• No results found

Risico Inventarisatie & Evaluatie

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Risico Inventarisatie & Evaluatie"

Copied!
22
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Voorwoord

Risico Inventarisatie & Evaluatie in dit document vaak afgekort tot RI&E. Voor elke vereniging waar vrijwilligers taken uitvoeren is het opstellen, uitwerken en naleven van dit document verplicht ten gevolge van de Arbowetgeving.

De Arbowet wil de arbeidssituatie van werknemers verbeteren. Ook vrijwilligers hebben recht op goede arbeidsomstandigheden. Hoewel er geen sprake is van betaalde arbeid, is er doorgaans wel sprake van ondergeschiktheid (gezagsverhouding) tussen vereniging en vrijwilliger. Het gezag in een vereniging zijn de leden die in een ALV het bestuur kiezen, het bestuur is dus een ondergeschikte van de leden ook daar is sprake van een gezagsverhouding.

De Arbowet legt werkgevers verplichtingen op waarvoor ze zich door een arbodienst moeten laten ondersteunen. Organisaties waar minder dan 40 uur betaalde arbeid per week door alle medewerkers tezamen wordt verricht kunnen zich beperken tot de eerste verplichting: de RI&E (Risico Inventarisatie & Evaluatie). De RI&E brengt de gevaren op het gebied van veiligheid, gezondheid en welzijn binnen een organisatie in kaart.

Systematisch wordt bekeken welke risico's het werk en de activiteitenkunnen meebrengen voor veiligheid, gezondheid en welzijn van de werknemer/vrijwilliger. Bij een RI&E hoort voorts een “plan van aanpak”. Daarin staat hoe de werkgever de gevonden risico's wil wegwerken of beperken en binnen welke termijn dat gaat gebeuren. De RI&E – frequentie is afhankelijk van wijzigingen binnen de werkzaamheden en activiteiten van de vereniging.

In deze RI&E worden de risico’s van het beoefenen van de duiksport tijdens trainingen, opleidingen en clubduiken in kaart gebracht en worden tevens door passende voorzorgsmaatregelen deze risico’s op ongevallen verminderd. De kans op een ongeval wordt dus niet tot nul gereduceerd maar alleen tot een niveau wat we als vereniging acceptabel vinden.

Bij het beoefenen van de duiksport begeven we ons in een omgeving waar we om te overleven afhankelijk zijn van het goed functioneren van de uitrusting. Het adequaat onderhouden van die uitrusting is dus belangrijk maar uit de statistiek van DOSA die alle ongevallen met sportduikers onderzoekt blijkt dat de uitrusting zelden de oorzaak is van een ongeval. Ook hier is het menselijk falen in bijna alle gevallen de oorzaak, gebrek aan training, ervaring naast zelfoverschatting spelen een erg grote rol.

(2)

Inhoudsopgave

Voorwoord ... 1

1 Algemene gegevens ... 4

1.1 Achtergrondinformatie ... 4

1.2 Inleiding ... 4

1.3 Vrijwilligers-functies ... 5

1.3.1 Het bestuur ... 5

1.3.2 Trainingscommissie ... 6

1.3.3 Evenementencommissie ... 6

1.3.4 Materiaalcommissie ... 6

1.3.5 Kascontrole commissie ... 6

2 Organisatie van algemene Arbo-zaken ... 7

2.1 Voorlichting ... 7

2.2 Werktijden ... 7

2.3 Bijzondere groepen ... 7

2.4 Lichamelijke belasting ... 7

2.5 Uitbesteding van werk ... 7

2.6 Ongewenst gedrag ... 8

2.7 Verzekeringen ... 8

2.8 Vaccinatiebeleid ... 8

2.9 Ongevallen registratie ... 9

2.10 Voorbereid zijn op noodsituaties in het zwembad ... 9

3 Accommodatie ... 10

3.1 Gebouwen en terreinen ... 10

3.2 Toestellen en materialen ... 10

3.2.1 Ademautomatensets van Cyana ... 10

3.2.2 Trimvesten van Cyana ... 11

3.2.3 Duikflessen van Cyana ... 11

3.2.4 Loodgordels van Cyana ... 11

3.3 Materiaalbeheer ... 12

3.3.1 Duikflessen ... 12

3.3.2 Onderhoud duikfles kranen ... 13

3.3.3 Nitrox duikfles ... 13

3.3.4 Ademautomatenset ... 14

(3)

3.4 Het duiken ... 15

3.4.1 De recreatieve duik... 15

3.4.2 De opleidingsduik ... 16

3.4.3 De georganiseerde clubduik ... 17

3.5 Oppervlaktecoördinator ... 18

3.5.1 Hoe hebben we dit geregeld ... 18

3.6 Duikjournaal ... 19

3.7 Toezichthouder Zwembad ... 19

3.7.1 Hoe hebben we dit geregeld ... 19

3.8 Reanimatie... 20

3.9 Medische keuringen ... 20

4 Algemene zaken ... 21

4.1 Bestuur en kantoorwerk ... 21

4.2 Training en opleidingen ... 21

4.3 Activiteiten ... 22

4.4 Verwijzingen ... 22

(4)

1 Algemene gegevens

1.1 Achtergrondinformatie

De Arbowet wil de arbeidssituatie van werknemers verbeteren. Ook vrijwilligers hebben recht op goede arbeidsomstandigheden. Hoewel er geen sprake is van betaalde arbeid, is er doorgaans wel sprake van ondergeschiktheid (gezagsverhouding) tussen vereniging en vrijwilliger. De Arbowet legt werkgevers verplichtingen op waarvoor ze zich door een arbodienst moeten laten ondersteunen. Organisaties waar minder dan 40 uur per week voor alle medewerkers tezamen betaalde arbeid wordt verricht kunnen zich beperken tot de eerste verplichting: de RI&E (Risico Inventarisatie & Evaluatie). De RI&E brengt de gevaren op het gebied van veiligheid, gezondheid en welzijn binnen een organisatie in kaart. Systematisch wordt bekeken welke risico's het werk kan meebrengen voor veiligheid, gezondheid en welzijn van de werknemer. Bij het RI&E hoort voorts een “plan van aanpak”. Daarin staat hoe de werkgever de gevonden risico's wil wegwerken of beperken en binnen welke termijn dat gaat gebeuren. De RI&E frequentie is afhankelijk van wijzigingen binnen de werkzaamheden van de organisatie.

