• No results found

Draft-dodgers en deserteurs

In document Rebels with a cause (pagina 25-33)

2. Verzetsgroepen tegen de Confederatie

2.1 Draft-dodgers en deserteurs

2. Verzetsgroepen tegen de Confederatie

De Amerikaanse Burgeroorlog in North Carolina werd gekenmerkt door verdeeldheid in de bevolking tussen voorstanders van de Confederatie en voorstanders van de Unie. Nu de periode tot 1865 behandeld is, rest de vraag welke verzetsgroepen een rol hebben gespeeld. Wie waren de mensen die lid werden van deze groepen? Welke verzetsdaden hebben zij gepleegd en waarom? Hoe werden ze geconfronteerd door mede-Carolinians die geprobeerd hebben een einde te maken aan het verzet?

In dit hoofdstuk wordt het verzet in North Carolina behandeld. Dit verzet is grofweg in te delen in de volgende groepen: draft-dodgers en deserteurs, politieke unionisten en leden van de Peace Party, leden van de Heroes of America, soldaten die namens de Unie vochten, buffaloes, en ten slotte de Afro-Amerikaanse gemeenschappen in de kustgebieden. De

toevoeging “grofweg” is daarbij op zijn plaats, want de meeste leden van deze groepen waren vanuit het perspectief van hun verzetsdaden “lid” van deze groeperingen. Iedere groep heeft uiteindelijk bijgedragen aan het verlies van de Confederatie in 1685. Dit kan zijn door

gewapend verzet te plegen, maar ook bijvoorbeeld door de logistiek achter de oorlogsvoering van de Confederatie te ondermijnen door diensten te weigeren of goederen te ontvreemden.

2.1 Draft-dodgers en deserteurs

De meest kenmerkende verzetsgroep in North Carolina, voornamelijk in de Piedmont-regio en de westelijke berggebieden, bestond uit de talrijke “draft-dodgers” en deserteurs die vanaf 1862 in de afgelegen gebieden te vinden waren. Met de komst van de algemene dienstplicht in april 1862 konden mannen tussen de leeftijd van achttien en vijfendertig de keuze maken gehoor te geven aan de dienstplicht of deze te weigeren. Deze laatste keuze kon op twee momenten plaatsvinden. Ten eerste kon men kiezen voordat de persoon in kwestie zich had aangemeld en ingedeeld werd in een regiment. In feite ontweek men hiermee de dienstplicht, waaruit de bijnaam draft-dodger ontleend is.82 Ten tweede kon men ervoor kiezen om tijdens de dienst aan het front of in de eigen staat het leger te verlaten voordat de minimumperiode van drie jaar dienst was afgelopen. Deze keuze valt onder de benaming deserteur. In beide gevallen ging het om een weigering van de dienstplicht, waardoor beiden vaak in het verlengde van elkaar genoemd werden. In de praktijk blijkt dat er ook weinig onderscheid was tussen draft-dodgers en deserteurs, zij het dat deserteurs daadwerkelijk in het leger

82 John, C. Inscoe en Gordon B.McKinney, The Heart of Confederate Appalachia: Western North Carolina in the Civil War (Chapel Hill: University of North Carolina Press, 2000), 9.

26

hebben gezeten en eerder risico liepen om opgepakt te worden vanwege de nabijheid van andere troepen.

Voorbeelden van hoe deserteurs uit handen van het leger probeerden te blijven, waren in bijna iedere county te vinden. In Wake County besloot John G. Andrews om te vluchten nadat hij meerdere keren gewaarschuwd werd door de Home Guard: ‘except that I took to the woods to keep out of the rebel army.’83 Dit hield hij twee jaar vol. Ransom J. Jinks uit

dezelfde County deserteerde ook nadat hij kort in het Zuidelijke leger had gezeten.84 Hulp werd aangeboden in Wake County door mensen als Mordicai Parrish, die ook meerdere soldaten overtuigde om het Zuidelijk leger te verlaten: ‘During the war I worked for the Union cause, by persuading every confederate soldier I could to desert from the army. And I harbored in caves on my place and otherwise, and fed numbers of them from 1863 to

1865.’85Parrish bood onderdak aan een groot aantal deserteurs, wat blijkt uit zijn reactie op de bedreiging van kapitein Anson Parker, die Parrish wilde arresteren: ‘I sent him word that I was feeding enough deserters from the confederate army to whip him and all the militia in the county!’86

