• No results found

Polderweg / Heesakkerweg

In document Nota van zienswijzen (pagina 50-54)

De heer van Lierop (Sint Jorisgilde Asten), Jan Vriendshof 5, 5721 KZ Asten

Zienswijze Standpunt gemeente

► Inspreker verzoekt in het ontwerp-bestemmingsplan de hoek

Heesakkerweg/Polderweg dusdanig te wijzigen, dat een bouwblok van 14 m bij 7,5 m ten behoeve van een clubgebouw mogelijk wordt gemaakt. Hiervoor behoeft geen boom te worden gekapt en is dus ook geen sprake van

herplantplicht.

Teneinde de aantasting van de ecologische hoofdstructuur tot een minimum te beperken heeft reclamant besloten af te zien van de aanleg van een oefenveld. Derhalve hoeft geen gebruik te worden gemaakt van de kapvergunning (voor 1.700 m2) en hoeft dus ook geen herplant plaats te vinden.

► Door de aanpassing van de plannen wordt de aantasting van de ecologische hoofdstructuur geminimaliseerd en is de planologische

haalbaarheid sterk vergroot. De provincie heeft hierin in beginsel ook een positieve

grondhouding.

Voor daadwerkelijk uitbreiding van het

bestemmingsvlak en de bebouwing ten behoeve van de oprichting van een nieuw clubgebouw van 100 m2 plaats kan vinden dient echter wel nog eerst een quickscan natuurwaarden te worden overlegd, waarin de mogelijke effecten op de ecologische waarden nader zijn onderzocht en beschreven. Daarnaast dient tevens aandacht te worden besteed aan het mogelijk effect van de vergroting van het bestemmingsvlak op de nabij gelegen (geplande) ecologische

verbindingszone. In de motivering dient de te

► Dit is ook in een gesprek tussen de wethouder en de Stuurgroep Accommodatie van het Sint Joris Gilde op 19 december 2008 medegedeeld.

In het gesprek is aangedrongen op een voortvarende aanpak van de plannen van het Sint-Joris Gilde. Bestuurlijk is door het college alle medewerking toegevoegd. In het belang van het voortbestaan van het Sint Joris Gilde verzoekt reclamant bestemmingsplantechnisch een en ander snel snel te regelen.

behalen ruimtelijke kwaliteitswinst nader te beschreven en benadrukt als tegenhanger van de toename van de ‘rode’ functie.

Tenslotte dient nader inzicht te worden gegeven in de wijze waarop wordt voorzien in de

parkeergelegenheid op het terrein.

In het bestemmingsplan zal een

wijzigingsbevoegdheid worden opgenomen zodat, alvorens medewerking kan worden verleend, eerst getoetst zal worden aan genoemde voorwaarden.

► De reactie wordt ter kennisgeving aangenomen.

Gevolgen voor het bestemmingsplan

In het bestemmingsplan wordt een wijzigingsbevoegdheid opgenomen ten einde de gewenste ontwikkelingen mogelijk te maken.

54. Pijlstaartweg 14

De heer Sinneger, Pijlstaartweg 14, 5721 SK Asten

Zienswijze Standpunt gemeente

► Reclamant verzoekt om uitbreiding van zijn agrarisch bouwblok aan de Pijlstaartweg 14 in noordelijke richting.

► Het betreft een grondgebonden agrarisch bedrijf, dat is gesitueerd in agrarisch gebied en conform het Reconstructieplan in

verwevingsgebied.

Bij de toekenning van het agrarisch bouwblok is uitgegaan van een bouwblok op maat principe, waarbij vigerende bouwrechten, zoals

opgenomen in het bestemmingsplan

‘Buitengebied 1998’ zijn gerespecteerd evenals reeds verleende bouw- en milieu-aanvragen.

Voor onderhavige locatie zijn bij de gemeente geen recent bouw- en/of milieuaanvragen bekend en lijkt het huidig toegekende agrarisch bouwblok tevens nog enige uitbreidingsruimte te bieden. Aangezien het uitbreidingsverzoek niet nader is geconcretiseerd wordt het agrarisch bouwblok niet verder vergroot.

Wel is in het plan een (binnenplanse)

wijzigingsmogelijkheid opgenomen, waarmee de eventueel noodzakelijke uitbreiding op termijn alsnog gerealiseerd zou kunnen worden.