Deze RI&E zal worden gepubliceerd op de website van OWSV Cyana.

Indien er veranderingen plaatsvinden, zoals aanschaf ander materiaal of wijzigingen in de duikveiligheidsnormen en regels, zal de RI&E moeten worden aangepast.

1.2 Inleiding

OWSV Cyana is een onderwatersportvereniging met 36 leden (2018). OWSV Cyana heeft als doel de onderwatersport te beoefenen en deze sport in de meest ruime betekenis van het woord te bevorderen. De vereniging richt zich vooral op sportduiken en in mindere mate op meer geavanceerde technisch duiken. Leden kunnen bij OWSV Cyana trainingen en opleidingen volgen. De opleidingen worden gegeven door bevoegde instructeurs en zij doen dit op vrijwillige basis. Ook organiseert de vereniging clubduiken en evenementen.

OWSV Cyana kent statuten en een huishoudelijk reglement, welke te vinden is op de website. Daarnaast blijven ze verkrijgbaar bij de secretaris.

OWSV Cyana is aangesloten bij de Nederlandse Onderwatersport Bond (NOB). De vereniging houdt zich dan ook aan de regels die door de NOB gesteld zijn, als het gaat om opleiden en veiligheid tijdens het uitoefenen van de duiksport.

(5)

1.3 Vrijwilligers-functies

OWSV Cyana kent de volgende functies die door vrijwilligers worden uitgeoefend.

Sommige vrijwilligers vervullen meerdere functies.

Soort sport: Sportduiken

Naam: OWSV Cyana

Correspondentieadres: Tongelresestraat 360

Postcode: 5642 NG

Plaats: Eindhoven

Telefoon: 06 24 70 92 15

Email Info@cyana.nl

Voorzitter: Mark Mestrom

Secretaris: Merlin Bruins

Penningmeester: Stefan van der Heijden

Aantal leden: 36

Aantal werknemers in loondienst: 0

Aantal vrijwilligers: 14

Vereniging aangesloten bij arbodienst?

een Nee

Hoeveel ongevallen hebben OWSV Cyana Medewerkers of vrijwilligers het afgelopen jaar gehad?

0

1.3.1 Het bestuur

• Voorzitter

• Secretaris

• Penningmeester

• Twee bestuursleden

TAKEN: Het bestuur is verantwoordelijk voor een het algemeen reilen en zeilen van de vereniging en hun handelen begeeft zich binnen de vastgestelde kaders van de statuten en het huishoudelijk reglement.

(6)

1.3.2 Trainingscommissie

• 2-ster instructeurs (ongeveer 3 personen)

• Ervaren 3* - 4* duikers (ongeveer 3 personen)

TAKEN: De trainers zijn verantwoordelijk voor het opleiden van cursisten volgens de eisen van de NOB. Daarvoor geven ze theorieles en praktijkinstructie in zowel het zwembad als in het buitenwater. Iedere instructeur blijft daarbij binnen zijn/haar brevettering.

De trainers geven training in het zwembad aan de leden om hun vaardigheden op pijl te houden en te verbeteren. Hiervoor kunnen onder verantwoording van de instructeurs ook ervaren 3* duikers of hoger worden ingezet.

De functie van hoofdinstructeur wordt door de instructeurs in gezamenlijkheid gedagen.

1.3.3 Evenementencommissie

• Leden (3 personen

TAKEN: Door de evenementencommissie worden duikgerelateerde activiteiten georganiseerd ten behoeve van de eigen leden en soms familieleden. Deze activiteiten vallen dan ook onder verantwoordelijkheid van de vereniging.

1.3.4 Materiaalcommissie

• Beheer en onderhoud (3 personen)

TAKEN: De leden van de materiaalcommissie hebben een gedelegeerde verantwoordelijkheid aangaande de staat van onderhoud van het materiaal van de vereniging. Door deze leden wordt het bestuur tijdig geïnformeerd over noodzaak van vervanging, onderhoud, vermissing, verhuur etc..

1.3.5 Kascontrole commissie

• Leden ( 2 pers.)

TAKEN: Deze commissie is rechtstreeks door de ALV aangesteld om minimaal jaarlijks maar indien daar aanleiding voor is ook vaker de financiële handelingen van de penningmeester te controleren. De leden van de kascontrole commissie stellen op de jaarlijks ALV de vergadering voor om de penningmeester decharge te verlenen als de controle in orde is. De werkzaamheden zijn alleen administratief en de commissie is alleen aan de ALV verantwoording verschuldigd.

(7)

2 Organisatie van algemene Arbo-zaken

2.1 Voorlichting

Voorlichting omtrent arbeidsomstandigheden en de beschrijving en voortgang van de RI&E vallen onder de verantwoordelijkheid van het bestuur. Het bestuur kan zich daartoe doen bijstaan door een door het bestuur aan te stellen werkgroep.

2.2 Werktijden

De werktijden van de vrijwilligers voor werkzaamheden voor de club zijn nooit langer dan 8 uur per dag. Op zaterdag 1 uur zwembad-training, op woensdagavond 2 uur buiten-training en eventuele uren ten behoeve van verenigingsactiviteiten. Mochten de werktijden een knelpunt worden, dan zijn er voldoende vrijwilligers om het werk over te nemen.

2.3 Bijzondere groepen

De vrijwilligers binnen onze club behoren niet tot een van de volgende bijzondere groepen: allochtonen, jongeren, gehandicapten of zwangere vrouwen. Mocht een (nieuwe) vrijwilliger tot een van deze groepen (gaan) behoren, dan zal er bij het toewijzen van werkzaamheden rekening gehouden worden met eventuele beperkingen.

Mocht een van de vrouwelijke vrijwilligers zwanger worden, dan wordt er rekening gehouden met haar lagere fysieke inzetbaarheid.

2.4 Lichamelijke belasting

De vrijwilligers hoeven niet langdurig (langer dan 1 uur achtereen, of meer dan 4 uur per dag) te staan. Het gewicht van een duikfles loopt uiteen van 14 kilo tot 38 kilo. Dit gewicht kan niet aangepast worden. Het vervoer van de flessen gebeurt door de leden zelf. Indien nodig kan hulp van anderen worden ingeroepen.

