• No results found

Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd

In document 2015–2019 (pagina 69-73)

Daarnaast is structurele aandacht voor de aanpak van online seksueel kindermisbruik noodzakelijk

CAMPAGNE DON’T LOOK AWAY

3.7.5 Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd

Jeugdhulpaanbieders, aanbieders van jeugdbescherming, jeugdreclassering en Veilig Thuis zijn verplicht om calamiteiten en geweld te melden. Zij doen dit bij de IGJ. Sinds 2016 worden mel-dingen onderscheiden in twee categorieën: verplichte melmel-dingen en andere melmel-dingen. Hier-door zijn de cijfers sinds 2016 niet goed vergelijkbaar met cijfers uit eerdere jaren. Om deze reden worden in Figuur 3.16 alleen de verplichte meldingen van seksueel geweld van 2016 tot en met 2019 gepresenteerd.

8 11

7 11

1 20

4

2

0

0

2

3

4

9

6

5

5

11

8

7

0 5 10 15 20 25 30

2015 2016 2017 2018 2019

Kinderdagverblijf Peuterspeelzaal Buitenschoolse opvang Gastouder(bureau)

Figuur 3.15 Meldingen van seksueel misbruik in kindercentra bij de vertrouwensinspecteurs, per jaar 2015-2019 (N=126)

Bron: Inspectie van het Onderwijs (2020)

In 2019 is het aantal verplichte meldingen over seksueel geweld afgenomen, van 101 meldingen in 2018 naar nog maar 55 in 2019. Verplichte meldingen zijn meldingen van calamiteiten. Hier-van is sprake als een ‘onverwachtse gebeurtenis’ ‘in het kader Hier-van de jeugdhulp’ heeft geleid tot een ‘ernstig schadelijk gevolg voor de jeugdige’.46 Deze afname is zichtbaar voor alle type ver-dachten, behalve (pleeg)ouders. De IGJ heeft hier geen duidelijke verklaring voor.47

3.8 Conclusie

De strafrechtelijke aanpak van daders van seksueel geweld tegen kinderen begint als dit bij de politie in beeld komt. In de periode 2015-2019 heeft de politie 16.495 incidenten van seksueel geweld tegen kinderen behandeld. Het aantal geregistreerde incidenten bij de politie van sek-sueel geweld tegen kinderen (met uitzondering van de meldingen kinderpornografie uit §3.6) is redelijk stabiel gebleven in de afgelopen vijf jaar, met een piek in 2018. Twee derde van deze incidenten is een hands-on delict. Verder valt op dat het steeds langer lijkt te duren voordat een incident bij de politie bekend wordt gemaakt. Bovendien blijken jonge kinderen slachtoffer te worden van seksueel geweld. Van de slachtoffers is 4% jonger dan 4 jaar en ongeveer de helft van de slachtoffers is 13 jaar of jonger.

Verdachten seksueel geweld tegen kinderen steeds minder in beeld

Pas wanneer het feit bekend is bij de politie kan een dader verantwoordelijk worden gehouden.

Dit gebeurt helaas maar weinig: slechts bij ongeveer een derde van de geregistreerde incidenten van seksueel geweld tegen kinderen is een verdachte geregistreerd. Een vergelijkbare constate-ring deed de Nationaal Rapporteur eerder over zaken van mensenhandel.48 Dat is zorgelijk

om-46 Landelijk toezicht jeugd, 2017, p. 21.

47 IGJ, 2019, p. 53.

48 Nationaal Rapporteur, 2021 (Dadermonitor mensenhandel 2015-2019), p. 94.

60 56 62

Figuur 3.16 Gemelde verdachten van seksueel geweld bij de IGJ, per jaar 2016-2019 (N=366) Bron: IGJ (2018, p. 79); Landelijk toezicht jeugd (2017, p. 23); schriftelijke informatie van IGJ d.d. 28 mei 2020

dat het bestraffen, en zo nodig behandelen, van daders een essentiële stap is in de integrale aanpak van seksueel geweld tegen kinderen.

Verbeterd zicht op online vormen van seksueel geweld

Verder valt het stijgende aandeel van geregistreerde incidenten van (ongewenste) sexting op.

Deze registratie is pas sinds 2016 in het politiesysteem mogelijk. In 2017 betrof dit bijna 10% van de registraties en in 2019 bijna 14%. De Nationaal Rapporteur maakt zich bovendien in toene-mende mate zorgen over sextortion. De Nationaal Rapporteur is positief over het feit dat de politie in Amsterdam in samenwerking met andere (hulpverlenings)organisaties en de ge-meente een kernteam sextortion heeft opgericht om deze zaken te monitoren.49 Daarnaast is het belangrijk dat instanties de juiste expertise hebben deze zaken op te pakken en daders op te sporen, en dat slachtoffers naar de juiste hulp worden doorverwezen.

