• No results found

Algemene verschillen tussen de danssector en het MKB 1 Dansondernemers net een ander soort

In document De Nederlandse danssector (pagina 97-101)

Gebruik flexibele arbeid, clusters danssector

6 Conclusies en aanbevelingen

6.1 Algemene verschillen tussen de danssector en het MKB 1 Dansondernemers net een ander soort

De dansondernemers zijn net een ander soort ondernemer dan ondernemers in het MKB. Het zijn jonge, hoogopgeleide ondernemers, waarvan ruim de helft een Hbo- opleiding heeft gedaan. Dit kan te maken hebben met het feit dat de kunstvakoplei- dingen op Hbo-niveau plaatshebben. Dat is een duidelijk contrast met de, over het algemeen oudere en lager opgeleide MKB. Ondernemers in de danssector zijn dan ook ontzettend leergierig en investeren continue in de kwaliteit van hun onderne- ming middels bijscholing.

Opmerkelijk is dat dansondernemers, met een verschil van 31%, zichzelf meer als startende ondernemer zien dan de ondernemers in het MKB. Dit kan verband hou- den met de leeftijd van de dansondernemers waarvan de meerderheid jonger is dan 35 jaar. Ook zijn het voornamelijk jonge bedrijven in de sector en zijn dansonder- nemers erg kritisch wat betreft de kwaliteit van hun zaak, het moet echt goed zijn. Dat dansondernemers zo jong zijn heeft te maken met het vak. Een professionele uitvoerende danser heeft een beperkte ‘houdbaarheidsdatum’ om zijn vak actief uit te oefenen. Dit is iets wat bij meer beroepen voorkomt waarbij beweging centraal staat, zoals voetbal. Een aantal van deze dansers stromen door naar andere func- ties binnen de danssector, maar een andere deel gaat in een geheel andere sector aan het werk.

6.1.2 Meer flexibel

Een kantoorbaan van 9 tot 17 is een uitzondering in de danssector, het werk ge- beurt voornamelijk in de avond en regelmatig in het weekend. Dansondernemers hebben iets meer een 24-7 mentaliteit dan het MKB.

Ondernemer zijn is vaak de enige optie om het vak te kunnen uitoefenen. Dit is ook in de cijfers terug te zien. 90% van de dansondernemers zijn hun bedrijf zelf gestart en doen dit voornamelijk vanuit huis als een eenmanszaak, hoewel zij het liefst de beschrijving ZZP'er hanteren.

Anders dan bij het MKB zijn er minder familiebedrijven in de danssector. Als het gaat om werknemers maakt de dansondernemer liever gebruik van flexibele arbeid dan mensen in loondienst, waarvoor drie keer minder vaak dan in het MKB wordt

97

6.2

Algemene kenmerken van de dansondernemers

De dansondernemers zijn een ander soort ondernemer en ondernemen in een an- dere omgeving dan ondernemers in het MKB. Het merendeel van de ondernemende dansers heeft een HBO-opleiding gedaan. Ze geven in meerderheid vorm aan hun ondernemerschap als een eenmanszaak of omschrijven zichzelf als ZZP’er. Deze kleine ondernemingen zijn voor 90% door de dansers zelf opgericht en houden meestal kantoor aan huis. Er zijn weinig familiebedrijven in de sector. Als ze van ar- beid gebruik maken dan is dat vaak flexibele arbeid. Mensen in loondienst hebben doen ze drie keer minder vaak. De dansers geven vaker leiding, maar als ze dit doen dan doen ze dit wel aan net zoveel mensen. Ook zijn ze gemiddeld jonger en vaker hoogopgeleid. Ondanks hun leeftijd beschouwen ze zich als meer ervaren on- dernemers. De grootste groep van dansondernemers richt zich op een combinatie van een business to consumer en een business to business markt. Daarnaast rich- ten ook veel ondernemers zich exclusief op de business to consumer markt, enkel ondernemen in een business to business markt doen ze niet zo veel. De markt waarin ze ondernemen ervaren ze niet alleen als dynamischer, maar ook als com- plexer. Dansers zijn meer van het doen en misschien ervaren ze daardoor ook dat hun werk complexer is.Maar het belangrijkste verschil tussen dansers en andere MKB’ers is het product dat ze aanbieden. In de danssector is er meer sprake van maatwerk.

