Bijlagen
Bijlage 1 Vragenlijst interview
Deze bijlage hoort bij paragraaf 4.3, waar de opbouw van de vragenlijst wordt besproken. Algemene vragen over de achtergrond van de ondernemer: eigen bedrijf
1. Type bedrijf:
1. Overnachtingsaccommodatie 2. Horeca
3. Museum & galerie 4. Sport en spel 5. Anders 2. Eigen bedrijf sinds:
1. 1-15 jaar 2. 16-30 jaar
3. Langer dan 30 jaar 3. Lid van het Blauwe Lint sinds:
1. 1-6 maanden 2. 7-12 maanden 3. 13-18 maanden
4. Langer dan 18 maanden
4. Welke ondernemingsvorm heeft uw bedrijf? 1. Eenmanszaak
2. VOF
3. Stichting / vereniging
4. BV
5. NV
5. Wat is de omvang van uw bedrijf?
a. Aantal werknemers: 1. 1-3 werknemers
2. 3-5 werknemers
3. Meer dan 5 werknemers
b. Aantal fte’s: 1. 1-2 fte’s
2. 3-4 fte’s
3. Meer dan 4 fte’s
Algemene vragen over de achtergrond van de ondernemer: deelname in Het Blauwe Lint
6. Als iemand, die niet weet wat Het Blauwe Lint inhoudt, u vroeg om dit te omschrijven, wat zou u hem dan vertellen?
7. Wat zijn volgens u de doelstellingen van Het Blauwe Lint?
9. Vindt u dat de doelstellingen nagestreefd worden? Zo nee, dan naar vraag 11. 10. Hoe worden deze doelstellingen in de praktijk nagestreefd volgens u? 11. Wat vindt u van het huidige dienstenaanbod van Het Blauwe Lint? 11.1 Op het gebied van overnachtingsaccommodaties;
1. Te breed 2. Goed 3. Te nauw Toelichting: ……… ……… ……… 11.2 Op het gebied van horeca;
1. Te breed 2. Goed 3. Te nauw Toelichting ……… ……… ……… 11.3 Op het gebied van musea en galerieën;
1. Te breed 2. Goed 3. Te nauw Toelichting ……… ……… ……… 11.4 Op het gebied van sport en spel;
1. Te breed 2. Goed
Toelichting
……… ……… ……… Marketingeffectiviteit – Operationele efficiëntie
12. In hoeverre was u op de hoogte van wat er van u verwacht werd door uw deelname in Het Blauwe Lint op het moment dat u zich aanmeldde als potentieel lid?
1. Volledig op de hoogte 2. Grotendeels op de hoogte 3. Gedeeltelijk op de hoogte 4. Nauwelijks op de hoogte 5. Niet op de hoogte Toelichting: ……… ……… ……… 13. In hoeverre denkt u dat andere ondernemers op de hoogte waren van wat er van hen verwacht werd toen zij lid werden van Het Blauwe Lint?
14. Op welke aspect(en) dient er beter naar potentiële leden gecommuniceerd te worden wat deelname precies inhoudt?
15. Welk cijfer geeft u voor de communicatie binnen Het Blauwe Lint? Toelichting:
……… ……… ……… Marktoriëntatie - Interfunctionele coördinatie:
19. Op welke manieren bent u betrokken bij Het Blauwe Lint?
20. Hoe vindt u dat de samenwerking binnen Het Blauwe Lint verloopt? 1. Zeer goed
2. Goed
3. Niet goed / niet slecht 4. Slecht
5. Zeer slecht Toelichting:
……… ……… ……… 21. Wat zijn de drie sterkste punten van Het Blauwe Lint volgens u en waarom?
1. ………... 2. ………... 3. ………... 22. Noem drie punten waarop Het Blauwe Lint zich nog kan verbeteren en waarom. 1. ………... 2. ………... 3. ………... 23. Hoe kunnen de genoemde punten bij vraag 25 verbeterd worden volgens u?
24. Wat vindt u het grootste voordeel van uw deelname in Het Blauwe Lint? 25. Wat vindt u het grootste nadeel van uw deelname in Het Blauwe Lint? Cultuur – Culturele waarden
Klantfocus: ‘Kunt u van de volgende stellingen aangeven in welke mate ze passen bij het Blauwe Lint’:
26. In hoeverre denkt u dat Het Blauwe Lint een goed beeld heeft van de wensen en behoeften van de toerist?
1 2 3 4 5
Zeer slecht Slecht Niet goed, niet slecht Goed Zeer goed
Toelichting:
……… ……… ……… 27. In hoeverre denkt u dat de aangeboden diensten van Het Blauwe Lint aansluiten op de behoeften van de klant?
1 2 3 4 5
Zeer slecht Slecht Gedeeltelijk Goed Zeer goed
Toelichting:
……… ……… ………
Blauwe Lint worden aangeboden?
1 2 3 4 5
Zeer slecht Slecht Gedeeltelijk Goed Zeer goed
Toelichting:
……… ……… ……… Marketingeffectiviteit – Klantfilosofie
29. In hoeverre denkt u dat Het Blauwe Lint in staat is om in de wensen en behoeften van klanten te voorzien?
1 2 3 4 5
Zeer slecht Slecht Gedeeltelijk Goed Zeer goed
Toelichting:
……… ……… ……… Marketingeffectiviteit – Strategische oriëntatie
30. Zijn er, volgens u, voldoende mogelijkheden voor de toerist die daarom vraagt, om een breder pakket activiteiten op basis van de diensten van verschillende ondernemers, aan te bieden?
1 2 3 4 5
Zeer slecht Slecht Gedeeltelijk Goed Zeer goed
Toelichting:
……… ……… ……… Marketingeffectiviteit – Adequate marketinginformatie
31. Op welke wijze(n) wijst u de toerist op de mogelijkheden binnen Het Blauwe Lint? 1. Gesprek
2. Website 3. Folder
¾ Als de ondernemer aangeeft gesprekken te voeren met klanten kan
gevraagd worden waar deze gesprekken overgaan en welke informatie de ondernemer eruit haalt.
