Notitie
18 Mei 2020
Het programma ALO-pabo leidt tot twee getuigschriften
Het programma bestaat uit 270 EC en duurt 4,5 jaar. Het is een intensief programma.
Studenten die dit niet prefereren kunnen de reguliere pabo- of ALO opleiding volgen.
Na afronding van het ALO-pabo programma is de professional bevoegd om les te geven in het basisonderwijs en sport- en bewegingsonderwijs te geven in alle onderwijstypen;
Met het pabo diploma: primair onderwijs, speciaal onderwijs en VMBO basis en kader onderbouw binnen het voortgezet onderwijs.
Met het ALO diploma: primair onderwijs, speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs en in het MBO.
Waarom dit ALO-pabo programma?
Aanleidingen voor dit programma zijn:
Bijdrage leveren aan het gezond opgroeien van kinderen door het stimuleren van voldoende en gezond bewegen vanaf de eerste onderwijsjaren.
Bijdrage leveren aan het terugdringen van het lerarentekort; Ruim baan voor leraren . Dit programma speelt in op het willen terugdringen van het lerarentekort en op de ontwikkelingen in en rondom het onderwijs (IKC, Onderwijsroute voor 10 t/m14 jarigen, jeugdzorg, sport en gezondheid, armoede)
Aantrekkelijkheid van het beroep van leraar vergroten, door verbreding en specialisatie
Het programma kan zorgen voor een toename van een diversiteit van studenten, wat vervolgens weer een uitwerking zal hebben op de lerarenpopulatie.
Doelen van het programma
Afgestudeerden van de gecombineerde ALO-pabo ontvangen twee getuigschriften, pabo en ALO. Daardoor is deze groep leerkrachten:
sterk in de klas, inclusief bewegend leren
sterk in de zaal, voorbereidend op zelfstandig buiten spelen, bewegen en sporten
in staat de totale ontwikkeling van kinderen te overzien: integrale benadering
een verbinder binnen en buiten de school: een kartrekker op het gebied van bewegen
Schematische weergave toelating programma ALO-pabo 2020-2021 De aspirant-student geldt:
Voor inschrijving:
(zie bijlage 1)
Voor STAD geldt:
Opbouw van het programma (zie ook bijlage 2)
Het programma ALO-pabo is één onderwijsprogramma van 270 EC, het wordt in 9 semesters aangeboden en duurt 4,5 jaar. De student leert in alle verschillende onderwijscontexten (Primair -, Voortgezet -, en Middelbaar Beroepsonderwijs). Echter, de nadruk ligt op het Primair onderwijs en het (S)BO. Het curriculum bevat onderwijseenheden van 5 EC of een veelvoud daarvan, passend bij het Hanzebeleid.
Om dit programma studeerbaar te maken, waarbij tegelijkertijd voldaan wordt aan de beoogde leerresultaten van beide opleidingen, is het volgende gedaan. In dit proces zijn betrokken geweest: Hogeschoolhoofddocent, curriculumcommissies, examencommissies, opleidingscommissies, medezeggenschapraden, opleidingsmanagers en Deans.
Voor 1 mei inschrijving via Studielink
Zoekfunctie intypen: ALO Groningen
Keuze verschijnt:
ALO-Pabo. Aanvinken
Zoekfunctie: Pabo
Hanzehogeschool Groningen
Keuze verschijnt:
ALO-Pabo. Aanvinken
Voldoen aan toelatingsvoorwaarden van beide opleidingen: ALO en Pabo
1 mei aanmelding
ALO-Pabo
Toelaatbaar inschrijving en
student ALO-Pabo
STAD zorgt voor inschrijving ALO
01-09-2020
STAD zorgt voor inschrijving Pabo per
01-02-2021 Voor 1 mei aanmelden via
Studielink
• De programma-leeruitkomsten (propedeuse en eindniveau) zijn op basis van de reguliere opleidingen geformuleerd en gecontroleerd (zie bijlage 5).
• De gemeenschappelijke didactische en pedagogische vaardigheden zijn in kaart gebracht en hebben, vanwege overlap in beide afleidingen, geleid tot een reductie van de contacttijd (per afzonderlijke opleiding);
• De gemeenschappelijke doelen (ALO en pabo) van het werkplekleren (WPL) zijn geïnventariseerd, zodat de studenten binnen één stage of WPL aan beide opleidingsdoelen tegelijkertijd kan voldoen. De WPL opdrachten zijn hierop afgestemd.
