• No results found

Vraag nr. 60 van 12 december 2003 van de heer DIRK HOLEMANS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 60 van 12 december 2003 van de heer DIRK HOLEMANS"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 60

van 12 december 2003

van de heer DIRK HOLEMANS

NV Grootaert Drongen – Bodemsanering

Op 1 februari 2001 (Bulletin van Vragen en A n t-woorden nr. 10 van 30 maart 2001, b l z . 1343) en op 20 december 2002 (BVA nr. 9 van 14 februari 2003, b l z . 1548) stelde ik aan de toenmalig bevoegde mi-nister een schriftelijke vraag over de vervuiling op de site van de voormalige verffabriek NV Grootae r t in Drongen-Gent.

In antwoord op de laatste vraag stelde de minister dat er reeds een oriënterend bodemonderzoek, e e n tussentijds rapport voor een beschrijvend bodem-onderzoek en een beschrijvend bodembodem-onderzoek waren opgesteld. Voor de laatst ontvangen fase werden luidens de minister door de Openbare A f-valstoffenmaatschappij voor het Vlaams Gewest ( OVAM) aanvullende onderzoeksverrichtingen o p g e l e g d . Deze aanvullende onderzoeksverrichtin-gen waren toen nog niet aan de OVAM overgezon-den en hiervoor werd een herinneringsbrief ge-stuurd waarin werd gesteld dat de aanvullingen ui-terlijk bij OVAM dienden te worden ingediend op 1 april 2003.

Verder stelde de minister dat "het opstellen van een bodemsaneringsproject noodzakelijk is t.h.v. het voormalige lozingspunt van de kleurfabriek. Welke saneringstechniek dient aangewend te wor-d e n , wor-dient te worwor-den bekeken in het bowor-demsane- bodemsane-r i n g s p bodemsane-r o j e c t . Voobodemsane-raleebodemsane-r kan ovebodemsane-rgegaan wobodemsane-rden tot het opstellen van het bodemsaneringsproject dient het beschrijvend bodemonderzoek conform ver-klaard te worden. OVAM heeft in het kader van het beschrijvend bodemonderzoek verdere aanvul-lingen gevraagd m.b. t . de afperking van de veront-reiniging en de risico-evaluatie".

Graag vernam ik van de minister de stand van zaken in dit dossier.

1. Zijn de door OVAM opgelegde onderzoeksver-richtingen in het kader van het beschrijvend bo-demonderzoek uitgevoerd ?

Zijn deze gegevens aan OVAM overgezonden voor de vooropgestelde datum van 1 april 2003 ? Is het beschrijvend bodemonderzoek reeds con-form verklaard ?

2. Wat is de stand van zaken m.b. t . het opstellen van een bodemsaneringsproject ter hoogte van het voormalige lozingspunt van de kleurfabriek ? Is er reeds een keuze van saneringstechniek ge-maakt ?

Is er reeds een timing vooropgesteld voor de re-alisatie van de sanering ?

Antwoord

1. Er werden reeds een oriënterend bodemonder-z o e k , een tussentijds rapport voor een beschrij-vend bodemonderzoek en een beschrijbeschrij-vend bo-demonderzoek opgesteld. Voor de laatst ont-vangen fase werden door OVAM aanvullende onderzoeksverrichtingen opgelegd. Deze aan-vullende onderzoeksverrichtingen werden niet tijdig aan OVAM bezorgd en hiervoor werd een herinneringsbrief gestuurd waarin werd gesteld dat de aanvullingen uiterlijk bij OVA M d i e n d e n te worden ingediend op 1 april 2003.

Er werd melding van overdracht gedaan op 12 december 2002. Samen met deze melding werd een nieuw oriënterend bodemonderzoek be-zorgd met als titel "Oriënterend bodemonder-z o e k , Drongenstationstraat 2, 9031 Drongen" opgesteld door Soresma de dato 21 november 2 0 0 2 . Op 21 januari 2003 werd door de notaris echter het overlijden van betrokkene gemeld. Op 7 februari 2003 werd een tussentijds rapport " Tussentijds verslag beschrijvend bodemonder-zoek in Drongen, Drongenstationstraat 2" op-gesteld door Esher de dato 1 februari 2003 aan OVAM bezorgd.

Door OVAM werden aanvullingen opgelegd m . b. t . de afperking van de verontreiniging, de ri-sico-evaluatie en de volume-inschatting van de v e r o n t r e i n i g i n g. De opgelegde termijn voor het indienen van het beschrijvend bodemonder-z o e k , namelijk 1 april 2003, werd in dit schrijven nogmaals vermeld.

