• No results found

Bijlage 1: Het circus

In deze bijlage kan informatie worden gevonden over de geschiedenis van het circus, kenmerken van circus, de verschillende stromingen in circus, de positionering van verschillende

circusproducties, en de educatieve zijde van het circus.

De geschiedenis van het circus

De geschiedenis van het circus is van belang omdat deze mede bepalend is voor het hedendaagse circusveld. De toekomst is het resultaat van een contingente samenloop van omstandigheden in het

verleden – en van de omgang daarmee in het heden (Gielen en Laermans 2004, 171). Socioloog

Pascal Gielen stelt in ‘De Kunstinstitutie’ dat de geschiedenis van een institutie van belang is voor een institutie. Door zich te beroepen op haar geschiedenis kan ze zich legitimeren (2007, 32).

Het oude Egypte

In Egypte zijn muurschilderingen ontdekt van ongeveer vierduizend jaar oud. Op deze muurschilderingen staan jonglerende vrouwen uit het Oude Egypte afgebeeld. Tot op heden is deze muurschildering de oudste geaccepteerde verwijzing naar de oorsprong van

circustechnieken (Croft-Cooke en Cotes 1976, 8+14). Figuur 12.2 toont een afbeelding van de muurschildering. Echter, de schatting68 is dat de geschiedenis van de circustechniek ‘diabolo’ nog duizend of tweeduizend jaar verder gaat (What is the diabolo). Zowel bij het jongleren als diabolo spelen wordt verondersteld dat de circustechnieken in deze tijd niet zozeer gebruikt werden om een publiek te vermaken, maar puur per ter vermaak van de beoefenaar zijn.

Figuur 12.1 Een voorbeeld van een vroegere diabolo

Figuur 12.2 Jongleren vrouwen, ongeveer 4000 jaar geleden.

Romeinse tijd

Voor zover bekend volgt pas honderden jaren later de volgende ontwikkeling richting het circus. In de Romeinse Tijd krijgen circustechnieken een belangrijke plaats in de samenleving en worden ingezet ter vermaak van een publiek. Circustechnieken maken deel uit van het welbekende ‘brood en spelen’ met als doel de bevolking tevreden te houden. Historici bestempelen de Romeinse Tijd als de vroege jaren van het circus. Het circus uit deze tijd betreft het entertainment in een ronde arena, waar circus nog altijd naar vernoemd is: circus is Latijns voor ‘cirkel’. Het Romeinse circus werd gekenmerkt door gladiatoren, paardenraces, clowns en acrobaten. De ronde arena van Circus Maximus in Rome is een goed voorbeeld van deze vorm van vermaak en vandaag de dag is de ruïne een bekende toeristische trekpleister (Bolton 2004, 127-128).

Figuur 12.3 Oorsprong van de paardendressuur.

De middeleeuwen

Hoewel er nog geen sprake is van circusvoorstellingen ontwikkelen zich gedurende de middeleeuwen meer en meer circustechnieken. De narren kunnen worden vergeleken met de hedendaagse clowns terwijl ze tegelijk ook goochelaar en acrobaat waren. Tijdens feestmaaltijden vermaakten zij de gasten en koning door op tafel te dansen, spannende trucs te tonen en grappen te maken. Daarnaast was er geen middeleeuwse kermis zonder acrobaten en goochelaars te vinden en werden dwergen, reuzen en vrouwen met baarden ingezet ter vermaak. Reden hiervoor was dat er in de middeleeuwen veel verschillende dialecten werden gesproken en een acrobaat of goochelaar overal kan werken aangezien hij voor visueel vermaak zorgt (acrobaten en

goochelaars).

Philip Astley en traditioneel circus

1768 wordt gezien als het jaar van de oorsprong van het traditionele circus. De Britse legerofficier Philip Astley begint met het dresseren van zijn paarden en nodigt met succes mensen uit om tegen betaling te komen kijken. Een jaar later wordt het eerste houten (openlucht) circus gebouwd met een piste van dertien meter doorsnee. Om uitglijden van paarden te voorkomen wordt zaagsel op de grond verspreid. De paardendressuur wordt later uitgebreid met clowns, acrobaten en een ballet om een groter publiek te bereiken. De grondlegger van het circusgenre begon hiermee ook direct met het innoveren van het genre (Reus 2013, 1).