• Verdieping en verbreding vindt plaats door het volgen van beide opleidingen, waardoor het volgen van een minor (30EC) niet nodig is en er weinig EC’s worden besteed aan extra profilering
Propedeuse (zie bijlage 3)
September 2020 Bijzonderheden Februari 2021 Bijzonderheden Semester 1
ALO inschrijving voltooid
Voor start semester 2:
formatief gesprek over behaalde resultaten semester 1
Semester 2
pabo inschrijving voltooid
- Prop ALO - Prop pabo - Bindend Advies ALO-pabo voorgelegd aan Deans
(zie bijlage 3) Semester 3 Start hoofdfase Semester 4
Semester 5 Semester 6
Semester 7 Semester 8 Getuigschrift ALO
Semester 9 Getuigschrift pabo
Na toelating voor beide opleidingen, start de student met het ALO-pabo programma in september.
• Beide propedeuses kunnen behaald worden in het eerste studiejaar, waarbij de ALO-propedeuse behaald kan worden na volgen van volledig ALO-propedeuseprogramma dat wordt aangeboden in jaar 1.
Voor de pabo-propedeuse geldt onderstaande maatregelen:
• Om een pabo-propedeuse af te geven in studiejaar 1 wordt de student vrijgesteld van de behaalde tentamens (toetsen) van semester 1.
• Om vrijgesteld te kunnen worden voor het propedeusepakket semester 1 pabo, wordt er door de alo-pabo student een portfolio aangeleverd waarin behaalde resultaten van de 6 modules aangetoond zijn. Op basis van dit portfolio volgt een formatief studievoortgangsgesprek.
• In semester 2 werkt de student aan de resterende 30 punten.
• De vrijgestelde punten (portfolio semester 1) en de 30 punten uit semester 2 vormen de propedeuse van de pabo.
• De examencommissie van de pabo neemt de vrijgestelde punten over (te weten 30 EC van semester 1) t.b.v. het behalen van de propedeuse van de pabo.
Afstuderen en onderzoek
Onderzoek heeft een bijzondere plaats in het programma: het is in de propedeuse en major fase geïntegreerd in werkplekleren. De onderzoekende houding is immers onderdeel van de professionele houding van een afgestudeerde HBO-er.
In het afstudeerprogramma heeft onderzoek echter een specifieke nadruk: In semester 7 en 8, het professioneel afstudeerjaar voor de ALO, wordt een groot deel van de studiebelasting gewijd aan het onderzoekend vermogen – uiteraard op het snijvlak van bewegen en leren.
Tegelijkertijd wordt in dat professioneel afstudeerjaar het vakmanschap voor ALO
afstuderen en de Professionele Identiteit getoetst. In semester 9 vindt nog de LiO-stage voor de pabo plaats, geflankeerd met cluster onderwijs. De ALO, inclusief onderzoekend
vermogen op HBO-niveau, zijn dan reeds afgerond in semester 8. (Zie bijlage 4) Inrichting commissies en raden
Examencommissies
Het programma ALO-pabo is opgenomen in de onderwijsregeling van de ALO. De examencommissie van de ALO (en daarmee van het Instituut voor Sportstudies, SISP) is derhalve verantwoordelijk voor de kwaliteit van het diploma. Voor het behalen van het pabo-getuigschrift kiest de Hanzehogeschool ervoor een aparte kamer in te richten voor het ALO-pabo programma – binnen de examencommissie van SISP. Dat betekent het volgende:
• In de kamer zitten de twee voorzitters van de examencommissie van SISP en SPEA - pabo.
• De Dean van de ALO is verantwoordelijk voor het deskundig functioneren van de examencommissie. De examencommissie is verantwoordelijk voor haar organisatie, zoals de kamer of cie’s.
• De Dean van de ALO benoemt de leden van de examencommissie o.b.v. een profiel en deskundigheid en overlegt met de Dean van de pabo de benoeming van de kamer.
• De examencommissie van de ALO – want daaronder valt het programma – wijst examinatoren aan. Doel is dat de examencommissie van de ALO en pabo met elkaar afspraken maken zodanig dat de examencommissie van de pabo vertrouwen heeft in het ALO-pabo programma dat onder de ALO valt en op die manier vrijstellingen kan verstrekken voor het uitgeven van het getuigschrift.
