• No results found

De certificatieschema’s en NEN-normen lijken de aangewezen plaatsen om invulling te geven aan eisen middelen te gebruiken bij asbestmetingen, analyses, verwijdering en dergelijke.

Op dit moment is de invulling om te komen tot een veilig gebruik van middelen onvoldoende waardoor ongewenste situaties ontstaan, zoals:

- Het is mogelijk zonder accreditatie of erkenning veiligheidsmiddelen te keuren en te certificeren, waardoor de kwaliteit niet is geborgd.

- Er zijn onvoldoende eisen gesteld aan apparatuur ten aanzien van de uitwendige reinigbaarheid, waardoor niet (goed) gereinigde asbestbesmette goederen buiten het werkgebied kunnen komen en/of blootstellingsrisico’s kunnen ontstaan bij verwisseling van bijvoorbeeld filtermaterialen.

- Er zijn onvoldoende eisen gesteld aan apparatuur ten aanzien van verwisseling van bijvoorbeeld filtermaterialen of stofzuigerzakken, waardoor blootstellingsrisico’s kunnen ontstaan.

Gezien de nieuwe grenswaarden en het extreem lage niveau daarvan is het absoluut noodzakelijk dat voorkomen wordt dat door het materieel zelf besmetting op de werkplek (en daarbuiten) kan optreden.

15 LANDELIJK ASBESTVOLGSYSTEEM, LAVS

Het Landelijk Asbestvolgsysteem is een webapplicatie waarmee opdrachtgevers regie kunnen voeren op het volledige proces van asbestverwijdering. Van inventarisatie tot en met de stort van het asbest. Het Landelijk Asbestvolgsysteem zorgt ervoor dat ketenpartners de juiste informatie hebben en volgt de wet- en regelgeving. Zo bevat het systeem een lijst van certificaathoudende asbestinventarisatie- en

verwijderingsbedrijven die kunnen worden ingehuurd.

Ook wordt de melding aan de gemeente op termijn automatisch door het Landelijk Asbestvolgsysteem verstuurd. Via het systeem is het asbestdossier voor alle ketenpartijen beschikbaar gedurende de gehele sanering. Daarnaast wordt het dossier in het systeem bewaard voor eventueel toekomstig gebruik. Het Landelijk Asbestvolgsysteem heeft als doel:

 Verbeteren van inzicht in de aanwezigheid van asbest.

 Het transparanter maken van het asbestverwijderingsproces.

 Verbeteren van de naleving van asbestregelgeving.

 Verbeteren van het toezicht op de asbestverwijdering.

 Vereenvoudigen van alle administratieve handelingen bij de asbestverwijdering.

 Vergemakkelijken van het doorlopen van wettelijke procedures.

Het Landelijk Asbestvolgsysteem is niet bedoeld om de formele opdracht tussen de verschillende partijen te verstrekken. De opdrachtgever dient dit buiten het Landelijk Asbestvolgsysteem om te regelen met het inventarisatiebureau en het asbestverwijderingsbedrijf.

De voorgaande tekst is ontleend aan de website www.lavsinfo.nl.

Omdat LAVS nog niet operationeel is en de toegang tot het systeem beperkt, is nog maar weinig ervaring opgedaan. Toch zijn er een aantal bezwaren en verbetermogelijkheden.

 LAVS werkt met elektronische herkenning (e-herkenning). Het is aan het bedrijf (inventariseerder, saneerder, laboratorium voor eindcontroles et cetera) dat toegang wil tot LAVS overgelaten of men deze e-herkenning aanvraagt op concern-, holding-, bedrijfs- of locatieniveau, afhankelijk van welk KvK-nummer men invoert. Met een e-herkenning op holding- of concernniveau wordt toegang verkregen tot informatie van alle ketenpartijen binnen het betreffende object (bouwwerk, object, kadastraal vak enzovoort). Als de ketenpartijen zich binnen een holding of concern bevinden is dus niet langer gegarandeerd dat men zich onafhankelijk gedraagt, omdat men in elke rol

(inventariseerder, eindcontrole, etc.) in het systeem kan kijken en wijzigen.

