• No results found

3. De evaluatie van de sociale dimensie

3.2 De evaluatie van de sociale dimensie in de theorie

3.2.3 Andere sociale effecten

In de festivalliteratuur wordt niet alleen de ontwikkeling van sociaal kapitaal gezien als een impact van festivals, maar ook worden er andere sociale effecten genoemd. Zo doet Reid in Identifying sociale consequences of rural events (2007) literatuuronderzoek naar de sociale effecten van landelijke evenementen (gebaseerd op o.a. Delamere 2001; Fredline et al. 2003; Small et al. 2005). Daarbij voert ze zelf kwalitatief onderzoek uit om aanvullingen te kunnen doen op de reeds bekende effecten. Sociale effecten hebben volgens Reid betrekking op zaken omtrent levenskwaliteit, zoals sociale stratificatie, houdingen, overtuigingen, waarden en levensstijlen van gemeenschappen waarin evenementen plaatsvinden. Het zijn de gevolgen van waargenomen veranderingen in waardesystemen, individueel gedrag, familierelaties, collectieve levensstijlen, veiligheidsniveaus, moreel gedrag en gemeenschapsorganisaties. Deze veranderingen kunnen optreden als het resultaat van de kennismaking met vreemde culturen, zeden en waarden die mogelijk conflicteren met de gevestigde cultuur en ze kunnen zowel een positief als negatief effect hebben. Om de huidige lijst van sociale effecten aan te vullen, hield Reid interviews met de belanghebbenden bij een aantal evenementen in Groot-Brittannië. Respondenten identificeerden sociale effecten op zowel gemeenschaps- als individueel niveau en Reid deelt ze op in vijf domeinen, namelijk het domein van netwerken en interacties, het

81 emotioneel domein, het leer- en ontwikkelingsdomein, het sociaaleconomisch domein en het fysieke domein. Het domein van netwerken en interacties is belangrijk voor het beschouwen van de sociale relaties die bijdragen aan de ontwikkeling van sociaal kapitaal en het emotioneel domein geeft samen met het leer- en ontwikkelingsdomein indicatoren voor impact op gemeenschapsontwikkeling. In tabel 7 worden de effecten weergegeven.

Tabel 7: Sociale effecten van landelijke evenementen (Reid 2007, p. 94).

De consequenties verschaffen (sub)thema’s voor het meten en evalueren van de sociale impact van festivals en evenementen. Dat is ook waarmee Viviers en Slabbert zich bezighouden in Towards an Instrument Measuring Community Perceptions of the Impacts of Festivals (2012). De auteurs beschouwen sociaal-culturele impacts van festivals als veranderingen in waardesystemen, normen, overtuigingen, percepties, zeden en gedrag en alle andere impacts die de levenskwaliteit van gastgemeenschappen beïnvloeden. Culturele festival kunnen die veranderingen teweeg brengen, omdat ze werken op het niveau van de perceptie. Die perceptie wordt uitgedaagd bij een kunstzinnige beleving, waardoor er verandering plaatsvindt. Er zijn verschillende impacts op sociaal-cultureel gebied te onderscheiden, die zowel een positief als negatief effect kunnen hebben. De auteurs maken een compilatie aan de hand van literatuuronderzoek en suggereren dat de sociale impactelementen kunnen worden

6 Komt overeen met de theorie van gemeenschapsrevitalisatie van McCarthy (2004).

Domein van netwerken en interacties Emotioneel domein Leer- en

ontwikkelingsdomein Gemeenschapsniveau: Participatie/betrokkenheid Eenheid/toebehoren/gemeenschapsgevo el Relaties Vertrouwen/respect Communicatie/roddels Gemeenschapsontwikkeling/verleiden van mensen om te blijven of te

vertrekken Sociale barrières

Mogelijkheden voor socialisatie

Gemeenschapsniveau: Entertainment/atmosfeer/gevo el van gelegenheid Motivatie Gemeenschapszin/trots Tradities/waarden Morele boost Gemeenschapssteun/eigendom Identiteit Gemeenschapsniveau:6 Bewustzijn van/gebruiken van gemeenschapsvaardighede n en –hulpbronnen. Leiderschap Verandering Individueel niveau: Mogelijkheden om te

socialiseren/interacteren met anderen Relaties/vertrouwen/respect

Doorbreken van barrières/accepteren van anderen

Eenheid/toebehoren Betrokkenheid

Mensen verleiden om te blijven

Individueel niveau: Loslaten van stress en spanning/leren van nieuwe vaardigheden

Motivatie Trots

Verwant zijn met succes Eigendom Morele boots Identiteit Individueel niveau: Werkgelegenheid Gevoel van succes/vertrouwen Leiderschap Veranderende houdingen Bewustzijn van/gebruiken van vaardigheden en hulpbronnen.

82 onderverdeeld in gemeenschapsfaciliteiten, activiteiten, morele waarden en gemeenschapsmogelijkheden.

