• No results found

Droogte, hitte en wateroverlast in het stedelijk gebied Vergroten klimaatbestendigheid: techniek en ruimtelijke inrichting

Verstedelijkingsdruk vraagt om visie Rijksoverheid

1.4 Naar een integrale en concrete strategie voor verstedelijking

2.3.2 Droogte, hitte en wateroverlast in het stedelijk gebied Vergroten klimaatbestendigheid: techniek en ruimtelijke inrichting

In het stedelijk gebied zijn op gebouw-, wijk- en stadsniveau effectieve technische maatre- gelen beschikbaar om de klimaatbestendigheid te vergroten (tabel 2.6). Deze schaalniveaus hangen samen met het beheer en de levensduur van ‘assets’. Zo wonen mensen gemiddeld 7 jaar in een huis, wat eens in de 7 jaar meer mogelijkheden geeft voor aanpassingen op gebouwniveau. Riolen en andere infrastructuur worden ongeveer eens in de 50 jaar grootschalig onderhouden/vervangen.

Aanpassingen aan gebouwen, straten en tuinen – zoals woningisolatie, de aanleg van groene daken, het aanpassen van de bestrating voor waterberging, het vergroenen van tuinen – kunnen technisch relatief snel worden uitgevoerd. Zulke maatregelen vergroten de hitte- en waterbestendigheid en kunnen, als het gebouwen betreft, vaak worden gekoppeld met energiebesparingsmaatregelen. Woningcorporaties en particuliere eigenaren zijn hier de belangrijkste actoren.

Systeemaanpassingen op wijk- en stadsniveau, zoals de aanleg van parken, straatgroen, vijvers en waterpartijen, warmte-koudeopslagsystemen en aanpassing van de riolering, zijn ingrijpender en hebben een langere doorlooptijd. Deze maatregelen zijn dus minder flexibel in te zetten. Gemeenten, projectontwikkelaars en woningcorporaties zijn hier de belangrijkste actoren. De systeemmaatregelen om hittestress en wateroverlast te voorkomen, zijn doel matiger als ze worden gecombineerd met algemene maatregelen om de kwaliteit van de leefomgeving te verhogen. Hierbij kan worden gedacht aan vijvers, singels of grachten, parken, bomen langs de straat, energiezuinige woningen, veel ‘groen en blauw’ in de stad en aansluiting daarvan op het landelijk gebied. Ook maatregelen in het buitengebied kunnen knelpunten in de stad oplossen; een voorbeeld is het natuurgebied De Onlanden, dat ervoor zorgt dat de stad Groningen droge voeten houdt bij hevige regenval.

De mogelijkheden om in te spelen op klimaatverandering verschillen per type stedelijk gebied. In nieuwbouw- en herstructureringsgebieden zijn de mogelijkheden het grootst. Het kleinst zijn ze in bestaande wijken, waar het vooral gaat om aanpassingen aan gebouwen en straten. Daarbij verschillen de mogelijkheden tussen groei- en krimpregio’s om in het stedelijk gebied te kunnen inspelen op klimaatverandering.

Tabel 2.6

Overzicht van mogelijke maatregelen in de bebouwde omgeving op verschillende schaalniveaus om de klimaatbestendigheid te vergroten

Opgaven: hitte,

wateroverlast, droogte Kosten Effectiviteit Synergieën (+) / knelpunten (-) Gebouw

Oriëntatie op de zon Hitte 0 + + Energiebesparing Groene daken Hitte, wateroverlast + + + Energiebesparing Vergroenen van tuinen

en gevels Hitte, droogte, wateroverlast + + Vergroten leefomgevingskwaliteit, vergroten biodiversiteit, vergroten mentale gezondheid (minder stress)

- Mogelijke toename allergieën

Airco Hitte + + - Toename energiegebruik, alleen binnen

verkoelend Aanpassen

drempelhoogte Wateroverlast + + - Slechtere toegankelijkheid mindervaliden Verhoogd of drijvend

bouwen Wateroverlast ++ ++ + Vergroot veiligheid tegen overstroming, vermindert stress Aanleg

warmte-koudeopslag Hitte ++ + Energiebesparing

Wijk

Waterberging op straat Wateroverlast +/++ ++ - Vraagt aanpassing infrastructuur/gebouwen Aanleg waterpartijen Hitte, wateroverlast ++ + Vergroten leefomgevingskwaliteit

