• No results found

Beschrijving van de opleiding, ALO-pabo

1. Opleiding

1.1 Beschrijving van de opleiding, ALO

1.1.1 Beschrijving van de opleiding, ALO-pabo

In samenwerking met de Pedagogische Academie (SPEA) wordt met ingang van het studiejaar 2020-2021 gestart met de gecombineerde Lerarenopleiding ALO-pabo. Het betreft geen ‘nieuwe’ opleiding, maar het is een combinatie van beide opleidingen. Het programma bestaat uit 270 EC en duurt 4,5 jaar. Het programma pabo leidt tot twee getuigschriften; van beide opleidingen. Na afronding van het ALO-pabo programma is de professional bevoegd om les te geven in het basisonderwijs en sport- en bewegingsonderwijs te geven in alle onderwijstypen;

Met het pabo diploma: primair onderwijs, speciaal onderwijs en VMBO basis en kader onderbouw binnen het voortgezet onderwijs.

Met het ALO diploma: primair onderwijs, speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs en in het MBO.

Een leraar opgeleid in het ALO-pabo programma is een ondernemende, onderzoekende professional die binnen een pedagogische context leerlingen introduceert in onderwijsleer- en beweegsituaties en daarbij rekening houdt met individuele talenten en kenmerken van deelnemers. Deze leraar is naast een

veelzijdig, didactisch en vakinhoudelijk onderlegde leraar basisonderwijs ook een pedagoog die leerlingen inleidt in de Nederlandse maatschappij, bewegings- en sportcultuur.

Voor een verdere inhoudelijke beschrijving wordt verwezen naar het Opleidingsprofiel ALO-pabo (Instituut voor Sportstudies en Pedagogische Academie, 2020) en de notitie ALO-pabo (zie bijlage 3).

In principe geldt de tekst in deze OER ALO ook voor de Lerarenopleiding ALO-pabo, tenzij anders vermeld.

tentaminering en examinering qua inhoud, werkwijze en niveau. De examencommissie heeft de taak om vast te stellen of de student de in de onderwijs- en examenregeling beschreven beoogde leerresultaten (eindniveau) gerealiseerd heeft. De leden van de examencommissie worden benoemd door de Dean. De toetscommissie heeft als taak om onder verantwoordelijkheid van de examencommissie onderzoek te doen naar de kwaliteit van tentamens en examens.

Voor de opleidingen binnen het Instituut voor Sportstudies is er één gezamenlijke examencommissie.

Het gaat daarbij om de volgende opleidingen:

- De opleiding tot leraar van de eerste graad in Lichamelijke Opvoeding (ALO);

- De opleiding Sportkunde (SK);

- De Engelstalige variant op bovenstaande opleiding: Sport Studies - De Associate degree Sport Gezondheid en Management (Ad SGM) - De Master Sport- en Bewegingsonderwijs (MSBO)

- De Lerarenopleiding ALO-pabo

De examencommissie bestaat uit een voorzitter, vice-voorzitter, een secretaris en zes leden (vier reguliere leden, een extern en een extra (MSBO)). Daarnaast is binnen deze examencommissie een kamer ingericht om toezicht te houden op de gecombineerde Lerarenopleiding ALO-pabo. In deze kamer nemen tenminste zitting: de voorzitters van de examencommissies van SISP en SPEA (Pedagogische Academie) en vanuit beide examencommissies een afgevaardigd lid.

De voltallige examencommissie vergadert één keer in de 14 dagen, met uitzondering van de

vakantieperiodes. Om en om vindt er een vergadering plaats met de voltallige commissie en een kleine commissie. De kleine commissie bestaat uit de voorzitter, vice-voorzitter, een lid en de secretaris van de examencommissie. De aanwezigheid van het lid in de kleine commissie rouleert. Besluitvorming vindt alleen plaats in aanwezigheid van minimaal 3 leden van de examencommissie. De werkzaamheden van de examencommissie staan beschreven op www.hanze.nl.