2.5 Uitbesteding van werk

Soms wordt de noodzakelijke hulp ingeroepen van instructeurs van buiten de vereniging. Meestal om een specifieke opleiding te verzorgen om het kennisniveau binnen OWSV Cyana te verhogen. In andere gevallen simpel om problemen aangaande capaciteit op te lossen. Deze externe instructeurs krijgen geen vergoeding anders dan onkosten welke na het indienen van het declaratieformulier worden overgemaakt.

OWSV Cyana werkt samen met enkele verenigingen uit de regio. In dat kader kunnen er deelnemers zijn aan opleidingen verzorgd door OWSV Cyana die geen verenigingslid zijn.

(8)

2.6 Ongewenst gedrag

Binnen de club heerst een open en informele sfeer, waarbij iedereen op een sociale manier met elkaar omgaat. Ongewenst gedrag wordt niet getolereerd en eventueel direct in de kiem gesmoord, maar is nooit uit te sluiten. Iedereen kan en mag iedereen aanspreken op zijn of haar gedrag. Gezien de aard van de sport is fysiek contact onvermijdelijk. Tijdens instructie zal de instructeur, trainer of buddy soms genoodzaakt zijn om de leerling dan wel zijn uitrusting vast te pakken om te voorkomen dat die een ongecontroleerde opstijging maakt, of om een reddingsactie of oefening uit te voeren.

Bij klachten over ongewenst gedrag kan men zich wenden tot een daartoe aangestelde vertrouwenspersoon binnen de vereniging. Bijvoorbeeld: Agressie, geweld en seksuele intimidatie. Instructie met betrekking tot dit soort ongewenst gedrag wordt niet gegeven en momenteel ook niet noodzakelijk geacht.

Wel hanteren we het 4-ogen principe als het om de omgang met junior leden gaat, daarvoor moet altijd een van de ouders altijd aanwezig zijn bij trainingen, opleidingen en duikactiviteiten.

Indien er sprake zou zijn van emotionele of traumatische gebeurtenissen worden vrijwilligers opgevangen door de andere clubleden. Als dit onvoldoende is zal eventueel een beroep gedaan worden op slachtofferhulp.

2.7 Verzekeringen

Alle NOB-leden zijn automatisch collectief verzekerd tegen de gevolgen van (duik) ongevallen. Dat geldt voor alle sportduikactiviteiten, al dan niet in verenigingsverband en in binnen- en buitenland. De premie wordt via de contributie verrekend.

De NOB heeft voor zijn leden drie verzekeringen afgesloten.

• Algemene aansprakelijkheidsverzekering.

• Ongevallenverzekering.

• Aansprakelijkheidsverzekering voor bestuurders en toezichthouders.

De volledige polisvoorwaarden zijn terug te vinden in het informatiesysteem van de Nederlandse Onderwatersport Bond (NOB)

2.8 Vaccinatiebeleid

Gezamenlijke buitenlandse vakantiereizen worden georganiseerd door een reiscomité.

Deze valt niet onder verantwoordelijkheid van de vereniging.

Voor persoonlijke buitenlandse reizen zijn de leden zelf verantwoordelijk.

(9)

2.9 Ongevallen registratie

In geval van een duikongeval wordt een ongevallen formulier gebruikt, zie daarvoor paragraaf: 4.5 Verwijzingen. Wanneer het een ongeval betreft met ernstig lichamelijk letsel of de dood als gevolg, dan dient de secretaris dit ongeval te melden aan de Arbeidsinspectie.

Een ongeval is als ernstig te beschouwen wanneer iemand:

• Binnen 24 uur na het ongeval naar het ziekenhuis wordt gebracht

• Blijvende schade voor de gezondheid oploopt

Indien het een specifiek duikongeval betreft wordt dit doorgegeven aan het NOB-bondsbureau / DOSA. Dit houdt de instructeur bij en hij/zij geeft een kopie aan de secretaris.

2.10 Voorbereid zijn op noodsituaties in het zwembad

OWSV Cyana maakt van oktober tot mei elke 2e – 3e en 5e week van de maand, op de zaterdagavond een uur gebruik van het zwembad Dommelbad te Boxtel.

De beheerder van het zwembad stuurt de vereniging jaarlijks een veiligheidsprotocol dat elk jaar door het bestuur ondertekend dient te worden. Indien nodig wordt er nader gesproken over het calamiteitenplan. Dit plan is als bijlage bij deze RI&E gevoegd.

Tevens is een exemplaar in de materiaalkast in het zwembad aanwezig. De vrijwilligers en overige leden zijn geïnformeerd over dit plan.

In het zwembad is een aparte ruimte voor EHBO ingericht met voldoende voorzieningen.

Deze is tijdens de zwembadles niet bemand, maar wel voor OWSV Cyana toegankelijk.

Meerdere actieve leden, instructeurs en trainers zijn opgeleid tot EHBO-er en kunnen reanimeren en zijn tevens opgeleid om een AED te gebruiken, zodat er tijdens de zwembad lessen altijd een EHBO-er aanwezig is.

Daarnaast beschikt OWSV Cyana over een eigen goedgekeurde EHBO- en zuurstofkoffer. Beide zijn in het zwembad seizoen in het zwembad aanwezig in de materiaalkast en daarnaast tijdens clubduiken ook aanwezig aan de waterkant. Het beheer en onderhoud van de EHBO- en zuurstofkoffer ligt in handen van de materiaalcommissie. In het zwembad is voldoende en zichtbaar opgehangen brandblusapparatuur aanwezig. De beheerder zorgt voor controle en onderhoud hiervan. De nooduitgangen zijn in voldoende mate aanwezig en als zodanig aangegeven.

(10)

3 Accommodatie

3.1 Gebouwen en terreinen

Indien nodig is er overleg met de beheerder van het zwembad over de veiligheid. Het melden van tekortkomingen of mankementen wordt door het bestuur schriftelijk gemeld bij de beheerder van het zwembad. In het zwembad zijn voldoende toiletten aanwezig.

Leden kunnen hun waardevolle spullen wegleggen tijdens de zwembadlessen in afsluitbare kastjes.