Kwantitatieve conclusies:

• Dansondernemers zijn jonger dan ondernemers in het MKB

• Oudere clusters zijn ook in de danssector ouder, en jongere clusters jonger • 75% van dansondernemers zijn hoogopgeleid

• 60% van dansondernemers heeft een HBO-opleiding gedaan

• Meer dan 70% van de Nederlandse danssector is ZZP’er of eenmanzaak

• Nog meer onderdernemers dan in het MKB is in de danssector eigenaar van de onderneming

• Aantal mede-eigenaren in de danssector is hetzelfde als in het MKB

• 90% van de ondernemers in de danssector heeft de onderneming zelf opgericht • Rechtsvormen vereniging en stichting in de danssector het minst vaak door de on-

dernemer opgericht

• Meeste ondernemingen in de danssector richten zich op B2C markt

• Meer ondernemingen in de danssector dan in het MKB richten zich op een combi- natie van B2B en B2C

• Dansondernemers hebben zelden meer dan twee bedrijven • Meeste dansondernemers houden kantoor aan huis

• In danssector zijn minder bedrijven gevestigd in een eigen pand dan in het MKB • Meer dan drie keer zoveel gebruik van flexibele arbeid in de danssector dan per-

soneel in loondienst

• Meer ondernemers in de danssector geven leiding aan mensen dan ondernemers in het MKB, maar de ondernemers die leiding geven doen dat wel aan een gelijk aantal mensen

Kwali conclusies

• Ondernemen in de danssector meestal de enige manier om te werken met dans. • Dansondernemers ervaren over het algemeen geen concurrentie of worden er niet

door beïnvloed.

• De danssector in voornamelijk seizoengebonden.

• Alle clusters en ruim de helft geïnterviewden onderneemt in sport, waarvan zeven specifiek met Zumba. Alledrie pragmatici en twee hoeders. Overig cluster een ondernemer.

• Helft ondernemers bewust van imago dans als luxe product. • Steun van thuisfront bij meerderheid geïnterviewden

• Kwaliteit hoge prioriteit bij alle ondernemers. Kwaliteit onderscheidend vermogen onderneming.

• Alle ondernemers hebben actief scholing gezocht en gevolgd binnen de eigen stijl(en).

• Het overdragen van eigen passie vaak genoemd als leukste aan ondernemen. • De onderneming is een afspiegeling van de ondernemer.

• Keuzes afhankelijk van stijl.

6.2.1 De dans in het ondernemerschap

De meeste ondernemers zijn zelfstandig dansdocent, maar ook zijn er veel dans- scholen. De meeste onderneming zijn een combinatie van verschillende soorten on- dernemingen. Zo zijn 93% van de zelfstandig dansers, daarnaast ook zelfstandig dansdocent. De dansscholen beperken zich het vaakst tot alleen het zijn van een dansschool. De meest genoemde stijlen waarin ze ondernemen zijn de klassieke en de hedendaagse stjilen, dit doen ze veelal in een artistieke of sociale context. De stijlen die vallen onder sport- en etno-dansen , zijn minder populair als ook de ge- zondheids- en rituele/religieuze context. Wel zijn de ondernemers die actief zijn in de etno-dansen dubbel zo vaak actief in de rituele/religieuze context. De danson- dernemers hechten meer waarde aan de artistieke dan aan de zakelijke kwaliteit. De waarde die ze hechten aan artistieke kwaliteit gaat verder dan alleen de dans- sector. Ze voelen zich in meerderheid verbonden met de culturele en creatieve in- dustrie.

Algemene conclusies:

• Zelfstandig dansdocent meest voorkomende ondernemingssoort gevolgd door dansschool in de danssector

• Dansondernemingen hebben naast hun hoofdfunctie vaak een andere functie • Dansscholen beperken zich het vaakst van alle ondernemingssoorten de hoofd-

functie van de onderneming

• 93% van de zelfstandig dansers is ook zelfstandig dansdocent, andersom is dit slechts 53%

• Dansondernemers ondernemen het meest met de klassieke en hedendaagse danstijlen

• Dansondernemers ondernemen het meest in de sociale en artistieke context • Ondernemers met etno-dansen opereren dubbel zo vaak in de rituele / religieuze

context

• Meer dan 70% van de dansondernemers vindt de artistieke kwaliteit van hun on- derneming belangrijker dan de zakelijke

• 56% van de dansondernemers voelt zich meer verbonden met de creatieve – en culturele industrie, dan met ondernemers in dezelfde productvorm of dansstijl

99

Algemene conclusies:

• Verschuivingen in grote groepen • Niche groepen blijven gelijk in omvang

• Twee grote groepen: Ontplooiers en Pragmatici

• Vier nichegroepen: Experts, Hoeders, Jagers, Einzelgängers • Ontplooiers meer dan 50% van de danssector

• Hoeders worden groter dan Experts

• Nichegroepen uit het MKB hebben de hoogste waarschijnlijkheidspercentages • Experts hebben het laagste waarschijnlijkheidspercentage van alle clusters

6.3

Opmerkelijke overeenkomsten binnen de danssector

In document De Nederlandse danssector (pagina 97-101)