De actuele samenstelling van de examencommissie en de toetscommissie is te vinden op www.hanze.nl.

Een verzoek aan de examencommissie kan gemaild worden aan: examencommissie-sisp@org.hanze.nl

1.3TOELATINGSCOMMISSIE

De toelatingscommissie adviseert de Dean over de toelating van studenten. De leden van de toelatingscommissie worden benoemd door de Dean.

Het Instituut voor Sportstudies heeft een toelatingscommissie zoals bedoeld in artikel 7.12 WhW. De toelatingscommissie is verbonden aan de bachelor opleidingen ALO, Sportkunde, Sport Studies en de Associate degree Sport Gezondheid en Management en bestaat uit zes leden, zijnde docenten en/of studieadviseurs. Voor de Lerarenopleiding ALO-pabo geldt een samenwerking met de

toelatingscommissie van de pabo regulier en Dean van SPEA. De toelatingscommissie adviseert de Dean over de toelating van studenten. De leden van de toelatingscommissie worden benoemd door de Dean.

De samenstelling van de toelatingscommissie is te vinden op hanze.nl.

Een verzoek aan de toelatingscommissie kan gemaild worden aan: a.e.van.leeuwen-van.rees@pl.hanze.nl.

1.4SCHOOLMEDEZEGGENSCHAPSRAAD

De Schoolmedezeggenschapsraad (SMR) is het democratisch gekozen orgaan van het Instituut. De raad bestaat voor de helft uit studenten en voor de helft uit medewerkers.

De SMR bespreekt zaken die de school aangaan, zoals huisvesting, financiën en personeelszaken met de Dean en heeft instemmings- of adviesrecht over een groot aantal zaken.

Een uitgebreid overzicht is te vinden in het SMR reglement op www.hanze.nl Ook de actuele samenstelling van de SMR is hier te vinden. Ambtelijk secretaris van de SMR is Margriet Kazemier, contactgegevens: m.kazemier@pl.hanze.nl

1.5OPLEIDINGSCOMMISSIE

De opleidingscommissie is het orgaan dat advies uitbrengt over het bevorderen en waarborgen van de kwaliteit van de opleidingen. Daarnaast brengt zij desgevraagd of ongevraagd advies uit aan de Dean van de opleidingen over alle aangelegenheden betreffende het onderwijs in de desbetreffende

opleidingen. De commissie heeft instemmingsrecht op de onderwijsregelingen. De opleidingscommissie bestaat voor de helft uit studenten en voor de helft uit docenten. De wijze waarop een OC wordt samengesteld is opgenomen in het OC-reglement.

De samenstelling van de opleidingscommissie is te vinden op hanze.nl Contactgegevens:

S.du.Pree@pl.hanze.nl.

2. Beoogde Leerresultaten (eindniveau)

Vanuit het landelijke beroepsprofiel (KVLO, 2017) staan in de bekwaamheidseisen het kennen en kunnen van de leraar ten aanzien van het vakinhoudelijke, pedagogische en didactische vakmanschap centraal. Deze bekwaamheden vormen de kern van het beroep. Ze beïnvloeden elkaar en geven inhoud en vorm aan het onderwijsleerproces. De bekwaamheden zijn ingebed in een groter geheel, dat de brede professionele basis vormt.

De ALO Groningen gebruikt voor de niveauverantwoording een koppeling tussen de bekwaamheden en de Dublin descriptoren (internationale beschrijving van bachelor niveau). De relatie tussen het

bekwaamheidsprofiel van de ALO en de Dublin Descriptoren wordt inzichtelijk gemaakt met

onderstaand schema en is gebaseerd op de niveauverantwoording in het landelijk opleidingsprofiel.