Flexibiliteit: ‘Kunt u van de volgende stellingen aangeven in welke mate ze passen bij het Blauwe Lint’:
32. In hoeverre wordt u eigen bedrijfsvoering beïnvloed door het beleid van Het Blauwe Lint
1 2 3 4 5
Zeer weinig Weinig Gedeeltelijk Veel Zeer veel
Toelichting:
……… ……… ……… 33. In hoeverre sluiten de activiteiten van Het Blauwe Lint aan op uw eigen
bedrijfsvoering?
1 2 3 4 5
Zeer slecht Slecht Niet goed, niet slecht Goed Zeer goed
Toelichting:
……… ……… ……… Creativiteit: ‘Kunt u van de volgende stellingen aangeven in welke mate ze passen bij het Blauwe Lint’:
34. In hoeverre wordt innovatief denken aangemoedigd bij Het Blauwe Lint? 1 2 3 4 5
Zeer weinig Weinig Gedeeltelijk Veel Zeer veel
Toelichting:
……… ……… ……… 35. In hoeverre bestaat er ruimte voor nieuwe ideeën binnen Het Blauwe Lint?
1 2 3 4 5
Zeer weinig Weinig Gedeeltelijk Veel Zeer veel
Toelichting:
……… ……… ………
36. Hoe wordt er met nieuwe ideeën van ondernemers omgegaan? 1 2 3 4 5
Zeer slecht Slecht Gedeeltelijk Goed Zeer goed
Toelichting:
……… ……… ……… Wederzijds respect: ‘Kunt u van de volgende stellingen aangeven in welke mate ze passen bij het Blauwe Lint’:
37. Hoe karakteriseert u de omgang met de andere ondernemers binnen Het Blauwe Lint over het algemeen?
1 2 3 4 5
Zeer slecht Slecht Gedeeltelijk Goed Zeer goed
Toelichting:
……… ……… ……… 38. In welke mate ervaart u wederzijds respect tussen de ondernemers binnen Het Blauwe Lint?
1 2 3 4 5
Zeer weinig Weinig Gedeeltelijk Veel Zeer veel
Toelichting:
……… ……… ……… 39. In welke mate ervaart u saamhorigheid tussen de ondernemers?
1 2 3 4 5
Zeer weinig Weinig Gedeeltelijk Veel Zeer veel
Toelichting:
……… ……… ……… 40. In hoeverre ervaart u concurrentie met andere ondernemers binnen Het Blauwe Lint?
1 2 3 4 5
Zeer weinig Weinig Gedeeltelijk Veel Zeer veel
Toelichting:
……… ……… ……… Intern versus externe oriëntatie: ‘Kunt u van de onderstaande groepen woorden aangeven welke groep het meest kenmerkend is voor het Blauwe Lint’:
41. Welke van de onderstaande groepen woorden is het meest kenmerkend voor Het Blauwe Lint volgens u?
1. - Deelneming - Teamwork - Familiegevoel 2. - Ondernemersschap - Creativiteit - Flexibiliteit - Samenhang 3. - Regels en richtlijnen - Uniformiteit 4. - Concurrentie - Doelstellingen halen
42. Welke van onderstaande groepen kenmerken is het meest van toepassing op de rol/leidersschap van het bestuur van Het Blauwe Lint volgens u?
1. - Ondernemer - Innovator - Risiconemer 2. - Mentor - Facilitator
3. - Coördinator - Administrator 4. - Beslissend - Prestatiegericht
43. Welke van onderstaande groepen is het meest kenmerkend voor de band die u heeft met de andere ondernemers binnen Het Blauwe Lint?
1. - Ondernemersschap - Flexibiliteit - Risico 2. - Loyaliteit - Traditie - Interpersoonlijke overeenkomsten 3. - Regels - Beleid - Procedures 4. - Doelgericht - Productie - Competitie
44. Op welke van onderstaande groepen eigenschappen ligt de huidige strategische nadruk het meest bij Het Blauwe Lint?
1.
- Innovatie - Groei
- Nieuwe bronnen 2.
- Ontwikkelen van mensen - Betrokkenheid
3.
- Stabiliteit
- Voorspelbaarheid
- Afstemming van activiteiten 4.
- Concurrentievoordeel - Marktsuperieuriteit
Marktoriëntatie - Klantfocus
Vragen over de doelgroep van Het Blauwe Lint
45. Hoe omschrijft u de doelgroep van Het Blauwe Lint in termen van… a. Geografische kenmerken:
- De herkomst van de doelgroep? b. Demografische kenmerken:
- De leeftijdscategorie(ën) van de doelgroep? - Het reisgezelschap van de doelgroep? c. Sociaal - economische kenmerken:
- Op basis van het opleidingsniveau? - Op basis van het inkomensniveau?
46. Noem de, volgens u, vijf belangrijkste motivaties waarvoor de toerist naar het Oldambt komt. 1. ………... 2. ………... 3. ………... 4. ………... 5. ………... 47. Noem de, volgens u, vijf belangrijkste activiteiten, die hieronder vermeld staan, die de toerist in het Oldambt doet.
Activiteiten: Fietsen Paardrijden Stads-/dorpswandeling Natuurwandeling Zonnen / zwemmen Autoritjes
Kanovaren / roeien / fluisterboot Zeilen / surfen
Vissen
Andere sporten
Uitgaan / uit eten gaan Uitgaan / disco en café Winkelen / funshoppen Evenementen bezoeken Musea
Bezienswaardigheden bezoeken Attractiepark / dierentuin bezoeken
48. Kunt u 5 verbeterpunten noemen waarin het Oldambt beter kan voorzien voor de toerist volgens u? 1. ………... 2. ………... 3. ………... 4. ………... 5. ………... Marktoriëntatie - Concurrentenfocus
Vragen over de ervaren concurrentie door de ondernemers
49. Wat zijn voor u relevante ontwikkelingen in de bedrijfstak voor recreatie en toerisme?
50. Kunt u concurrenten identificeren? Zo ja, welke bedrijven ziet u als concurrent? 1. Ja
2. Nee
a. Branche: ……… b. Concrete namen: ……….. 51. In hoeverre anticipeert u op de acties van uw concurrenten?