Gevolgen voor het bestemmingsplan -

55. Reeweg 3

De heer/mevrouw van Zeeland (ROBA Milieu), namens de heer Heijligers, Reeweg 3, 5721 PD, Asten-Heusden

Zienswijze Standpunt gemeente

► Reclamant verzoekt voor de reeds geruime tijd bij de manege aanwezige foyer c.q. cafe (reeds 40 jaar cafe vergunning) alsnog een adequate volwaardige bestemming op te nemen, aangezien dit geen ondersteunende maar volwaardige bedrijfstak naast de manege betreft.

►In verband met het houden van wedstrijden wordt de manege regelmatig bezocht door ruiters die van ver komen. Hierdoor is een vraag naar overnachtingsmogelijkheden, die reclamant graag wil bieden. Verzoek om aan de doeleinden van de bestemming ook de voorziening

“verblijfsrecreatie” toe te voegen.

►Reclamant heeft plannen om de bestaande wedstrijdhal te vergroten van 1.500 tot 2.000 m² (conform de vereiste oppervlakte voor nationale en internationale wedstrijden). Daarnaast wordt een extra rijhal gebouwd om het tekort aan capaciteit voor rijlessen en oefenspringen op te heffen. Bovendien is een extra buitenterrein met twee all weather bodems nodig,

Het is niet mogelijk bovenstaande geplande uitbreidingen binnen de mogelijke

uitbreidingsmogelijkheden van de bebouwde oppervlakte te vergroten, derhalve het verzoek om de uitbreidingsmogelijkheden via een wijzigingsbevoegdheid te verhogen van 15%

naar 25%.

► Realisatie van het geplande all weather buitenterrein is gepland aan de overzijde van de Reeweg, naast het reeds bij de inrichting behorende parkeerterrein. Daarnaast is uitbreiding van dit parkeerterrein bij de manege noodzakelijk ten behoeve van de groeiende klantenkring en de veiligheid.

Reclamant verzoekt derhalve voor de inrichting ook een bouwblok toe te kennen aan de overzijde van de Reeweg.

► Het beschikken over een cafe vergunning impliceert niet dat derhalve ook planologisch een cafe is toegestaan. In de juridische regeling is reeds een regeling worden opgenomen, die tegemoet komt aan de feitelijk vergunde en toegestane activiteiten.

► De gemeente acht het verzoek niet in overeenstemming met de huidig toegekende manege bestemming en de nadere detaillering van doeleinden. De gemeente acht huisvesting van derden op onderhavige locatie niet wenselijk.

► De in het ontwerp plan geboden uitbreidingsmogelijkheden zijn conform het provinciaal beleid. Verdere uitbreiding is enkel mogelijk middels een apare ro-procedure.

► Voor eventuele uitbreiding van een niet-agrarisch bestemmingsvlak dienen mogelijke effecten hiervan zorgvuldig in beeld te zijn gebracht en de diverse belangen tegen elkaar afgewogen. Voor de gewenste bestemmingsvlak uitbreiding dient derhalve een aparte

ro-procedure gevolgd te worden.

►De meest optimale mogelijkheid voor

uitbreiding van het parkeerterrein is een gedeelte van het bij de manege behorende bosgebied ten oosten van het bestaande parkeerterrein te kappen, zodat het bestaande parkeerterrein kan worden uitgebreid.

Reclamant stelt voor om een gedeelte van het bos met een omvang van 0,99 ha te kappen, zodat het parkeerterrein voldoende kan worden vergroot en daarnaast ook het nieuwe all weather buitenterrein ter plaatse kan worden

gerealiseerd. Het bos zal dan herplant worden op een stuk weiland even verderop. Dit gebied is reeds in 1985 door de gemeente akkoord bevonden voor herbeplanting. Voor de kap- en herbeplanting van het bos is het noodzakelijk dat de bestemming “bos” van het bosgebied wordt gewijzigd in de bestemming “manege”.

►Bij de inrichting zijn 2 bedrijfswoningen aanwezig. Dit aantal toegestane woningen is zo ook aangegeven in tabel in het voorschrift 12.2.1.

Aan het adres Reeweg 3/3a zoals daar

aangegeven, dient echter ook huisnummer 5 te worden toegevoegd, aangezien dit één van twee bedrijfswoningen betreft.

►Daarnaast dient aan voorschrift 12.3.1 te worden toegevoegd dat, indien zo aangegeven, ook 2 (of meer) bedrijfswoningen zijn toegestaan.