In onderstaand schema wordt de profilering van de ALO Groningen duidelijk: het gaat niet enkel om het vakinhoudelijke, pedagogische en didactische vakmanschap, maar ook om het samenwerken met collega’s en de omgeving en bekwaamheid in professionele en vakmatige ontwikkeling (zie ook het Opleidingsprofiel ALO Groningen, 2019). Hierbij worden de genoemde vijf bekwaamheden getoetst, van propedeuse t/m startbekwaamheidsniveau, waarbij in de ‘kleuring’ aandacht is voor healthy ageing, ondernemerschap, internationalisering en persoonlijke & maatschappelijke vorming. De bekwaamheden worden in de verschillende onderwijseenheden getoetst aan de hand van leeruitkomsten (LU), die op drie niveaus zijn uitgeschreven (propedeutische fase, hoofdfase en afstudeerfase, zie bijlage 2).

Voor de Lerarenopleiding ALO-pabo wordt verwezen naar het betreffende opleidingsprofiel (Instituut voor Sportstudies en Pedagogische Academie, 2020). Hierin zijn de Leeruitkomsten voor ALO-pabo te vinden, ook met hun verhouding tot de beide moederopleidingen.

Overzicht van Dublin descriptoren in relatie tot de HBO standaard en het Landelijke opleidingsprofiel ALO.

Dublin-descriptoren HBO-standaard Landelijk opleidingsprofiel leraar lichamelijke opvoeding Kennis en inzicht

Heeft aantoonbare kennis en inzicht ten aanzien van een vakgebied

voortbouwend op en overtreffend ten opzichte van het niveau van het voortgezet onderwijs;

Heeft aantoonbare kennis en inzicht die het mogelijk maken met behulp van gespecialiseerde handboeken te functioneren op een niveau waarin aspecten voorkomen waar kennis van de laatste ontwikkelingen op het vakgebied nodig is.

Gedegen theoretische basis.

Kennis beschreven bij:

brede professionele basis;

vakinhoudelijke bekwaamheid;

vakdidactische bekwaamheid;

pedagogische bekwaamheid.

Toepassen kennis en inzicht Is competent om argumentaties te ontwikkelen en verdiepen ten behoeve van probleemoplossing op het

vakgebied;

Kan het werk of beroep professioneel benaderen.

Onderzoekend vermogen;

Professioneel vakmanschap.

Kunde beschreven bij:

brede professionele basis;

vakinhoudelijke bekwaamheid;

vakdidactische bekwaamheid;

pedagogische bekwaamheid.

Oordeelsvorming

Kan relevante gegevens verzamelen en interpreteren (meestal op het

vakgebied) ten behoeve van de oordeelsvorming;

Weegt bij oordeelsvorming relevante sociaal-maatschappelijke,

wetenschappelijke of ethische aspecten mee.

Beroepsethiek en maatschappelijke oriëntatie.

Kunde en kennis met een accent op:

brede professionele basis;

vakinhoudelijke bekwaamheid.

Communicatie

Is in staat om informatie, ideeën en oplossingen over te brengen;

Kan informatie, ideeën en oplossingen overbrengen op een publiek bestaande uit specialisten of niet-specialisten.

Professioneel vakmanschap

Een accent op:

brede professionele basis.

Leervaardigheden

Bezit leervaardigheden die noodzakelijk zijn om een vervolgstudie aan te gaan die een hoog niveau van autonomie veronderstelt.

Onderzoekend vermogen Brede professionele basis met een accent op:

onderzoeken;

denkvaardigheden;

leren leren;

professionele ontwikkeling.

Relatie tussen het landelijke opleidingsprofiel ALO en de bekwaamheden ALO Groningen Dublin-descriptoren &

HBO-standaard Landelijk opleidingsprofiel

leraar lichamelijke opvoeding Bekwaamheden ALO Groningen

Kennis en inzicht Gedegen theoretische basis.

Kennis beschreven bij:

brede professionele basis;

vakinhoudelijke bekwaamheid;

vakdidactische bekwaamheid;

pedagogische bekwaamheid.

