• No results found

DEEL 3: SCHULDBEMIDDELAAR

2.3 Aanzuiveringsregeling opmaken

182. De schuldbemiddelaar heeft de belangrijke taak om de aanzuiveringsregeling op te stellen die de noodzakelijke maatregelen bevat voor de verwezenlijking van de doelstelling van de procedure van de collectieve schuldenregeling.260 De schuldbemiddelaar heeft hiervoor zes maanden de tijd vanaf zijn aanwijzing. Binnen deze termijn moeten ook de schuldeisers aangifte doen van hun schuldvordering en al dan niet het ontwerp van de regeling goedkeuren.261 In afwijking van artikel 51 Ger.W. kan deze termijn slechts eenmaal worden verlengd met een maximumtermijn van zes maanden.262

183. In de aanzuiveringsregeling moet een volledig afbetalingsplan met de niet-betwistbare schuldvorderingen263 worden opgenomen dat ervoor zorgt dat de financiële toestand van de schuldenaar wordt hersteld, maar daarbij moet steeds een menswaardig leven voor de schuldenaar en diens gezin worden gewaarborgd.264 Hierbij moet de aanzuiveringsregeling, op grond van artikel 1675/10, § 4 Ger.W., de prioritaire betaling voorzien van de schulden die het recht van de schuldenaar en zijn gezin om een menswaardig leven te leiden in het gedrang

258 J. VAN CAMPENHOUT, “OPINIES : 20 jaar collectieve schuldenregeling: een stand van zaken. Over visies en tendensen. Tussen perceptie en desinformatie”, TIBR 2018, nr. 0, (12) 27.

259 J. VAN CAMPENHOUT, “OPINIES : 20 jaar collectieve schuldenregeling: een stand van zaken. Over visies en tendensen. Tussen perceptie en desinformatie”, TIBR 2018, nr. 0, (12) 27; D. DEROOSE, De link tussen CSR en

maatschappelijk werk, Colloqium van het Observatorium voor Krediet en Schuldenlast van 22 november 2018, (52)

54.

260 Art. 1675/10, §2 Ger.W. juncto art. 1675/3, lid 3 Ger.W.

261 Art. 1675/11, § 1 Ger.W.; B. DE GROOTE, “Verkenning van de collectieve schuldenregeling”, DCCR 2006, nr. 4, (5) 10.

262 Art. 1675/10, § 4, lid 3 Ger.W. 263 Art. 1675/10, §3 Ger.W.

brengen. Dit gaat onder andere over huurschulden, energieschulden, schulden betreffende geneeskundige verzorging.265

184. Naast een afbetalingsplan omvat de aanzuiveringsregeling ook een gedetailleerde en geactualiseerde staat van de inkomsten en de beschikbare middelen van het gezin. Daarnaast omvat de aanzuiveringsregeling ook een gedetailleerde staat van de lasten en de tegoeden van de schuldenaar en, in voorkomend geval, van de lasten en tegoeden van zijn gezin.266 Verder moet de schuldbemiddelaar, zoals reeds eerder vermeld, in de aanzuiveringsregeling bepalen welke schulden prioritair worden betaald zodat het menswaardig leven van de schuldenaar en zijn gezin niet in het gedrang komt.267

185. Met de aanzuiveringsregeling tracht de schuldbemiddelaar een zo groot mogelijke terugbetaling van de schulden te bekomen. De aanzuiveringsregeling kan daarbij verder gaan dan louter terugbetaling en ook begeleidende maatregelen omvatten die een structurele aanpak van de schuldenproblematiek en de oorzaken ervan tot doel hebben.268 In de praktijk is een veel voorkomende begeleidende maatregel het zoeken en vinden van een job. Van belang bij deze begeleidende maatregelen is dat de schuldenaar en diens gezin te allen tijde de garantie hebben een menswaardig bestaan te kunnen leiden.269 In de praktijk gaat de schuldbemiddelaar, bij de opmaak van de aanzuiveringsregeling, eerst contact opnemen met de schuldenaar en de schuldeisers om de mogelijkheden en slaagkansen van een minnelijk akkoord af te tasten.270

