• No results found

TIJDVAK VOOR

1. DE WATERLEEUW EN DE SPEKKEN

1.3 Nationalisme in kinderboeken na

Tijdens de sociale jaren 80 verschenen steeds meer ‘probleemboeken’, waarin realisme de boventoon voerde en waarmee kinderen in aanraking kwamen met sociale thema’s.122

De historische roman behoorde tot het meest geprezen genre.123

Volgens Jensen keerde de vaderlandse held terug en was er een toenemende interesse in het nationale verleden. De hoogtijdagen van Michiel de Ruyter in de jeugdliteratuur lagen rond 2007, 400 jaar na zijn geboorte. Voor de stichting 400 jaar Michiel de Ruyter schreven auteur en illustrator J. Staller en conservator en auteur 119 Ibidem, 57.

120 Jensen, De verheerlijking van het verleden, 9.

121 Ros, ‘Het verleden als vehikel voor het heden’, 303.

122 Ibidem, 47-48.

G. Boven De Admiraal. Michiel Adriaenszoon de Ruyter. Dit 131 pagina’s tellende kinderboek vertelt het verhaal van Michiel de Ruyter die op zijn sterfbed zijn leven overpeinst. Het boek begint bij het moment dat hij gaat varen. De kunde van de Republiek wordt afgezet tegen de onbekwaamheid van andere landen. Volgens Leerssen heeft elk zelfbeeld iets nodig om zich tegen af te zetten en zo een eigen identiteit te creëren. Een andere achtergrond om te bewijzen dat men van ‘de Ander’ verschilt.124

We zien dit duidelijk terug in dit kinderboek. De Republiek wordt van ‘de Ander’ gescheiden, door verscheidende competenties te geven aan verschillende volkeren, waarbij de Republiek beter is dan alle andere landen. Zo kan De Ruyter het niet nalaten om de Deense admiraal Bjelke uit te leggen hoe het lossen van troepen en paarden sneller en beter kan, aangezien het er bij de Denen ‘… weer erg onhandig’ aan toe gaat.125 Ook verbaast De Ruyter zich

over de discipline bij de Fransen tijdens zijn laatste gevecht, waarin zij hardnekkig weerstand bieden: ‘Dat is ongebruikelijk voor een Franse oorlogsvloot.’126 De Spaanse bevelhebber De la

Cerda is volgens de maatstaven van De Ruyter ‘niet meer dan een ordinaire schurk’.127 En De Ruyter is woedend over de Acte van

Navigatie van de Engelsen. ‘Volgens hem zou de Republiek regelrecht voor schut staan als dat zou worden toegestaan.’128

Waar het kinderboek uit 1957 genuanceerd omging met nationalisme, zien we in dit jeugdboek weer een opleving van dit thema.

Ook in het kinderboek Koers pal noord van oud onderwijzer en auteur J. Brosens komen verschillende nationaliteiten aan bod. Dit jeugdboek gaat over het verhaal van de voettocht van De Ruyter samen met twee andere matrozen van Spanje naar Vlissingen. In het boek worden de Spanjaarden aangeduid als 124 Leerssen, Nationalisme, 114.

125 J. Staller en G. Boven, De admiraal, Michiel Adriaenszoon de Ruyter (Zaltbommel 2007) [55].

126 Ibidem, [6].

127 Ibidem, [44].

‘spekken’, een scheldnaam voor Spanjaarden.129 Michiel spreekt de

Spanjaarden in het begin van het boek nog aan met ‘sinjeur’, een beleefde aanspreekvorm, maar uiteindelijk neemt hij het woord ‘spekken’ ook over.130 Deze scheldnaam wordt nergens in het boek

afgezwakt, wat wel gebeurt met honende uitspraken over andere volkeren. ‘Geldwolven zijn het, die Engelsen!’ concludeerde Michiel. Gilles schopte hem lachend tegen zijn achterwerk. ‘Hou je bek, jij zuinige kaaskop!’131 Ook geeft Brosens de jonge lezer de

kans om een nuance aan te brengen bij beledigende uitspraken over de ‘Ander’. Zo zegt Gilles, één van de matrozen en vriend van Michiel, over Japan: ‘Er wonen daar barbaren. Dat ze allemaal in bad gaan, bewijst alleen maar dat ze echte barbaren zijn.’132

Volgens Leerssen werden unieke, kenmerkende eigenschappen van een land, zogenaamde ‘typicaliteit’, zo neergezet dat een doelgroep meteen begreep over wie het ging.133 De typische

kenmerken van de verschillende volkeren, zoals de geldbeluste Engelsen, de badderende Japanners en de zuinige kaaskoppen werden in Koers pal noord ontkracht of belachelijk gemaakt. Dit gebeurt niet bij het woord spekken, waarschijnlijk om aan te geven wie de echte vijand was. Volgens Leerssen had de Nederlandse identiteit van 1570 tot 1670 anti-Spaanse gevoelens, van 1670 tot 1860 anti-Franse en van 1860 tot 2000 anti-Duitse gevoelens. Identiteit is volgens hem onderhevig aan veranderingen.134

Daarmee krijgen termen andere connotaties, afhankelijk van de tijd waarin ze gebruikt worden.