Toelichting:
……… ……… ……… Toekomstperspectief
52. Waar hoopt u dat Het Blauwe Lint over vijf jaar staat (in de term van de visie)? 53. Is dit realistisch?
Toelichting:
……… ……… ……… 54. Als u voorzitter was van Het Blauwe Lint, welk onderwerp zou u dan als eerste willen aan de orde willen stellen?
Bijlage 2 Uitwerking kwalitatief onderzoek
Deze bijlage hoort bij hoofdstuk 5, waar de uitkomsten van het kwalitatieve onderzoek worden besproken.
De achtergrond van de ondernemers
Zoals eerder genoemd, is Het Blauwe Lint een samenwerkingsverband tussen een aantal recreatieve ondernemers in het gebied van de Blauwestad. Het is interessant om te kijken hoe de ondernemers Het Blauwe Lint zien. Dit is gedaan door tijdens het interview te vragen hoe de ondernemer Het Blauwe Lint zou omschrijven aan iemand die het niet kent. Er is een aantal termen dat veelvuldig werd genoemd in de definitie van Het Blauwe Lint, namelijk ‘samenwerkingsverband’, ‘vereniging van ondernemers’, ‘recreatieve / toeristische’, ‘elkaar versterken’, ‘gebied rond de Blauwestad’ en ‘eigen onderneming promoten’. Op basis van deze termen kan de volgende definitie gevormd worden van Het Blauwe Lint: ‘Een samenwerkingsverband tussen een vereniging van recreatieve, toeristische ondernemers dat is ontwikkeld om elkaar te versterken om zo het gebied rond de Blauwestad en de eigen onderneming te promoten.’ Deze definitie is wat breder en verschilt van de eerder genoemde definitie doordat er al enige doelstellingen verborgen zitten in de definitie, namelijk het promoten van het gebied rond de Blauwestad en de eigen onderneming. Het middel waarmee deze doelstelling bereikt dient te worden is door als een groep ondernemers samen te werken en elkaar zo te versterken.
Vervolgens is aan de ondernemers gevraagd hoe zij de doelstellingen van Het Blauwe Lint zien. Ook hier waren de antwoorden divers, maar enkele veel genoemde doelstellingen zijn het op de kaart zetten van de toeristische mogelijkheden in het Oldambt en het daarmee op de kaart zetten van de bedrijven die zijn aangesloten bij Het Blauwe Lint. Dit kan bereikt worden volgens de ondernemers door een goede kennisuitwisseling en onderlinge controle. Hierdoor kan men elkaar op kwalitatief gebied op een hoger niveau brengen. Door het scheppen van faciliteiten en een intensieve promotie is het mogelijk om toeristen naar het Oldambt te trekken, waardoor het ook mogelijk is om de betrokken groep ondernemers op een grotere schaal te profileren dan alleen regionaal. Dit komt grotendeels overeen met de doelstellingen van Het Blauwe Lint, zoals deze staan omschreven in de statuten, namelijk:
• De verbetering van de kwaliteit in de toeristische sector;
• De optimalisering van de onderlinge samenwerking op toeristisch gebied; • De intensivering van promotionele activiteiten;
• Een betere afstemming op elkaars activiteiten.
Hieruit blijkt dat de ondernemers een goed beeld hebben van de doelstellingen van Het Blauwe Lint zoals ze zijn opgesteld in de statuten. Nog belangrijker is, is dat wat betreft de doelstellingen de ondernemers hetzelfde voor ogen hebben. Opvallend is dat het grootste deel van de ondernemers aangeeft dat de doelstellingen nagestreefd worden. De overige ondernemers geven aan dat de intentie om de doelstellingen na te streven wel
aanwezig is, maar dat het moeilijk aan te geven is of de doelstellingen ook daadwerkelijk verwezenlijkt worden. Het resultaat hiervan zou volgens hen pas over een tijd bepaald kunnen worden. Op de vraag hoe de doelstellingen van Het Blauwe Lint nagestreefd worden, is het antwoord over het algemeen dat er zeer veel aan promotie van Het Blauwe Lint en het gebied wordt gedaan. Dit wordt dan gedaan in de vorm van gezamenlijke folders van de leden en in de vorm van advertenties. Daarnaast wordt als middel om de doelstellingen te bereiken het bestaan van werkgroepen genoemd. Werkgroepen zijn subgroepen binnen Het Blauwe Lint die bestaan uit een aantal ondernemers, dat gezamenlijk nieuwe ideeën en activiteiten bedenkt voor een betere promotie. De meningen over deze vorm van samenwerking zijn zeer positief. De ondernemers geven aan dat hierdoor een beter begrip van elkaars activiteiten ontstaat met als resultaat dat het eenheidsgevoel binnen Het Blauwe Lint versterkt wordt. Daarnaast geeft een aantal ondernemers ook aan dat de doelstellingen inefficiënt worden nagestreefd, doordat sommige activiteiten te traag georganiseerd worden en hierdoor teveel tijd in beslag nemen. Zij geven dan ook aan dat er per activiteit een planning zou moeten worden gemaakt waarbinnen de activiteit wordt uitgevoerd.
Achtergrond ondernemers
Het Blauwe Lint bestaat momenteel uit twintig leden. Zoals eerder genoemd, hebben al deze leden een eigen onderneming op het gebied van recreatie en toerisme. Toch hebben zij een zeer diverse achtergrond. Tijdens het interview is de achtergrond van de ondernemer beschreven aan de hand van vijf kenmerken, namelijk:
• Het type bedrijf;
• Hoe lang de ondernemer het bedrijf heeft;
• Hoe lang de ondernemer lid is van Het Blauwe Lint; • De ondernemingsvorm van de onderneming;
• De omvang van het bedrijf uitgedrukt in zowel het aantal werknemers als het aantal fte’s.
Deze vijf kenmerken zullen nu besproken worden om meer inzicht te krijgen in de achtergrond van de ondernemers.