2.3.2 Soorten aanzuiveringsregelingen

186. Binnen de collectieve schuldenregeling bestaan er twee soorten aanzuiveringsregelingen, namelijk: de minnelijke aanzuiveringsregeling en de gerechtelijke aanzuiveringsregeling.271

187. De voorkeur van de wetgever gaat uit naar de minnelijke aanzuiveringsregeling. Deze regeling is flexibeler, inzake looptijd en aanzuiveringsmogelijkheden. Daarnaast geldt bij de

265 K. BROECKX, B. DE GROOTE EN S. VOET, “Grondige revisie van de collectieve schuldenregeling”, TPR 2007, afl. 3, (1547) 1605.

266 Art. 1675/10, §2/1 Ger.W. 267 Art. 1675/10, §4 Ger.W.

268 B. DE GROOTE EN S. VOET, “Schuldsanering voor particulieren in België: Beschouwingen bij tien jaar collectieve schuldenregeling”, TSAR 2009, vol. 3, (502) 505.

269 X, “Collectieve schuldenregeling”, NJW 2012, afl. 262, (324) 325.

270 D. SIMOENS, Handboek OCMW-dienstverlening, Brugge, Die Keure, 2009, 767. 271 Art. 1675/3 Ger.W.

minnelijke aanzuiveringsregeling de unanimiteitsregel waarbij instemming van alle partijen vereist is.272 Ook zorgt de minnelijke aanzuiveringsregeling voor een grotere betrokkenheid en aanvaarding waardoor de kans groter is dat alle partijen zich aan de regeling houden.273 De gerechtelijke aanzuiveringsregeling wordt in principe enkel gehanteerd indien een vrijwillige oplossing niet mogelijk is en er een gebrek aan akkoord is met de schuldeisers.274

188. In de praktijk wordt bijna altijd geopteerd voor een minnelijke aanzuiveringsregeling. De gerechtelijke aanzuiveringsregeling wordt, zoals hierboven reeds vermeld, pas gehanteerd als er niet tot een minnelijk akkoord kan worden gekomen. Uit tabel 14, waarin de resultaten van het onderzoek op de arbeidsrechtbank Gent, afdeling Gent vermeldt staan, blijkt dit ook het geval te zijn. Bij 99,00 % van de dossiers werd een minnelijke aanzuiveringsregeling gehanteerd en in 1,00 % van de dossiers een gerechtelijke aanzuiveringsregeling. Dit wordt ook bevestigd bij de cijfers van het College van hoven en rechtbanken uit 2017 waar 1,03 % gerechtelijke aanzuiveringsregelingen en 98,97 % minnelijke aanzuiveringsregelingen zijn vastgesteld in het arrondissement Gent.275

Tabel 14: Soort aanzuiveringsregeling

SOORT AANZUIVERINGSREGELING Collectieve schuldenregelingen Arbeidsrechtbank Gent, afdeling Gent

Collectieve schuldenregelingen arrondissement Gent in 2017276 Aantal (n=300) % Aantal (n=3.668) % Minnelijke aanzuiveringsregeling 297 99,00 % 3.650 98,97 % Gerechtelijke aanzuiveringsregeling 3 1,00 % 38 1,03 % 2.3.3 Duur aanzuiveringsregeling

189. Artikel 1675/10, § 6 Ger.W. bepaalt dat de looptijd van een minnelijke aanzuiveringsregeling niet langer mag zijn dan zeven jaar, tenzij de schuldenaar uitdrukkelijk en

272 K. BROECKX, B. DE GROOTE EN S. VOET, “Grondige revisie van de collectieve schuldenregeling”, TPR 2007, afl. 3, (1547) 1558.

