• No results found

Afhankelijke variabelen

4 Kansen en keuzen in de delta van geschilbeslechting

5.1 Afhankelijke variabelen

De hypothesen zoals deze zijn geformuleerd in hoofdstuk 4, kennen drie afhanke-lijke variabelen: de mate van ondervonden (potentieel) juridische problemen, de mate waarin deze problemen zelf worden opgelost en de mate waarin advocaten en/of juridische adviseurs bij dergelijke problemen worden ingeschakeld. Deze ‘mate van’ en ‘mate waarin’ kunnen op twee manieren worden geïnterpreteerd. Enerzijds als de incidentie (het überhaupt voorkomen van) van de problemen, het zelf oplossen of het inschakelen van advocaten en/of juridische adviseurs en ander-zijds als de frequentie (het aantal maal) waarmee dit gebeurde. Naar de frequentie waarin problemen zelf worden opgelost is echter niet gevraagd.

We onderscheiden bijgevolg de volgende afhankelijke variabelen: • de incidentie van problemen;

• de frequentie van problemen;

• de incidentie van het zelf oplossen van problemen (twee varianten); • de incidentie van het inschakelen van juridische adviseurs en advocaten; • de frequentie van het inschakelen van juridische adviseurs en advocaten. De operationalisering van de afhankelijke variabelen wordt beperkt tot de vier (po-tentieel) juridische soorten problemen die betrekking hebben op het economisch verkeer: de problemen over de prijs c.q. de kwaliteit, kwantiteit, en levertijd van de geleverde of afgenomen goederen of diensten. De reden hiervoor is dat alle bedrijven deelnemen aan het economisch verkeer, en dus kans maken op de voor-noemde problemen, maar dat hun kans op de andere dan de gevoor-noemde problemen van verschillende factoren afhankelijk is (sommige bedrijven hebben geen of minder vergunningen nodig dan andere en hebben bijgevolg een kleinere kans op proble-men met de overheid; sommige bedrijven hebben alleen een eigenaar/directeur en bijgevolg geen kans op problemen met het personeel; of vanwege de vestigings-plaats een grotere kans op criminaliteit). Om de modellen niet te belasten met con-trolevariabelen en de interpretatie van sommige onafhankelijke variabelen in het model eenduidig te houden, beperken wij de analyses te beperken tot de vier ge-noemde probleemtypen.

Probleemincidentie en probleemfrequentie

De probleemincidentie en de probleemfrequentie zijn beide gebaseerd op de vier typen (potentieel) juridische problemen waarmee alle bedrijven in het onderzoek te maken kunnen hebben gehad. De probleemincidentie drukt uit of de bedrijven in 2006 met deze groep van vier probleemtypen te maken hebben gehad, de

pro-bleemfrequentie drukt uit met hoeveel van deze vier soorten problemen bedrijven in

Tabel 62 Incidentie en frequentie van ondervonden (potentieel) juridi-sche problemen (beperkt tot vier probleemtypen) in 2006 (tweede enquête, N=445)

(Potentieel) juridische probleemsoorten

Bedrijven met tenminste één probleem

(Potentieel) juridische problemen

Aantal % Aantal %

Betaling geleverde goederen/diensten (N=1.753) 364 20,8 1.752 62,7 Kwaliteit, hoeveelheid of levertijd geleverde goederen/

diensten (N=1.760)

63 1,6 252 9,0

Betaling afgenomen goederen/diensten (N=1.752) 34 2,0 123 4,4 Kwaliteit, hoeveelheid of levertijd afgenomen goederen/

diensten (N=1.762)

79 4,5 666 23,8

Totalen (N=1.784) 445 22,0 2.794 74,6

De probleemincidentie telt op tot een totaal van 445. Het percentage geeft weer welk deel van de bedrijven die aan het onderzoek deelnamen met dit type probleem te maken kreeg. De afhankelijke variabele is dichotoom. Zij heeft de waarde ‘1’ wanneer de bedrijfsleider heeft aangegeven tenminste één maal met één van de genoemde vier problemen met één van de vier mogelijke wederpartijen te zijn geconfronteerd. Wanneer dat niet het geval is, heeft de variabele de waarde ‘0’. De probleemfrequentie in tabel 5.1 geeft het totaal aantal gerapporteerde proble-men binnen de bewuste probleemsoort. In totaal ging het om 2.794 probleproble-men (74,6% van alle problemen van alle bedrijven in het onderzoek). Het percentrage drukt hier uit welk deel van de 2.794 problemen de probleemsoort uitmaakte. Aan-gezien 445 bedrijven (22,0% van het totaal aantal bedrijven dat aan het onderzoek deelnam) met deze vier typen problemen te maken kreeg, betekent dit dat zij elk gemiddeld 6,3 problemen telden. De afhankelijke variabele is gebaseerd op het totaal aantal problemen (gesommeerd over de vier typen) waarmee het bedrijf te maken heeft gekregen.

Incidentie van het zelf oplossen van (potentieel) juridische problemen Voor de incidentie van het zelf oplossen van (potentieel) juridische problemen gebruiken we twee verschillende maten. De eerste maat is gebaseerd op de vraag hoe de verschillende soorten ervaren problemen met de verschillende typen weder-partijen doorgaans worden opgelost. De in tabel 5.2 weergegeven cijfers hebben betrekking op het voorkomen van het antwoord ‘doorgaans met een overeenkomst met de wederpartij’.

