• No results found

Vraag nr. 26 van 20 november 2000 van de heer JAN LOONES

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 26 van 20 november 2000 van de heer JAN LOONES"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 26

van 20 november 2000 van de heer JAN LOONES

Garnalenbestand – Ondersteunende milieumaatre-gelen

Vanuit de diensten bevoegd voor zeevisserij is men sedert september gestart met een gloednieuwe nieuwsbrief met de originele naam "Vi s-á-v i s " , m e t als bedoeling het wetenschappelijk onderzoek te confronteren met de dagdagelijkse realiteit van het zeevisserijgebeuren.

Omdat men zich met de nieuwsbrief meer naar het publiek wil richten, gaat het eerste nummer over de garnalenvisserij (jaargang 1, n r. 1 van september 2000, blz. 8).

De crisis in de Vlaamse garnalenvisserij – waar-van reeds jaren sprake is – spreekt ons uiteraard ten zeerste aan, omdat wij zo "zot zijn" van dat garnaaltje.

Uit deze bijdrage over de moeilijkheden in de gar-nalenvisserij blijkt onder meer dat de reductie van het areaal dat als kweekgebied voor garnaal in aanmerking komt, met name de slikken en schor-ren in de Westerschelde en langs de Vlaamse kust, een mogelijke verklaring is voor de terugloop van de garnalenvangst.

Tot diezelfde conclusie kwam het V l a a m s Vi s s e r i j-informatiecentrum (VVIC) ook reeds op zijn studiedag "De Schelde als paai- en kraamge-bied" (Nieuwpoort, 7 . 1 2 . 9 9 ) , over de rol van de Westerschelde als natuur- en kweekgebied voor jonge vissen en garnalen.

Daarbij werd gewag gemaakt van plannen om het areaal aan slikken en schorren opnieuw uit te brei-d e n , onbrei-der meer brei-door "ontpolbrei-dering", waarbij men voormalige polders opnieuw laat "verwilderen" tot schorren en kreken.

Als er inderdaad een oorzakelijk verband zou be-staan tussen de achteruitgang van het schorrenare-aal en de terugloop van het garnalenbestand, d a n kan de visserij enkel baat hebben bij dergelijke mi-lieugerichte initiatieven.

Daarbij komt uiteraard de ideale combinatie van de bevoegdheden, enerzijds visserij en anderzijds milieu, aan bod.

1. Kunnen de diensten van de minister zich aan-sluiten bij de bevindingen omtrent de rol van de

schorren en slikken als kweekgebieden voor het garnalenbestand ?

2. Bestaan er plannen om een nieuwe ontwikke-ling te geven aan het slikken- en schorrenge-b i e d , zowel voor de Westerschelde als voor de IJzermonding ?

3. Werden er eventueel andere maatregelen geno-men om het garnalenbestand te vrijwaren ? Zo ja, welke ?

Antwoord

1. De afdeling Natuur van de administratie Mi-l i e u - , N a t u u r- , Land- en Waterbeheer (AminaMi-l) bevestigt dat uit marien en strandbiologisch on-derzoek van onder andere de Universiteit Gent blijkt dat slikken en schorren inderdaad funge-ren als kraamgebieden voor garnalen en andere kreeftachtigen.

Ook de zwinnen (geulen) op het intertidaal deel van stranden vervullen mogelijk een functie als kraambiotoop van dergelijke organismen. 2. Het grootste gedeelte van het brakke en zilte

schorrenareaal langs de We s t e r s c h e l d e ligt op Nederlands grondgebied.

Het zwin in Knokke is het enige zilte schorge-bied van de Westerscheldemonding dat ligt op het grondgebied van het Vlaamse gewest. A l s maatregel tegen de verzanding van dit gebied werd een tijdlang gedacht aan onder andere de partiële ontpoldering van de achter de Interna-tionale Dijk gelegen Wi l l e m - L e o p o l d p o l d e r. Deze ontpolderingsmaatregel zou minstens een verdubbeling van de huidige aan getijdewerking onderhevige schorrenoppervlakte hebben bete-kend.

Het Belgisch gedeelte van het Zwin en de ach-terliggende polder zijn echter particulier eigen-dom en de geplande ontpoldering alsook ande-re structuande-rele maatande-regelen tegen de verzanding stootten op de weigerachtige houding van de particuliere eigenaars en van de landbouwsec-tor.

(2)

Reeds sinds 1996 beschikt de afdeling Natuur van Aminal over een natuurherstelplan voor de I J z e r m o n d i n g, dat werd uitgewerkt door de Universiteit Gent in samenwerking met het In-stituut voor Natuurbehoud. De door dat natuur-herstelplan voorgestelde maatregelen worden sinds 1999 op het terrein uitgevoerd : de gebou-wen en wegen van de oude marinebasis werden tijdens het winterhalfjaar 1999-2000 volledig af-g e b r o k e n , en sinds september 2000 worden ook de dokken en kaaien ontmanteld. Alle aanleg-steigers en oeverbeschoeiingen zijn reeds ver-w i j d e r d , momenteel ver-worden de met zand opge-hoogde terreinen afgegraven.