273 B. DE GROOTE, “Verkenning van de collectieve schuldenregeling”, DCCR 2006, nr. 4, (5) 12.

274 Art. 1675/3, lid 2 Ger.W.; B. DE GROOTE EN S. VOET, “Schuldsanering voor particulieren in België: Beschouwingen bij tien jaar collectieve schuldenregeling”, TSAR 2009, vol. 3, (502) 509.

275 COLLEGE VAN HOVEN EN RECHTBANKEN, De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken, 2017, https://www.rechtbanken-tribunaux.be/sites/default/files/college/files/pub_2018_artt_nl.pdf, 84.

276 COLLEGE VAN HOVEN EN RECHTBANKEN, De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken, 2017, https://www.rechtbanken-tribunaux.be/sites/default/files/college/files/pub_2018_artt_nl.pdf, 84.

met opgave van redenen vraagt om de verlenging met als doel bepaalde elementen van zijn vermogen te beschermen en de eerbiediging van de menselijke waardigheid te verzekeren. De schuldbemiddelingsrechter oordeelt over deze aanvraag. De termijn van de minnelijke aanzuiveringsregeling begint, op grond van artikel 1675/10, § 5 Ger.W., te lopen vanaf de beschikking van toelaatbaarheid. De aanvangsdatum kan bij een met reden omklede beslissing verschuiven. De aanzuiveringsregeling treedt dus in werking met terugwerkende kracht. Bij sommige procedures duurt het namelijk jaren om tot een aanzuiveringsregeling te komen en dit wilde de wetgever voorkomen. Op die manier worden alle betrokkenen aangemoedigd om snel te handelen.277

190. Bij de gerechtelijke aanzuiveringsregeling heeft de wetgever, op grond van artikel 1675/12, § 2 Ger.W., een maximum looptijd bepaald van vijf jaar. Opnieuw kan de schuldbemiddelingsrechter in bepaalde omstandigheden een verlenging van de looptijd toelaten. De aanvang van de looptijd van de gerechtelijke aanzuiveringsregeling is niet letterlijk bepaald, maar in de rechtsleer wordt aanvaard dat deze, zoals bij de minnelijke aanzuiveringsregeling, begint te lopen vanaf de beschikking van toelaatbaarheid.278

191. De reden dat de aanzuiveringsregelingen een maximale looptijd hebben is vooral ter bescherming van de schuldenaar. De collectieve schuldenregeling heeft zoals eerder vermeld een grote impact op het leven van de schuldenaar en diens gezin. Daarom moet de schuldbemiddelaar trachten een aanzuiveringsplan op te maken dat zo snel mogelijk een re-integratie in de maatschappij bewerkstelligt. Verder heeft de maximumduur ook als bedoeling dat de schuldenaar niet ontmoedigd mag zijn door de strenge opgelegde maatregelen en het beperkte inkomen. Daarnaast komen lange aanzuiveringsregelingen meer en meer onder druk te staan door de wijzigende omstandigheden inzake de situatie van de schuldenaar en zijn gezin en ook de economie kan last ondervinden van een aanzuiveringsregeling met een te lange looptijd. Een schuldenaar met een beperkt leefgeld kan niet als een volwaardige consument worden aanzien omdat hij enkel het strikt noodzakelijke kan aankopen en voor het overige toelating moet vragen aan zijn schuldbemiddelaar.279

277 Wetsvoorstel tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek wat de collectieve schuldenregeling betreft, Parl.St. Kamer 2011-12, nr. 53-1410/007, 8.

278 B.DE GROOTE EN S. VAN BREE, “Actualia collectieve schuldenregeling 2012-2013. Analyse van recente wijzigingen aan het wetgevend kader van de procedure van collectieve schuldenregeling”, CBR Jaarboek 2012-2013, (233) 271. 279 B. DE GROOTE EN S. VOET, “Schuldsanering voor particulieren in België: Beschouwingen bij tien jaar collectieve schuldenregeling”, TSAR 2009, vol. 3, (502) 512-513.

192. In het kader van het onderzoek op de Arbeidsrechtbank Gent, afdeling Gent werd de looptijd van elk onderzocht dossier nagegaan. In onderstaande tabel volgt een overzicht van de onderzoeksresultaten en een vergelijking met de collectieve schuldenregelingen in België uit 2019.