Deserteurs en draft-dodgers hadden in North Carolina op twee cruciale aspecten van de Confederatie impact. Ten eerste droegen beiden bij aan het gebrek aan manschappen waar het Zuidelijke leger mee kampte.87 Logistiek gezien had de Confederatie een kleinere

bevolkingsgroep dan het Noorden om in te zetten aan het front en dit werd verergerd door de individuen in deze groep die weigerden gehoor te geven aan de dienstplicht. Ten tweede konden deserteurs en draft-dodgers over het algemeen na hun keuze het bestaan in de eigen omgeving niet meer oppakken zonder het risico te lopen om gearresteerd te worden. Daarom koos men er vrijwel altijd voor om onder te duiken in de dunbevolkte gebieden van North Carolina, waar de mannen afhankelijk waren van giften en wat er te vinden was in de omgeving. De schaarste van goederen in oorlogstijd leidde ertoe dat veel van deze mannen, die in de loop der tijd groepen vormden, overgingen tot het overvallen van

bevoorradingslijnen en boerderijen, wat weer effect had op het gebrek aan goederen voor het

83 United States National Archives, Southern Claims Commission, North Carolina, Wake County, John G. Andrews, 17.

84 United States National Archives, Southern Claims Commission, North Carolina, Wake County, Ransom J. Jinks, 23.

85 United States National Archives, Southern Claims Commission, North Carolina, Wake County, Mordicai Parrish, 20.

86 Ibidem, 19.

27

leger.88

Het aantal deserteurs nam tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog sterk toe. In het leger van de Confederatie dienden tijdens de oorlog zo’n 950.000 mannen.89 Van deze groep kan met zekerheid gezegd worden dat minimaal 103.000 troepen deserteerden, al geven historici aan dat het aantal hoger kan zijn vanwege de gebrekkige verslaglegging van het aantal deserteurs tegen het einde van de oorlog.90 De meeste mannen kwamen uit Virginia en North Carolina, waarbij de schattingen van North Carolina tussen de 12.000 en 23.000 deserteurs liggen. Van de meer dan duizend officieren die deserteerden, was meer dan 42% (grofweg dus 420) afkomstig uit North Carolina.91 De acties van deze officieren was bijzonder pijnlijk voor het Zuidelijke leger, want een verdwenen officier bracht het moraal van een divisie naar een nieuw dieptepunt. Dit daalde zo diep dat overgelopen soldaten van de Confederatie tijdens interviews met officieren van de Unie vertelden dat meer dan de helft van de soldaten twijfelden of ze in het leger moesten blijven. Welke argumenten hadden deze mannen om uit het leger te stappen?

Hoewel deserteurs vaak complexe beweegredenen hadden voor hun keuze, is het mogelijk om deze in drie categorieën te verdelen: de erbarmelijke toestand van het Zuidelijke leger, het thuisfront en de overtuigingen van de deserteurs. In de loop van de Amerikaanse Burgeroorlog daalde het moraal van het Zuidelijke leger door militaire nederlagen als die bij Gettysburg, beide slagen bij Chattanooga en generaal Shermans expeditie in Georgia. Daarbij droegen mislukte oogsten bij aan een gebrek aan voedsel.92 Meer dan het leger van de Unie worstelde het Zuidelijke leger daardoor met de bevoorrading. Nieuwe rantsoenen werden ingesteld, de medische hulp was gebrekkig en overbelast en zelfs basale aspecten van een leger als voldoende uniformen en bewapening lieten te wensen over. Kenmerkend voor de erbarmelijke toestand van het leger was het hoge sterftecijfer aan ziekten: van de 260.000 doden aan de kant van het Zuidelijke leger waren 164.000 (meer dan de helft) gestorven aan ziekten.93 Vooral tyfus en dysenterie maakten veel slachtoffers onder het verarmde leger van de Confederatie. Hoewel het Noordelijke leger ook worstelde met verschillende ziekten, was er aan het Zuidelijke thuisfront meer druk op de bevolking om het leger te onderhouden.

88 Andrew F. Smith “Did hunger defeat the Confederacy?” In North & South vol. 13, nr. 1 (mei 2011), 40-41. 89 “Statistics on the Civil War and Medicine,” ehistory.osu.edu, geraadpleegd op mei 30, 2020,

https://ehistory.osu.edu/exhibitions/cwsurgeon/cwsurgeon/statistics. 90 Ibidem.