►Vanwege de omvang van het bedrijf en de ambities voor bedrijfsontwikkeling in de toekomst, zoals ondermeer neergelegd in het bedrijfsontwikkelingsplan dat is ingediend, is een 3e bedrijfswoning zeer gewenst. Deze

bedrijfwoning is gewenst aan de overzijde van de Reeweg, waarvoor ook reeds een

bouwblokvergroting is gevraagd.

► In het ontwerp bestemmingsplan zijn de bestaande bouwblokken ontheven van een aanlegvergunningspicht. In de bouwregels is echter nog steeds opgenomen dat voor

bouwplannen met een oppervlakte van meer dan 100 m² een ontheffing nodig is. Voor het

verkrijgen van een ontheffing dient op basis van (archeologisch) onderzoek te worden

aangetoond dat er geen waarden aanwezig zijn,

► Voor eventuele bestemmingswijziging van het bosperceel en uitbreiding van een niet-agrarisch bestemmingsvlak dienen mogelijke effecten hiervan zorgvuldig in beeld te zijn gebracht en de diverse belangen tegen elkaar afgewogen. Voor de gewenste bestemmingsvlak uitbreiding dient derhalve een aparte ro-procedure gevolgd te worden.

► Dit zal in de regels worden geredigeerd.

► Artikel 12.3.1 zal overeenkomstig het voorstel worden geredigeerd.

► Voor eventuele oprichting van een 3e

bedrijfswoning dienen mogelijke effecten hiervan zorgvuldig in beeld te zijn gebracht en de diverse belangen tegen elkaar afgewogen. Daarnaast dient de noodzaak hiervan nadrukkelijk bewezen te worden, waarvoor advies bij de

adviescommissie agrarische bouwaanvragen noodzakelijk kan zijn. Hiervoor dient derhalve een aparte ro-procedure gevolgd te worden.

► Onderhavige locatie betreft een recreatieve bestemming, waarvoor de ontheffing van een aanlegvergunningplicht tbv indicatieve archeologische waarden niet geldt aangezien binnen deze bestemmingsregeling ook recreatieve bedrijven met een aanzienlijk omvangrijker grondoppervlak vallen.

De gemeente is voornemens tot het opstellen

danwel dat deze door de bouwactiviteiten niet worden geschaad. Door de beperkte oppervlakte van 100 m² waarvoor geen ontheffing is vereist, betekent dit voor ondernemers dat voor vrijwel ieder bouwplan archeologisch onderzoek is vereist.

De reclamant is van mening dat dit voor bouwplannen binnen de bouwblokken onnodige administratie lasten en kosten met zich mee. De grond ter plaatse is immer als dermate geroerd en vaak ook verhard zoals ook in de wijziging van het aanlegvergunningstelsel is aangegeven.

Verzoek om de bestaande bouwblokken te ontheffen van deze onderzoeksplicht.

van een eigen gemeentelijke archeologische beleidskaart. In de toekomst zal deze

gemeentelijke cultuurhistorische waardenkaart het toetsingskader kunnen vormen voor het al dan niet verlenen van aanlegvergunningen en vergrotingen van een bouwblok en dergelijke.

Betreffende kaart is momenteel echter nog niet gereed en kan derhalve ook nog niet als basis dienen voor de op te nemen dubbelbestemming in dit bestemmingsplan.

De juridische regeling in het bestemmingsplan zal evenwel zodanig geredigeerd worden, dat na vaststelling van de nieuwe gemeentelijke archeologische beleidskaart, het

bestemmingsplan buitengebied hier middels een binnenplanse wijziging op afgestemd kan worden. Indien uit de gemeentelijke

archeologische beleidskaart is gebleken dat ter plekke geen archeologische waarden te verwachten zijn kan daarmee eventueel

ontheffing van de nadere aanlegvergunningplicht worden verleend.

Naar verwachting zal het archeologiebeleid + kaart eind dit jaar, begin volgend jaar worden vastgesteld.

Gevolgen voor het bestemmingsplan

In artikel 12.2.1 zal in de tabel bij adres Reeweg 3/3a ook huisnummer 5 worden toegevoegd.

Daarnaast zal aan artikel 12.3.1 te worden toegevoegd dat, indien zo aangegeven, ook 2 (of meer) bedrijfswoningen zijn toegestaan.

In document Nota van zienswijzen (pagina 50-54)