Tabel 15: Totale looptijd procedure

TOTALE LOOPTIJD PROCEDURE Collectieve schuldenregelingen Arbeidsrechtbank Gent, afdeling Gent

Collectieve schuldenregelingen in België in 2019280 Aantal (n=300) % Aantal (n=47.120) % < 3 jaar 0 0,0 % 326 0,69 % 3 - 6 jaar 59 19,67 % 4.530 9,61 % 6 - 9 jaar 205 68,33 % 23.600 50,08 % 9 - 12 jaar 36 12,00 % 3.736 7,92 % 12 - 15 jaar 0 0,00 % 1.200 2,55 % > 15 jaar 0 0,00 % 445 0,94 %

Einddatum niet gekend 0 0,00 % 13.283 28,19 %

Gemiddelde duurtijd 7 jaar en 4 maanden

193. Uit tabel 15 kan worden afgeleid dat de spreiding van de procedures aangaande de duur vergelijkbaar is met het statistisch verslag uit 2019 van het NBB. De looptijd van de onderzochte dossiers situeert zich tussen de drie en twaalf jaar. Bij alle collectieve schuldenregelingen in België uit 2019 ligt de duur van de procedure meer verspreid. Daarvan is ook 28,19 % ongekend. Er kan worden geconcludeerd dat de meeste dossiers zich tussen de drie en twaalf jaar situeren, waarbij de meeste een looptijd tussen de zes en negen jaar hebben.281

194. De gemiddelde looptijd van de onderzochte dossiers op de arbeidsrechtbank Gent, afdeling Gent bedraagt zeven jaar en vier maanden. Dit is langer dan de wettelijk bepaalde maximale looptijd van zowel de gerechtelijke als de minnelijke aanzuiveringsregeling.282 Een verklaring hiervoor kan zijn dat deze maxima niet absoluut zijn en in bepaalde situaties kunnen worden

280 NATIONALE BANK VAN BELGIË, Statistieken 2019, januari 2020,

www.nbb.be/doc/cr/ccp/publications/bro_ckpstat2019n_23012020.pdf, 57.

281 NATIONALE BANK VAN BELGIË, Statistieken 2019, januari 2020,

www.nbb.be/doc/cr/ccp/publications/bro_ckpstat2019n_23012020.pdf, 57. 282 Art. 1675/10, § 5, lid 1 Ger.W.; Art. 1675/12, § 2, lid 1 Ger.W.

verlengd.283 Zoals eerder vermeld kan de looptijd onder bepaalde voorwaarden worden verlengd door middel van een verzoek bij de schuldbemiddelingsrechter.284

195. Een gemiddelde looptijd van de onderzochte dossiers van zeven jaar en vier maand vormt dus geen uitzondering. In het algemeen kan worden bevestigd dat de meeste minnelijke aanzuiveringsregelingen een zeer lange looptijd hebben van gemiddeld acht jaar.285 Vaak wordt zelf buiten de wet om bepaald dat de aanzuiveringsregeling pas begint te lopen na homologatie van de aanzuiveringsregeling door de schuldbemiddelingsrechter en dus niet op het moment van de beschikking van toelaatbaarheid zoals wettelijk bepaald in artikel 1675/10, § 5, lid 3 Ger.W. In de praktijk doet de schuldbemiddelaar ongeveer twee jaar of meer over de opstelling van het aanzuiveringsplan waardoor de volledige looptijd van het aanzuiveringsplan op ongeveer tien jaar komt. Hieruit kan worden afgeleid dat een absolute maximumduur van zeven jaar voor minnelijke aanzuiveringsregeling niet haalbaar is. Een uitzonderlijke en gemotiveerde afwijking zoals bepaald in artikel 1675/10, § 6 Ger.W. en artikel 1675/12, § 2 Ger.W. moet dus mogelijk zijn en blijven.286