• No results found

LANDSCHAP EN ERFGOED

In document HANDBOEK BEKEN EN ERFGOED (pagina 92-97)

KENNIS, VISIEV

ORMING EN ONTWERP

B

2.1 UITGANGSPUNTEN

Als de historisch-landschappelijke karakteristieken en de erfgoedwaarden in een gebied in kaart zijn gebracht, betekent dat niet dat al die waarden altijd en overal behouden moeten blijven of hersteld moeten worden. Er zijn verschillende strategieën voor de omgang met landschap en erfgoed. Daarbij spelen wetgeving, maatschappelijke randvoorwaarden en praktisch-inhoudelijke overwegingen een rol.

Dit hoofdstuk gaat in op de vraag welke strategieën er zijn voor de omgang met landschap en erfgoed, en hoe je in een concreet geval tussen die strategieën kunt kiezen. De waterschapspraktijk staat daarbij voorop.

Voor de omgang met landschap en erfgoed hanteren we drie uitgangspunten: voorzorg, wettelijke bepalingen en bewuste keuzes. Die bepalen als het ware het speelveld.

1 Voorzorg

Een belangrijke basisregel is: wees terughoudend met graafwerkzaamheden, het verwijderen van landschapselementen en de bodemtoplaag of andere intensieve vormen van bewerking van de bodem. Je kunt aardkundige, archeologische, bouw-kundige en landschappelijke waarden maar één keer vernietigen. Het bodemar-chief is een toekomstige bron van informatie over natuurlijke en historische beken en beeklandschappen

2 Wettelijke bepalingen voor landschap en erfgoed

Voor de omgang met erfgoed en landschap gelden wettelijke regels. Concreet bete-kent dat, dat bepaalde waarden wettelijk beschermd zijn, zoals gebouwde, groene of archeologische monumenten, of dat bij graaf- en inrichtingswerkzaamheden aan bepaalde onderzoeks- en beschermingsverplichtingen moet worden voldaan, dat geldt met name voor archeologisch erfgoed. Het historische landschap, met bijbehorende landschapselementen, wordt via het bestemmingsplan / omgevings-plan beschermd, de zogenaamde omgevings-planologische bescherming. Een uitvoeringspro-ject moet door de gemeente worden getoetst aan het bestemmingsplan; op basis hiervan kan een omgevingsvergunning vereist zijn. Aanpassing van het bestem-mingsplan is soms mogelijk, mits daar goede gronden voor zijn. Met de introduc-tie van de Omgevingswet in 2021, moet de toetsing van een initiaintroduc-tief door het

be-Een uitvoeringsproject moet minimaal voldoen aan deze wettelijke bepalingen. Dat voorkomt klachten, juridische procedures, extra onderzoek, vertraging en / of herstelkosten later in het traject.

Informatie over de Erfgoedwet en de Omgevingswet (en wat dat betekent voor land-schap en erfgoed in ruimtelijke projecten) is te vinden op de site van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (www.cultureelerfgoed.nl/dossiers/omgevingswet) en op de themasite www.erfgoedenruimte.nl. Algemene informatie over de Omgevings-wet is te vinden op www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl.

Op de themasite van de Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer (SIKB) is veel achtergrondinformatie te vinden over met name archeologisch erf-goed in waterprojecten (www.waterbeheer-cultuurhistorie.nl).

3 Bewuste en transparante keuzes

Net als bij hydrologische, ecologische of recreatieve wateropgaven, kunnen cul-tuurhistorische en landschappelijke doelen op verschillende manieren in het ont-werp worden vormgegeven. Als visie en ontont-werp uiteindelijk leiden tot de keus om het historische landschap ingrijpend te wijzigen, kan dit een goede uitkomst zijn, mits dat bewust, weloverwogen en transparant gebeurt. Te vaak gebeurt dit nog onbewust en impliciet. Als er in waterproject onvoldoende kennis is over het his-torische landschap, kunnen hishis-torische structuren of elementen zonder dat men het weet worden ‘opgeruimd’.

KENNIS, VISIEV

ORMING EN ONTWERP

B

2.2 VIJF STRATEGIEËN

Een belangrijke stap in het ontwerpproces is de vertaling van cultuurhistorische en land-schappelijke kennis in concrete inrichtingsvoorstellen. Daarbij spelen allerlei praktische vragen: Hoe weeg ik landschappelijk erfgoed af tegen natuur- en waterdoelen? Welke refe-rentieperiode kies ik? Op welk schaalniveau moet ik keuzes maken? Hoe kan ik met erfgoed omgaan? Is behoud de enige optie?