• De kamer buigt zich alleen over het ALO-pabo programma en is in staat de reguliere opleidingen te informeren.
• Om het eindniveau te waarborgen, kalibreert de kamer 4x per jaar
• De kamer controleert of beide getuigschriften voldoen aan de kwalitatieve eisen.
Vervolgens verleent de Dean van de reguliere opleiding de graad. De student ontvangt twee getuigschriften.
Opleidingscommissies (OC)
• De Opleidingscommissie van de ALO heeft instemmingsrecht op het ALO-pabo programma.
• De Opleidingscommissie van de pabo heeft instemmingsrecht t.a.v. het
vrijstellingenbeleid en de bijlage bij de onderwijs- en examenregeling van de pabo.
Medezeggenschap (SMR/AMR)
• De Medezeggenschapsraad (SMR) van de ALO heeft instemmingsrecht op de onderwijs- en examenregeling van de ALO, waarvan het ALO-pabo programma een onderdeel uitmaakt.
• De Medezeggenschapsraad van de pabo (AMR) heeft instemmingsrecht t.a.v. de bijlage bij de onderwijs- en examenregeling van de pabo, te weten het ALO-pabo programma.
Toelatingscommissie en curriculumcommissie
De toelatingscommissie van de ALO en de toelatingscommissie van de pabo-regulier besluiten in overleg eventuele afwijkende toelatingsverzoeken voor de ALO-pabo.
Onafhankelijk van elkaar besluiten ze over de toelating tot resp. De ALO en de pabo, voorafgaande aan de inschrijving voor de ALO-pabo opleiding door de aspirant-student.
De curriculumcommissie bestaat uit de programma coördinator van de ALO-pabo, een lid van de curriculumcommissie van de ALO en een lid van de curriculumcommissie van de pabo.
Bijlagen notitie
Notitie_Bijlage 1. Toelatingseisen
Voor dit programma gelden de reguliere toelatingseisen van beide opleidingen. Aan beide toelatingen moet voorafgaande aan de inschrijving zijn gedaan.
Toelatingseisen van de ALO zijn: sportmedisch geschiktheidsonderzoek en motorische vaardigheden test. Zie ook Fout! De hyperlinkverwijzing is ongeldig..
Toelatingseisen van de pabo zijn –afhankelijk van de vooropleiding- toelatingstoetsen aardrijkskunde, geschiedenis en natuur en techniek. Zie voor de omschrijving van de precieze voorwaarden op www.Fout! De hyperlinkverwijzing is ongeldig.
Als aan de toelatingseisen niet voldaan kan worden door de aspirant-student dan kan hij/zij het programma niet volgen. Mogelijk kan dan alleen de pabo of ALO gevolgd worden, afhankelijk van de toelaatbaarheid van de betreffende opleiding.
Notitie_Bijlage 2. Opbouw en beschrijving van de opleiding
Vanaf dag 1 is het programma gericht op het behalen van beide getuigenschriften: er worden ALO-vakken aangeboden (zoals ‘eigen vaardigheid’ bij sportpraktijk) en er worden pabo-vakken aangeboden (zoals rekenen en Nederlands) maar er zijn vooral veel
‘gecombineerde’ vakken: het werkplekleren (stage) start direct in de klas en in de zaal, het onderzoekend vermogen wordt gestimuleerd op het snijvlak van bewegen en leren, en ook de theoretische vakken (over bijvoorbeeld ontwikkelingspsychologie en didactiek) zijn gericht op zowel klas als zaal (en plein). Ditzelfde zet zich gedurende de gehele opleiding voort, met als uitzondering dat jaar 4 iets meer ALO gekleurd is richting het ALO-diploma, en dat in het laatste half jaar nog de pabo LIO-stage wordt gelopen.