Achtergrond ondernemers – Type bedrijf
Er zijn ondernemingen die in principe in meerdere categorieën vallen, wanneer dit het geval was, is gekozen voor de hoofdfunctie van de onderneming. Er was één ondernemer die aangaf twee hoofdfuncties te hebben, namelijk een horecagelegenheid en een museum. Deze zijn allebei meegenomen in onderstaande tabel. Hierdoor is het aantal bedrijven 18 in plaats van 17. Onderstaande tabel geeft de aantallen weer in het type bedrijf van de ondernemers.
Aantal bedrijven Percentage Overnachtingsaccommodatie 1 5,9% Horeca 3 17,6% Museum / galerie 7 41,1% Sport en spel 2 11,8% Anders 4 23,5% Totaal 17 100%
Tabel 1.1 Type bedrijf van de ondernemers
Uit tabel 1.1 blijkt dat het grootste aanbod op recreatief, toeristisch gebied bij musea en galerieën ligt met 41,1%. Dit betekent dat 41,1% van de ondernemers een museum of galerie heeft. Wat opvalt in bovenstaande tabel is het onderscheid in overnachtingsaccommodatie en horeca. Er is een overlap tussen deze begrippen. Een ondernemer heeft een overnachtingsaccommodatie als dat zijn hoofdfunctie is. Als een ondernemer naast een hotel ook een restaurant- of caféhouder is, dan wordt zijn bedrijf gekwalificeerd als horecagelegenheid. Er zijn vier bedrijven die in de categorie ‘Anders’ vallen. Deze ondernemingen zijn respectievelijk een theater, een detailhandel, een antiekzaak en een vliegveld. Op grond van bovenstaande tabel kan gezegd worden dat de diversiteit binnen de aangegeven categorieën groot is, dus ook de diversiteit in het aanbod op recreatief, toeristisch gebied.
Achtergrond ondernemers – Eigen bedrijf
Een andere variabele die iets zegt over de achtergrond van de ondernemer is hoe lang de ondernemer het bedrijf al heeft. Onderstaande tabel geeft dit weer.
Aantal bedrijven Percentage
1-15 jaar 12 70,6%
16-30 jaar 2 11,8%
Langer dan 30 jaar 3 17,6%
Totaal 17 100%
1.2 Aantal jaren eigen bedrijf
Uit bovenstaande tabel blijkt dat het grootste deel van de ondernemers, met 70,6%, nog niet zo lang een eigen bedrijf heeft. Het zijn dus vooral relatief jonge bedrijven die zich hebben verenigd in Het Blauwe Lint. Opvallend is dat er meer ondernemers zijn die langer dan 30 jaar een onderneming hebben, dan ondernemers die een eigen onderneming tussen de 16-30 jaar hebben.
Achtergrond ondernemers – Lid van Het Blauwe Lint
Het Blauwe Lint is ongeveer drie jaar geleden opgestart. Er was toen een initiatiefgroep bestaande uit zes ondernemers. Deze groep heeft gedurende één jaar een opstartfase
gehad, waarna er ook andere ondernemers zijn toegetreden als lid. Onderstaande tabel geeft het aantal maanden weer dat de ondernemers lid waren van Het Blauwe Lint ten tijde van het afnemen van het interview in februari 2006.
Aantal bedrijven Percentage
1-6 maanden lid 5 29,4%
7-12 maanden lid 2 11,8%
13-18 maanden lid 2 11,8%
Langer dan 18 maanden lid
8 47,1%
Totaal 17 100%
Tabel 1.3 Aantal maanden lid van Het Blauwe Lint
Uit tabel 1.3 blijkt dat het grootste gedeelte van de leden langer dan anderhalf jaar lid is van Het Blauwe Lint, namelijk 47,1%. Opvallend is dat er het laatste half jaar relatief veel leden bij zijn gekomen in verhouding met het jaar ervoor. Dit kan verschillende redenen hebben.
Daarnaast is tijdens het interview aan de ondernemers gevraagd per categorie aan te geven of men het huidige dienstenaanbod in deze categorie te breed, goed of te nauw vond. Onderstaande tabel laat het resultaat van de antwoorden hierop zien.
Overnachtingsaccommodatie Horeca Museum en galerie Sport en spel
Te nauw 4 4 6 11
Goed 12 12 10 4
Te breed 0 0 0 0
Totaal 16 16 16 15
Tabel 1.4 Huidige dienstenaanbod van Het Blauwe Lint
Uit tabel 1.4 blijkt dat de ondernemers over het algemeen vinden dat het huidige dienstenaanbod van Het Blauwe Lint voldoende is, behalve op het gebied van sport en spel. Het grootste deel van de ondernemers vindt dat er op dit gebied nog te weinig aanbod is binnen Het Blauwe Lint. Opvallend is dat geen van de ondernemers heeft aangegeven dat het aanbod op een bepaald gebied te breed is. Aangezien de huidige leden vinden dat er vooral op het gebied van sport en spel nog te weinig aanbod is, kan er verwacht worden dat het aantal leden van Het Blauwe Lint in de toekomst nog zal groeien met ondernemers op dit gebied. De respons op deze vraag was niet 100%, omdat sommige ondernemers het moeilijk vonden aan te geven wat zij vonden, aangezien zij niet goed op de hoogte waren van welke ondernemers lid waren van Het Blauwe Lint. Dit kwam doordat deze ondernemers zeer recent lid zijn geworden van Het Blauwe Lint.
Achtergrond ondernemers - De ondernemingsvorm
Aan de ondernemers is ook gevraagd wat de ondernemingsvorm van hun bedrijf is. Dit is samengevat weergegeven in onderstaande tabel.
Aantal bedrijven Percentage
Eenmanszaak 5 29,4%
VOF 7 41,2%
Stichting / vereniging 2 11,8%
BV 3 17,6%
Totaal 17 100%
Tabel 1.5 De ondernemingsvorm van het bedrijf
Uit tabel 1.5 blijkt dat de meeste ondernemers als ondernemingsvorm een Vennootschap Onder Firma hebben, gevolgd door een eenmanszaak. Ook uit de ondernemingsvorm blijkt dat de achtergrond van de ondernemers van Het Blauwe Lint zeer divers is. De ondernemingsvorm NV is wel meegenomen als antwoordmogelijkheid in het interview, maar zoals verwacht heeft geen van de ondernemers deze ondernemingsvorm en daarom is deze ook niet opgenomen in de tabel.
