• No results found

Faciliterend aan een wendbaar en adaptief operationeel werkveld Dit hoofdstuk over bedrijfsvoering behandelt bepaalde aspecten van materiële

In document Handelen naar waarheid (pagina 138-141)

Domein Bedrijfsvoering

7.1 Faciliterend aan een wendbaar en adaptief operationeel werkveld Dit hoofdstuk over bedrijfsvoering behandelt bepaalde aspecten van materiële

bedrijfsvoering, maar legt logischerwijs de meeste nadruk op het belangrijke thema personeelsbeleid.

Het is overbekend in de organisatiekunde: voor iedere operationele afdeling is het ondersteunende backoffice een dankbaar object om over te klagen. ‘Hun-nie’ van het hoofdkantoor kunnen het eigenlijk nooit goed doen.3 Anderzijds is het logisch dat alleen goed ondersteunde operationele diensten topprestaties kunnen leveren. Een onderzoek als dit naar de effectiviteit van de opsporing moet dus ook aandacht besteden aan de harde kant van de bedrijfsvoering, vooral als het om wendbaarheid en aanpassingsvermogen gaat. Meerdere res-pondenten vertelden dat de politie als organisatie nog onvoldoende wendbaar is en vaak niet in staat om tijdig in te spelen op, of te voorzien in de wensen van de operationele politiepraktijk. Hiervan zijn diverse voorbeelden aangedragen:

- Chefs ervaren dat er geen maatwerk mogelijk is om nieuwkomers bij te scho-len die een hoge vooropleiding hebben gevolgd: iedereen moet eerst in de-zelfde mal worden gedrukt. Dit wordt ervaren als een forse vernietiging van tijd en geld. Overbodige opleidingsmodules kunnen beter aan anderen wor-den toebedeeld, zodat de met maatwerk opgeleide zijinstromers eerder in het operationele proces kunnen worden ingezet.

- Er zijn diverse voorbeelden gegeven van collega’s die hun privételefoon ge-bruiken om sneller te kunnen werken. Veel collega’s bij de DR en geen van de studenten beschikken over een smartphone, en kunnen diverse handi-ge politieapps dus niet via hun werktelefoon handi-gebruiken. Er zijn collega’s die camerabeelden thuis op hun computer bekijken, omdat de browser op de werkplek gedateerd is.

- Vele collega’s missen een landelijk punt waarin vakinhoudelijke ontwikke-lingen worden bijgehouden, zoals recente onderzoeksrapporten en actuele jurisprudentie, en de nieuwste inzichten ook in het werk worden toegepast.

Op dit moment is de ervaring dat diverse inhoudsdeskundigen los van elkaar

3 Wie op een ondersteunende afdeling heeft gewerkt, zoals HRM, Facilitaire Zaken of bij een help-desk, weet dat daar soms ook meewarig wordt gedaan over tekortkomingen van operationele collega’s. Zo kende de ICT-helpdesk van de Politieacademie de kwalificatie PEBKAC voor bellers die vaak aan de lijn hingen met eenvoudige problemen. De afkorting staat voor: Problem Exists Between Keyboard And Chair.

de belangrijkste actualisaties proberen bij te houden, en dat onder geïnteres-seerden verspreiden.

- De werkvloer vindt het teleurstellend dat enkele standaard-pv’s niet eerder kunnen worden ingevoerd dan in de tweede helft van 2017, vooral wanneer wordt bedacht dat de kwaliteit van verbaliseren juist een belangrijk verbe-terpunt is.

Eén respondent omschrijft het als volgt:

Uit het collectief handelen blijkt dat er geen visie is, geen ruimte voor creati-viteit en verandervermogen en geen besluitvaardigheid. Ten aanzien van de problemen rond de intake van cybercrime weten we al anderhalf jaar wat er nodig is. Ondertussen komt het niet van de grond. De politie is vooral bezig om portfolio’s te ordenen en te wegen. De aandacht is versnipperd, er is geen focus.

De lezer zou zich kunnen afvragen wat de beleidsdirecties dan wel doen, aan-gezien het operationele veld ontevreden is. Beleidsdirecties als HRM en IV richten zich erop om diverse randvoorwaarden te creëren waarmee het opera-tionele werkveld geholpen is. Voorbeelden hiervan zijn ICT-systemen stabilise-ren, het zoekbereik van systemen vergroten, de interoperabiliteit van systemen vergroten en opleidingsbehoeften sneller incorporeren in het onderwijsaanbod.

Tegelijkertijd vinden er ook vernieuwingen plaats:

- IV ontwikkelt onder meer nieuwe webapplicaties. Deze apps ondersteunen medewerkers in verschillende werkprocessen met een summier stappenplan en handelingskader. Ze kunnen vanaf een werkplek worden geraadpleegd en op een smartphone worden gedownload. Voorbeelden zijn apps over afpak-ken, rechtsbijstand bij verhoor, helingbestrijding of de Vreemdelingenwet.