(2)

– Volgens artikel 789 BW verjaart het recht om een nalatenschap te aanvaarden of te verwerpen door het verloop van de tijd die voor langste verjaring vereist is, dus 30 jaar ! – De erfgenaam heeft voor het opmaken van

de boedelomschrijving drie maanden, te re-kenen van de dag waarop de erfenis is open-g e v a l l e n . Bovendien heeft hij, om zich om-trent de aanvaarding of de verwerping te be-r a d e n , een tebe-rmijn van 40 dagen, te be-rekenen van de dag dat de voor het opmaken van de boedelbeschrijving verleende drie maanden verstreken zijn, of van de dag van het sluiten van de boedelbeschrijving indien deze voor het verstrijken van de drie maanden is beëin-digd (artikel 795 BW). Dit is in geval van aanvaarding van de nalatenschap onder voorrecht van boedelbeschrijving.

– Door het verstrijken van de wettelijke en eventueel van de gerechtelijke termijn van beraad verliest de erfgenaam niet zijn recht om een keuze te maken ; hij behoudt die ge-durende 30 jaar. Wordt hij echter gedag-v a a r d , dan kan hij niet langer de rechten gedag-van b e r a a d , opwerpen en moet hij onmiddellijk zijn keuze doen. Doet hij dit niet, dan kan hij zuiver aanvaardend erfgenaam worden ver-klaard.

– Wa n n e e r, na het verstrijken van de termijn van boedelbeschrijving en van beraad, z i c h niemand aanmeldt om een nalatenschap op te vorderen, geen erfgenaam bekend is of de bekende erfgenamen de nalatenschap heb-ben verworpen, wordt deze als onbeheerd beschouwd.

– Wanneer een nalatenschap als onbeheerd wordt beschouwd, wijst de rechtbank van eerste aanleg een curator aan. De schuldei-sers kunnen, zolang de egalitaire procedure niet is ingezet, baat halen uit individuele in-v o r d e r i n g s m a a t r e g e l e n , die zij in-voor het oin-ver- over-lijden van de schuldenaar hebben aange-wend.

Wanneer de erfgenamen de erfenis aanvaarden, zijn ze saneringsplichtig. Door OVAM werd contact opgenomen met de notaris en aangera-den een studie te laten uitvoeren omtrent de te verwachten kosten voor het beschrijvend b o d e m -onderzoek en het saneringsproject. Op basis hiervan kunnen de erfgenamen dan oordelen of zij de erfenis al dan niet willen aanvaarden.

In mei 2003 werd een schrijven gericht aan de notaris waarin werd gevraagd OVAM op de hoogte te brengen wie de erfgenamen zijn. N a telefonisch contact met een medewerker van de notaris werd vernomen dat de erfenis mogelijk zou aanvaard zijn. Dit werd echter nog niet schriftelijk bevestigd.

Wanneer echter de erfenis niet aanvaard zou w o r d e n , zal de procureur op zoek gaan naar de volgende erfgenamen in rang, die dan weer kun-nen aangemaand worden en die dan weer aan-vaarden of verwerpen ... Als men tot de vaststel-ling komt dat niemand de erfenis aanvaardt, dan wordt dit een staatsgoed in het beheer van de Administratie van het Kadaster, R e g i s t r a t i e en Domeinen. Als deze administratie niet wil s a n e r e n , kan zij de grond aan OVAM te koop a a n b i e d e n , waarna de overheid dan zou kunnen saneren en eventueel verkopen. Deze piste zal eveneens worden onderzocht.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De problematiek van de verkeersveiligheid op de N466 in Baarle-Drongen (Gaverlandstraat) werd naar aanleiding van een reeks ongevallen bespro- ken op de Provinciale Commissie voor Ve

N461 Drongen-Merendree – Fiets- en voetpad Uit het investeringsprogramma van de administra- tie Wegen en Verkeer blijkt dat er voor 2000 een budget werd ingeschreven van 30

Zoals artikel 6 van deze samenwerkingsovereen- komst bepaalt, is dit "Forum Lokale We r k g e l e g e n- heid het lokale adviesorgaan inzake werkgelegen- h e i d , waaraan door

De minister antwoordde toen : " Voor de site "verf- fabriek Grootaert" in Drongen zijn er momenteel geen gegevens beschikbaar in het register van ver- ontreinigde

De expansiesteun aan Middelgrote en Grote Ondernemingen wordt uitbetaald voor 17% in het jaar van toekenning, 30% in het eerste jaar na toekenning, 29% in het tweede jaar, 11 %

Zo doet er zich een mogelijk conflictpunt voor tussen enerzijds het verkeer komende van de E40 uit de richting Gent dat de rotonde op wil, en anderzijds het verkeer dat zich reeds

De gemiddelde weekdagintensiteiten tonen aan dat de opening van de Westerscheldetunnel op 15 maart 2003 geen significante toename van het verkeer op de R4 West teweegbracht.. Op

In het kader van het Minder Hinder Plan A n t- werpen werden er voor Antwerpen 10 bijko- mende trams besteld, zodat er in totaal 57 lage- vloertrams zullen worden