Kennis beschreven bij:

vakinhoudelijke bekwaamheid;

vakdidactische bekwaamheid;

pedagogische bekwaamheid;

bekwaam in professionele en vakmatige ontwikkeling met het accent op vakmatig.

Toepassen kennis en inzicht

Onderzoekend vermogen;

Professioneel vakmanschap.

Kunde beschreven bij:

brede professionele basis;

vakinhoudelijke bekwaamheid;

vakdidactische bekwaamheid;

pedagogische bekwaamheid.

Kunde beschreven bij:

vakinhoudelijke bekwaamheid;

vakdidactische bekwaamheid;

pedagogische bekwaamheid;

bekwaam in professionele en vakmatige ontwikkeling.

Oordeelsvorming Beroepsethiek en maatschappelijke oriëntatie.

Kunde en kennis met een accent op:

brede professionele basis;

vakinhoudelijke bekwaamheid.

Kunde en kennis met een accent op:

bekwaam in professionele en vakmatige ontwikkeling;

brede professionele basis.

Een accent op:

bekwaam in professionele en vakmatige ontwikkeling met het accent op professioneel;

bekwaam in samenwerken met collega’s en omgeving.

Leervaardigheden

Onderzoekend vermogen.

Brede professionele basis met een accent op:

onderzoeken; denkvaardigheden;

leren leren;

professionele ontwikkeling.

Een accent op:

bekwaam in professionele en vakmatige ontwikkeling

(onderzoeken, denkvaardigheden, leren te leren,

professionele ontwikkeling);

bekwaam in samenwerken met collega’s en omgeving.

Relatie tussen de bekwaamheden en de leeruitkomsten ALO Groningen:

Bekwaamheden: Leeruitkomsten:

Pedagogisch bekwaam De student realiseert op een positieve en stimulerende wijze passende bewegingsactiviteiten, in een veilige leeromgeving zodat elke deelnemer zijn talenten kan ontwikkelen (LU2);

De student kiest passende interventies om ontwikkeling (motorische, sociaal-emotionele en cognitieve) van de deelnemers te realiseren (LU3).

Vakinhoudelijk bekwaam De student ontwerpt planmatig en doelgericht

bewegingsactiviteiten passend bij de doelgroep op basis van zijn visie en het (school)beleid en verantwoordt gemaakte

vakinhoudelijke, pedagogische en vakdidactische keuzes op basis van praktijktheorie (LU1);

De student kiest passende interventies om ontwikkeling (motorische, sociaal-emotionele en cognitieve) van de deelnemers te realiseren (LU3).

Vakdidactisch bekwaam De student kiest passende interventies om ontwikkeling (motorische, sociaal-emotionele en cognitieve) van de deelnemers te realiseren (LU3);

De student plant en organiseert de activiteit zodanig dat het een bijdrage levert aan de zelfsturing van deelnemers (LU4);

De student registreert en evalueert leervorderingen van deelnemers en maakt daarbij gebruik van een passend (evaluatie-)instrument (LU5).

Bekwaam in het

samenwerken met collega’s en omgeving

De student werkt samen met collega’s om zijn eigen functioneren én dat van anderen te verbeteren (LU9).

Bekwaam in professionele en vakmatige ontwikkeling

De student verantwoordt de meerwaarde van zijn vak en de uitvoering daarvan op basis van relevante (internationale) literatuur en persoonlijke overwegingen (LU6);

De student voert zelfstandig praktijkgericht onderzoek uit ter verbetering van zijn vakmanschap, relevant voor de

beroepspraktijk en passend in de context (LU7);

De student communiceert navolgbaar en systematisch over zijn praktijkgericht onderzoek (LU8);

De student ontwikkelt zijn beroepshouding en

handelingsrepertoire door middel van reflectie op basis van ontwikkelingen in het vakgebied en een persoonlijke analyse van zijn bekwaamheden (LU10).