Vluchtroutes in het zwembad zijn in het calamiteitenplan opgenomen. Deze zijn vrij van obstakels, met duidelijke verlichtte bordjes aangegeven, die blijven branden na stroomuitval.

Er zijn voldoende nooduitgangen die meestal rechtstreeks naar buiten leiden en deze zijn vrij van obstakels aan de buitenkant. De verlichting bij deze nooduitgangen blijft branden bij stroomuitval.

3.2 Toestellen en materialen

Tijdens de zwembad training worden soms hoepels en netten gebruikt om te oefenen hoe je daarmee moet omgaan tijdens het sportduiken. Indien deze materialen worden ingezet is er een beperkt risico dat leerlingen daarin echt vast komen te zitten. Bij deze oefeningen zal dan ook altijd minimaal een extra trainer onderwater aanwezig zijn om als het uit de hand dreigt te gaan lopen de leerling veilig naar boven te brengen.

OWSV Cyana heeft eigen duikmateriaal voor de verhuur beschikbaar tot maximaal een jaar na het behalen van het 1*-duikbrevet.

De club heeft de beschikking over een aantal duiksets. Deze bestaan uit:

ademautomatensets, trimvesten, duikflessen, loodgordels en loodzakjes.

Binnen de club is de materiaalcommissie verantwoordelijk voor het onderhoud en controle op het materiaal van OWSV Cyana.

3.2.1 Ademautomatensets van Cyana

De sets bestaan uit: ademautomaten (1e en 2e trap), analoge dieptemeter, analoge manometer en kompas.

Er worden uitsluitend ademautomaten gebruikt/verhuurd waarvan de servicebeurt maximaal 2 jaar oud is. De werking van de gehele ademautomatenset wordt gecontroleerd.

(11)

De werking van de analoge dieptemeter/manometer wordt jaarlijks gecontroleerd aan de hand van een digitale dieptemeter/manometer.

Er wordt door de materiaal commissie een overzicht bijgehouden van de uitgevoerde servicebeurten per ademautomatenset en de vergelijking tussen de analoge en digitale dieptemeter/manometer.

3.2.2 Trimvesten van Cyana

Er worden uitsluitend trimvesten gebruikt waarvan jaarlijks is vastgesteld dat de werking goed is. Gecontroleerd wordt onder andere op; slijtage, overdrukventielen, lekkage, werking inflator, draagstel.

Er wordt een overzicht bijgehouden van de werking van de trimvesten.

3.2.3 Duikflessen van Cyana

Er worden uitsluitend duikflessen gebruikt waarvan de keuringsdatum niet verstreken is.

1 x per jaar wordt de duikfles visueel geïnspecteerd.

Er wordt een overzicht bijgehouden van de keurings- en inspectiedatum van de duikflessen.

Alle keuringen en servicebeurten worden geregistreerd. Alle in eigen beheer zijnde materialen van de club zijn geregistreerd in een materialenlijst en zijn opgeslagen in een afsluitbare materialenkast. De instructeurs (en overige ervaren duikers) zijn geïnstrueerd over het veilig gebruik van de materialen. Beschadigingen, tekortkomingen of mankementen worden terstond aan de materialencommissie gemeld. Deze zorgt voor een adequaat herstel.

3.2.4 Loodgordels van Cyana

Er worden uitsluitend loodgordels gebruikt gevuld met soft-lood dit is comfortabeler maar ook de kans op beschadigingen van de zwembad vloer is veel kleiner.

1 x per jaar worden de loodgordels en loodzakjes visueel geïnspecteerd.

Er wordt een overzicht bijgehouden van de staat van de loodgordels.

(12)

3.3 Materiaalbeheer

Het materiaalbeheer is in handen van de materiaalcommissie. Deze draagt zorg voor goede en veilige opslag, onderhoud en tijdige inspectie, ijking en keuring van materialen welke OWSV Cyana in eigendom heeft.

Het onderhoud van duikmateriaal in eigendom van de leden van OWSV Cyana is de verantwoording van de leden zelf.

Het is niet toegestaan om met ondeugdelijk materiaal, of met duikflessen waarvan de keuring is verlopen, deel te nemen aan opleidingen, trainingen of clubduiken georganiseerd door OWSV Cyana. Bij overtreding zal eerst worden gewaarschuwd door de trainers of de materiaalcommissie.

Er zijn enkele expliciete eisen die OWSV Cyana stelt aan: duikflessen, kranen van duikflessen, Nitrox duikflessen en ademautomatensets als die door leden gebruikt worden tijdens trainingen, opleidingen en clubduiken.

3.3.1 Duikflessen

Duikflessen dienen voorzien te zijn van een geldig keurmerk. Het vullen van duikflessen tot meer dan de toegestane werkdruk is levensgevaarlijk. Voor drukcilinders, waaronder duikflessen, gelden door de overheid opgelegde voorschriften. Deze hebben niet alleen betrekking op keuring, kleur en aanduidingen op de duikfles, maar ook op het transport van duikflessen. Door warmte kan de druk tijdelijk enigszins hoger zijn dan de werkdruk.

Duikflessen dienen bij opslag en transport gezekerd te zijn.

Alle duikflessen van de leden en de club moeten voorzien zijn van een duidelijk zichtbare keuringsdatum. Binnen de vereniging wordt de keuringstermijn conform wettelijke regels zoals geldend in Nederland aangehouden. Veel andere landen hanteren een kortere geldigheidstermijn dan Nederland. Bij het gebruik en het laten vullen van duikflessen in het buitenland dient men te voldoen aan de regels van het land waar men te gast is. De verantwoordelijkheid voor het vullen en het onderhoud van de flessen ligt te allen tijde bij de leden zelf.

Bij OWSV Cyana wordt veel en vaak met Nitrox gedoken en dat vinden we een goede zaak omdat dit het risico op een decompressie ongeval sterk verminderd. De eis die OWSV Cyana tijdens opleidingsduiken en clubduiken aan een Nitrox duikfles stelt zijn:

gelabeld als Nitrox duikfles; voorzien van een label wat het gemeten percentage zuurstof aangeeft en de daarbij horende MOD (Maximale Operating Depth). Daarnaast mogen leden alleen met Nitrox duiken als ze de specialisatie Nitrox basis hebben afgerond.