- Mogelijke toename ongedierte en zoönosen, vraagt ruimte, beheer en onderhoud Verbeteren riolering Wateroverlast - ++ + Meekoppelen met onderhoud, minder

overstort en daardoor minder risico op infectieziekten

Afkoppelen hemelwa- terafvoer, infiltreren van regenwater

Wateroverlast, droogte - ++ + Energiebesparing, minder overstort en daardoor minder risico op infectieziekten Verhogen

oppervlaktewaterpeil Droogte + +/- - Mogelijk extra wateroverlast, moeilijk uitvoerbaar Aanvullen grondwater

door gecombineerde drainage/infiltratie

Droogte - ++ + Minder grondwateroverlast - Vraagt extra wateraanvoer Aanleg parken en

straatgroen Hitte + + Vergroten leefomgevingskwaliteit, verbeteren sociale cohesie, vergroten biodiversiteit, verbeteren mentale gezondheid (tegengaan eenzaamheid en depressie)

- Vraagt ruimte, kost beheer en onderhoud

Stad

Groene dooradering Hitte, wateroverlast ++ ++ + Vergroten leefomgevingskwaliteit, tegengaan obesitas door meer bewegingsmogelijkheden - Vraagt ruimte, kost beheer en onderhoud Blauwe dooradering Hitte, wateroverlast,

droogte ++ ++ + Vergroten leefomgevingskwaliteit - Vraagt ruimte, kost beheer en onderhoud, vergroot benodigde wateraanvoer

Synergieën en conflicten in de stad vragen zorgvuldige planning en afstemming

De directe verantwoordelijkheid voor klimaatadaptatie in de stad ligt meestal niet bij het Rijk, maar voor een belangrijk deel bij de gemeenten, waterschappen, private partijen en sectoren, maatschappelijke organisaties zoals woningcorporaties en de burgers. In de gemeentelijke stresstesten blijkt het thema droogte minder aandacht te krijgen dan wateroverlast en hittestress. Het handelingsperspectief voor droogte ontbreekt, terwijl er in sommige gemeenten urgente aan droogte gerelateerde knelpunten worden gesignaleerd, zoals schade aan funderingen door lagere grondwaterstanden. Gemeenten geven aan dat dit mede wordt veroorzaakt door grote druk op de ruimte. Verder wordt in de stresstesten de koppeling met andere sectoren (zoals gezondheid, recreatie, mobiliteit en economie) en met andere transities (zoals de energietransitie, biodiversiteit vergroten en circulaire economie) nog weinig gemaakt (CAS 2021).

In de komende jaren zullen er vele miljarden worden geïnvesteerd in nieuwe woningen, bedrijventerreinen, de energietransitie, herstructurering van stedelijk gebied en infrastruc- tuur. Anders dan voor waterveiligheid zijn er voor het stedelijk gebied geen duidelijke adaptatiestrategie en kwantitatieve klimaatbestendigheidsdoelen. Heldere, richtinggevende doelen zijn nodig om goede afwegingen te kunnen maken in concrete situaties. Doelen voor de leefomgeving kunnen elkaar namelijk versterken of juist in de weg zitten. Voor veel technische en ruimtelijke maatregelen is bij gerichte aandacht in de uitvoering synergie tussen klimaatmitigatie- en adaptatiemaatregelen te bereiken, bijvoorbeeld bij het toepassen van warmte-koudeopslag of groene daken in steden, of het vernatten van veenweidegebieden. Anderzijds brengt het streven om de woningbouwopgave zoveel mogelijk binnen het bestaand bebouwd gebied te accommoderen, een risico met zich van verdere verstening en het verlies van groen en blauw in die bestaande stad (Giezen et al. 2018). Dat is echter niet nodig: tussen 2000 en 2017 is maar 10 procent van alle binnenstede- lijk gebouwde woningen in Nederland ten koste gegaan van stedelijk groen (Claassen & Koomen 2017). De ruimtelijke inpassing van adaptatiemaatregelen vergt een zorgvuldige planning en afstemming met alle betrokkenen en vraagt regie op te maken keuzes, om zo elkaar tegenwerkend beleid te vermijden en de synergie te vergroten.

2.4 Bestuurlijke organisatie en realisering van beleid