3. Opbouw van de studie

3.1 KARAKTERISERING VAN DE OPBOUW: DUAAL, VOLTIJD, DEELTIJD

De ALO Groningen heeft een voltijds karakter. De voltijdopleiding van de ALO omvat 240 European Credit Transfer System-credits (ECTS-credits, hierna credits). Één credit staat voor 28

studiebelastingsuren. De opleiding heeft het programma zo in gericht dat het behalen van 60 credits per studiejaar realiseerbaar is. We stimuleren studenten om het beste uit hen zelf te halen. Voor die student die laat zien meer aan te kunnen is er een Honours Talent Programma beschikbaar (zie paragraaf 4.3).

De ALO-pabo heeft een meer dan voltijds karakter en omvat 270 credits, verdeeld over 4,5 studiejaren.

3.2 Verantwoording taalkeuze (delen van) de opleiding

De minor ‘International Sport Development’ wordt in het Engels verzorgd. Hierop is de gedragscode buitenlandse taal uit het studentenstatuut van toepassing (bijlage 6 Studentenstatuut).

3.3 Majors, afstudeerprogramma, vrije keuzeruimte, eventuele double degree en excellentieprogramma’s

Het programma van de ALO Groningen bestaat uit de propedeutische fase (60 credits), de hoofdfase (90 credits, inclusief 15 credits profileringsruimte), de minorfase (30 credits), en de afstudeerfase (60 credits, waarvan 50 credits op eindniveau worden getoetst in het afstudeerprogramma). Daarnaast worden excellentieprogramma‘s aangeboden.

Voor de Lerarenopleiding ALO-pabo wordt geen keuzeruimte (profileringsruimte en minor) geboden ander dan de pabo clusters, omdat verdieping en verbreding al voldoende in het gecombineerde programma is ingebouwd (voor informatie over het afstudeerprogramma wordt verwezen naar het Opleidingsprofiel ALO-pabo; Instituut voor Sportstudies en Pedagogische Academie, 2020. Verdere informatie over (toelating tot) het afstudeerprogramma volgt t.z.t.).

De major van de ALO voert dezelfde naam als de opleiding.

Voor het afstuderen geldt een professioneel afstudeerjaar, waarin door studenten gewerkt wordt aan de volgende opdrachten:

Professioneel Afstudeerjaar ALO

Omschrijving Credits

De sportleraar toont vakmanschap in de beroepspraktijk

(beroepsprestatie), criteriumgericht interview o.b.v. een video 25 De sportleraar realiseert impact in de beroepspraktijk

(beroepsproduct), verslag 20

Community of learners, verslag 10

Mijn professionele identiteit-6, eindgesprek 5

Totaal aantal credits 60

Het afstudeerprogramma (eindniveau) omvat 50 van de 60 credits van het professioneel afstudeerjaar. Dit betreft de volgende onderdelen: De sportleraar toont vakmanschap in de

beroepspraktijk (beroepsprestatie), De sportleraar realiseert impact in de beroepspraktijk (beroepsproduct), en Mijn professionele identiteit.

De volgende minoren worden (in semester 6) door de ALO aangeboden:

1. Beweging in onderwijs;

2. International Sport Development (ISD);

3. Trainer Coach*;

4. Adventure & Sport Tourism **.

*: In samenwerking met Sportkunde, aangeboden door de ALO; **: In samenwerking met Sportkunde, aangeboden door Sportkunde

Studeren in het buitenland is mogelijk in de profileringsruimte, de minor- en afstudeerfase.

Informatie hierover is te vinden op OnStage, bij ‘International Programs SportStudies’ Studies’ en op de Blackboardcourse ‘International program Sport Studies’. Voor vragen over opties en procedures kan contact worden opgenomen met de coördinatoren internationalisering van de ALO (Roy Epping, r.j.a.epping@pl.hanze.nl en Paul Tesselaar, p.r.tesselaar@pl.hanze.nl). Met vragen over visa,

verzekeringen, huisvesting, financiën, vaccinaties in het buitenland kan de student terecht bij het International Service Desk van de Hanzehogeschool Groningen, International Service Desk, Zernikeplein 7, A0.04 Van Olst Toren.