Achtergrond ondernemers - Omvang van het bedrijf
Bij de omvang van het bedrijf is er gekeken naar zowel het aantal werknemers binnen het bedrijf alswel het aantal fte’s dat de bedrijfsvoering kost. Aangezien Het Blauwe Lint bestaat uit een aantal relatief kleine bedrijven, zijn de schalen die zijn voorgelegd aan de ondernemers hierop aangepast. Onderstaande tabel laat de verdeling in de omvang van bedrijven zien.
Aantal Percentage Aantal Percentage
1-3 werknemers 8 47,1% 1-2 fte’s 10 58,8%
4-6 werknemers 2 11,8% 3-4 fte’s 2 11,8%
Meer dan 6 werknemers 7 41,2% Meer dan 4 fte’s 4 23,5%
Totaal 17 100% Totaal 16 94,1%
Tabel 1.6 De omvang van het bedrijf
Uit tabel 1.6 blijkt dat het grootste gedeelte van de bedrijven die zijn aangesloten bij Het Blauwe Lint een bedrijfsvoering heeft van 1 tot 2 fte’s. Hieruit blijkt, dat ondanks het feit dat de diversiteit van de ondernemers hoog is, zoals eerder genoemd, het aanbod in capaciteit op recreatief, toeristisch gebied beperkt is. Er is echter wel een aantal bedrijven dat wat groter is en meer dan 6 werknemers telt of meer dan 4 fte’s heeft. Zij zullen dan ook een grotere capaciteit hebben. Desondanks kan gezegd worden dat het aanbod binnen Het Blauwe Lint kleinschalig van aard is.
Marktoriëntatie
Interne marktoriëntatie - Interfunctionele coördinatie
Zoals eerder genoemd, wordt er bij de interfunctionele coördinatie gekeken naar de sterke en zwakke punten van de organisatie. Om deze punten te kunnen identificeren dient er gekeken te worden naar de diverse functionele gebieden en de communicatiestromen tussen deze gebieden.
Betrokkenheid ondernemers
Om inzicht te krijgen in de ervaringen van de ondernemer tijdens zijn deelname in Het Blauwe Lint is er indirect gevraagd naar het functioneren van Het Blauwe Lint in zijn ogen. Dit is gedaan door in de eerste plaats te vragen op welke manieren de desbetreffende ondernemer betrokken is bij Het Blauwe Lint. Men kan op diverse manieren betrokken zijn bij Het Blauwe Lint. In de eerste plaats als bestuurslid. Het huidige bestuur van Het Blauwe Lint bestaat uit vijf leden en is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken. Daarnaast bestaan er binnen Het Blauwe Lint vijf werkgroepen. Hieronder wordt kort uiteengezet waar de leden van deze werkgroepen zich mee bezig houden:
• Werkgroep 55+ / arrangementen. Zij houden zich bezig met de ontwikkeling van arrangementen toegespitst op de doelgroep in de leeftijdscategorie 55+;
• Werkgroep fietsroutes. Zij ontwikkelen gezamenlijk fietsroutes in het gebied van de Blauwestad;
• Werkgroep website. Zij dragen zorg voor de ontwikkeling en het actualiseren van de website;
• Werkgroep kunst. Zij verzorgen de promotie van galerieën die deelnemen in Het Blauwe Lint naar buiten toe;
• Werkgroep kijk in de keuken. De leden van deze werkgroep gaan bij elkaar op bezoek en krijgen op deze manier inzicht in de bedrijfsvoering van een andere ondernemer. Dit draagt bij aan een beter begrip van elkaars activiteiten.
De werkgroepen hebben tot taak om nieuwe activiteiten en ideeën te ontwikkelen op een specifiek gebied. Deze activiteiten en ideeën worden dan besproken tijdens de ledenvergadering die vier keer per jaar plaatsvindt. Als deze worden goedgekeurd worden ze uitgevoerd waarbij het bestuur fungeert als coördinator in dit proces. Daarnaast zijn er enkele ondernemers die alleen lid zijn en aanwezig bij vergaderingen. Onderstaande tabel geeft de verdeling in de betrokkenheid van de leden weer.
Aantal Percentage
Bestuurslid 5 29,4%
Deelname in werkgroep(en) 7 41,2%
Lid en aanwezig tijdens vergaderingen 5 29,4%
Tabel 1.7 laat zien dat de meeste leden van Het Blauwe Lint wel een actieve bijdrage leveren binnen het samenwerkingsverband. Van de leden die aangeven dat zij alleen lid en aanwezig zijn tijdens vergaderingen, geven vier leden aan dat zij nog maar enkele maanden lid zijn en daardoor nog niet in de gelegenheid zijn geweest om al een actieve bijdrage te leveren. Zij geven daarentegen wel aan de intentie te hebben om in de toekomst een actieve bijdrage te gaan leveren middels deelname in een werkgroep of als bestuurslid. Het blijkt dat bijna iedereen die al langer lid is ook daadwerkelijk actief deelneemt.
Daarnaast is aan de ondernemers gevraagd om op een vijfpuntsschaal aan te geven hoe men vindt dat de samenwerking binnen Het Blauwe Lint verloopt. Onderstaande tabel geeft dit weer.
Aantal Percentage
Zeer goed 1 5,9%
Goed 11 64,7%
Niet goed / niet slecht 4 23,5%
Slecht 0 0%
Zeer slecht 0 0%
Missende waarden 1 5,9%
Totaal 17 100%
Tabel 1.8 Waardering voor samenwerking binnen Het Blauwe Lint
Bovenstaande tabel laat zien dat de ondernemers vinden dat de samenwerking binnen Het Blauwe Lint over het algemeen goed verloopt. Er zijn vier ondernemers die aangeven dat de samenwerking niet goed / niet slecht verloopt. Hun toelichting hierbij is dat de samenwerking nog weleens te wensen overlaat omdat er niet goed wordt gecommuniceerd binnen Het Blauwe Lint met name doordat de mailwisseling niet goed verloopt. Daarnaast wordt als reden genoemd dat de saamhorigheid soms te wensen overlaat, omdat bij gezamenlijke activiteiten soms niet alle leden aanwezig zijn. Hierbij wordt ook aangegeven dat door de grootte van de groep het soms ook niet mogelijk is om als één geheel te functioneren.