In het kinderboek Vuur! De tijd van regenten en vorsten

1600-1700. Michiel de Ruyter van schrijver en journalist T. Rood

worden andere volkeren of landen zonder bijnamen of associaties 129 J. Brosens, Koers pal noord. De avontuurlijke reis van de jonge Michiel de Ruyter (Baarn 2006) 11.

130 Ibidem, 12.

131 Brosens, Koers pal noord, 160.

132 Ibidem, 39.

133 Leerssen, Nationalisme, 97.

beschreven. De schepen van andere landen worden bijvoorbeeld ‘vijandelijke schepen’ genoemd.135 Het verhaal gaat over Gillis, een

weeshuisjongen die droomt van een leven op zee. Op een avond ontsnapt hij uit een weeshuis en komt hij via een ronselaar terecht op een koopvaardijschip van de rederij Lampsins. Daar spreekt de kapitein van het schip hem aan: ‘Het is goed dat mannen als De Ruyter de koopvaart beschermen, jongen. Als het aan de Engelsen lag, was de hele wereld van hen. Nou dan kennen ze de Nederlanders nog niet.’136 Niet veel later worden ze gekaapt door

de Engelsen en moeten zij verplicht voor hen werken. De kapitein geeft Gillis de volgende instructie:

‘We werken voor hen, of we worden overboord gezet…maar overdrijf het niet.

En als je de kans ziet om ze ongemerkt tegen te werken, denk dan aan ons vaderland,

denk aan Michiel de Ruyter en aan Maarten Tromp. Denk aan de Republiek.’137

Uiteindelijk schiet Engel de Ruyter, zoon van Michiel de Ruyter, te hulp. Gillis blaast het schip van de Republiek op, zodat het uit de handen van de Engelsen blijft. Met een list wordt Gillis matroos op het schip van Engel, wat zijn droombaan is. Tijdens een slag redt hij Engel en er volgt een ontmoeting tussen Gillis en Michiel de Ruyter. Gillis wordt door Michiel gepromoveerd tot stuurmansmaat. Er volgt een slag tegen de Engelsen en Fransen ‘voor het vaderland, voor de vrijheid, voor jullie eigen vrouwen en kinderen.’138 ‘Van de hoogste admiraal tot de laagste matroos: elke

Nederlander vocht als een leeuw. Ze hielden stand tegen een overmacht van twee grote landen tegelijk.’139 Volgens Gillis is het:

135 T. Rood, Vuur! De tijd van regenten en vorsten 1600-1700. Michiel de Ruyter (Drunen 2012) 52.

136 Ibidem, 25.

137Ibidem, 33.

138 Rood, Vuur!, 67.

‘…mooi om te zien hoe snel Michiel de Ruyter de slagorde van zijn schepen weer had

hersteld; juist daarom praatten zelfs matrozen op buitenlandse schepen vol bewondering

over de admiraal. Geen vloot vocht zo ordelijk zeeslagen uit als die van de Republiek.’140

De schepen van de Republiek winnen de slag. Gillis denkt jaren later na over het ongelukkige noodlot van zowel Engel als Michiel de Ruyter. In Vuur! wordt ook nu weer de kunde van de Republiek beschreven. De bemanning van de vloot vecht als ‘leeuwen’ voor het vaderland, waardoor ze bewondering krijgen vanuit het buitenland. Al vanaf de negentiende eeuw worden er historische boeken uitgegeven waarbij de hoofdpersoon spannende avonturen meemaakt in de nabijheid van de vaderlandse held. Volgens Ros dient de hoofdpersoon als identificatiefiguur en als getuige van historische gebeurtenissen, waarbij de nadruk wordt gelegd op het avontuur.141 Ook in Vuur! ligt de nadruk op het avontuur.

Nationalisme speelt geen grote rol. Daarnaast worden in dit jeugdboek geen slechte kenmerken toegeschreven aan de ‘Ander’. In de kinderboeken, die zijn uitgegeven na de sociale jaren 80, worden vooral de competenties van de Republiek met andere landen vergeleken. Andere volkeren krijgen minder slechte eigenschappen toegeschreven dan de jaren ervoor. Ook worden de inwoners van de Republiek niet gespaard. Het ‘wij’ gevoel blijft echter bestaan.

2. DE FENIKS VAN DE NEDERLANDSE