(13)

3.3.2 Onderhoud duikfles kranen

Door OWSV Cyana wordt ten stelligste afgeraden om zelf de kranen van duikflessen te demonteren of te vervangen. In totaal zijn er zeven verschillende maten schroefdraad voor de verbinding tussen de kraan en de duikfles. Soms zijn de verschillen zo klein dat verkeerde montage kan geschieden. Een specifieke verwisseling is al meerdere keren de oorzaak geweest voor hogedruk explosies waarbij de kraan tijdens het vullen van de duikfles loskomt. Hierbij zijn meerdere personen om het leven gekomen en andere zwaargewond geraakt. Als gevolg hiervan weigeren enkele duiksportwinkels duikflessen met een andere dan de M25x2 schroefdraad nog langer te vullen, ook als deze zijn voorzien van een geldige hydrostatische keuring. Ook beweren ze ten onrechte en tegen beter weten in dat duikflessen met een andere schroefdraad niet meer gekeurd worden, of gebruikt mogen worden. Bij OWSV Cyana mogen ook duikflessen met een andere draad dan M25x2 gewoon worden gebruikt, mits goedgekeurd. Het vulstation waar de meeste leden hun duikflessen laten vullen geeft een GRATIS service om de kraan te demonteren en (een nieuwe kraan) weer monteren mocht daar een noodzaak voor zijn. Verder is het onderhoud van de eigen duikuitrusting een verantwoordelijkheid van de leden zelf en is OWSV Cyana daarvoor nooit aansprakelijk te stellen.

3.3.3 Nitrox duikfles

Bij het vullen van Nitrox duikflessen eisen de meeste vulstations dat de duikfles voorzien is van de juiste labels. Het meest in het oog springt de geel met groene band met de tekst NITROX of iets dergelijks. Ook dient de duikfles zuurstofschoon te zijn. Om deze zuurstofschoonheid aan te tonen wordt een VIP-sticker (Visuele Inspectie Program) door de deskundige die de controle heeft uitgevoerd op de duikfels geplakt. De geldigheid van deze sticker is maximaal een jaar. Dit betekent dat er een jaarlijkse visuele inspectie door een deskundige dient te worden uitgevoerd. De waarde van deze inspectie wordt overigens vaak ter discussie gesteld. Een van de redenen is het groeiend aantal zelf- service perslucht vulstations, na een keer vullen met lucht waarvan men de zuiverheid niet weet is de waarde van de VIP-sticker feitelijk nihil. Het is afhankelijk van het vulstation waar je de Nitrox duikfles laat vullen en de daar gebruikte vulmethodes hoe strikt hier mee wordt omgegaan. Elk vulstation regelt dit rechtstreeks met de leden, dat is geen verantwoordelijkheid van de vereniging. Het is ook op dit punt de verantwoording van de leden zelf hoe ze het onderhoud van hun materiaal en het vullen van de duikflessen regelen, de vereniging kan daarvoor nooit aansprakelijk worden gesteld.

De meeste vulstations zullen een Nitrox duikfles zonder geldige VIP-sticker niet met Nitrox willen vullen maar er alleen maar lucht in willen doen. Het omgekeerde komt ook voor, soms wil men de als Nitrox gelabelde duikflessen niet vullen met lucht. De reden is dat de luchtcompressor niet is getest volgens de Nitrox standaard. Er kunnen dan kleine hoeveelheden koolwaterstoffen in de perslucht aanwezig zijn die de zuurstofschoonheid

(14)

van de Nitrox duikfles zouden kunnen aantasten en de waarde van de VIP-sticker feitelijk ongeldig zouden maken.

3.3.4 Ademautomatenset

Bij door OWSV Cyana georganiseerde duiken hanteren we de procedure die sinds 2016 ook door de NOB is beschreven en door EU wetgeving wordt geregeld: namelijk die van het gebruik van twee eerste trappen bij duiken in water kouder dan 10 graden.

De tot dan toe standaard configuratie: van één 1e trap en daaraan verbonden zowel de primaire ademautomaat als de secundaire ademautomaat oftewel de Alternatieve Lucht Voorziening (ALV) en daarnaast ook nog de inflator slangen, is nooit getest op het gelijktijdig gebruik door twee duikers. Alle testen waar tot dan aan voldaan moest worden (de CE EN250) gaan er van uit dat er altijd slechts één van de twee automaten gebruikt wordt, maar nooit beide tegelijk. De nieuwe norm (CE EN250A) test echter wel met beide automaten tegelijk. Fabrikanten hebben de tot nog toe verkochte ademautomaten nooit volgens deze nieuwe norm getest, waardoor deze dus niet voldoen aan de nieuwe norm. Dientengevolge mogen de ademautomaten die alleen getest zijn volgens CE EN250 dus niet meer met een ALV gebruikt worden.

Er komen nu wel ademautomaten in de winkels te liggen die aan de nieuwe norm voldoen maar die mogen alleen gebruikt worden tot 30 meter diepte of in water van minimaal 10°C. Omdat in Nederland meestal in kouder water wordt gedoken, is het kopen van een nieuwe 1e trap in combinatie met een ALV voor Nederlands gebruik derhalve geen optie.

Voor alle clubduiken en alle opleidingsduiken zijn leden van OWSV Cyana derhalve verplicht om met een duikfles te duiken met twee hogedruk uitgangen. Op elke uitgang dient een 1e trap met een 2e trap te worden aangesloten. Als er gebruik wordt gemaakt van een droogpak moeten de inflator slangen van het trimvest en het droogpak daarnaast op twee verschillende 1e trappen worden aangesloten.

We willen in de leden tegemoet gaan komen door deze regel tot 2020 niet strikt te gaan handhaven voor clubduiken waarbij een diepte van 20 meter niet overschreden wordt.

Daarnaast gaan we trainen in de procedure met het omgaan van een bevroren automaat. Voor opleidingsduiken en ijsduiken en dieper dan 20 meter geldt de verplichting echter wel per direct. Het bestuur zal de verantwoordelijke duikleiders van een clubduik instrueren om de leden die niet aan deze regel voldoen bij elke clubduik op deze regel te laten wijzen. Op deze manier hopen we meer draagvlak en bewustwording bij onze leden te verwerven.