Deze paragraaf schetst vijf veel gebruikte strategieën voor de omgang met land-schap en erfgoed.1

Paragraaf 2.3 gaat in op de vraag hoe je tussen die strategieën kiest.

2.2.1 Behoud en herstel

Behoud is de meest elementaire vorm van erfgoed- en landschapszorg. Bij behoud gaat het om de bescherming en het herstel en beheer van bestaande historische elementen, zowel met betrekking tot archeologie en gebouwen als met het histo-rische landschap. Meestal wordt daarbij gedacht aan gebouwde elementen zoals watermolens of sluisjes, maar het kan ook gaan om voorden, houtwallen, verka-velingspatronen of om meer abstracte landschapskwaliteiten, zoals openheid of zichtlijnen. Een deel van dergelijke kwaliteiten wordt via de Erfgoedwet en het Omgevingsplan beschermd. Maar ook andere elementen verdienen het vaak om behouden te blijven.

Behoud van ‘groene’ of ‘blauwe’ landschaps- en erfgoedwaarden, zoals een hout-wal, singel, monumentale boom of dotterbloemhooilanden, is vaak ook belangrijk vanuit hydrologisch of ecologisch perspectief.

1 Er zijn verschillende systemen ontwikkeld om de strategieën voor de omgang met landschap en erfgoed in te delen. De Visie Erfgoed en Ruimte 2011 (vooral gericht op ruimtelijke ontwikkelingsprojecten)onderscheidt Instandhouden, Inpassen en Transformeren. Het Handboek Cultuurhistorische Beheer (dat vooral gericht is op het beheer van bestaande cultuurhistorische waarden) onderscheidt Behoud en consolidatie, Restauratie, Reconstructie, en Behoud door Ontwikkeling (Raap & Baas 2010). De indeling die wij in dit Handboek hanteren, bevat elementen van beide benaderingen. De door ons gebruikte indeling is vooral gekozen omdat deze het beste bij de waterschapspraktijk aansluit. Ook hebben we gebruik gemaakt van de strategieën uit Cultuurhistorie Natuurlijk, over de omgang met landschap en erfgoed in natuurontwikkelingsprojecten (Neefjes, Bleumink & Van Duinhoven 2007).

Behoud vraagt niet alleen om het nalaten van bepaalde ingrepen bij inrichtings-projecten, maar vaak ook om herstel, zoals de herstelaanplant of tijdelijke uitras-tering van een houtwal. Daarnaast vraagt het behoud (en herstel) van blauw en groen erfgoed om specifiek terugkerend beheer, zoals bevloeien, maaien, snoeien of schonen.

2.2.2 Restauratie, reconstructie of beleefbaar maken van (deels verdwenen) erfgoed

Bij deze strategie worden oude, deels verdwenen structuren en elementen weer zichtbaar en beleefbaar gemaakt, vaak ook met het oog op de versterking van de recreatieve aantrekkelijkheid van het gebied en/of in combinatie met de aanleg van een routestructuur of een informatievoorziening (app, bord, route, site, boek). In de huidige waterschapspraktijk wordt deze strategie geregeld toegepast. Het gaat daarbij om het zichtbaar en beleefbaar maken van archeologische bodem-vondsten of van een verdwenen gebouw of element, waarover verhalen en histo-rische informatie beschikbaar is. Vaak gebeurt dit (mede) op initiatief van een heemkundekring, bewonersgroep of grondeigenaar, soms ook met (substantiële) medefinanciering vanuit fondsen, gemeenten en particulieren. Dergelijke projec-ten dragen bij aan de versterking van de betrokkenheid van bewoners bij waterbe-heer en landschap. Om praktische redenen wordt de oorspronkelijke historische en landschappelijke context van een hersteld element soms uit het oog verloren, en wordt een voorde, brug of watermolen elders gereconstrueerd. De landschap-pelijke logica van het watersysteem gaat dan verloren, maar de recreatieve of edu-catieve waarde wordt versterkt.

KENNIS, VISIEV

ORMING EN ONTWERP

B

In document HANDBOEK BEKEN EN ERFGOED (pagina 92-97)