Deze werken moeten de door het getij over-stroombare oppervlakte slik, schor en lage dui-nen langs de IJzermonding vergroten met ruim 16 hectare. In 2000-2001 moet de afgraving van het slibdepot plaatsvinden, waardoor nog eens een 12-tal hectare slik en schor zal worden her-s t e l d . Bovendien werd bij miniher-sterieel beher-sluit van 3 maart 1999 ook het strand voor de oude marinebasis en de huidige landmachtbasis opge-nomen in het Vlaams natuurreservaat "De IJ-z e r m o n d i n g " . Dit strand is heel reliëfrijk, o m v a t bijgevolg vrij veel slibrijke zwinnen en plasjes die de geschikte biotoop bieden aan kreeftachti-gen, waaronder garnalen.

Krachtens artikel 35 van het decreet van 21 ok-tober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijke milieu is het natuurreservaten ver-boden "de dieren te doden, te jagen of te van-gen en op welke wijze ook hun jonvan-gen, e i e r e n , nesten of schuilplaatsen te storen of te vernieti-g e n " , zodat (o. m . vernieti-garnaal)vissen ook verboden is op het strandgedeelte van het Vlaams natuur-reservaat "De IJzermonding" en garnalen even-als andere mariene en strandorganismen en hun natuurlijke habitat de nodige bescherming krij-gen.

3. Reeds sinds 26 oktober 1997 is " De Baai van Heist" aangewezen als Vlaams natuurreservaat. Dit natuurreservaat omvat onder andere een breed intertidaal strand met diepe slibrijke zwinnen (geulen), alsook aan het getij onderhe-ving slik en schor, allemaal voor garnalen en an-dere kreeftachtigen geschikte natuurlijke habi-t a habi-t s. Evenals in hehabi-t nahabi-tuurreservaahabi-t "DeIJzer-monding" is hier artikel 35 van het natuurbe-houddecreet van toepassing, zodat hier (o. a . g a r-naal)vissen verboden is.

Hoewel niet specifiek gericht op de vrijwaring van het garnalenbestand, kunnen de

bescher-ming en het beheer van "De Baai van Heist" als natuurreservaat alleen maar in positieve zin bij-dragen tot de vrijwaring van diverse soorten g a r n a l e n , alsook platvissen zoals bot, schol en zandspiering.

Het garnalenbestand heeft wellicht niet alleen te lijden onder het biotoopverlies in estuaria, doch ook onder de verwoesting van de bodems in de ondiepe zee. Garnalen planten zich voort in slikken en schorren en verblijven hier in het larvaal stadium, maar concentreren zich op late-re leeftijd in de ondiepe zee voor de kust, in het bijzonder rond de zandbanken. De zeebodems van en rond de zandbanken worden ernstig ver-stoord door de boomkorvisserij en tegenwoor-dig in toenemende mate ook door het afschra-pen van tweekleppige weekdieren en mosselen-broed door buitenlandse schelpenvissers.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Anderzijds wordt de volgorde van aanpak mee bepaald door het lokale draagvlak voor derge- lijke projecten.. Wanneer er een duidelijke vraag is van lokale besturen met een engagement

Daarbij verwijst ze enerzijds naar het "sneller bergaf gaan" van de Nieuwpoortse vis- serij na de sluiting van het lokale visserijschooltje, en anderzijds naar de te

Gedurende nu reeds bijna vijfentwintig jaar vond een welles-nietesdiscussie plaats tussen de betrok- ken Nederlandse en Vlaamse overheden, v o o r n a- melijk omtrent de

Op welke wijze vertaalt de eigenheid van die deelgemeenten zich in een specifieke behande- ling op Vlaams niveau, zoals dat het geval is op lokaal niveau2. Hoe worden deze

de opmaak van gewestelijke ruimtelijke uitvoe- ringsplannen voor de afbakening van specifieke regionale bedrijventerreinen, dan zullen de door de task force voorgetelde

Wat het Leader II Westhoek-project betreft rijst het probleem van de afbakening op het niveau van fusiegemeenten, waardoor de specifieke kenmerken van de landelijke

Een voorstel om de situatie van de huismus te ver- b e t e r e n , werd besproken in de Vlaamse Hoge Raad voor Natuurbehoud?. Deze raad heeft op 18 november 1999 een brief

Vooreerst kan worden opgemerkt dat volgens de Vlarem-indelingslijst (indelingsrubriek 32.8.1) enkel baden die verbonden zijn aan privé-woningen en die niet voor het