Figuur 12.4 Productie van Philip Astley (Londen, 1808)

In de 19e eeuw ontstaan, als reactie op Philip Astley, (familie)circussen in Engeland en Frankrijk. Tegelijkertijd ontstaat in Amerika in 1830 het eerste nomadische circus, een ontwikkeling die in Europa tot 1850 op zich laat wachten. Met de komst van de circustent worden de wilde dieren in het circus geherintroduceerd,69 met onder andere de eerste leeuwenact in 1863. Ook hogeschool en fietsacts ontstaan in de 19e eeuw (Reus 2013, 2). Vanaf het startschot voor traditioneel circus in de 19e eeuw tot vandaag de dag reizen vele traditionele circussen de wereld over.

Aan het begin van de 20e eeuw zijn vooral sensatie acts populair (Reus, 3).70 Daarnaast doen in de eerste helft van de 20e eeuw familiecircussen ook vaak kermissen aan. Er werd daarbij vaak een gratis voorproefje op de show gegeven in de vorm van een parade door de stad. Door de tweede wereldoorlog verdwijnt het circus van de kermis en keert daar niet weer terug (de Poorter 2012, 32).

Naar het circustheater

Van 1950 tot 1980 krijgt circus weinig aandacht. De traditionele circussen trekken met hun tent rond, maar de aandacht van het grote publiek ligt bij andere podiumkunsten (Simonin 2010, 5). Mede hierdoor beginnen pioniers rond de jaren zeventig met de ontwikkeling richting circustheater. Dit zorgt voor een opleving van het circus. Vanaf dit moment beginnen binnen het circus voor het eerst verschillende stromingen naast elkaar zichtbaar te worden. Frankrijk wordt hierbij gezien als de bakermat van het circustheater, waarbij ‘Le Grand Magic Circus’ van Jérôme Savary wordt gezien als een voorloper (Bolton 2004, 145). Ook het straattheater ontwikkelt zich, met clowns die in de jaren ’70 op straat mime gaan spelen. Daarnaast wordt het punkcircus ‘Circus Archaos’ door veel mensen als een begin van iets nieuws gezien. Al deze ontwikkelingen kwamen voort uit de drive van circusartiesten- en regisseurs om te vernieuwen. Het ‘rapport circustheater’ schetst daarnaast dat er ook buiten Frankrijk ontwikkelingen richting circustheater plaatsvinden. Anders dan in Frankrijk worden deze in eerste instantie slechts voorzichtig positief ontvangen.

Cirque du Soleil voert in 1990 haar eerste productie op in Europa. Het eerste optreden, in Barcelona, wordt matig ontvangen met slechts 200 bezoekers. In 1992 wordt voor het eerst een

69 In de Romeinse Tijd werden wilde dieren als leeuwen en tijgers al ingezet tijdens de gladioterenspelen. 70 Zoals het levens kanonskogel of acts met auto’s en fietsen.

echte circustheaterproductie in Nederland opgevoerd, met een productie van Cirque Plume in Utrecht (Reus 2011).

Hoewel het publiek moet wennen aan de vernieuwing binnen het circus stappen regisseurs en artiesten vanaf 1970 steeds verder van het traditionele circus af en ontstaat er een hedendaagse exponent van circus: het circustheater (Snijders 2011, 10).

Hoewel het hedendaagse imago van circus door haar geschiedenis goed aansluit bij traditioneel circus stellen kunstsociologen Michael Hardt en Antonio Nergidat het bevorderlijk is niet alleen op het verleden gericht te zijn, maar ook op de toekomst. Gewoonten (traditioneel circus) vormen volgens hen de gemeenschappelijke basis waarop alle scheppende handelingen plaatsvinden en verder kunnen worden ontwikkeld. Of, zoals socioloog Pierre Bourdieu stelt: wanneer innovatie (circustheater) wordt binnengelaten wordt een nieuw tijdperk voor de gehele institutie

aangekondigd. Echter kan ook, zoals Bruno Latour stelt, beweerd worden dat de traditie van een institutie voortdurend wordt hergebruikt, al is het constant op een andere manier. Er kan dus gesteld worden dat de kern van circus altijd hetzelfde blijft, hoever de verschillende stromingen soms ook uit elkaar lijken te liggen (Gielen2007, 34).

Gemeenschappelijke kenmerken van circus

Alvorens de kenmerken van traditioneel circus en circustheater, de twee stromingen binnen het circus, uiteen te zetten wordt de raad van de directeur van circuscentrum Vlaanderen, Koen Allary, om de gemeenschappelijke kenmerken van circus te behandelen opgevolgd.

Het is ook tekenend dat er met betrekking tot circus steeds wordt gesproken over hedendaagse en traditioneel circus. Laat ons gewoon over circus praten, want over deze gezamenlijke liefde gaat het toch (2012, p.4).