(15)

3.4 Het duiken

De duiksport kent specifieke risico's, omdat er in een onnatuurlijke situatie (onder water) wordt verbleven. Voor het duiken zijn de “Richtlijnen voor veilig duiken” van de NOB van toepassing, welke zijn te vinden op de website. Om de risico's zo klein mogelijk te houden worden instructeurs en de leden opgeleid volgens de NOB-normen.

Het risico bestaat dat er op een duiklocatie een (duik)ongeluk gebeurt. Dit risico wordt verkleind door:

• De NOB standaards te volgend. De uitrusting is afhankelijk van de

omstandigheden. Bij avond/nachtduiken is bijvoorbeeld een reservelamp per buddypaar verplicht. Als er netten staan is een extra lijnsnijder aanbevolen.

• De duikbegeleiders hebben minimaal een geldig brevet.

• Van zo veel mogelijk gebruikte buitenduiklocaties is tijdens de duiken een actueel noodassistentieplan zogenaamd ‘Check de Stek’ aanwezig.

• Bij elke duik is een gecontroleerde zuurstofkoffer beschikbaar.

• Bij elke duik is een uitgebreide gecontroleerde EHBO koffer aanwezig.

• Bij elke duik is een isolatiedeken beschikbaar.

• Bij elke duik is voldoende drinkwater beschikbaar.

• Van alle deelnemende gebrevetteerde duikers is het niveau bekend en wordt er op toegezien dat er wordt gedoken binnen de brevet limieten.

De vereniging kent diverse typen duiken. De omschrijving van de duik en de risico’s zijn achtereenvolgens uitgewerkt.

3.4.1 De recreatieve duik

Recreatieve duiken worden op willekeurige momenten tussen de leden onderling georganiseerd en vallen onder verantwoordelijkheid van de leden zelf. Afspraken voor het maken van een recreatieve duik worden kenbaar gemaakt via de agenda op website en iedere duiker met een brevet kan hieraan deelnemen. Een recreatieve duik wordt vanuit de vereniging niet gefaciliteerd, noch is de vereniging verantwoordelijk voor eventuele calamiteiten die voor, tijdens of na deze duik plaats vinden.

(16)

3.4.2 De opleidingsduik

Opleidingsduiken, oftewel instructieduiken, zijn duiken waarbij er sprake is van een instructeur-leerling relatie. Deze kunnen zowel in het zwembad als in het buitenwater plaatsvinden. Belangrijk hierbij is dat er sprake moet zijn van het aanleren van nieuwe vaardigheden.

Een opleidingsduik valt onder de verantwoordelijkheid van de uitvoerende en daartoe bevoegde instructeur. Bij zwembadinstructie is dat minimaal een NOB 1*-instructeur.

Bij buitenwaterinstructie is dat minimaal een NOB 2*-instructeur (of gelijkwaardig).

Bij het uitvoeren van een opleidingsduik is deze instructeur verantwoordelijk voor de aanwezigheid c.q. het juiste gebruik van:

• Het lesplan voor de specifieke duik.

• Informatie van de deelnemers waarin onder meer zijn opgenomen: de NAW- gegevens, geboortedatums, brevettering en medische keuring van de deelnemers.

• Een zgn. “Check de Stek”: een NOB benaming voor een risico-inventarisatie van de duikplaats met daarin opgenomen een noodplan voor de duikplaats.

• Duikplanning voor de uit te voeren duik.

• Geschikte uitrusting van instructeur en de leerling voor de uit te voeren duik.

• Oppervlakteondersteuning voor het inroepen van hulp.

De instructeur die de verantwoordelijkheid draagt tijdens de instructie / opleidingsduik moet toegang hebben tot:

1. Een zuurstofkoffer met daarin een zuurstoffles die ten minste 15 liter zuurstof per minuut gedurende een periode van 20 minuten kan leveren.

2. Een EHBO-uitrusting geschikt voor de voorgenomen activiteit.

3. Een mobiele telefoon of marifoon.

Bij het uitvoeren van de instructie / opleidingsduik moet de instructeur zich houden aan de brevetdoelstellingen van de betreffende opleiding. Los daarvan dient deze zich te houden aan de algemene richtlijnen voor veilig duiken.

(17)

3.4.3 De georganiseerde clubduik

De vereniging organiseert periodiek een clubduik voor haar leden, welke ook wel verenigingsduik wordt genoemd. De clubduiken worden kenbaar gemaakt via de agenda op de website van de vereniging. De clubduik valt onder verantwoordelijkheid van het bestuur, maar wordt georganiseerd door de evenementencommissie en/of trainingscommissie. De trainingscommissie organiseert meerdere clubduiken waarbij eerder aangeleerde oefeningen verder worden bijgeschaafd, hierbij worden dus geen nieuwe vaardigheden aangeleerd. Alle duiken georganiseerd door deze twee commissies zijn altijd clubduiken.

Voorbeelden van clubduiken:

• Alle trainingsduiken

• Nieuwjaarsduik

• Openingsduik

• Midzomernachtduik

• Afsluitingsduik

• Duiken in het kader van het Clubweekend te Zeeland

• IJsduik

Bij een clubduik is één instructeur, trainer of commissielid verantwoordelijk voor de aanwezigheid c.q. het juiste gebruik van:

• Informatie van de deelnemers: de NAW-gegevens, geboortedatum, brevettering, reanimatie en medische keuring van de deelnemers.

• Een “Check de Stek” voor een risico-inventarisatie van de duikplaats met daarin opgenomen een noodplan voor de duikplaats.

• Duikplanning voor de uit te voeren duik.

• Oppervlakteondersteuning voor het inroepen van hulp.

De verantwoordelijke tijdens de clubduik moet toegang hebben tot:

• Een zuurstofkoffer met daarin een zuurstoffles die ten minste 15 liter zuurstof per minuut gedurende een periode van 20 minuten kan leveren.

• Een EHBO-uitrusting geschikt voor de voorgenomen activiteit.

• Een mobiele telefoon of marifoon.

Deze verantwoordelijke persoon noemen we de duikleider en die heeft volgens de regels van de NOB minimaal een 3* duikbrevet.