Sterke punten en verbeterpunten
In dit verband is er direct aan de leden gevraagd om drie sterke punten en drie verbeterpunten te noemen van Het Blauwe Lint. De genoemde sterke punten kunnen als volgt omschreven worden. Het sterke punt dat het vaakst is genoemd, is het versterkende effect dat resulteert uit de samenwerking met een groep ondernemers. Hier vloeien meerdere voordelen uit. Allereerst is de achtergrond van de ondernemers heel divers waardoor er een compleet pakket aangeboden kan worden aan de toerist. Daarnaast zorgen de gezamenlijk georganiseerde activiteiten ervoor dat er goede faciliteiten worden geschapen, die ervoor zorgen dat de toerist nog betere voorzieningen tot zijn beschikking
heeft. Ook de gezamenlijke promotie en folder zorgen ervoor dat de ondernemers elkaar versterken en dat de naamsbekendheid van Het Blauwe Lint groeit. Daarnaast worden als sterke punten genoemd dat de samenwerking met de (semi-)overheid en andere instanties goed verloopt waardoor er onder meer door de subsidiegelden meer mogelijk is dan als het samenwerkingsverband er niet was geweest. Een ander veel genoemd sterk punt is dat Het Blauwe Lint zich in een gebied bevindt waar een maatschappelijke en economische ontwikkeling plaatsvindt, dat goede mogelijkheden biedt voor de toekomst. Ook een sterk punt volgens enkele ondernemers is dat Het Blauwe Lint goed georganiseerd is en er veel know-how aanwezig is. Door de ervarenheid van ondernemers blijft men attent op nieuwe ontwikkelingen en is de gezamenlijke wil om iets te bereiken hoog.
Naast de genoemde sterke punten is er eveneens aan de ondernemers gevraagd om drie verbeterpunten aan te geven en ook aan te geven hoe deze punten verbeterd kunnen worden. De meest genoemde verbeterpunten zullen hieronder besproken worden. Het meest genoemde punt is dat de communicatie verbeterd moet worden. De communicatie moet beter gecoördineerd worden tussen de leden. Hierop zal later teruggekomen worden in het gedeelte waarin de marketingeffectiviteit van Het Blauwe Lint besproken wordt. Een ander veel genoemd verbeterpunt is de uniformiteit van Het Blauwe Lint naar buiten toe. Het is van belang dat alle ondernemers hetzelfde belang nastreven en dat alle leden het nut ervan inzien om meer een eenheid te worden. De ondernemers die dit punt hebben genoemd vinden het moeilijk om concrete punten te geven van hoe dit verbeterd kan worden. Een betere uniformiteit in de activiteiten naar buiten toe moet dit verbeteren, maar hoe deze uniformiteit beter kan, wordt niet genoemd. Een ander verbeterpunt dat genoemd is, is dat er kritisch gekeken dient te worden naar de huidige organisatiestructuur. Op dit moment bestaat Het Blauwe Lint, zoals eerder genoemd, uit een bestuur en een aantal werkgroepen. De werkgroepen ontwikkelen activiteiten en deze worden vervolgens gecoördineerd door het bestuur. Hierdoor vindt de uitvoering hoofdzakelijk plaats bij het bestuur. Volgens de ondernemers moet er in dit kader gekeken worden naar de samenstelling van de werkgroepen en de coördinatie. De werkgroepen zouden in dit verband meer verantwoordelijkheid kunnen krijgen in de uitvoering van de ontwikkelde activiteiten en ideeën, zodat dit niet meer bij het bestuur komt te liggen. Daarnaast kan er per werkgroep één aanspreekpunt aangewezen worden, zodat de communicatie tussen de werkgroepen en het bestuur beter verloopt. Een ander genoemd punt is dat de betrokkenheid van een aantal leden omhoog moet en dat er een actievere deelname en aanwezigheid verwacht mag worden van deze leden. Opmerkelijk is echter dat uit tabel 1.8 blijkt dat bijna alle leden al actief deelnemen aan Het Blauwe Lint. Andere verbeterpunten die door enkele ondernemers genoemd zijn, zijn het toelatingsbeleid dat duidelijker gedefinieërd moet worden, waarbij er kritischer gekeken moet worden of potentiële leden wel binnen Het Blauwe Lint passen. Tot slot wordt genoemd dat de promotie van Het Blauwe Lint nog beter moet gebeuren.
Grootste voor- en nadeel
Tot slot is er in dit kader aan de ondernemers gevraagd om het grootste voordeel en nadeel te noemen van hun deelname in Het Blauwe Lint. Het meest genoemde voordeel hier is het ‘samen sta je sterker’. De ondernemers ervaren dat door samen te werken men beter in staat is om effectief promoties in te zetten en het Oldambt beter op de kaart te zetten. Het voordeel van het samen sterker staan heeft ook intern positieve consequenties. De ondernemers geven aan dat door samen te werken men elkaar beter leert kennen. Ook het contact met de andere ondernemers over de ontwikkelingen in het gebied ervaart men als positief. Sommige ondernemers geven aan dat zij als grootste voordeel het samenwerken met andere ondernemers zien en zeggen trots te zijn op hun deelname in Het Blauwe Lint.
Als grootste nadeel wordt over het algemeen het tijdsaspect genoemd. Men vindt dat de actieve deelname in Het Blauwe Lint veel tijd kost, gezien de tijd die ze al kwijt zijn aan de eigen bedrijfsvoering. Daarnaast wordt als nadeel genoemd dat de besluitvorming en de uitvoering van activiteiten erg traag verloopt. Hierbij geeft men echter wel aan dat men ook niet anders verwacht van de samenwerking met een groep mensen van de omvang van Het Blauwe Lint.