Notitie_Bijlage 3. Curriculumtabel propedeusejaar
ALO-pabo CURRICULUM (VOLTIJD) JAAR 1
Semester 1
Oriëntatie op de opleiding en het beroep
Toetsvorm EC Semester 2 Het kind in ontwikkeling
Toetsvorm EC
Werkplek-leren 1: Analyseren van het werkveld
APVP20WPL1 verslag
5 Werkplek-leren 2: Het realiseren van leren bij kinderen
APVP20WPL2 CGI
10
Onderwijs: Kennis en inzicht 1 APVP20KI1 digitale kennistoets
5 Onderwijs: Kennis en inzicht 2
APVP20KI2 digitale kennistoets
5
Sportpraktijk 1a+b TOETS-01 Klimmen TOETS-02 Atletiek TOETS-03 Zwemmen TOETS-04 Vechtspelen TOETS-05 Turnen
TOETS-06 Bewegen op Muziek TOETS-07 Spel
Didactisch handelen om kinderen vaardiger te maken in het basisonderwijs
APVP20DIDBO
(Sport)project in het basisonderwijs (ondernemerschap)
APVP20PROJ video
5 Mijn professionele identiteit 1
TOETS-01 Digitale toets TOETS-02 WISCAT
APVP20REK1 digitale toets (4) digitale toets (1)
5
Totaal 30 Totaal ALO en pabo
propedeuse 30
Toelichting BSA en propedeuse Over de BSA
Omdat een BSA bestaat uit een advies van de examencommissie en een formele uitspraak van de Dean, kan er wel een negatief studieadvies worden afgegeven, maar die hoeft niet wordt overgenomen door de Dean. Dat betekent voor de ALO-pabo opleiding het volgende:
Studenten staan vanaf september (start collegejaar) ingeschreven bij de ALO, en vanaf februari bij de pabo. Hierdoor wordt bij minder de 45EC aan het einde van het eerste studiejaar een bindend studieadvies (BSA) afgegeven voor de ALO-pabo en daarmee ook voor de twee reguliere opleidingen. Maar omdat de ALO-pabo student nog maar zes
maanden staat ingeschreven bij de pabo, wordt er bekeken door de Dean van de pabo of de betreffende student, na de BSA van de ALO-pabo, toch door kan gaan met de reguliere pabo.
Uiteraard is deze beslissing afhankelijk van behaalde resultaten van de pabo-onderdelen en kwalitatieve eisen van de pabo. De BSA van de ALO kan zonder deze uitzondering
overgenomen worden door de Dean van de ALO.
De kwantitatieve norm is 45EC te behalen van de 60EC van het propedeusejaar na inschrijving. Omdat de ALO-pabo student vanaf de inschrijving in september ook al pabo-onderwijs volgt en tentamineert, geeft de studievoortgang van die student een gedegen beeld over het studiesucces op de reguliere pabo-opleiding en op basis daarvan kan de Dean besluiten het BSA voor de pabo niet over te nemen. Als kwalitatieve eisen gelden de tweede kennistoets (onderwijs: kennis en inzicht), de DIDBO (didactiek basisonderwijs).en de Wiscat (landelijke rekentoets).
Over de propedeuse:
Omdat studenten per februari staan ingeschreven bij de pabo en vanaf start van het collegejaar in september pabo-onderwijs volgt, wordt vrijstelling gegeven voor de eerste 30EC (mits behaald tijdens de inschrijving bij de ALO).
De te hanteren richtlijnen zijn: de Dean neemt het vrijstellingenbeleid op in het OER -goedgekeurd door (S)MR- en de kamer handelt naar het OER. Onder 'vrijstellingenbeleid' wordt wettelijk verstaan: vrijstelling van een of meerdere onderwijseenheden die getentamineerd zijn (getoetst). In deze notitie gaat het over 'het pakket dat leidt tot een propedeuse'.
Studenten die niet alle 60EC in de eerste twee semesters halen (met twee kansen per vak), hebben in hun tweede (en latere) studiejaar (-en) gelegenheid deze vakken te herkansen (wederom twee kansen per studiejaar) om alsnog de propedeuse van zowel ALO als pabo te behalen. Uitzondering hierop vormen studenten die minder dan 45EC behalen in het eerste studiejaar. Zij komen in aanmerking voor een bindend studieadvies (BSA) voor de ALO-pabo.
