• No results found

4. Molukkers in uitzendingen van de NPO

4.2 Analyse van thema’s

4.2.1 Politiek rond Republik Maluku Selatan (RMS)

Het meest saillante thema in deze uitzendingen over Molukkers is de Republik Maluku Selatan (RMS, Republiek der Zuid-Molukken). Dit thema is in drie verschillende subthema’s opgedeeld doordat er verschillende componenten naar de RMS verwijzen. In elk van deze subthema’s zal worden aangetoond op welke manier zij van belang zijn in het discours over Molukkers als cultural other.

RMS-vlag

De meest repeterende manier waarop de RMS wordt verbeeld is met de blauw-wit-groen-rode RMS- vlag, ook wel de vierkleur genoemd. Het is een leidmotief in het discours waarin Molukkers als cultural other worden gedefinieerd, omdat het in alle vier de uitzendingen terugkomt. De vlag komt terug in items over vlagceremonies in De Hokjesman, Echo’s van Angst en de NOS uitzending. Deze vlagceremonies spelen zich af in twee verschillende settings: (1) In het Orpheus theater in Apeldoorn (De Hokjesman; Echo’s van Angst) en (2) in Kamp Vught ter ere van de RMS-dag op 25 april (De Hokjesman) en bij de herdenking op 21 maart van de komst naar Nederland (65 jaar Molukkers). De vlag krijgt nog een extra lading als Louise Parihala stelt dat de vlaggenmast voor haar het symbool is voor de verschillende generaties die de hoop nooit hebben opgegeven (65 jaar Molukkers). Daarbij legt zij ook uit dat de zon altijd schijnt op momenten van vlaghijsingen (65 jaar Molukkers; De Hokjesman). Buiten de vlagceremonies wordt de vlag in verschillende formaten gedragen en gevoerd bij evenementen als de RMS-dag (65 jaar Molukkers; De Hokjesman; Echo’s van Angst) en ook zijn talloze vlaggen te zien bij een motortoertocht om geld op te halen voor Molukse politieke gevangenen (De Hokjesman). Ook wordt de vlag duidelijk getoond in de archiefbeelden van de gewelddadige acties in de jaren ‘70.

Maar ook buiten de politieke context wordt de vlag gebruikt. Zo is de vlag ingebed bij verschillende Molukse organisaties. Zo is de vlag te zien op de hesjes van de van origine Molukse motorclub Satudarah (De Hokjesman) en in de logo’s van Molukse samenkomst-gebouwen stichting U.M.A.M. en buurthuis Toma (Echo’s van Angst; 65 jaar Molukkers). De vlag is zelfs in huiskamers van Molukkers, zoals bij de familie Wattimena. Hier is de vlag – bijna onherkenbaar door het slap hangen – te zien in de shots waar opa Wattimena te zien is (65 jaar Molukkers). Door de keuze om de RMS-vlag zoveel terug te laten komen, ontstaat een stereotype dat deze vlag door en door verbonden is met de Molukkers. Ze worden hierdoor gerepresenteerd als cultural other en diaspora, omdat hier als het ware wordt gezegd dat de Nederlandse vlag niet belangrijk is voor de Molukkers en dat er nog steeds een verlangen is naar een land anders dan Nederland.

RMS-dag

De RMS-dag, jaarlijks op 25 april, komt ook nadrukkelijk in de items van de uitzendingen naar voren. Deze dag wordt op verschillende wijzen afgebeeld. Bij De Hokjesman worden twee kanten van de dag laten zien: in het woonoord en de ‘officiële’ viering. Hierbij worden de vlagceremonies in kamp Vught