Innovatieve oplossingen om kinderpornografie aan te pakken

Het sterk stijgende aantal meldingen van kinderpornografie bij de politie nam in 2019 voor het eerst iets af. Tegelijkertijd neemt het aantal gemelde afbeeldingen per melding juist toe. Boven-dien is het aantal meldingen in 2019 nog vijfmaal zo hoog als in 2015. Ook de meldingen bij Meldpunt Kinderporno blijven stijgen. Hier is sprake van een verdubbeling in meldingen in 2019 vergeleken met een jaar eerder. Niet uit het oog mag worden verloren dat kinderpornogra-fisch materiaal een slachtoffer afbeeldt van seksueel geweld. Het is daarom een goede ontwik-keling dat er wordt gewerkt aan innovatieve oplossingen om dit probleem aan te pakken. De introductie van meldingenverwerkingssysteem SCART zorgt voor een efficiëntere beoordeling van de meldingen van kinderpornografie. Daarnaast kan met de HashCheckService bekend beeldmateriaal door hostingbedrijven worden verwijderd. Zo dragen zij bij aan het tegengaan van herhaald slachtofferschap en daderschap. Mogelijke effecten hiervan moeten in de volgen-de davolgen-dermonitor uit volgen-de cijfers blijken.

Blijvende aandacht voor aanpak van online seksueel kindermisbruik is noodzakelijk.

De Nationaal Rapporteur benadrukt dat politieke aandacht en prioriteit voor (online) seksueel kindermisbruik nodig is om daadwerkelijk impact te bewerkstelligen, ook na de formatie van een nieuw kabinet in 2021.50 De aanpak van seksueel geweld is immers gebaat bij een duurzame en gecoördineerde integrale, en dus ook interdepartementale, aanpak. De Nationaal Rappor-teur is van mening dat de aanpak in de toekomst vooral volharding, verduurzaming en (profes-sionele) verdieping nodig heeft en een focus op de meest urgente problematiek.

49 Schriftelijke informatie kernteam sextortion, d.d. 9 maart 2021.

50 Website Nationaal Rapporteur, www.nationaalrapporteur.nl/publicaties/brieven/2021/04/16/

brief-nationaal-rapporteur-aan-informateur (geraadpleegd 23 april 2021).

Daniël woont met zijn 15-jarige dochter Miranda bij zijn moeder Petra in huis. Wat Petra niet weet, is dat Daniël weleens seks heeft met zijn dochter. Petra past vaak op haar andere klein-kinderen Mason (8 jaar) en Chelsea (6 jaar). Daniël verricht dan ook seksuele handelingen met hen.

Op een gegeven moment vertelt Chelsea aan haar moeder dat oom Daniël aan haar poes heeft gezeten. Ze had dit ook al aan oma Petra verteld, maar die werd boos en geloofde haar niet. Er zou ook iets met Mason gebeurd zijn. Chelsea durft niet met de politie te praten, maar Mason wel. In een studioverhoor vertelt hij dat oom Daniël aan zijn piemel heeft gezeten. Dat gebeur-de in gebeur-de slaapkamer van Daniël toen Mason kwam logeren.

Als de politie Miranda later nog een keer hoort, geeft ze aan dat ze terug naar huis wil en niet meer wil verklaren over het misbruik.

Daniël wordt gearresteerd op verdenking van seksueel misbruik van Chelsea en Mason. De po-litie doorzoekt het huis en neemt daarbij een intern camerasysteem in beslag. Op het beeldma-teriaal is te zien dat Daniel seks heeft met Miranda. Aan de politie verklaart Miranda in eerste instantie dat er niets aan de hand is en dat haar vader haar niet aanraakt. Dan krijgt ze de beel-den te zien en geeft ze toe dat haar vader seks met haar heeft gehad, maar dat dit niet tegen haar wil was. Ze wil niet dat haar vader in de gevangenis komt. Miranda wordt uit huis geplaatst. Als de politie Miranda later nog een keer hoort, geeft ze aan dat ze terug naar huis wil en niet meer wil verklaren over het misbruik. Een paar weken later besluit zij ook haar verklaring in te trek-ken. Ze zegt te hebben gelogen over het feit dat haar vader aan haar heeft gezeten.

Daniël besluit om gebruik te maken van zijn zwijgrecht en niets tegen de politie te zeggen. Hij wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 6 voorwaardelijk en een proeftijd van 2 jaar. Hij besluit in hoger beroep te gaan, maar ziet daar uiteindelijk toch van af.

4 Opsporing

Omdat bewijs in zedenzaken lastig te vinden is, kan

In document 2015–2019 (pagina 69-73)