Veel medewerkers bij de opsporing hebben echter geen smartphone. Zij kun-nen de apps dus niet op straat gebruiken, tenzij ze deze downloaden op hun eigen smartphone.

- De PA heeft de inhoud en de vormgeving van profchecks verder uitgewerkt.

Een profcheck is een serious game om eenvoudig en snel de juridische kennis te toetsen en up-to-date te houden. De inhoud wordt ontwikkeld met profes-sionals uit het veld van diverse thema’s, en is gericht op verschillende func-ties. De profchecks kunnen plaats- en tijdonafhankelijk gespeeld worden, zowel thuis als op de werkplek.

- De e-learning voor hulpofficieren van justitie loopt voorspoedig; in septem-ber 2015 had de helft de opleiding gevolgd.

- De directie HRM maakt werk van basis opleidingsprofielen binnen de op-sporing. In deze profielen is voor de functie, rol of werkterreinen vastgesteld

welke opleidingen nu al verplicht zijn. De directie heeft grote behoefte aan afstemming met het operationele veld, om te bezien in hoeverre onderdelen uit het overige opleidingsaanbod verplicht gesteld moeten worden.

- De directie Operatiën maakt via een digitale omgeving (Agora) bestaande kennis en informatie meer inzichtelijk. Dit voorziet in een grote behoefte van de werkvloer, waar een actueel beeld van jurisprudentie en allerlei aanwij-zingen en richtlijnen een onlosmakelijk deel uitmaakt van een professionele opsporingsorganisatie.

Opmerkelijk is dat de beleidsdirecties te maken hebben met een operationeel werkveld, waarvan de chefs niet in staat lijken om een gezamenlijk stand-punt in te nemen over tal van beheersmatige zaken. Voorbeelden hiervan zijn een standpunt over het gebruik van Summ-IT, of een antwoord op de vraag in hoeverre aanbevelingen uit onderzoeksrapporten als Focus in de opsporing (Liedenbaum 2015) of Kijken, luisteren, lezen (Malsch 2015) moeten leiden tot een aanpassing van werkafspraken. Mogelijk wreekt zich hier het gebrek aan be-leidsmatige ondersteuning in operationele afdelingen. Hierdoor moeten sector- hoofden dergelijke vragen zelf behandelen, wat gezien hun werkpakket niet re-alistisch is. Dit gebrek aan adequate beleidsondersteuning van recherchechefs vormt ook een risico voor het in actie omzetten van inzichten die mogelijk uit deze rapportage voortkomen.

Samenvattend: de werkvloer ervaart dat er op basisaspecten geen ondersteu-ning is en dat allerlei zaken niet worden gefaciliteerd. De werkvloer ervaart dat het gesprek met bedrijfsvoeringsdirecties vaak gaat over wat níét kan, maar haast nooit over wat wél kan. De kaders van beleidsdirecties worden gevormd door portefeuilles en portfolio’s. De uitdaging ligt in het beter integreren van alle beleidsmatige wensen of diverse afzonderlijke portefeuilles, zodat een in-tegraal zicht ontstaat op dwarsverbanden, afhankelijkheden en de volgorde van belangrijkheid. Deze wereld staat ver af van het operationele veld. Daar zit je bijvoorbeeld te wachten op een oplossing van de knelpunten rond audiovisuele registratie van verhoren (AVR) of een bredere inzet van BI-voorzieningen als de Raffinaderij. Het vermoeden van een respondent over de wijze van priori-tering in de bedrijfsvoering is: ‘Degene die het hardst schreeuwt of in staat is continu aan de juiste tafels te zitten, heeft de meeste invloed’. Het portfolio-management wordt door enkelen ook gezien als oorzaak voor het gebrek aan wendbaarheid, omdat het continu denken vanuit bestaande belangen de basis vormt: ‘het leidt tot een patstelling van deelbelangen’.

Zowel vanuit het operationele veld als vanuit de bedrijfsvoering is onderkend dat men de onderlinge afstemming moet verbeteren. Daartoe zijn er vanuit de recherchechefs en de informatiechefs vaste aanspreekpunten benoemd,

die verantwoordelijkheid dragen voor de afstemming op bedrijfsvoerings- vragen. Door het gemis aan ondersteuning ervaren de recherchechefs het ech-ter als vrijwel onmogelijk om dit er zo maar bij te doen. Dat maakt het lastig om de wensen van de opsporing te vertalen voor hrm, facilitair management of informatievoorziening.

In document Handelen naar waarheid (pagina 138-141)