Bijdragen aan een aantrekkelijk en hoogwaardig verblijfsklimaat en buitenruimte in de stad Het vijfde SUMP doel is gericht op de afstemming van de ruimtelijke ordening met het

mobiliteitsbeleid. Het is de intentie dat de leefbaarheid en het verblijfsklimaat binnen en buiten de stad behouden blijft.

De aandacht die in het GVVP uitgaat naar de onderdelen van de leefbaarheidsdoelstelling is beperkt. Wel wordt het belang een goede inpassing met het bestaande stedelijke patroon ingezien. Hiermee wordt een poging gedaan de problemen met betrekking tot oriëntatie, beleving en barrièrewerking te doen laten afnemen.

Goede inpassing van infrastructuur in het stedelijk weefsel. Problemen met oriëntatie, beleving en barrièrewerking worden verminderd. Onder meer door de introductie van stadsstraten en busstroken. Maar ook door de oversteekbaarheid van bijvoorbeeld busbanen te vergroten en de infrastructuur meer bij de gebouwde omgeving te betrekken. (GVVP Almere deel 2, 2012, p.7).

De aspecten die in bovenstaand citaat naar voren komen, slaan terug op een betere afstemming tussen infrastructuur en de bestaande omgeving. Het is echter de vraag of dit citaat direct aan de eigenschappen van het vijfde SUMP doel gekoppeld kan worden, of dat het beter past bij de veiligheidsdoelstelling.

“In het bestaand stedelijk gebied zijn kleine veranderingen mogelijk waardoor voornamelijk dingen op het gebied van sociale veiligheid en oriëntatie zijn te winnen” (GVVP Almere deel 2, 2012, p.65). In de realisatie van infrastructuur in de komende jaren, ziet de gemeente kansen in organische gebiedsontwikkeling. Daarmee geeft ze ruimte aan de markt om bij te dragen aan het verzorgen van goede infrastructuur dat past bij de context waarin deze wordt gerealiseerd.

“Verzorgen van een goede hoofdinfrastructuur ondersteunend aan organische groei: Samen optrekken met de markt in realisatie van infrastructuur“ (GVVP Almere deel 2, 2012, p.7).

“Er is letterlijk en figuurlijk meer ruimte voor de markt. De overheid maakt initiatieven mogelijk, geeft richting, schept kaders en voorziet in het juiste instrumentarium om initiatieven tot stand te laten komen. Bestaande hoofdinfrastructuur en reserveringen het vertrekpunt voor organische

gebiedsontwikkeling waarbij lokale infrastructuur zoveel mogelijk door private initiatiefnemers wordt gemaakt en beheerd ”(GVVP Almere deel 2, 2012, p.65).

De rol die de overheid inneemt in de markt gestuurde ontwikkeling van infrastructuur is passief, maar is daarmee het enige onderdeel in het GVVP dat gekoppeld kan worden aan de vijfde SUMP doelstelling. Om de ontwikkeling via de markt te reguleren, stelt het GVVP dat niet alle locaties zich evengoed lenen voor een oplossing via de markt. Daarom moet onderscheid worden gemaakt naar bebouwingsdichtheden per locatie. In het GVVP wordt een schema weergegeven, waar oplossingen en maatregelen op basis van bebouwingsdichtheid, worden afgezet tegen de verschillende

Tabel 33. Schema gebiedsgerichte oplossingen en maatregelen per vervoersmiddel uit GVVP Almere. (GVVP Almere, deel 2, p.66).

Het schema toont de gewenste afstemming van vervoersmiddelen en maatregelen die passen bij de specifieke bebouwingsdichtheden. Dit vormt een overweging van mobiliteitsoplossingen ten opzichte van de ruimtelijke ordening. Opgemerkt moet worden dat dezelfde keuzes voor zowel gebieden met een gemiddelde als met een hoge dichtheid worden gemaakt.

Dit sluit in essentie aan op de vijfde SUMP doelstellingen, echter moet opgemerkt worden dat uitwerking van de maatregelen hoofdzakelijk gericht lijkt te zijn op het verbeteren van veiligheid. Er wordt in het GVVP geen nadrukkelijke uitwerking gegeven aan het behoud van leefbaarheid als onderdeel van het mobiliteitsbeleid.