91 Richard Bardolph, “Inconstant rebels: desertion of North Carolina troops in the civil war” in The North Carolina Historical Review vol. 41, nr. 2 (april, 1964), 166-167.

92 Andrew F. Smith “Did hunger defeat the Confederacy?” In North & South vol. 13, nr. 1 (mei 2011), 40-41. 93 “Statistics on the Civil War and Medicine,” ehistory.osu.edu, geraadpleegd op mei 30, 2020,

28

Meer dan in het Noorden leverden gemeenschappen in Zuidelijke staten een cruciaal deel van de productieve bevolking in voor het leger, en toen de druk door gebrekkige oogsten en opdringerige officieren te hoog werd, besloten veel soldaten het leger te verlaten. Een voorbeeld van deze overwegingen is terug te vinden in het verslag van de executie van vijftien North Carolinians in Dalton, Georgia, op 4 mei 1864. Terwijl generaal Alexander W. Reynolds passages uit de Bijbel voorlas, smeekten de mannen het vuurpeloton om hen vrij te laten, ‘insisting that they had left the army to save starving families, without any intention of fighting against the Confederacy.’94 Geen van de vijftien veroordeelden overleefde de drie salvo’s die afgevuurd werden, al waren hun argumenten gegrond op een werkelijk probleem. Naast dat hun families namelijk afhankelijk waren van de eigen oogst, moest men ook nog tien procent van de oogst inleveren voor de bevoorrading van het leger. Met deze gehate “tax-in-kind” kwamen families nog verder onder druk te staan, waardoor veel soldaten ervoor kozen om hun naasten bij te staan en te beschermen tegen potentiële gevaren als opdringerige officieren of rondtrekkende bendes.

De laatste categorie argumenten voor deserteurs bestond uit ideologische

beweegredenen, voornamelijk de afkeer tegen de Confederatie en voorkeur voor de Unie. Vanwege de geldigheid van de dienstplicht over de hele mannelijke bevolking (tot 35 jaar, al verschoof dit snel gedurende de oorlog) werden ook unionisten en abolitionisten opgeroepen. Een deel van deze mannen koos ervoor om de dienst te ontwijken, uit het leger te stappen of informatie door te spelen naar de Unie. Een goed voorbeeld van deze groep mannen was W.H. Younce uit Ashe County. In april 1862 werd hij tegen zijn wil in opgeroepen voor het leger. Terwijl milities in de regio langs deuren gingen om ondergedoken mannen op te pakken, koos Younce ervoor om samen met zijn broer en twee vrienden via Tennessee te vluchten naar Kentucky, dat op dat moment in handen was van de Unie. Tijdens deze tocht werden de vier mannen opgepakt door Zuidelijke troepen onder het bevel van majoor George W. Long. Als verklaring voor zijn actie gaf Younce aan: ‘I owe my allegiance to that country only that is represented by that beautiful emblem of the free, the Stars and Stripes.’95 Een groot deel van de unionisten in North Carolina koos echter voor politiek verzet of collaboratie met de Confederatie om te kunnen overleven, wat later in dit hoofdstuk aan bod zal komen. Het grootste deel van de deserteurs in North Carolina dook onder in de westelijke berggebieden vanwege de grote hoeveelheid wildernis waar de kans om soldaten of Home

94 Peters S. Carmichael, The war for the common soldier: how men thought, fought and survived in civil war armies (Chapel Hill: University of North Carolina Press, 2018), 174.

95 Philip Gerard, the Last Battleground: the Civil War Comes to North Carolina (Chapel Hill: University of North Carolina Press, 2019), 266.