Per buddypaar zijn de brevetbevoegdheden van de laagst gebrevetteerde duiker bepalend. Los daarvan dienen de deelnemers zich te houden aan de algemene richtlijnen voor veilig duiken.

(18)

3.5 Oppervlaktecoördinator

Bij een clubduik zal er volgens de regels van de NOB altijd een oppervlakte coördinator aangesteld moeten worden. Zoals de naam al suggereert moet deze persoon aan de oppervlakte blijven en mag dus niet mee gaan duiken.

Bij OWSV Cyana hebben we dit als volgt geregeld. Bij een clubduik is er altijd een verantwoordelijke duikleider aanwezig die de veiligheidszaken voor de clubduik moet regelen. Een van de zaken die deze verantwoordelijke duikleider moet regelen is een oppervlakte coördinator. Een lijst van bevoegde oppervlakte coördinatoren is op de website beschikbaar.

De belangrijkste rol van de oppervlakte coördinator is alarmering bij calamiteiten en het correct invullen van het duikjournaal. Ook heeft de oppervlakte coördinator toegang tot de voorziene EHBO- Zuurstofkoffer en mobiele telefoon en kan deze ook gebruiken.

Tijdens de uitoefening van zijn taken draagt de oppervlakte coördinator een herkenbaar hesje zodat voor alle deelnemers duidelijk is waar ze zich moeten melden voordat ze te water gaan en weer moeten afmelden als ze weer terug zijn.

De oppervlakte coördinator zal na afloop van de duik het duikjournaal overdragen aan de verantwoordelijke duikleider voor de clubduik en ook een kort verslag uitbrengen indien daar aanleiding of noodzaak voor is.

3.5.1 Hoe hebben we dit geregeld

Bij OWSV Cyana organiseren we jaarlijks een interne opleiding tot oppervlakte coördinator. Deze opleiding vergelijkbaar met die van toezichthouder zwembad. Jaarlijks wordt de kennis en kunde van deze oppervlakte coördinatoren geoefend. We stellen hierbij geen eisen aan de brevetering van deze personen, dus ook een niet duikende echtgenote, vriend of anderszins is toegestaan als oppervlakte coördinator.

Degenen die deze opleiding, of herhaling ervan hebben gevolgd, worden op de website opgenomen op een lijst. Deze lijst is beschikbaar voor trainers en instructeurs. Het bijwerken van deze lijst is voorbehouden aan de secretaris en de website beheerder.

Tijdens elke clubduik zorgt de duikleider van die duik dat er ook een oppervlakte coördinator aanwezig is.

Tevens zullen we bij iedere aankondiging van een clubduik in de uitnodiging verwijzen naar het protocol waarin is beschreven wat er van de oppervlakte coördinator en van de leden wordt verwacht.

(19)

3.6 Duikjournaal

Bij een clubduik zal er altijd een duikjournaal worden bijgehouden de buddyindeling, keuring en brevettering wordt door de verantwoordelijke duikleider geregeld maar de rest van de gegevens wordt grotendeels door de oppervlakte coördinator ingevuld.

Per deelnemer wordt onder andere vastgelegd:

• Soort ademgas – Lucht – Nitrox …%

• Grootte van de duikfles

• Flesdruk direct voor en direct na de duik

• Tijdstip te water gaan en uit het water komen

• Maximale duikdiepte van de duik 3.7 Toezichthouder Zwembad

Bij de zwembadtrainingen van OWSV Cyana moet er altijd een toezichthouder zwembad aanwezig zijn. Volgens de Wet Hygiëne en Veiligheid Bad- en Zweminrichtingen (WHVBZ) is de zwembadhouder verantwoordelijk voor ‘voldoende toezicht’.

Volgens de wet moet een toezichthouder aan twee eisen voldoen:

• Minder dan een jaar geleden hebben aangetoond dat hij vaardig is in het reanimeren.

• Minder dan een jaar geleden hebben aangetoond dat hij vaardig is in het boven water halen en op de kant brengen van een slachtoffer.

3.7.1 Hoe hebben we dit geregeld

Bij OWSV Cyana organiseren we jaarlijks een interne opleiding tot toezichthouder zwembad. Daarvoor hebben onze instructeurs een bijscholing gevolgd om die te mogen geven. In aanmerking voor deze opleiding komen alleen leden met minimaal een 3*

duikbrevet of gelijkwaardig.

Degenen die deze opleiding, of de herhaling ervan, hebben gevolgd, worden op de website opgenomen op een lijst. Deze lijst is door trainers en instructeurs in te zien. Het bijwerken van deze lijst is voorbehouden aan de secretaris en de website beheerder.

Tijdens elke training in het zwembad zorgt de trainer of instructeur van die avond dat er ook een toezichthouder zwembad aanwezig is.

(20)

3.8 Reanimatie

Jaarlijks biedt de club haar leden een reanimatiecursus aan. Vanaf het 3*-brevet is het verplicht jaarlijks aan deze herhalingscursus deel te nemen. Sommige leden volgen deze herhaling al via de werkgever. Indien dit een reden is om niet deel te nemen, dient daarvan dan een bewijs overlegd te worden aan het bestuur. Deze verplichting is vermeld in het HR welke te vinden is op de website. Voor die leden die verplicht deze herhaling moeten volgen is deze cursus gratis. Het staat alle overige leden vrij om ook aan deze cursus deel te nemen, tegen betaling van een kleine vergoeding.

3.9 Medische keuringen

OWSV Cyana houdt voor nieuwe leden een leeftijds-ondergrens aan van 8 jaar, voordat met duik in het zwembad gedoken mag worden. Vanaf 8 jaar mogen jeugdigen als zgn.