Tabel 63 Incidentie van het door bedrijfsleiders doorgaans zelf oplossen van (potentieel) juridische problemen (beperkt tot vier pro-bleemtypen) in 2006 (tweede enquête, N=445)

(Potentieel) juridische probleemsoorten

Bedrijfsleiders die problemen doorgaans zelf oplossen

Aantal %

Betaling geleverde goederen/diensten 162 44,5 Kwaliteit, hoeveelheid of levertijd geleverde goederen/diensten 42 66,7 Betaling afgenomen goederen/diensten 16 47,1 Kwaliteit, hoeveelheid of levertijd afgenomen goederen/diensten 41 51,9

Het aantal in tabel 63 geeft weer hoeveel respondenten dit soort problemen door-gaans zelf oplosten; het percentage geeft per probleemsoort weer welk deel van de respondenten dit type problemen doorgaans zelf oploste (zie tabel 62). De afhanke-lijke variabele is gebaseerd op het totaalcijfer en is dichotoom. Zij heeft de waarde ‘1’ wanneer de bedrijfsleider tenminste één maal heeft aangegeven één van de ge-noemde problemen met één van de vier mogelijke wederpartijen doorgaans zelf op te lossen. Wanneer hiervan geen sprake is, heeft de variabele de waarde ‘0’. De tweede operationalisering van het zelf oplossen van problemen is gebaseerd op het bevestigende antwoord op de vraag of respondenten die geen juridische diensten inschakelden dit deden omdat ze er zelf met de wederpartij reeds waren uitgekomen. Deze variabele is als volgt opgebouwd.

Tabel 64 Incidentie van het daadwerkelijk door bedrijfsleiders zelf heb-ben opgelost van (potentieel) juridische problemen (beperkt tot vier probleemtypen) in 2006 (tweede enquête, N=445)

(Potentieel) juridische probleemsoorten

Bedrijven die tenminste één probleem zelf oplosten

Aantal %

Betaling geleverde goederen/diensten 53 14,6 Kwaliteit, hoeveelheid of levertijd geleverde goederen/diensten 35 55,6 Betaling afgenomen goederen/diensten 19 55,9 Kwaliteit, hoeveelheid of levertijd afgenomen goederen/diensten 32 40,1

Totaal 115 25,8

Het aantal in tabel 64 geeft weer hoeveel bedrijfsleiders geconfronteerd met het soort probleem in de linkerkolom met een of meer van de vier mogelijke weder-partijen tenminste één maal aangaven geen juridische dienstverlening te hebben ingeschakeld omdat zij het probleem met de wederpartij reeds zelf hadden opgelost. Het percentage geeft per probleemsoort weer welk deel van de respondenten dit type problemen zelf oploste (zie tabel 62). De afhankelijke variabele is gebaseerd op het totaalcijfer en is dichotoom. Zij heeft de waarde ‘1’ wanneer de bedrijfsleider tenminste één maal heeft aangegeven één van de genoemde problemen met één van de vier mogelijke wederpartijen zelf te hebben opgelost. Wanneer hiervan geen sprake is, heeft de variabele de waarde ‘0’.

Incidentie en frequentie van het beroep op juridische adviseurs en advocaten

De incidentie en frequentie van het beroep op advocaten en adviseurs is gebaseerd op de vraag hoe vaak de respondenten (in geval van een van de vier hier onder-zochte probleemsoorten) een advocaat of adviseur inschakelden. Tabel 65 geeft weer hoe deze variabele is opgebouwd.

Tabel 65 Incidentie en frequentie van het inschakelen van advocaten en/of juridische adviseurs door bedrijven met (potentieel) juridische problemen (beperkt tot vier probleemtypen) in 2006 (tweede enquête, N=445)

(Potentieel) juridische probleemsoorten

Bedrijven die tenminste één maal advocaten en/of juridische

adviseurs inschakelden

Problemen waarbij advocaten en/of juridische adviseurs

werden ingeschakeld

Aantal % Aantal %

Betaling geleverde goederen/diensten 134 36,8 381 21,7 Kwaliteit, hoeveelheid of levertijd

geleverde goederen/diensten

17 27,0 31 12,3

Betaling afgenomen goederen/diensten 9 26,5 10 8,1 Kwaliteit, hoeveelheid of levertijd

afgenomen goederen/diensten

18 22,8 26 3,9

Totaal 161 36,2 448 16,0

Het aantal in de tweede kolom heeft betrekking op de bedrijfsleiders die, gecon-fronteerd met het soort probleem in de linkerkolom met één of meer van de vier mogelijke wederpartijen, tenminste één maal een advocaat en/of juridische adviseur inschakelden. Het percentage (kolom 3) geeft weer welk deel van de respondenten dat met een van de vier probleemtypen te maken kreeg bij dit type problemen een beroep deed op advocaten en/of juridische adviseurs (zie tabel 62). De afhankelijke variabele is dichotoom en is gebaseerd op het totaalcijfer. Zij heeft de waarde ‘1’ wanneer de bedrijfsleider in 2006 tenminste één maal een advocaat en/of juridische adviseur inschakelde. Wanneer hiervan geen sprake is, heeft de variabele de waarde ‘0’.

Het aantal in de vierde kolom heeft betrekking op het aantal problemen waarbij, per probleemtype, een beroep werd gedaan op advocaten en/of juridische adviseurs. Het percentage (kolom 4) geeft weer bij welk deel van de problemen advocaten en/of juridische adviseurs werden ingeschakeld.

De afhankelijke variabele bestaat in dit geval uit de frequentie van de inschakeling van advocaten en/of juridische adviseurs. Hierbij moet rekening worden gehouden met het totaal aantal problemen waarmee de respondenten te maken kregen. Daar-om delen we deze frequentie door de frequentie waarmee de vier probleemsoorten in 2006 zijn ondervonden (zie tabel 62). De resulterende relatieve frequentie drukt de mate uit waarin de respondenten overgingen tot de inschakeling van advocaten en/of juridische adviseurs in geval van (de vier genoemde) potentieel juridische problemen.