en in Apeldoorn worden laten zien. Verder wordt voornamelijk Apeldoorn laten zien, waarbij de president in ballingschap aanwezig is. Hij wordt begeleid door schaars geklede jongens in het rood, die een traditionele Molukse krijgsdans uitvoeren. Hierdoor worden de Molukkers gerepresenteerd door middel van exoticism – doordat er een eeuwenoude traditie wordt laten zien die anders is dan die van Nederland, waarbij het culturele verschil wordt benadrukt. Vervolgens staat de president op het podium en doet hij een toespraak en vertelt dat de RMS geen fictie is, maar een feit. Achter hem is het wapen van de RMS groots afgebeeld. Bij het hijsen van de vlag wordt het volkslied van de RMS Maluku Tanah Airku gezongen. In Echo’s van Angst wordt deze voorstelling ook laten zien. Het verschil is dat er niet is gekozen voor de president die een publiek toespreekt, maar een vrouw in zwarte kleding die de proclamatie verklaring van de RMS hardop voorleest. Deze scène is iets langer en hierin wordt de inhoud van de RMS meer besproken, gevolgd door het roepen van Mena Muria!, waardoor deze scène krachtiger overkomt dan die van de president in De Hokjesman. Opvallend is dat in geen enkele uitzending de president of een van de leden van de regering in ballingschap aan het woord komt. Zij worden enkel op afstand laten zien vanuit het perspectief van het publiek. Dit heeft als werking dat het politieke aspect geen stem heeft in het verhaal, waardoor de RMS-regering op afstand van de kijker komt te staan. Hierdoor ontstaat het idee dat de Molukkers die wel toegankelijk zijn voor de kijker wel contact met hen kunnen maken en op deze manier wordt de Republik Maluku Selatan wederom vervreemd van de kijker en ontstaat er een cultureel verschil, wat dus bijdraagt aan de constructie van het discours van Molukkers als cultural other.

Op de dag is een massa aan mensen aanwezig van jong tot oud. De meesten zijn in normale ‘casual’ kleren, maar op het podium staan verschillende mannen in militair uniform en vrouwen in klederdracht. Daarnaast zijn er ook leden van motorclub Satudarah aanwezig bij de vieringen (De Hokjesman; Echo’s van Angst). Er zit echter wel een verschil in het afbeelden van de motorclub. In Echo’s van Angst is de motorclub maar even kort in beeld, maar hier wordt wel een motorrijder getoond die het gas geeft, waarbij veel geluid ontstaat. Daarbij worden deze beelden opgevolgd door shots van een politieauto en politieagenten – aan hun uniform te zien ME – op afstand. Op deze manier wordt het idee gegeven dat er enige handhaving nodig is bij deze motorrijders. Hierdoor wordt ook het idee gewekt tussen een Molukse groep tegenover de Nederlandse overheid. In De Hokjesman spreekt de presentator met Satudarah-lid Santerra Manuhutu, die een defensieve indruk tegenover hem geeft. Desalniettemin, kan de presentator wel de vragen stellen die hij wilt. Hierbij wordt aangegeven dat de club veel betekent voor de Molukse gemeenschap, maar dat leden niet van Molukse afkomst moeten zijn. De representatie van Molukkers wordt beïnvloed door de weergave van de Motorclub Satudarah, omdat zij vaak in het nieuws zijn geweest betreffende hun slechte reputatie. Hierdoor heeft dit effect dat de afstand tussen de doorsnee Nederlandse burger en die met Molukse roots groter wordt. Er kan namelijk worden aangenomen dat door deze stereotypering alle Molukkers hiervoor worden aangezien, zoals Shohat en Stam stellen in hun boek over eurocentrisme (183). Hierdoor worden de Molukkers

wederom worden gerepresenteerd als een cultural other, wat bijdraagt aan de constructie van het discours van de Molukkers als de cultural other.

(Gewelddadige) acties voor de RMS

Een ander belangrijk subthema zijn de acties door de gemeenschap voor de RMS, waarbij voornamelijk de nadruk ligt op de acties in de jaren ‘70. Deze worden voornamelijk getoond met archiefbeelden van de acties in kleur, dan wel in zwart-wit, waarop in het volgende hoofdstuk dieper wordt ingegaan. Het item over Abé Sahetapy in De Reünie springt hierbij het meest in het oog. Hij deed mee bij de treinkaping bij Wijster in 1975. In een reportage gaat hij met de presentator terug naar woonoord Schattenberg en uiteindelijk stelt de presentator diepe vragen over de kaping. Abé vertelt hierbij dat hij zich niet alle gezichten van de geëxecuteerden kan herinneren en liever was gestorven bij de kaping voor het ideaal. Daarnaast wordt een menselijke kant van Abé laten zien, wat empathie mogelijk maakt. Hij wordt door zijn oud-klasgenoten beschreven als een schat van een vent en na de reportage, in het studiogesprek, vraagt de presentator naar het andere leven van Abé, wat het idee wekt dat Abé tegenwoordig zich niet meer bezig houdt met de RMS-idealen na zijn gevangenschap.