3.2.4 Tussenconclusie

In deze paragraaf is de stand van zaken van onderzoek naar de evaluatie van de sociale impact van cultuur besproken. Er zijn verschillende oorzaken aangedragen voor de beperkte hoeveelheid onderzoek naar sociale impactevaluatie en methoden daarvoor. Behalve hóe, is het lastig wát er precies moet worden gemeten, maar Ramsey White en Rentschler (2005) concluderen dat in veel onderzoeken het begrip sociale impact ondanks het gebrek aan een definitie wel hetzelfde wordt geïnterpreteerd. Het is dan ook maar de vraag of het ontbreken van een definitie zo problematisch is als het lijkt. De vijf thema’s die Ramsey White en Rentschler vaststelden voor het beschouwen van sociale impact, –gezondheid en welzijn, sociale inclusie en cohesie, gemeenschapsidentiteit, gemeenschapsversterking en educatie en leren–, geven aan dat de sociale dimensie behoorlijk breed en gelaagd is. Daar komt bij dat sociale impacts zich op zowel persoonlijk als collectief niveau kunnen voordoen, er vindt dan een translatie plaats.

Met het concept sociaal kapitaal is inzicht gegeven in de vraag hoe die translatie van sociale impacts op persoonlijk naar collectief niveau kan worden gemaakt. Er is uitgelegd dat cultuurbeleving kan helpen bij de opbouw van zowel bonding als bridging sociaal kapitaal: enerzijds wordt de gemeenschapsidentiteit bevestigd bij cultuurbeleving en anderzijds wordt er kennis gemaakt met nieuwe identiteiten wanneer mensen met verschillende achtergronden bij elkaar komen. De hoofddoelstelling van Leeuwarden 2018 kan in feite ook in deze termen worden gevat: het bestaande bonding sociaal kapitaal in Friesland, gevat in het idee van Mienskip, moet worden omgezet in bridging sociaal kapitaal om tot een meer open Mienskip te komen. Dat is heel goed mogelijk, omdat bonding sociaal kapitaal een voorwaarde is om tot bridging sociaal kapitaal te komen.

Hoewel in de publicaties van alle auteurs diverse indicatoren worden genoemd voor het in kaart brengen van de ontwikkeling van sociaal kapitaal in een gemeenschap, zijn er vergelijkingen te trekken tussen de elementen en zodoende kunnen er drie belangrijke thema’s kunnen worden geïdentificeerd. Het eerste thema waarmee de ontwikkeling van sociaal kapitaal kan worden geduid, is de opbouw van relaties en betrekkingen in een gemeenschap (1). Arcodia en Whitford (2006) noemen het gemeenschapshulpbronnen en diverse auteurs waaronder Wilks (2011) en Van den Hoogen (2010; 2012) verwijzen naar de concepten bonding (strong ties) en bridging

83 (weak ties) sociaal kapitaal van Putnam. Het tweede terugkerende thema waarmee wordt gewerkt aan de opbouw van sociaal kapitaal is sociale cohesie (2). Voor zowel Arcodia en Whitford (2006), Kelly en Kelly (2000) in Robertson et al. (2009), Van den Hoogen (2010; 2012) als Wilks (2011) staat dit expliciet in verband met de ontwikkeling van sociaal kapitaal. Het derde terugkerende thema is verbonden aan de culturele aard van festivals en kan onder de noemer culturele participatie (3) worden geschaard. Het staat centraal bij publieke viering zoals omschreven door Arcodia en Whitford (2006) en ook kan er een vergelijking worden getrokken met de indicator recreatieve mogelijkheden en overdracht van kennis uit Robertson et al. (2009) en kunstparticipatie van Wilks (2011). Festivals stellen mensen in staat te participeren in een (culturele) activiteit die een gevoel van gemeenschapsviering opwekt, waardoor banden worden versterkt en mensen verenigd. Maar behalve positieve sociale effecten zoals de ontwikkeling van sociaal kapitaal, kunnen culturele festivals ook negatieve impacts op sociaal gebied veroorzaken. Die hoeven niet per se het gevolg zijn van het festival zelf en de ervaring van het publiek, maar ze kunnen ook veroorzaakt worden door de organisatie van het evenement. Hierop wijzen Arcodia en Whitford (2006) wanneer zij stellen dat het management veel invloed heeft op het beperken van eventuele negatieve gevolgen die festivals met zich mee kunnen brengen. Bij negatieve impacts kan worden gedacht aan geluidsoverlast, drukte en overtredingen maar ook aan het vergroten van verschillen tussen groepen mensen in plaats van het stimuleren van de sociale cohesie. Juist door goed te organiseren, kunnen negatieve effecten voor de gemeenschap worden beperkt en positieve versterkt.

Festivalspecifiek is er in deze paragraaf als laatste nog een aantal artikelen aangehaald waarin uiteenlopende sociaal-culturele impacts van festivals zijn onderscheiden (Reid 2007; Viviers en Slabbert 2012). De auteurs spreken bij sociale effecten door cultuur van veranderingen in waardesystemen, overtuigingen en waarden. Cultuurbelevenis heeft de potentie hier invloed op uit te oefenen, omdat het werkt op het niveau van de perceptie. Cultuur daagt die perceptie uit en kan zo verandering teweeg brengen. Het gaat in feite om het creëren van meer begrip en tolerantie en dat is relevant voor Leeuwarden 2018, omdat zij in een groot deel van haar programma munt op interculturele empathie. De bruikbaarheid van de uitgelichte thema’s en indicatoren voor het beschouwen van sociaal-culturele impact van Reid (2007) en Viviers en Slabbert (2012) kan per evenement worden bekeken. De gewichtigheid van elk element bepalen Viviers en Slabbert zelf door middel van factoranalyse, iets wat voor Leeuwarden 2018 ook zou kunnen plaatsvinden.

84