• No results found

5. Casusomschrijving Wolvenpleingevangenis 1 Inleiding

5.4 Participatie in de Wolvenbuurt

De Wolvenbuurt is onderdeel van de subwijk binnenstad-woongebied die het noordelijke gedeelte van de binnenstad omvat. Bewoners omschrijven de buurt als een rustige uithoek van de binnenstad waar wonen de voornaamste rol speelt (Bijlage 1, 2 & 7). Uit de demografische data wordt duidelijk dat het aandeel van ouderen boven de 50 jaar in deze wijk hoger is dan in andere delen van de stad, geïnterviewden bevestigden ook dat het een buurt is met een hoog percentage ouderen en gepensioneerden (Bijlage 1, 2 & 12). Uit de theorie over buurtparticipatie bleek dat een hoger percentage ouderen en gepensioneerden vaker leidt tot buurtparticipatie (Leidelmeijer, 2012). Uit de cijfers over formele buurtparticipatie van de gemeente Utrecht blijkt dat de buurt wat meer participeert, zo’n 20% van de mensen participeert bij beleid, plannen en activiteiten van de gemeente, voor de stad ligt dit percentage op 18%. Van deze participanten heeft echter maar 27% het idee dat de gemeente ook iets met hun inspraak heeft gedaan, voor de gehele gemeente ligt dit percentage hoger, op 33,6% (Bijlage 15). Volgens de cijfers wordt dus meer formeel geparticipeerd in de subwijk waar de Wolvenbuurt tot behoort, maar heeft men ook vaker het idee dat hun inspraak niet heeft geholpen.

Naast de cijfers over buurtparticipatie in de Wolvenbuurt zijn er nog twee andere voorbeelden van formele participatie in de buurt naast het tijdelijk gebruik in de gevangenis. De historie van participatie is belangrijk omdat dit de tolerantie van buurtbewoners voor nieuwe ontwikkelingen in de buurt negatief heeft beïnvloed, dit komt terug in het volgende hoofdstuk de analyse (Bijlage 1, 2 & 12). Ten eerste is er de Grifthoekbrug. Doordat de Wolvenbuurt in de hoek van de singel ligt is het deel voor verkeer afgesloten van de rest van de stad, hier wilde de gemeente in 2000 verandering in aanbrengen door naast de Wolvenpleingevangenis een brug aan te leggen.

Buurtbewoners waren met hun protest ‘een brug teveel’ tegen deze ontwikkeling omdat ze vreesden voor een hoge toename van verkeersoverlast inde wijk (Wolvenbuurt, 2009). De brug is er niet gekomen door de tegenstand vanuit de buurt. In 2009 en 2015 werden de plannen voor de brug opnieuw geïnitieerd, maar kregen de plannen opnieuw veel tegenspraak en kwam de brug er niet, zoals uitgelegd door twee van de buurtbewoners (Bijlage 7 & 12).

Een tweede voorbeeld is een methadonverstrekkingkliniek die sinds december 2017 gevestigd is in de Wolvenbuurt. De kliniek is in de buurt geplaatst waarbij volgens alle geïnterviewde bewoners te weinig is gecommuniceerd over de komst, en inspraak zeiden twee bewoners al helemaal niet gehad te hebben, het protestgeluid van de bewoners was toen erg sterk (Bijlage 1, 2, 7 & 12). De kliniek is er gekomen tot grote ergernis van de omwonenden, zie figuur 7.

Figuur 7: Borden die geplaatst zijn door omwonenden voor de methadonverstrekking (Algemeen Dagblad, 2019)

5.4.1 Stadsdorp Wolvenburg & Bewonersgroep Wolvenbuurt

Gedurende het interviewen van buurtbewoners en het analyseren van documenten kwam naar voren dat er twee belangrijke buurtorganisaties zich bezighouden met het tijdelijk ruimtegebruik in de voormalige gevangenis. Uit de geanalyseerde data bleek dat in beide organisaties heel andere meningen en ervaringen werden gedeeld over de tijdelijke gebruikers (Bijlage 1, 2, 7 & 12). In de

analyse komen beide organisaties veelvoudig aan bod, in deze paragraaf worden daarom beide organisaties beschreven en de verschillen besproken.

Stadsdorp Wolvenburg is de grootste organisatie van de twee. Toen bekend werd dat de gevangenis in de verkoop zou gaan hebben een aantal buurtbewoners besloten een organisatie op te richten en zo als collectief inspraak te participeren bij de herbestemming van de gevangenis. Inmiddels is de organisatie gegroeid, heeft het een eigen bestuur en telt het een ledenaantal van 600, waarvan een groot deel niet uit de buurt afkomstig is. Stadsdorp Wolvenburg profileert zichzelf als ‘procespartij’, ze delen informatie over het proces waar de gevangenis in zit en organiseren aan de hand daarvan vergaderingen, informatieavonden en enquêtes waaruit ze een algehele visie ontwikkelen. Met deze visie proberen ze randvoorwaarden te stellen waar het gebruik aan moet voldoen (Bijlage 7). Inmiddels heeft de organisatie enkele succes geboekt, ze hebben nu regelmatig contact met de projectmanager en de wethouder van de gemeente die beslissingen maken over de herbestemming van de gevangenis (Bijlage 4 & 7). Ook zijn ze onderdeel van de klankbordgroep die is opgericht door de gemeente Utrecht en het RVB om inspraak uit te kunnen oefenen op de herbestemming van de gevangenis (Bijlage 14). En ten derde ontvangt de organisatie nu subsidies van de gemeente omdat ze zich bezighouden met de ontwikkelingen in de buurt (Bijlage 7). Naast de inspraak op de herbestemming van de gevangenis heeft Stadsdorp Wolvenburg een belangrijke rol gespeeld bij het tijdelijke gebruik van de gevangenis, hier wordt in de analyse dieper op in gegaan.

De tweede buurtorganisatie is bewonersgroep Wolvenbuurt, ook deze organisatie is betrokken geweest bij de buurtparticipatie over tijdelijke functies in de gevangenis. In tegenstelling tot Stadsdorp Wolvenburg vertegenwoordigd de bewonersgroep een veel kleiner deel van de buurt. Hoewel de naam van de bewonersgroep suggereert dat ze de gehele buurt vertegenwoordigen gaat het in de praktijk slechts om de bewoners van de Wolvenstraat en het Wolvenplein, zoals in groen aangegeven in figuur 3. De bewonersgroep vertegenwoordigd 10 omwonenden die vooral veel lasten ervaren van het tijdelijke gebruik omdat ze er allemaal vlakbij wonen (Bijlage 3). Een van deze omwonenden is Bas Savenije, hij is de voorzitter van de wijkraad binnenstad, en kan zo de belangen van de bewoners direct bij de gemeenteraadsleden neerleggen (Bijlage 10). Daarnaast gebruiken deze buurtbewoners ook andere middelen om inspraak te verkrijgen, in de analyse wordt dieper ingegaan op de participatie van deze bewonersgroep.