Virtuositeit

Circus is een fysieke kunstvorm waarbij het lichaam centraal staat en virtuositeit een noodzakelijk basiselement is (Kok 2010, 1). Het lichaam wordt ingezet als taal om een productie mee tot leven te brengen en circustechnieken mee te tonen (Snijders 2011, 13). Doordat circus niet gebonden is aan het talige stelt Marc Maillard dat de markt breed is en er op vele manieren virtuositeit gecreëerd kan worden (Lievens 2012, 7).

Overdrijven en overstijgen

Circus is een zoektocht naar kunde (techniek). Deze kunde wordt ingezet om de artiesten keer op keer zichzelf te laten overstijgen en steeds verder te gaan (Lievens 2012, 7). De zoektocht naar kunde is daarnaast gerelateerd aan overdrijven:

Circus is overdrijven. Je loopt niet gewoon over het podium, maar je maakt allemaal salto’s. Je doet er niet een, maar het liefst drie. Alles is glitters, maar dan echte glitters. Kleine mannetjes zijn echt klein, en grote echt groot. Daarmee creëer je een wereld die mensen als prettig ervaren. Voor mensen zijn het dromen en is het fantastisch om te zien wat die dromen echt kunnen (Marco

Spektakel, gevaar en risico

Fysiek gevaar en spektakel zijn nauw verbonden overdrijven en -stijgen. Publiek ziet liever een dubbele salto dan een enkele (Kok 2010, 1). Het risico in circus is echt wat maakt dat het ‘doen’ centraal staat.

Hierdoor sluit circus goed aan bij de directe emoties en gevoelens van verbazing en verwondering (Laveyne 2011, 38).

Als we aan circus denken, verschijnt als vanzelf een aaneenschakeling van spectaculaire beelden en lichamen voor ons geestesoog. Circus staat gelijk aan avontuur, fysiek gevaar en het nemen van bijna bovenmenselijke risico’s (Lievens 2011, 18).

Mensen zijn collectief verslaafd aan de kick van het avontuur en risico, aldus cultuurfilosoof Lieven de Cauter. Het lijkt een soort dierlijke behoefte van de mens, die wordt bevredigd wanneer een circusvoorstelling wordt bezocht. Wanneer het risico in het circus tot het minimum wordt

gereduceerd wordt circus beroofd van zijn eerst primaire dramaturgie, die van de concrete en echte verbinding met de dood. Circus wordt dan ook niet voor niets beschouwd als een esthetiek van het risico (Lievens 2011, 18-20).

Verbeelding

Kunst staat erom bekend het publiek mee te willen nemen in een zoektocht naar de verbeelding (van Maanen 2010). Circus lijkt grenzeloos en de verbeeldingskracht speelt een grote rol.

Virtuositeit is daarbij de basis. De artiest moet hierin echter niet te ver doorslaan: een balans tussen techniek en performance moet zichtbaar zijn (Lievens 2012, 7). Of zoals Marc Maillard het in het artikel van Bauke Lievens verwoordt: Circus heeft het magische realisme, het balanceren tussen

het ongeloof en het geloof. Is die er niet, dan krijg je een soort ongeloofwaardig twilight gevoel

(2012, 7).

Karakters (de clown, de acrobaat)

Hoewel de invulling van een circusvoorstelling kan verschillen zijn er een aantal karakters vrijwel altijd terug te vinden: de clown en de acrobaat. De typische circusclown met de rode neus, grote flapschoenen en de bewuste keuze het publiek aan het lachen te maken speelt vooral in het traditionele circus een rol van betekenis. In het circustheater is het lastiger een clown aan te wijzen en moet de clown niet als op een zichzelf staand karakter worden beschouwd. Het gaat hier meer om de komische noot in de productie of een personage dat onbedoeld humoristisch is. In vrijwel elke circusproductie is een komisch element aanwezig, zelfs in de circustheaterproducties waar men eigenlijk niet om hoort te lachen.71

Gezien het feit dat het bij circus gaat om de virtuositeit van het lichaam kent elke circusproductie acrobaten en zou gesteld kunnen worden dat deze centraal staan in een productie. Acrobaten zijn artiesten die met hun lichaamsbeheersing en behendigheid het publiek weten te boeien. Vanuit de gedachten van het publiek kan de positie van een acrobaat in een enkele zin eenvoudig worden omschreven: ik heb hetzelfde lichaam, maar ik kan dat niet (Ronaldo 2012, 13).

71 Het publiek heeft tijdens de voorstelling Extremités van Cirque Inextremiste moeite het lachen in te houden. Veel komische aspecten komen langs terwijl gedurende de voorstelling een deels verlamde acrobaat in een rolstoel volop wordt getreiterd.