Junior lid worden en onder begeleiding van een instructeur oefeningen doen in het zwembad en het buitenwater, afhankelijk van leeftijd en opleidingsniveau. Onze leden dienen zich om de 3 jaar te laten keuren. Leden van 50 jaar en ouder dienen zich 1x per jaar te laten keuren. Dit conform de Arbo-leeftijdsgrens en conform het besluit van de Nederlandse vereniging voor duikgeneeskunde van 2004. De leden worden geacht hier zelf voor te zorgen. Om de organisatie van clubduiken te vereenvoudigen is er een mogelijkheid om de datum van deze medische keuring in een lijst op de website op te nemen. Leden die dit niet doen dienen voor elke clubduik bij de verantwoordelijke duikleider hun geldige medische keuring aan te tonen. Als ze niet ter plaatse kunnen aantonen dat ze medisch zijn goedgekeurd voor de duiksport, kunnen ze niet deelnemen aan de georganiseerde clubduik. Indien er toch wordt gedoken zal worden aangetekend dat dit buiten clubduikverband is gegaan, met de specifieke reden: geen verificatie van geldende medische keuring. Bij het volgen van een opleiding zal de medische geschiktheid voor aanvang van de opleiding moeten worden aangetoond.

Eventuele gevolgen voor het niet tijdig keuren, zijn altijd voor de persoon zelf en niet voor de vereniging.

(21)

4 Algemene zaken

4.1 Bestuur en kantoorwerk

Specifieke kantoorwerkzaamheden vinden niet plaats. Administratieve werkzaamheden worden door de bestuursleden en instructeurs thuis verricht. De vrijwilligers werken nooit langer dan 2 uur per dag met een beeldscherm voor de club. Vergaderingen vinden altijd plaats bij een van de bestuursleden of instructeurs thuis.

4.2 Training en opleidingen

Het risico bestaat dat de instructeurs niet voldoet aan de wettelijke eisen of aan de eisen van de NOB. Dit risico wordt verkleind door van alle lesgevende leden vast te leggen:

• Data van geldig medisch keuringsbewijs.

• Geldige aansprakelijkheidsverzekering.

• Dat van geldige lesgevende status bij de NOB.

• De data van brevettering vast te leggen.

• Verklaring Omtrent Gedrag (VOG)

Al deze gegevens zijn in de database van de website opgenomen en kunnen daar door commissieleden, trainers en bestuur worden ingezien. Aanpassing van gegevens kan alleen door de secretaris en de website beheerder gebeuren en wordt gelogd. Het maken van een kopie (back-up) van de bestanden worden volgens de AVG beheersregels uitgevoerd, en de bewaartermijnen zijn daar ook geregeld.

De instructeurs krijgen hun opleidingen via de NOB, welke worden afgesloten met theorie- en praktijkexamens. De werktijden van de instructeurs zijn beperkt tot maximaal 2,5 uur op 1 avond in de week. De leden worden opgeleid door bevoegde instructeurs.

Na een zwembadtraining kan naar goedvinden van de instructeur in het buitenwater worden begonnen. Er worden, naar noodzaak, trainers aangewezen voor respectievelijk de 1*- 2*- 3* opleidingen. Dit valt onder verantwoordelijkheid van de trainingscommissie.

Regelmatig is er de mogelijkheid voor een zwembadtraining en een buitenwaterduik in het kader van opleiding (in het geval er cursisten zijn). Specialisaties worden naar behoefte, believen en bevoegdheid gegeven en gevolgd. Alle opleidingen en trainingen worden conform de NOB-eisen “Richtlijnen voor veilig duiken” gegeven en afgesloten.

(22)

Instructeurs van OWSV Cyana houden zich aan de volgende afspraken, en verplichten zich om:

• Jaarlijks een medische duiksportkeuring bij een bevoegde duikarts te ondergaan en een kopie van de uitslag daarvan te overleggen.

• Gebruik te maken van een dubbele ademautomaat, dieptemeter, manometer, duikbril en vinnen.

• Lichamelijk en geestelijk in staat te zijn gevaren te herkennen en indien mogelijk, te voorkomen.

• Zich te houden aan de grens van maximaal 1,6 bar partiële zuurstofdruk in het ademgas.

• De brevetbevoegdheden van zichzelf en de duiker in opleiding te respecteren.

De Arbowet stelt de vrijstelling voor instructeurs op een duikdiepte van maximaal 50 meter met een decompressietijd van ten hoogste 20 minuten. Als een van deze twee grenzen wordt overschreden geldt de vrijstelling niet en moet de instructeur aan alle Arbo-eisen van een beroepsduiker voldoen.

4.3 Activiteiten

Door de evenementencommissie worden regelmatig duikactiviteiten georganiseerd.

Deze duiken zijn clubduiken en vallen onder verantwoordelijkheid van het bestuur. Ook kunnen tijdens deze activiteiten opleidingsduiken gemaakt worden. Deze vallen onder de verantwoordelijkheid van de trainingscommissie / instructeur.

4.4 Verwijzingen

Om te voorkomen dat dit RI&E document nog langer wordt, hebben we de bijlage niet fysiek opgenomen maar alleen een link naar de digitale versie.

1. Blanco Duikjournaal 2. Duikongevallen Formulier

3. Veiligheidsprotocol Dommelbad.

4. Richtlijnen voor veilig duiken van de NOB

5. Statuten en Huishoudelijk Reglement OWSV Cyana

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Alle medewerkers zijn door de school geïnformeerd over agressie en geweld, pesten, discriminatie en seksuele intimidatie en de maatregelen die de school daartegen neemt.

Mondeling zijn er diverse afspraken gemaakt, echter dit is nog niet geformaliseerd binnen Dieseko..  Formaliseer het beleid thuiswerk en besteed hierin naast aandacht voor

Foto 10 van bijlage 1 toont afval welk in de mogelijk in de put terecht nadat deze tijdens het ledigen niet in de vrachtwagen van de chauffeur is beland..

Omschrijving: De medewerkers voelen zich belast door ongewenst gedrag (agressie en geweld, pesten, discriminatie en seksuele intimidatie) van ouders. Risicoklasse:

Opslag Zorg dat alle gevaarlijke stoffen zijn opgeslagen volgens PGS-15 richtlijnen. Draag zorg dat de dag-, werkvoorraad op de buiten de betreffende opslaglocaties niet

De paragraaf bevat alle overige beantwoorde vragen die niet leiden tot een risico..

Veiligheid en een goede zorg voor de molen en zijn mensen gaan namelijk hand in hand.. In deze zin is zorg voor Arbo óók vanuit economisch opzicht een

Op basis van de Risico inventarisatie & Evaluatie Electrische rolstoel in de stadsbus (versie 3.0 13-05-2016) heeft HTM geoordeeld dat de huidige rolstoelvoorzieningen in