Aansluiting tot SUMP doel ‘leefbaarheid’

Specifiek Het GVVP heeft aandacht voor de manier waarop ruimtelijke ordening en het

mobiliteitsbeleid met elkaar verweven zouden moeten worden. Hiertoe wordt een tabel uitgewerkt, waarbij gebiedsgerichte oplossingen per vervoersmiddel worden genoemd. Daarbij moet worden opgemerkt dat de nadruk bij de maatregelen die naar voren komen, voornamelijk gekoppeld kunnen worden aan het verbeteren van de veiligheid. Er is in het GVVP geen specifieke formulering voor het behoud van leefbaarheid in de stad, op basis van het mobiliteitsbeleid. Er kan wel beredeneerd worden dat de maatregelen die genomen worden hier indirect aan bijdragen.

Meetbaar Maatregelen voor het inpassen van mobiliteitsbeleid in de bestaande stedelijke structuur, dragen voornamelijk bij aan de veiligheid en beargumenteerd kan worden ook dat dit ook indirect aan de leefbaarheid bijdraagt. Dit stelt de mogelijkheid om de uitwerking van een gewenste eindsituatie in te schatten. Het beleid formuleert echter geen concrete maatregelen gericht op het behoud van leefbaarheid, waarmee moet worden vastgesteld dat er geen sprake is van een meetbare component in relatie tot het leefbaarheidsdoel.

Acceptabel In relatie tot de vijfde SUMP doelstelling is het goed dat er een gebiedsgerichte aanpak van maatregelen met betrekking tot infrastructuur wordt uitgewerkt. Echter is er geen sprake van een concrete formulering gericht op het behoud van de leefbaarheid op basis van deze uitwerking. Dit draagt namelijk voornamelijk bij aan het verbeteren van de veiligheid. Er is geen acceptabele uitwerking van het behoud van leefbaarheid in het GVVP.

Relevant Uit de manier waarop het GVVP de afstemming tussen mobiliteitsbeleid met ruimtelijke ordening, kan niet worden opgemaakt dat maatregelen effectief zullen bijdragen aan het behoud van de leefbaarheid in de stad. Er is in die zin geen relevante formulering gegeven.

Tijdsgebonden Er wordt in het kader van het behoud van leefbaarheid in de stad geen tijdsindicatie geformuleerd.

In relatie tot het vijfde SUMP doel, moet voor het GVVP worden vastgesteld dat er geen aansluiting is te vinden in de formulering van het beleid. Maatregelen die naar voren komen hebben mogelijk een indirect effect, maar er is geen sprake van een overtuigende invulling van de inhoud van de SUMP richtlijn.

SMART Invulling SUMP doel ‘leefbaarheid’

SMART Criterium

Omschrijving Score Uitwerking

Specifiek Is het doel duidelijk en begrijpelijk

geformuleerd?

-- Aandacht voor afstemming ruimtelijke ordening en mobiliteitsbeleid. Geen concrete formulering ten behoeve van het behoud van leefbaarheid

Meetbaar Het document stelt vast hoe de gewenste nieuwe situatie gericht op leefbaarheid wordt uitgewerkt

-- Het beleid formuleert geen concrete visie gericht op het behoud van leefbaarheid

Acceptabel Beleidsdocument heeft aandacht voor mogelijke conflicten tussen voorgesteld beleid en bestaande kaders en

normeringen

-- Er wordt een gebiedsgericht beleid

geformuleerd, waarbij ruimtelijke ordening en mobiliteit in verband worden gebracht. Echter is dit hoofdzakelijk gericht op veiligheid en wordt niet gekeken naar beperkingen of normeren met betrekking tot leefbaarheid

Relevant Het beleid draagt effectief bij aan het behalen van het doel gericht op

leefbaarheid

-- Uit de manier waarop het GVVP de afstemming tussen mobiliteitsbeleid met ruimtelijke ordening, kan niet worden opgemaakt dat maatregelen effectief zullen bijdragen aan het behoud van de leefbaarheid in de stad.

Tijdsgebonden

Wat is het tijdsframe waarbinnen de beleidsuitwerking wordt gerealiseerd?

-- Er wordt in het kader van het behoud van leefbaarheid in de stad geen tijdsindicatie geformuleerd.