Telefoonnummer: (050) 595 78 00 E-mail: isd@org.hanze.nl

Profileringsruimte

De Hanzehogeschool biedt bachelor-opleidingen aan waarbinnen het leertraject van de student centraal staat. Binnen de beroepsgerichte opleiding bestaan naast de verplichte onderdelen ook verschillende vrije ruimte mogelijkheden. De student kan kiezen uit opleidingsspecifieke vrije ruimte programma’s en uit een opleidingsoverstijgend programma-aanbod. Voor de ALO bedraagt de omvang van de opleidingsspecifieke en opleidingsoverstijgende vrije ruimte (naast 30 credits voor de Minor) in totaal 15 credits. Binnen de opleiding wordt deze vrije ruimte de profileringsruimte

genoemd. Studenten hebben de mogelijkheid om een persoonlijke kleuring aan hun studie te geven middels deze profileringsruimte. Naast het reguliere programma vult de student in OSIRIS zijn 15 credits verdeeld over studiejaar 2 (9 credits) en jaar 3 (6 credits).

Voor de invulling kan de student kiezen uit een aanbod dat gedaan wordt vanuit het Instituut voor Sportstudies. Tevens kan er gekozen worden voor een individuele aanvraag die past binnen de profilering maar die niet via het Instituut voor Sportstudies wordt aangeboden.

De aanvraag voor het toekennen van credits moet voorafgaand aan de uitvoering hebben

plaatsgevonden. Voor de profileringsruimte geldt dat van de 15 credits die moeten worden behaald ten minste 3 credits moet worden besteed aan Trainer/Coach (minimaal niveau 3).

Twee mogelijke uitzondering hierop zijn:

1) Studenten die in 2016-2017 zijn gestart in de hoofdfase en in 2018-2019 zijn gestart in het vierde studiejaar (dus zonder studievertraging), moeten 9 ects halen in de profileringsruimte i.p.v. 15 ects (alleen de profileringsruimte van het tweede studiejaar), inclusief minimaal 3 ects TC.

2) Studenten die in 2018-2019 in het vierde studiejaar zijn gestart maar vóór 2016-2017 zijn gestart in de hoofdfase ontheffing krijgen van de eis dat er minimaal 3 ects van de profileringsruimte besteed moet zijn aan een TC cursus. Deze eis is namelijk pas vanaf 2016-2017 ingevoerd.

Instapvoorwaarden

Voor een studie- of stagetraject in het buitenland (dit kan voor 3 credits in de profileringsruimte, in de minor, en voor het afstuderen) gelden de volgende instapvoorwaarden

- Student ontwikkelt een plan waaruit onder andere blijkt hoe de kwaliteit van het

programma/traject geborgd is en levert dit aan via OnStage (International Programs Sport Studies);

- In OnStage wordt een stappenplan doorlopen waar de student onder andere gevraagd wordt een vragenlijst (formdesk) in te vullen aangaande zijn buitenlandverblijf. Het plan dient in OnStage goedgekeurd te worden, voordat het studie- of stagetraject in het buitenland start.

In het geval de student studieachterstand heeft opgelopen, dan dient in het plan aangegeven te worden op welke wijze deze achterstanden worden ingehaald. Het verblijf in het buitenland mag niet leiden tot studievertraging.

Als instapvoorwaarde voor afstuderen in het buitenland geldt dat de propedeuse moet zijn behaald, dat maximaal 10 credits mogen openstaan (minimaal 110 credits behaald in de hoofdfase) op peildatum 15 juli 2020, en dat er minimaal een 7.0 op moet zijn gehaald op Impact in de

Beroepspraktijk (semester 5). Verder is een positief coachrapport (semester 5) vereist. De aanvraag dient goedgekeurd te worden a.d.h.v. 4-ogen principe, door de afstudeercoördinator en de

coördinator internationalisering.