Opsomming

Om de paragraaf overzichtelijk samen te vatten is ervoor gekozen alle noodzakelijke voorwaarden in een tabel weer te geven.

Kenmerk Verduidelijking

Virtuositeit Extreme technische vaardigheid

Lichaam als taal Techniek van het lichaam als idioom/vocabulaire Overdrijven en overstijgen Grootsheid en steeds weer verder gaan

Verbeelding Balans tussen geloof en ongeloof: magisch realisme

Spektakel, gevaar, en risico Esthetiek van het risico en reëel gevaar Karakters: de clown, de acrobaat Komische en lichamelijk technische artiesten

‘Doen’ Realisme en niet doen alsof

Gebruik van circustechnieken en objecten Koorddansen, jongleren, acrobatiek, trapeze

Figuur 12.5 Kenmerken van circus.

Traditioneel circus

Nu de algemene kenmerken van circus uiteen zijn gezet kan worden ingegaan op de specifieke kenmerken per stroming. In deze paragraaf wordt een beeld geschetst van de kenmerken van het traditionele circus.

Structuur

Dramaturgisch gezien kan worden gesteld dat een traditionele circusproductie wordt opgebouwd volgens een standaard structuur. De basistaal van het traditionele circus bestaat uit een

opeenvolging van stabiele momenten (circustechnieken), die keer op keer bewust doorbroken worden (Snijders 2011, 12). Het gaat om losse acts (circustechnieken) die van elkaar worden gescheiden door de aankondiging van een spreekstalmeester (Galen 2007, 3). De artiesten hebben een constante glimlach en proberen elk moment te schitteren (Devens 2012, 31).

Ook de circusacts zelf kennen een vaste structuur. De acts zijn gebaseerd op circustechnieken en worden opgebouwd op basis van moeilijkheid. De meest gevaarlijke en spectaculaire truc zit aan het eind van de act. Levens worden op het spel gezet en er bestaat een angst voor mislukking. Het ritme en de spanningsboog van de voorstelling zijn hier openlijk op gebaseerd. Circusartiesten doen vaak net alsof ze een beweging niet beheersen waardoor de spanning wordt verhoogd. In het traditionele circus komt men daardoor oog in oog te staan met de dood (Lievens 2011, 18-20).

Aankleding - tent

Vanaf halverwege de 19e eeuw beginnen de circussen met reizen. Het is deze vorm van circus die vandaag de dag bekend staat als traditioneel circus. Aangekomen in de stad wordt de tent

opgebouwd en worden de caravans op hun plaats gezet. Traditionele circusartiesten leiden dus een nomadisch bestaan (Snijders 2011, 12). Bij traditioneel circus worden producties opgevoerd in een piste en zit het publiek aan alle kanten behalve de achterkant (Brown 2001, 100+142). De ring van de piste bestaat uit een houten verhoging of hooibalen en de piste zelf is bezaaid met zaagsel. Wanneer er geen dieren in de piste zijn wordt er dikwijls een pistekleed over het hooi gelegd. Boven

de artiesteningang bevindt zich de orkestbak vanwaar het orkest de circusartiesten begeleid. In de foyer van de circustent kunnen versnaperingen als popcorn en suikerspinnen worden gekocht.

Figuur 12.6 De circuspiste

Aankleding - kostuums

Glitter en glamour staan centraal in de kostuums van traditionele circusartiesten (Devens 2012, 13). Het belangrijkste aspect van de kostuums is dat het veilig is en de artiesten er goed in kunnen bewegen. Daarnaast is het van belang dat het publiek het lichaam goed kan zien zodat er geen twijfel over de echtheid van de circuskunsten kan ontstaan. Wanneer puur wordt gekeken naar de kostuums van de traditionele circusartiesten kan een behoorlijke inschatting van de bijbehorende circustechniek worden gemaakt. Zo is de traditionele acrobaat vaak gekleed in een strak kostuum (turnpakjes / catsuits) waarbij dikwijls veel bloot te zien is (zie figuur 12.7). Voor de mannen kan dit een ontbloot bovenlichaam betekenen, bij de vrouwen blote armen en benen. Jongleurs en

dierentemmers gaan vaak gekleed in losser vallende kostuums met de nodige glitters. De clowns dragen vanzelfsprekend een herkenbaar kostuum en hebben daarbij een geschminkt gezicht met een rode neus.

Figuur 12.7 Kostuums van mannelijke en vrouwelijke acrobaten in het traditionele circus.