29

Guard tegen te komen gering was. Daarnaast was vanaf 1863 de nabijheid van de Unie in het westen ook een reden waarom juist hier veel deserteurs aanwezig waren. Gouverneur Vance schatte aan het begin van 1863 in dat ongeveer 1.200 deserteurs in deze regio van de staat verbleven.96 Trap Hill in Wilkes County was een van de plekken waar deserteurs

samenwerkten om de oorlog door te komen. Ook in Randolph County ontstond een grote groep van tussen de 300 en 400 deserteurs. Troepen die naar Randolph County gestuurd werden om de groep op te pakken, werden door de deserteurs verjaagd.97 Tegelijkertijd werden troepen naar Henderson County gestuurd om deserteurs in deze regio te arresteren, maar na het vertrek van de soldaten keerden veel deserteurs weer terug van hun

onderduikplekken.98

Terug in Wilkes County vormde de groep van meer dan 500 deserteurs een eigen militie.99 Wilkes County was daarmee een van de centrale plekken waar deserteurs kwamen om te kunnen ontsnappen aan het gezag van de Confederatie. In interviews met deze

deserteurs werd Wilkes beschreven als ‘a county so strong in its Union sentiments that the Rebels call it ‘the Old United States’.’100 Niet veel later werd ook Caldwell County

beschreven als een van de plekken waar deserteurs samenkwamen in een groep van 200 tot 300 in omvang. Halverwege 1863 werd tenslotte Yadkin County genoemd als een plaats waar veel deserteurs zwierven. Een van de officieren die naar de regio gestuurd werden om orde te herstellen gaf aan: ’[I]n the disloyal counties formerly Unionist—as Yadkin and Wilkes— they number hundreds and are committing depredations on persons and property.’101 Met de laatste toevoeging doelde de officier op de neiging die groepen deserteurs hadden (iets wat toepasbaar was op alle groepen die deelnamen aan de guerrillaoorlog in de westelijke berggebieden) om goederen te eisen van de lokale bevolking, vooral als het ging om sympathisanten van de Confederatie.

Al in 1862 werden er maatregelen getroffen om de groeiende groep deserteurs in Wilkes en andere counties tegen te gaan. Zo richtte William Holland Thomas in dat jaar het “Thomas Legion” op, een militie bestaande uit voornamelijk Cherokee-indianen die

deserteurs probeerden op te pakken en hinderlagen creëerden voor strooptochten van de Unie uit Tennessee. Thomas omschreef zijn motivatie hiervoor als volgt: ‘The

96 Inscoe en McKinney, 115.

97 Gerard, the Last Battleground, 267. 98 Inscoe en McKinney, 128.

99 Gerard, 267-268.

100 Inscoe en McKinney, 93. 101 Inscoe en McKinney, 125-126.

30

Western Counties are in danger of being overrun by deserters and renegades

who by the hundred are taking shelter in the smoky mountains.’102 De angst voor een makkelijke doorweg voor de Unie dankzij deze deserteurs was dus aanwezig bij Thomas en andere sympathisanten van de Confederatie, waardoor het probleem in hun optiek hard aangepakt moest worden. Later werden de Home Guard en officiële regimenten van het leger ingezet om een einde te maken aan de chaos in de westelijke berggebieden, al waren de resultaten niet veel beter dan bij de milities.

Topografisch gezien was het logisch dat Wilkes County de plek werd voor

verschillende groepen deserteurs, want het was de plek waar de route tussen de gevangenis in Salisbury en het westelijke front met de Unie kruiste met het ruige terrein van de Smoky Mountains. Veel deserteurs namen deze route om te ontsnappen aan de gevangenis en de Confederatie, waardoor een veilige haven halverwege de route een aantrekkelijke

bestemming werd.103 Deze ontsnappingen waren levensgevaarlijk, want ontsnapte

gevangenen konden geëxecuteerd worden. Toch was het risico om betrapt te worden de kans op vrijheid voor de gevangen deserteurs waard, want Salisbury was berucht vanwege de slechte omstandigheden waarin men zich bevond. Vanaf 1864 zaten zo’n 10.000 gevangenen in de gevangenis, die gebouwd was om maximaal 2.500 op te vangen. Gemiddeld kreeg iedere gevangene rond de 1.600 calorieën aan rantsoen per dag voorgeschreven, terwijl 2.000 calorieën voor mannen het minimum is om te kunnen overleven over een langere periode. Dit maakte ontsnappen een grotere kans om te overleven dan in de gevangenis blijven.

2.2 Unionisten

Veel unionisten boden in eerste instantie plekken aan voor ontsnapte gevangenen om onder te duiken. Deze groep verzetslieden bestond uit een diverse verzameling individuen, die

verbonden waren door hun sympathie voor de Unie en afkeer tegen de Confederatie. Hoewel er sprake was van afkeer tegen de slavernij en het oorlogsgeweld bij veel unionisten, waren er ook slavenhoudende planters die kozen voor de Unie.