Als instapvoorwaarde voor afstuderen als Leraar in Opleiding (LIO) geldt dat de propedeuse moet zijn behaald, dat maximaal 10 credits mogen openstaan (minimaal 110 credits behaald in de hoofdfase) op peildatum 15 juli 2020, en dat er minimaal een 7.0 op moet zijn gehaald op Impact in de

Beroepspraktijk (semester 5). Verder is een positief coachrapport (semester 5) vereist. Er volgt een sollicitatieprocedure. Studenten die in februari instromen in het afstudeerjaar komen niet in aanmerking.

Als instapvoorwaarde voor afstuderen in het algemeen geldt dat

- Voorafgaand aan het afstudeerjaar (peildatum 15 juli 2020) moeten 100 credits behaald zijn in de hoofdfase en de propedeuse moet zijn behaald. Instromen is ook mogelijk per februari

(peildatum 31 januari 2021).

- Vóór het afstuderen dient de student een go op zijn afstudeerplan te hebben behaald voordat de afstudeerproducten van de student kunnen worden beoordeeld. Indien de student na twee kansen een NO-GO heeft op het afstudeerplan, neemt de student contact op met de

afstudeercoördinator (zie ook afstudeerhandleiding).

- De onderwijseenheid Mijn professionele identiteit (Mijn professionele identiteit-6, HLVH18PI6) pas wordt beoordeeld als alle andere credits van de opleiding zijn behaald (= 235 credits behaald)

De instapvoorwaarden (en selectiecriteria) voor de excellentieprogramma’s zijn beschreven in hoofdstuk 4.3 (Excellentie).

Topsport

Het Instituut voor Sportstudies heeft een unieke regeling voor gekwalificeerde topsporters. De regeling bestaat uit een tweetal onderdelen. Ten eerste is het mogelijk om studietempo, roostering, tentaminering etc. aan te passen aan intensieve trainingen en wedstrijden. En er is een mogelijkheid om een topsportbeurs aan te vragen. Het tweede onderdeel betreft ondersteuning in

sportbeoefening. Sinds het Instituut voor Sportstudies is gevestigd in het Willem-Alexander

Sportcentrum is de sportaccommodatie voorzien van moderne faciliteiten. In het Sports Field Lab zijn er mogelijkheden voor krachtmetingen, bewegingsanalyses, spelpatronen voor teamsporten en prestatiediagnoses. Omdat het Instituut voor Sportstudies de hoogste trainers/ coachopleiding in Nederland (Topcoach5) verzorgt, beschikt het instituut over de meest actuele kennis op het gebied

van topsport. Deze expertise kan worden ingezet bij de begeleiding van studenten die topsport bedrijven.

Voor meer informatie betreffende deze regeling en faciliteiten: zie de website

www.hanze.nl/topsport en ga naar: regeling en faciliteiten. Bij vragen of aanmelding om voor de regeling in aanmerking te komen, kan een student contact opnemen met de topsportcoördinator Arjan Taaij, a.taaij@pl.hanze.nl. Afspraken worden vastgelegd met de topsportcoördinator en ter besluitvorming voorgelegd aan de examencommissie.

Overgangsregeling

Vanwege kleine wijzigingen in het programma, t.a.v. creditverdeling in het afstudeerjaar, gelden de volgende omcoderingstabellen:

2019-2020 2020-2021

Code Vak EC Code Vak EC

HLVH19VMS De sportleraar toont vakmanschap in de beroepspraktijk

23 HLVH20VMS De sportleraar toont vakmanschap in de beroepspraktijk

25

HLVH19IMP De sportleraar realiseert impact in de

beroepspraktijk

22 HLVH20IMP De sportleraar realiseert impact in de

beroepspraktijk

20

HLHH19VMS De sportleraar toont

HLHH19VMS De sportleraar toont