig) uitkomen met de gemeenten. Het waterschap blijft verantwoordelijk voor de realisatie.

Als stedelijke ontwikkelingen reeds in voorbereiding zijn, kan dit alleen doorgang vinden als dit gecombineerd kan worden met de waterberging of wanneer deze elders gecompenseerd kan worden. Er is in waterbergingsgebieden sprake van een waterhuishoudkundige dubbelfunctie met landbouw of natuur. Voor delen van de waterbergingsgebieden kan de inundatienorm voor gras- of bouwland wellicht niet gerealiseerd worden. In het NBW- Actueel zijn afspraken gemaakt over schaderegelingen.

4.2.4 Watertekort

In document Waterplan Gelderland 2010-2015 (pagina 58-61)