Dieren

Een ander kenmerk van traditioneel circus is dat er naast menselijke artiesten ook dieren worden ingezet voor het tonen van technieken (Snijders 2011, 12). Waar van oorsprong vooral paarden werden ingezet zijn in het hedendaagse traditionele circus veel verschillende dieren te vinden: paarden, tijgers, leeuwen, zeeleeuwen, honden, katten, kamelen, slangen enzovoorts. Echter, er is

een kentering gaande in de acceptatie van dieren in circus. Zo zijn acts met beren al langere tijd verboden en worden dieren als tijgers en olifanten ook steeds minder ingezet. Aangezien de acceptatie om dieren kunsten te laten tonen de laatste jaren steeds feller wordt, houden

verschillende traditionele circussen als Herman Renz hun deuren open zodat iedereen kan zien dat de dieren goed verzorgd worden (Vermeylen 2012, 23). Wilde dieren als olifanten en leeuwen zie je door de landelijke discussies minder en minder in de Nederlandse circussen.

Familie

Veel traditionele circussen zijn familiecircussen die generatie op generatie worden overgenomen. De naamgeving van de meeste familiecircussen is dan ook simpel gekozen: de achter- en soms voornaam van de initiator.72 Kinderen van circusartiesten hebben vaak al op jonge leeftijd een rol in het circus. Daarnaast krijgen ze, omdat ze een nomadisch bestaan leven, les in een meereizende school. In familiecircussen hebben de verschillende artiesten vaak meerdere acts waardoor met een kleine groep artiesten toch een volledig programma kan worden opgevoerd (Visser 2011, 10).

Opsomming

Om de paragraaf overzichtelijk samen te vatten is ervoor gekozen alle noodzakelijke voorwaarden in onderstaande tabel weer te geven.

Kenmerk Verduidelijking

Structuur: show Aaneenschakeling van losse acts

Structuur: act Toewerken naar technische climax

Puur circustechnieken Demonstreren van virtuositeit: het kunnen

Gevaar en risico Fysiek gevaar en valrisico

Aankleding: tent Nomadisch, piste, live-orkest, zaagsel, popcorn

Aankleding: kostuums Glitter en glamour

Dieren Dieren die kun kunsten tonen

Familie Artiesten familie van elkaar

Figuur 12.8 Kenmerken van traditioneel circus.

Circustheater

Terminologie

Al sinds het ontstaan van circustheater zijn er verschillende benamingen voor deze circusstroming: nieuw circus, modern circus, cirque nouveau, experimenteel circus en circustheater. Zowel de woorden ‘nieuw’ als ‘modern’ en ‘experimenteel’ duiden op innovatie en vernieuwing als

onderscheidend karakter. Dit veronderstelt dat traditioneel circus niet in staat is tot vernieuwing en circustheater de enige stroming is met ruimte voor cross-overs. Echter, al in de middeleeuwen stonden de artiesten de ene dag op de markt en de andere dag in de troonzaal (Laveyne 2011, 14). Daarnaast maakt een dergelijke term als ‘nieuw’ het lastig om tot een dekkende terminologie voor eventueel opvolgende stromingen te komen. Wordt dat dan het nieuwe circus en krijgt dat wat het nieuwe circus eerst was een andere benaming? Natuurlijk is ook circustheater een benaming die de lading in eerste instantie niet geheel lijkt te dekken. Circustheater gebruikt tenslotte ook elementen

uit andere podiumkunsten dan theater. Wanneer echter van de brede definitie van de theatrale discipline uit wordt gegaan73 is de benaming circustheater geschikter dan de benamingen die de nadruk op de innovatie en vernieuwing leggen: dit is tenslotte iets dat elke nieuwe stroming doet en altijd zal blijven doen.

Structuur

Het meest duidelijke onderscheid tussen traditioneel circus en circustheater is te vinden in de structuur. De structuur van een circustheaterproductie vormt zich langs de dramatische structuur uit het theater. Er wordt een dramaturgisch verhaal uitgespeeld met een begin, midden, climax en einde. Deze structuur zorgt voor een vermenging met andere kunstvormen en maakt dat circustheater meer is dan een aaneenschakeling van losse acts (Lievens 2011, 3). In het

circustheater worden circustechnieken gebruikt als een taal om een verhaal mee te vertellen: een idioom. Dit idioom maakt dat met circustechnieken naar een inhoudelijke climax kan worden toegewerkt (Snijders 2011, 20).

Multidisciplinair

Een belangrijk kenmerk van circustheater is multidisciplinairiteit. In het circustheater werkt circus samen met andere kunstdisciplines. Circustheater groeit volgens Wim Claessen uit tot de ultieme cross-over in de podiumkunsten.

Circus heeft laten zien zich te kunnen vernieuwen en haar voordeel te doen met ontwikkelingen in