• No results found

4. Standpunt van de FIFA, UEFA EN KNVB

4.1 FIFA

Na de verschijning van de TPO kwam de FIFA met het statement dat dergelijke contracten verboden waren nu zij ervan uitging dat het de verhandeling van de federatieve rechten betrof.149 Daarom wil ik u er nogmaals op attenderen dat de TPO alleen betrekking heeft op de economische rechten.150 Financieringsconstructies die betrekking hebben op verkrijging en/of vergoedingen van de economische rechten met betrekking tot de transfer van een bepaalde voetbalspeler werden destijds nog niet gereguleerd door de internationale organisaties, maar werden overgelaten aan de nationale voetbalbonden. Artikel 18bis FIFA RSTP - waarin dit TPO-verbod al deels was neergelegd - bepaalt dat voetbalclubs geen overeenkomsten mogen aangaan waardoor een andere voetbalclub of een derde partij

de mogelijkheid krijgt om invloed uit te oefenen in arbeids- en transfer gerelateerde zaken, haar onafhankelijkheid, haar beleid of de prestaties van haar team. Echter, de FIFA laat in het midden wat zij onder ‘invloed’ verstaat, hetgeen ruimte biedt voor interpretatie. Aangenomen kan worden dat door derden gedwongen transfers van voetbalspelers moeten worden voorkomen, nu de voetbalclub overeenkomstig de FIFA-reglementen in het bezit is van de federatieve rechten en de sportieve belangen van de voetbalclubs dienen te prevaleren boven de financiële belangen van derden.151 Echter, de (financiële) belangen van de derden zijn groot waardoor zij waarschijnlijk betrokken willen worden bij belangrijke besluiten. Zo zal een derde de voetbalspeler in wie zij de economische rechten houden, op zijn hoogtepunt willen verkopen, terwijl de voetbalclub deze juist wil behouden vanwege het sportieve belang. Door de voor de derde risico beperkende clausules zoals genoemd in hoofdstuk 3, zal een voetbalspeler die betrokken is bij een TPO-constructie zijn arbeidsovereenkomst veelal niet helemaal uitdienen. Dit geeft wrijving met FIFA’s basisbeginsel van contractstabiliteit.152 Hetzelfde geldt voor het basisbeginsel transparantie.153 Omdat de voetbalclubs in sommige gevallen – zoals bij nationale transfers - niet verplicht zijn een TPO-constructie te melden, zijn veel van deze constructies onbekend bij de FIFA.154 Bovendien kunnen derden de economische rechten van voetbalspelers onderling verhandelen, waardoor mogelijk een tweede transfermarkt ontstaat waar voetbalorganisaties geen zicht op hebben.155 Voorts staat de TPO op gespannen voet met het basisbeginsel van een eerlijke herverdeling van de transferinkomsten.156 Middels de opleidingsvergoeding157 en de solidariteitsbijdrage158 wordt een deel van de transfersom die is betaald voor een bepaalde voetbalspeler, verdeeld over de voetbalclubs die de voetbalspeler hebben opgeleid.159 Door de TPO zijn er minder inkomsten te verdelen over de voetbalclubs doordat een deel van de transfersom naar een derde gaat. Nu onzeker is of deze derde zijn deel van de economische rechten opnieuw in de voetbalsport investeert, loopt de voetballerij mogelijk inkomsten mis.160

Toen bleek dat artikel 18bis FIFA RSTP onvoldoende werkte, besloten de Engelse, de Franse en de Poolse divisies de TPO in de nationale regelgeving te verbieden.161 Dit - in combinatie met de groeiende rol van investeringsmaatschappijen en de aansporing van de UEFA - deed FIFA in 2015 volgen door artikel 18ter FIFA RSTP als nieuwe bepaling toe te voegen.162 Op grond van dit artikel is het verboden

151 Abatan 2012/10, p. 22-32.

152 Zie onder 1.2 van de toelichting (Commentary) FIFA RSTP; zie ook art. 13 FIFA RSTP.

153 Zie onder 1.2 van de toelichting (Commentary) FIFA RSTP.

154 Gibson & Conn 2014.

155 Purdon 2012/10, p. 40.

156 Zie onder 1.2 van de toelichting (Commentary) FIFA RSTP.

157 Art. 20 en Annex 4 FIFA RSTP.

158 Art. 21 en Annex 5 FIFA RSTP.

159 Jellinghaus, AA 2005/2, p. 4-45.

160 Melero & Soiron 2012/10, p. 43.

161 Art. 21 Premiere League Rules; zie ook art. 221 French League administrative rules; zie ook art. 33 lid 4 Polish Football Association’s Status and Players Regulation states.