Unionisme in North Carolina is te herleiden naar de oprichting van de Whig Party vanaf 1833, die ontstaan is als tegengeluid tegen het beleid van de Democratische president Andrew Jackson.104 Vanaf dat moment leverde de partij het presidentschap aan individuen als William Henry Harrison en Zachary Taylor, al ging de partij verloren door een ontbrekende

102 Inscoe en McKinney, 110. 103 Inscoe en McKinney, 93-95.

31

visie op de slavernijkwestie. Het enige wat de partij vanaf rond 1850 bij elkaar, hield was de nadruk die partijleden gaven op de constitutie en de eenheid binnen de Unie. In North Carolina werd Edward B. Dudley in 1836 gouverneur namens de Whig Party. Sindsdien maakten de Whigs onderdeel uit van het besluitvormingsproces in de staat tot de partij anno 1855 uit elkaar viel.105 Vanaf dat moment is een tweedeling te vinden tussen voormalige partijleden, waarbij Zebulon B. Vance en William W. Holden als voorbeelden dienen van hoe de ideologie van de Whigs zich ontwikkelde. In 1858 waren beiden als unionisten in North Carolina tegen de afscheiding van North Carolina uit de Unie. Met de verklaring van gouverneur Ellis in 1861 kozen Vance en veel voormalige Whigs (voornamelijk uit de westelijke berggebieden) er echter voor om hun gouverneur en hun staat te steunen. Andere Whigs (voornamelijk uit de Piedmont-regio) en Holden kozen ervoor om zich tegen de afscheiding en het huidige bestuur te keren.106

Met deze splitsing verdween een deel van de unionisten naar de achtergrond van de oorlog. Eerder is al aangeven hoeveel van hen zich teruggetrokken hadden tijdens de

vieringen aan het begin van de oorlog. Hoewel eerdere acties tegen unionisten beperkt bleven tot pesterijen en aanhoudingen voor lichte vergrijpen, werden unionisten al snel vervolgd vanwege hun opvattingen. Met de komst van de dienstplicht in april 1862 werd het niet meer mogelijk voor mannelijke unionisten om zich afzijdig te houden, want een weigering van de dienstplicht was in de ogen van autoriteiten een oorlogsverklaring aan de Confederatie. Zo werd Calvin G. Perkins, in Wayne County bekend vanwege zijn uitspraken ten gunste van de Unie, in april 1862 direct gearresteerd en verscheept naar Salisbury.107 Hier werd hij

vastgehouden, alleen al vanwege geruchten over zijn uitspraken die door anonieme getuigen verklaard werden. Andere unionisten werden dat jaar in de pro-Confederatie krant de New

Bern Weekly uitgemaakt voor ‘a man of a white face but nigger by nature.’108 Deze afkeer geeft duidelijk aan hoe unionisten tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog steeds meer vervolgd werden en uiteindelijk genoodzaakt waren om in het verzet te treden.

Unionisten pleegden verzet op diverse manieren. Een deel van de unionisten koos ervoor om hun afkeer tegen de Confederatie via politieke middelen en de verspreiding van het unionisme uit te dragen. Via een geweldloze route probeerden deze unionisten de meerderheid van de bevolking en het staatsbestuur te overtuigen van de nadelen van de

105 Myers, Rebels Against the Confederacy, 23-24.

106 Gordon B. McKinney, Zeb Vance: North Carolina’s Civil War Governor and Gilded Age Political Leader (Chapel Hill: University of North Carolina Press, 2004), 80-81.

107 Myers, 54-55. 108 Myers, 55.

32

Confederatie en de onredelijkheid van de oorlog. Zo demonstreerden unionisten al in de zomer van 1861 in Davidson en Randolph County tegen de oorlog.109 Later werden in dezelfde regio’s bijeenkomsten gehouden waarin standpunten opgesteld werden en petities tegen North Carolina’s bijdrage aan de oorlog opgetekend werden voor de gouverneur. In de loop van de Amerikaanse Burgeroorlog werden deze vormen van verzet onderdeel van de vredesbeweging, logischerwijs omdat vrede met de Unie betekende dat de staten herenigd zouden worden. Meer dan honderd officiële bijeenkomsten werden gehouden tot aan 1863,

In document Rebels with a cause (pagina 25-33)