 De inventariseerder zal meestal als eerste een ‘dossier’ (locatie, bouwwerk, object) aanmaken binnen LAVS, omdat hij als eerste informatie heeft om in te voeren. De inventariseerder krijgt daarmee de mogelijkheid om het proces binnen LAVS te beïnvloeden. Hij wordt in termen van LAVS de

‘regievoerder’. Pas als de opdrachtgever/eigenaar van het pand deze rol zelf wil vervullen zal deze rol voor de inventariseerder komen te vervallen. De inventariseerder krijgt, als de

opdrachtgever/eigenaar deze rol binnen LAVS niet actief naar zich toetrekt, daarmee een mandaat in de keuze van de saneerder. Omdat ook inventariseerders commerciële relaties onderhouden met saneerders (of zich in één concern bevinden) wordt hun integriteit zwaar op de proef gesteld. Het is wenselijk om te allen tijde de opdrachtgever, of een partij die volledig buiten de uitvoering/keten staat, deze keuze te laten maken.

 LAVS houdt in theorie alleen de status van de verschillende processtappen bij. Op veel plekken is het echter noodzakelijk zaken te ‘accepteren’ of af te wijzen, al dan niet onder voorwaarden. Een opdrachtgever (of gemandateerde) moet bijvoorbeeld binnen het systeem de status ‘inventarisatie gedaan’ accepteren, voordat een sanering kan worden aangemeld. Bij onwil van een van de partijen kan de status dus misbruikt worden om macht mee uit te oefenen. Andere procesdeelnemers kunnen dan tenslotte niet verder.

 Aan een melding aan Gemeente (bij voorgenomen asbestsanering) moeten documenten als het inventarisatierapport worden toegevoegd. LAVS zal in de toekomst die melding automatisch doen met alle noodzakelijke/beschikbare documenten. Het is met LAVS mogelijk om alle bronnen, die in dat ene inventarisatierapport staan, in een keer te melden. Dat slechts één van alle bronnen uit het inventarisatierapport nu wordt gedaan en de rest over dertig jaar is daarbij niet meer relevant.

 Binnen LAVS kiest de asbestsaneerder het laboratorium dat de eindcontrole moet gaan doen. De opdrachtgever/eigenaar kan slechts zijn voorkeur aangeven. Dit is een ongewenste situatie. De opdrachtgever moet te allen tijde de mogelijkheid hebben een (van de saneerder) onafhankelijk laboratorium te kiezen. Het is wenselijk om de opdrachtgever altijd en in alle situaties verplicht te stellen zelf een laboratorium te laten kiezen, zodat er een onafhankelijk oordeel over de sanering kan worden gegeven.

 In LAVS wordt de risicoklasse overgenomen uit het asbestinventarisatierapport. Echter, de risicoklasse wordt niet per definitie bepaald door de inventariseerder. In artikel 4.47 van het Arbobesluit is bepaald dat, in het kader van de risicobeoordeling, ook kan worden gemeten. Als de grenswaarde niet wordt overschreden is dat per definitie risicoklasse 1. LAVS voorziet niet in deze mogelijkheid.

 Een vergelijkbaar probleem ontstaat straks als LAVS via SC530 en SC540 verplicht gesteld gaat worden. De certificatieregelingen zijn geldend voor risicoklasse 2 en 3. LAVS is dus niet van toepassing bij risicoklasse 1. De melding aan de arbeidsinspectie moet echter wel gedaan worden, maar dus buiten LAVS om? Saneringen in risicoklasse 1 mogen door elke aannemer worden gedaan. Moet dan toch in LAVS een gecertificeerde saneerder worden gekozen? Samengevat is het

onduidelijk hoe LAVS nu en in de toekomst zal omgaan met werkzaamheden in risicoklasse 1.