Notitie_Bijlage 4. Curriculumtabel afstudeerprogramma
ALO-pabo CURRICULUM (VOLTIJD) 2020-2021 JAAR 4
Semester 7 Impact in de beroepspraktijk
Toetsvorm EC Semester 8 Impact in de beroepspraktijk
Toetsvorm EC
De sportleraar toont vakmanschap in de beroepspraktijk
(beroepsproduct) criteriumgericht
interview 20
De sportleraar realiseert impact in de beroepspraktijk
(beroepsprestatie) verslag 20
Zorg 1 5 Zorg 2 criteriumgericht
interview 5
Veranderkunde 5 Mijn professionele
identiteit 2 Eindgesprek 5
Totaal 10 Totaal ALO-diploma 50
ALO-pabo CURRICULUM (VOLTIJD) JAAR 5
Semester 9
De startbekwame professional
Toetsvorm EC
LIO PA verslag 20
Cluster Mens en Samenleving 2 5
Cluster Kunst en Cultuur 2 opdracht 5
Totaal pabo diploma 30
Notitie_Bijlage 5. Leeruitkomsten
Programma leeruitkomsten ALO-pabo voor propedeuse en eindniveau ALO-pabo 20-21 Leeruitkomsten propedeuse Leeruitkomsten eindniveau 1 De opleidbare leerkracht voert zelfontworpen
onderwijsactiviteiten uit waarbij hij op een positieve manier contact maakt met leerlingen.
1 De startbekwame leerkracht creëert een veilige leeromgeving, waarin elke leerling op positieve wijze gestimuleerd wordt zich optimaal en gezond te ontwikkelen.
2 De opleidbare leerkracht selecteert interventies op groepsniveau ter bevordering van het
leerproces van leerlingen.
2 De startbekwame leerkracht voert passende interventies uit op individueel en
(sub)groepsniveau ter bevordering van het leerproces van leerlingen.
3 De opleidbare leerkracht gebruikt bij het lesgeven eenvoudige didactische vuistregels zoals omschreven in de landelijke kennisbasis.
3 De startbekwame leerkracht creëert, gebaseerd op de kennisbasis, een leeromgeving waarin geleerd wordt.
4 De opleidbare leerkracht stimuleert leerlingen tot het nemen van eigen initiatief, door de gekozen onderwijsactiviteiten.
4 De startbekwame leerkracht ontwerpt
planmatig onderwijs passend bij de doelgroep en verantwoordt zijn keuzes.
5 De opleidbare leerkracht waardeert* het beroep en de bijbehorende beroepshouding en
handelingsrepertoire met behulp van studenten en coaches.
5 De startbekwame leerkracht evalueert zijn onderwijs, dat bijdraagt aan de zelfsturing van leerlingen, en past zo nodig aan. Gericht op PDCA-cyclisch werken.
6 De opleidbare leerkracht ontwikkelt zijn onderzoekende houding door het in
groepsverband uitvoeren van praktijkgericht onderzoek.
6 De startbekwame leerkracht waardeert* zijn beroepshouding en handelingsrepertoire door middel van reflectie op zijn opvattingen en bekwaamheden.
7 De opleidbare leerkracht werkt samen met medestudenten en collega's om de leeromgeving van leerlingen te verbeteren.
7 De startbekwame leerkracht verbetert zijn eigen beroepspraktijk door praktijkgericht onderzoek.
8 De startbekwame leerkracht werkt samen met
collega's en externen aan het verbeteren van de leeromgeving ten aanzien van het gezond opgroeien van leerlingen.
*hiermee wordt bedoeld ‘het accepteren van waarden en concepten, het ontwikkelen van eigen voorkeuren en geven van uiting daaraan’.
Relatie Programma Leeruitkomsten ALO-pabo & Leeruitkomsten ALO
PLU ALO-pabo LU ALO
De student 1 De startbekwame
leerkracht creëert een veilige leeromgeving, waarin elke leerling op positieve wijze
gestimuleerd wordt zich optimaal en gezond te ontwikkelen.
Gebaseerd op LU 1 en 2 van de ALO
1. ontwerpt planmatig en doelgericht bewegingsactiviteiten passend bij de doelgroep op basis van zijn visie en het (school)beleid en
verantwoordt gemaakte vakinhoudelijke, pedagogische en vakdidactische keuzes op basis van praktijktheorie;
2 De startbekwame leerkracht voert passende interventies uit op individueel en (sub)groepsniveau ter bevordering van het leerproces van leerlingen.
Gebaseerd op LU 2 en 3 van de ALO
2. realiseert op een positieve en stimulerende wijze passende bewegingsactiviteiten, in een veilige leeromgeving zodat elke deelnemer zijn
talenten kan ontwikkelen;
3 De startbekwame leerkracht creëert, gebaseerd op de kennisbasis, een leeromgeving waarin geleerd wordt.
Gebaseerd op LU 1 en 2 van de ALO
3. kiest passende interventies om ontwikkeling (motorische, sociaal-emotionele en
cognitieve) van de deelnemers te realiseren;
4 De startbekwame leerkracht ontwerpt planmatig onderwijs passend bij de doelgroep en verantwoordt zijn keuzes.
Gebaseerd op LU 3 en 4 van de ALO
4. plant en organiseert de activiteit zodanig dat het een bijdrage levert aan de zelfsturing van deelnemers;
5 De startbekwame leerkracht evalueert zijn onderwijs, dat bijdraagt aan de zelfsturing van leerlingen, en past zo nodig aan. Gericht op PDCA-cyclisch werken.