Externe marktoriëntatie – Klantfocus
Om iets te kunnen zeggen over de mate waarin Het Blauwe Lint een klantfocus nastreeft, is er tijdens het interview eerst gevraagd aan de ondernemer om een omschrijving te geven van de doelgroep van Het Blauwe Lint. Vervolgens is er gekeken naar de motivaties van de toerist om het Oldambt te bezoeken en werd aan de ondernemer gevraagd om aan te geven welke activiteiten de toerist volgens hem het best en het slechtst waardeert. Tot slot zijn er in dit kader enkele vragen gesteld met betrekking tot de naamsbekendheid van Het Blauwe Lint.
Segmentatieonderzoek
Zoals eerder genoemd, valt het segmentatieonderzoek uiteen in een aantal fasen. In deze fasen wordt er informatie verzameld over de demografische, geografische en sociaal-economische kenmerken van afnemers. Het segmentatieonderzoek is hier uitgevoerd door een vergelijking te maken tussen de beschikbare secundaire gegevens over toerisme in Noord-Nederland en de meningen van de ondernemers over toerisme in het Oldambt. De secundaire data waarvan gebruik wordt gemaakt is het rapport ‘Toerdata Noord’. Hierin worden de toeristen die naar Groningen komen onderscheiden in twee soorten, namelijk dag- en verblijfstoeristen. Dagtoeristen zijn consumenten die tijdens een dagtocht recreatieve actviteiten ondernemen waarvoor men minstens twee uur van huis is zonder dat daarbij een overnachting elders plaatsvindt, exclusief bezoeken aan familie en kennissen en exclusief bezoeken vanaf een vakantieadres. Verblijfstoeristen daarentegen kunnen gedefinieerd worden als consumenten die recreatieve activiteiten ondernemen waarbij minstens één overnachting elders plaatsvindt, exclusief bezoeken aan familie en kennissen. In Toerdata Noord worden de meeste kengetallen weergegeven in aantallen
van Noord-Nederland en kengetallen uitgesplitst naar de provincie Groningen. Deze kengetallen kunnen echter wel vergeleken worden met de gegevens uit de interviews, want als de kengetallen verschillen per regio dan wordt daar in het rapport van Toerdata Noord melding van gemaakt. Dus als er hier onder een vergelijking wordt gemaakt tussen de gegevens op basis van Noord-Nederland of Groningen en er staat niets bij dan komen deze gegevens overeen met Oost-Groningen en kunnen ze dus vergeleken worden met de gegevens uit de interviews die uitgaan van het Oldambt. Eerst zal er een vergelijking gemaakt worden tussen de kenmerken van afnemers in de ogen van de ondernemers en de kenmerken van afnemers volgens de secundaire gegevens. Bij de bespreking hiervan zullen steeds eerst de secundaire gegevens worden besproken, waarna deze worden vergeleken met de inschattingen van de ondernemers. Vervolgens zullen aan de hand hiervan profielen opgesteld worden.
Geografische kenmerken
Om de geografische kenmerken van de doelgroep te kunnen identificeren zal er, zoals gezegd, een vergelijking gemaakt worden tussen de gegevens die zijn verkregen uit het interview en de gegevens op basis van secundaire data. De geografische kenmerken die hieronder besproken worden, geven de herkomst weer van zowel de dag- als verblijfstoeristen die een bezoek brengen aan de provincie Groningen. Onderstaande tabel laat de herkomst zien van zowel de dag- als de verblijfstoeristen die een bezoek brengen aan Noord-Nederland.
Land Percentage dagtoeristen Percentage verblijfstoeristen Nederland 95% 92% Duitsland 3% 6% België 1% 1% Elders 1% 1%
Tabel 1.9 Herkomst dag- en verblijfstoeristen in Noord-Nederland
Bovenstaande tabel laat zien dat de dagtoeristen voornamelijk afkomstig zijn uit Nederland. Slechts 5% van de dagtoeristen is afkomstig uit het buitenland waarvan 3% uit Duitsland. Dit kan verklaard worden door de reisafstand die dagtoeristen moeten afleggen om in Noord-Nederland te komen. Daarnaast laat de tabel zien dat verreweg de meeste verblijfstoeristen ook afkomstig zijn uit Nederland. Hoewel hier een iets hoger percentage afkomstig is uit Duitsland. Opvallend is wel dat Noord-Nederland zelfs door buitenlandse verblijfstoeristen relatief weinig bezocht wordt. Redenen hiervoor kunnen zijn dat de mogelijkheden van Noord-Nederland als vakantiegebied niet bekend zijn bij buitenlandse verblijfstoeristen of dat deze mogelijkheden wel bekend zijn, maar niet aantrekkelijk genoeg bevonden worden om een vakantie door te brengen in Noord-Nederland.
Aan de ondernemers van Het Blauwe Lint is gevraagd om aan te geven waar volgens hen de doelgroep vandaan komt. In onderstaande tabel staan de antwoorden van de ondernemers weergegeven. Aantal ondernemers Nederland 16 Duitsland 6 Missende waarde(n) 1 Totaal 17
Tabel 1.10 Herkomst toeristen volgens leden Blauwe Lint
Bovenstaande tabel laat zien dat alle ondernemers hebben aangegeven dat de toeristen voornamelijk uit Nederland komen. Daarnaast hebben 6 van de 16 ondernemers aangegeven dat ook een gedeelte van de toeristen uit Duitsland komt. Hoewel deze tabel niet direct te vergelijken valt met tabel 1.9, geeft deze tabel wel een indicatie. Alle ondernemers geven namelijk aan dat de toeristen voornamelijk uit Nederland komen. Daarnaast geeft maar een relatief klein gedeelte van de ondernemers aan dat een gedeelte van de toeristen ook uit Duitsland komt. De redenen hiervoor kunnen zeer divers zijn. Dus uit het feit dat alle ondernemers die deze vraag hebben beantwoord aangeven dat Nederland het belangrijkste herkomstgebied is van de toeristen en dat daarnaast een klein gedeelte van de ondernemers aangeeft dat een gedeelte van de doelgroep ook uit Duitsland komt, blijkt wel dat er enige overeenkomsten zijn tussen de antwoorden van de ondernemers en de gegevens uit secundaire data over de herkomst van toeristen in Oost-Groningen.