162 Andrews 2012, p. 33-34.

overeenkomsten te sluiten met derde partijen ingevolge waarvan deze derden vergoedingen en/of rechten verkrijgen die verband houden met toekomstige transfers van voetbalspelers. Redenen tot invoering van dit artikel begint bij de Tévez-zaak, waarbij een derde invloed had op de prestaties van het team. De Engelse Premier League club West Ham United contracteert twee voetbalspelers, waarvan Carlos Tévez een was. De volledige economische rechten met betrekking tot Tévez waren in het bezit van diverse investeringsmaatschappijen (met een en dezelfde eigenaar), waarmee was overeengekomen dat hen het exclusieve recht toekwam te bepalen voor welk bedrag de voetbalspeler verkocht zou worden of voor welk bedrag de voetbalspeler kon worden uitgeleend aan andere voetbalclubs. Bovendien mocht de voetbalclub alleen met de exclusieve toestemming van de derde onderhandelen met de voetbalspeler voor eventuele contractverlengingen. Echter, op dat moment gold in Engeland al een verbod om een overeenkomst aan te gaan dat een derde partij in staat stelde haar beleid of de prestaties van haar teams in competitiewedstrijden of in andere (andere) competities materieel te beïnvloeden. Dit heeft geleid tot een boete van £ 5,5 miljoen.163 Naar aanleiding van deze zaak, heeft de FIFA zowel KEA als KPMG opdracht gegeven onderzoek te verrichten naar de gevolgen van de TPO. Daarbij kwam KEA tot de conclusie dat tussen 1995 en 2011 de totale waarde van de overdrachtsprijzen met 7,4 is vermenigvuldigd. Dit had echter geen negatief effect op het aantal overschrijvingen, nu deze ook met 3,2 zijn verdubbeld.164 KPMG ontdekt dat het - ondanks diverse voetbalclubs, voetbalspelers en derden betrokken zijn bij TPO’s – een aantal derden betreft met aanzienlijke macht binnen de voetballerij, hetgeen mogelijk leidt tot belangenverstrengeling.165

Duidelijk moge zijn dat FIFA in de veronderstelling was dat de voordelen van de TPO niet opwogen tegen de nadelen, hetgeen heeft geleid tot een algeheel TPO-verbod. Voorstanders van de TPO betuigen dat dit in strijd is met het vrij verkeer van werknemers ex artikel 45 Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna: “VWEU”) en het vrij verkeer van kapitaal ex artikel 63 VWEU.166 De CAS bevestigt dat deze Europese bepalingen van toepassing zijn in het geschil tussen de Belgische voetbalclub FC Seraing en de FIFA, waarbij het TPO-verbod en de strijdigheid met vrij verkeer van werknemers en vrij verkeer van kapitaal centraal stond, omdat:167

- De EU-mededingingswetgeving en de EU-bepalingen inzake fundamentele vrijheden behoren tot een speciale categorie normen die moeten worden toegepast ongeacht het recht dat van toepassing is op de zaak ten gronde;

- Er een nauw verband is tussen het onderwerp van het geschil en het grondgebied waar de dwingende regels van kracht zijn, nu de FIFA RSTP tot doel heeft de activiteiten van voetbalclubs te reguleren, waarvan er vele Europees zijn.

163 Scott 2007.

164 KEA-CDES 2013.

165 KPMG 2013.

166 Andrews 2012/10, p. 37; zie ook Melero & Soiron 2012/10, p. 44; zie ook Williams 2009/10/1, p. 95-99.

167 CAS 2016/A/4490 (RFC Seraing/FIFA), par. 76.

- De dwingende regels gericht zijn op de bescherming van legitieme belangen en cruciale waarden en de toepassing ervan moet leiden tot een passend besluit.

Voorts bevestigt de CAS dat de artikelen 18bis en 18ter FIFA RSTP een beperking vormen voor het vrije verkeer van kapitaal. Echter, deze rechten kunnen in bepaalde situaties aan beperkingen worden onderworpen. Dit beaamt de CAS.168 Zij stelt dat het beperkende effect kan worden gerechtvaardigd indien de belemmering een legitiem doel nastreeft of door dwingende redenen van algemeen belang, dat de toepassing van een dergelijke maatregel geschikt is om de verwezenlijking van het betreffende doel te waarborgen en niet verder gaat dan wat nodig is om dat doel te bereiken.169 Gelet op de bovenstaande doelstellingen erkent de CAS de legitimiteit van het TPO-verbod.170