De Hokjesman vertelt een gelijksoortig verhaal aan de hand van Agoes Peilouw. Hij was betrokken bij de poging tot het gijzelen van toenmalig koningin Juliana. Het verschil is echter wel dat deze actie verijdeld is en Agoes heeft nooit daadwerkelijk iets gedaan. De presentator stelt echter dat koningin Juliana wellicht het idee van een vrije RMS zou hebben gesteund. Hij belandde ook in de gevangenis en heeft daar gestudeerd. In het heden zet Agoes zich in voor de gemeenschap in het Moluks Historisch Museum in Utrecht. Het verschil met het verhaal van Abé is datgeen ‘andere kant’ van Agoes wordt laten zien. Daarbij blijft Agoes in de uitzending verbonden met de idealen, wat blijkt uit zijn inzet voor het museum en doordat de presentator met hem praat in de coulissen bij de RMS-dag in het theater (De Hokjesman). Abé lijkt zich minder met de RMS-strijd bezig te houden, op basis van De Reünie. Uit het gesprek blijkt dat hij liever niet over de treinkaping praat, is verhuisd naar Maastricht – dus ver weg van Drenthe waar de trein is gekaapt – en dat hij werkt als maatschappelijk werker in de verslavingszorg (De Reünie). Een overeenkomst tussen de verhalen is dat zowel Agoes als Abé aangeven allebei dat er niet in Nederland gevochten moet worden voor onafhankelijkheid, maar op de Molukken zelf (De Hokjesman; De Reünie).

In de uitzending van de NOS wordt op een andere manier op deze acties gereflecteerd. Oud- profvoetballer Simon Tahamata spreekt hierin uit dat hij de jongeren van de acties helden vindt. Als de interviewer de manier waarop aanmerkt, antwoordt Tahamata dat overal waar onrecht is en mensen opstaan slachtoffers vallen. In De Reünie wordt een gelijksoortig verhaal verteld, namelijk dat Philip bij een Nederlandse vereniging voetbalt tijdens de acties en zich verplicht voelde om uitleg te geven aan zijn team. Oud-teamgenoten zeggen dat ze daardoor het motief beter konden begrijpen, maar dat het toch wel dichtbij kwam doordat ook teamleden in het provinciehuis waren. In het studiogesprek over het item van Abé kiest hij zijn woorden zorgvuldig en geeft hij een neutrale mening over de manier

van de acties. Dat kenmerkt het verschil tussen deze twee items, omdat Tahamata erg uitgesproken overkomt, dat hij achter de acties staat. Deze diversiteit laat zien dat de Molukkers verschillend denken over de gewelddadige acties, maar nog steeds ermee bezig zijn. Hierdoor kan gezegd worden dat ondanks dat er sprake is van othering (door het ideaal van een vrije Molukse staat), er sprake is van empathie vorming. Abé laat zien dat hij minder radicaal is geworden in zijn mening en dus meer aan de maatstaven van de hegemonie voldoet, terwijl publiekslieveling bij Ajax Simon Tahamata laat zien dat hij zeker achter de acties staat en dus het tegenovergestelde doet.

Ook wordt er door de uitzendingen verteld dat er tegenwoordig nog steeds politieke acties voor de RMS zijn. Zo is de ‘ride-out’ te zien (De Hokjesman). Dat is een motortocht door Molukse woonwijken in Zuid-Nederland eindigend in kamp Vught, waarmee geld wordt opgehaald voor politieke gevangenen. Op de beelden hiervan zijn veel mensen langs de straten te zien met RMS- vlaggen. Op de beelden aan het einde in kamp Vught zijn dansende meisjes in klederdracht te zien en dansen jongeren, zingend Gandong e, met een RMS-vlag in de hand. Dit is het enige item over tegenwoordige acties. In De Reünie vertelt de Alfie ook kort dat zij zich nog steeds inzet bij verschillende organisaties, waaronder ook politieke vluchtelingen. Daarnaast vertelt Suzan ook dat zij een boek wil schrijven over de gehele geschiedenis van de Molukkers hier, omdat die niet compleet is. Dit is minder RMS-gerelateerd, maar meer gericht op de Nederlandse overheid vanuit de gemeenschap.