Gebaseerd op LU 4 en 5 van de ALO
5. registreert en evalueert leervorderingen van deelnemers en maakt daarbij gebruik van een passend (evaluatie-)instrument;
6 De startbekwame leerkracht waardeert* zijn beroepshouding en handelingsrepertoire door middel van reflectie op zijn opvattingen en bekwaamheden.
Gebaseerd op LU 6, 7 en 10 van de ALO
6. verantwoordt de meerwaarde van zijn vak en de uitvoering daarvan op basis van relevante (internationale) literatuur en persoonlijke
overwegingen;
7 De startbekwame leerkracht verbetert zijn eigen beroepspraktijk
7. voert zelfstandig praktijkgericht onderzoek uit ter verbetering van zijn vakmanschap, relevant voor de beroepspraktijk en passend in de context;
8 De startbekwame leerkracht werkt samen met collega's en externen aan het verbeteren van de leeromgeving ten aanzien van het gezond opgroeien van leerlingen.
Gebaseerd op LU 1, 2 en 9 van de ALO
8. communiceert navolgbaar en systematisch over zijn praktijkgericht onderzoek;
*hiermee wordt bedoeld
‘het accepteren van waarden en concepten, het ontwikkelen van eigen voorkeuren en geven van uiting daaraan’.
9. werkt samen met collega’s om zijn eigen functioneren én dat van anderen te verbeteren;
10. ontwikkelt zijn beroepshouding en
handelingsrepertoire door middel van reflectie op basis van ontwikkelingen in het vakgebied en een persoonlijke analyse van zijn
bekwaamheden.
Relatie Programma Leeruitkomsten ALO-pabo & Leeruitkomsten pabo*
*Op het moment van ontwikkelen van de ALO-pabo programma leeruitkomsten, vindt er tevens een curriculumherziening van de pabo plaats en daarmee worden ook de leeruitkomsten herijkt. Dit betekent voor de ontwikkeling van de leeruitkomsten van de ALO-pabo dat er rekening is gehouden met de kern van de pabo opleiding (zoals weergegeven hieronder in de gepubliceerde leeruitkomsten), maar niet dat ze concreet hebben geleid naar de leeruitkomsten van de ALO-pabo, zoals de
leeruitkomsten van de ALO wel doen.
Leden van de projectgroep curriculumherziening pabo zijn tevens betrokken bij de curriculumontwikkeling van de opleiding ALO-pabo.
De opleiding voorziet de student van de competenties die nodig zijn voor een professional op het gebied van onderwijs in het basisonderwijs.
Deze zijn:
1. Interpersoonlijk competent zijn.
2. Het creëren van een veilige leeromgeving bij het lesgeven aan groepen en in de lessen.
3. Voldoende kennis hebben van de leerstof en de lesmethoden.
4. Het verzorgen van alle aspecten van klassenmanagement.
5. Bijdragen aan een positief klimaat van pedagogisch leren in de school, het
stimuleren van een hoog niveau van onderlinge samenwerking en het faciliteren van de organisatie van de school.
6. In contact blijven met de ouders of voogden van de kinderen en er voor zorgen dat het professionele handelingen in overeenstemming is met die van de buitenschoolse actoren: de startbekwame docent draagt bij aan en stimuleert een nauwe
samenwerking met mensen en instellingen in de werkomgeving van de school, wanneer dit in het voordeel van de kinderen is.
7. Werken aan hun persoonlijke en professionele ontwikkeling: startbekwame docenten zijn in staat om te reflecteren op hun professionele opvattingen en hun competenties te ontwikkelen.
Bijlage 3b. ALO-pabo: Landelijke kennistoetsen lerarenopleidingen (pabo)
Deze tekst is d.d. 6 mei 2020 overgenomen van Hoofdstuk 9 van de OER van de pabo. Het
Deze tekst is d.d. 6 mei 2020 overgenomen van Hoofdstuk 9 van de OER van de pabo. Het