• No results found

2 Prijsvorming in agrofoodketens

2 Prijsvorming in agrofoodketens

3.4 Conclusies Prijsdaling

Is er sprake van een prijsdaling op consumentenniveau, waarvan men kan veronderstel- len dat die is toe te wijzen aan de supermarktoorlog? Ja, op consumentenniveau is sprake van enige prijsdaling. Het gemiddelde prijsniveau van Elstar-appels lag in 2004 ongeveer 7 procent onder dat van 2003,1

ondanks het feit dat het aanbod achterbleef bij dat in eerdere jaren. Verschillende partijen bevestigen dat de winkelprijzen van on- der andere appels zijn gedaald door de prijzenoorlog. De discounters hebben getracht de prijzen van fruit 'blijvend' in prijs te verlagen, maar vooralsnog zijn de andere su- permarkten daar niet in meegegaan. Een woordvoerder van Albert Heijn zegt dat de prijsverlagingen in agf beperkt waren omdat de supermarkt op deze producten al con- currerend was. Ook detailhandelsdeskundige Laurens Sloot van EFMI en directeur Joop Holla van GfK menen dat de prijzenoorlog niet op grote schaal wordt uitgevochten met verse fruit- en groenteproducten. De Elstar-appel kan hierop echter een uitzondering zijn, aangezien we wel een behoorlijke gemiddelde prijsdaling hebben geconstateerd. Deze daling is waarschijnlijk deels toe te wijzen aan meer reclameacties.

Op producentenniveau heeft deze prijsdaling niet geresulteerd in lagere opbrengstprij- zen. Er is sprake van twee goede jaren voor de telers. De relatief goede prijzen zijn het gevolg van een relatief beperkt aanbod in de seizoenen 2002-2003 en 2003-2004. De productie van Elstar in Duitsland, belangrijkste buitenlandse klant, is het afgelopen sei- zoen toegenomen met 22 procent, waardoor enig negatief effect op de prijs in de loop van dit jaar verwacht mag worden.

1

Rekenkundig gemiddelde van januari tot en met september om een vergelijkbare periode voor en na het begin van de prijzenoorlog te bezien, bij gebrek aan data over twee hele seizoenen.

Heeft de prijzenoorlog dan wellicht geleid tot meer import van (goedkope) appels? Dat is moeilijk te zeggen, aangezien al jaren sprake is van een stijgende import. Tussen 2000 en 2003 steeg de invoer van appels met ruim 40 procent. De hogere import is vrijwel geheel bestemd voor de re-export, en er lijkt dus nauwelijks sprake van substitu- tie van Nederlandse appels (PT, 2004).

Marktmacht

Heeft een van de partijen in de productie- en distributiekolom enige vorm van markt- macht ten opzichte van de andere partijen? Het antwoord op deze vraag is niet een- voudig. Supermarkten hebben geen grote marktmacht aan de verkoopzijde. Zij kunnen niet de verkoopprijs verhogen zonder concurrentie uit te lokken. Het bestaan van de prijzenoorlog bewijst deze stelling. Aan de inkoopzijde is het grootwinkelbedrijf sterk geconcentreerd. De grootste inkooporganisaties Albert Heijn, Laurus, Schuitema en Su- perunie hebben een aandeel van ongeveer 85 procent in de vraag door supermarkten in Nederland (Bijman et al., 2003). Daartegenover staat echter dat de verkooporganisaties ook geconcentreerd zijn. De verkooporganisaties van The Greenery en Fruitmasters be- zitten een aanzienlijk marktaandeel (tabel 3.3). Zowel de inkooporganisaties als de leve- ranciers opereren in internationale markten.

Het is echter op verschillende gronden aannemelijk dat de supermarkten minder afhan- kelijk zijn van de verkooporganisaties dan andersom. De Elstar-appels bepalen slechts een klein deel van de omzet van de supermarkten. Het stopzetten van de inkoop van Elstar-appels door een grote supermarktinkooporganisatie heeft grotere gevolgen voor de verkopende partij dan voor de inkopende partij (zie ook hoofdstuk 2; Marktmacht). Appels zijn wel gedurende een bepaalde tijd houdbaar na de pluk waardoor de produ- centen enige tijd kunnen wachten met aanbod totdat de prijzen beter zijn, met inacht- neming van een beperkte opslagcapaciteit en de daaraan verbonden kosten. Daarnaast geldt voor de grote supermarkten dat de aanvoer van fruit steeds meer geregeld is via ketensamenwerkingsverbanden. Een dreigement aan het adres van de ketenpartner heeft in dat geval grotere gevolgen. Discounters en supermarkten die geen vaste rela- ties hebben met de handelshuizen zijn gemakkelijker in staat inkoopprijsdalingen te rea- liseren.

D oorwerking van de prij zenoorlo g

Vooralsnog worden de prijsverlagingen in de supermarkt niet alleen vertaald in prijsdruk op de leveranciers. Zowel de supermarkt als de leveranciers zoeken naar manieren om kosten in de keten te besparen en de omzet te verhogen. De indruk is dat de super- markt het grootste deel van de prijsverlagingen heeft betaald. Tevens kunnen reclame- acties van het grootwinkelbedrijf in het voordeel uitpakken van leveranciers, wanneer de vraag naar appels door de lage prijs sterk toeneemt.

Kunnen wij een en ander ook verklaren aan de hand van de structuur van de aanbods- keten? Op basis van het belang van buitenlandse markten voor de appeltelers, en het feit dat de inkoopprijs van de supermarkten ongeveer 50 tot 60 procent uitmaakt van de totale consumenteneuro, schatten wij het effect van een daling van 7 procent van de consumentenprijzen van Elstar-appels op een daling van ongeveer 3 procent van de

gemiddelde telersprijs, wanneer beide partijen (inkooporganisatie en verkooporganisa-

tie) een gelijke onderhandelingsmacht bezitten (paragraaf 2.5). Deze grote doorwerking strookt echter niet met de gevonden prijsveranderingen. De effecten van de lagere con- sumentenprijzen op de vraag, in combinatie met een beperkt aanbod, hebben waar- schijnlijk een prijsopdrijvend effect gehad op producentenniveau.

4 Champignons

4.1 Inleiding

In dit hoofdstuk komt de productie- en afzetketen van verse en verwerkte champignons aan bod. Wij bekijken het prijsverloop van de champignons op af-kwekerijniveau en consumentenniveau en trekken daaruit conclusies ten aanzien van invloed van de prij- zenoorlog in de supermarkt op de opbrengstprijzen van kwekers. Om onze bevindingen te toetsen hebben wij diverse personen gesproken die de verwerkende industrie en de handel vertegenwoordigen.