Bovenstaande tabellen zijn vrij beperkt in de zin dat ze niets zeggen over de herkomst van dag- en verblijfstoeristen binnen Nederland. Daarom zal er nu gekeken worden uit weke provincies de meeste dagtoeristen afkomstig zijn. Onderstaande grafieken laten zien uit welke provincies de dag- en verblijfstoeristen afkomstig zijn, die een bezoek brengen aan de provincie Groningen.
Grafiek 1.1 Herkomst dagtoeristen in Groningen naar provincie
De meeste dagtoeristen zijn afkomstig uit de eigen provincie met 32% procent. Daarnaast zijn dagtoeristen veelal afkomstig uit de andere aangrenzende Noordelijke provincies, namelijk Friesland en Drenthe. Opvallend is dat ook nog een betrekkelijk groot gedeelte van de dagtoeristen uit de Randstad (Noord- en Zuid-Holland en Utrecht) afkomstig is. Deze groep bestaat gezamenlijk uit ongeveer 16% van de dagtoeristen. Dit ondanks de reisafstand die afgelegd moet worden om in Noord-Nederland te komen. Vanwege het grote aantal dagtoeristen uit Groningen, Friesland en Drenthe kan echter toch gezegd worden dat de grafiek consistent is met de gedachte dat de reisafstand een belangrijke determinant is van de herkomst van de dagtoeristen in Groningen.
Nu bekend is dat ook de meeste verblijfstoeristen uit Nederland afkomstig zijn, kan er gekeken worden of de verdeling van de herkomst van verblijfstoeristen over de Nederlandse provincies overeenkomt met die van de dagtoeristen. Onderstaande grafiek laat de verdeling van de herkomst van de verblijfstoeristen over de Nederlandse provincies zien, die op vakantie gaan in de provincie Groningen.
Herkomst verblijfstoeristen naar provincie
0% 2% 4% 6% 8% 10% 12% 14% 16% Gron inge n Fries land Dre nthe Over ijss el Flev oland Gel derlan d Utre cht Noo rd-H ollan d Zu id-Hollan d Zeel and Noo rd-Br aba nt Lim bur g
Grafiek 1.2 Herkomst verblijfstoeristen in Groningen naar provincie H e r k o m s t d a g t o e r i s t e n n a a r p r o v i n c i e 0 % 5 % 1 0 % 1 5 % 2 0 % 2 5 % 3 0 % 3 5 % Gro ning en Fries land Dre nthe Over ijsse l Fle vola nd Geld erlan d Utrec ht Noor d-H olla nd Zuid -Holla nd Zee land Noo rd-B raba nt Limb urg P r o v in c ie Percen ta g e
Bovenstaande grafiek laat zien dat de meeste verblijfstoeristen afkomstig zijn uit de provincie Noord-Holland. Dit is opmerkelijk aangezien verreweg de meeste dagtoeristen uit de eigen provincie afkomstig waren en Noord-Holland daar slechts een bescheiden plaats innam met 6%. Nog steeds is relatief een groot deel van de verblijfstoeristen afkomstig uit de eigen provincie met 11%. Andere provincies waar veel verblijfstoeristen vandaan komen zijn Overijssel, Gelderland, Zuid-Holland en Utrecht. Hieruit blijkt wel dat de meeste verblijfstoeristen een grotere reisafstand afleggen dan de dagtoeristen. Dit is logisch aangezien de verblijfstoeristen vanuit hun vakantieverblijf dagtochten kunnen maken.
Wat opvalt aan de geografische kenmerken van toeristen is dat de verdeling in herkomst binnen Nederland van de verblijfstoeristen veel gelijkmatiger is dan de verdeling bij dagtoeristen. Zo ontstaan er enkele belangrijke verschillen in de geografische kenmerken tussen dagtoeristen en verblijfstoeristen. De dagtoeristen zijn voornamelijk afkomstig uit Nederland en dan met name de Noordelijke provincies, terwijl de verblijfstoeristen, naast dat een groter gedeelte uit Duitsland komt, voornamelijk afkomstig zijn uit de Randstad, Overijssel en Gelderland. Een overeenkomst tussen dagtoeristen en verblijfstoeristen is dat bij beide een relatief groot gedeelte afkomstig is uit de eigen provincie.
Ook nu is aan de ondernemers gevraagd aan te geven waar de toeristen binnen Nederland vandaan komen. De gegevens uit de interviews staan weergegeven in onderstaande tabel.
Aantal ondernemers Provincie Groningen 3 Noord-Nederland 6 Randstad 4 Missende waarde(n) 4 Totaal 17
Tabel 1.11 Herkomst toeristen binnen Nederland
Ook hier kan er wederom geen directe vergelijking getrokken worden tussen de gegevens uit tabel 1.11 en de grafieken 1.1 en 1.2. Om toch enige vergelijking mogelijk te maken is aan de ondernemers gevraagd wat het belangrijkste herkomstgebied is van de toeristen in Nederland. De antwoorden van de ondernemers kwamen opmerkelijk genoeg grotendeels met elkaar overeen. Uit tabel 1.11 blijkt dat 6 van de 17 ondernemers aangeeft dat volgens hen Noord-Nederland het belangrijkste herkomstgebied is binnen Nederland van toeristen in Oost-Groningen. De andere ondernemers geven als antwoord dat de provincie Groningen of de Randstad het belangrijkste herkomstgebied is. Opvallend is dat de antwoordmogelijkheden van de ondernemers, namelijk provincie Groningen, Noord-Nederland en de Randstad, grotendeels overeenkomen met de belangrijkste herkomstgebieden van toeristen volgens secundaire data. Hoewel er dus geen rechtstreekse conclusies getrokken kunnen worden als er een vergelijking wordt gemaakt tussen tabel 1.11 en de grafieken 1.1 en 1.2, kan toch gezegd worden dat er
enige overeenkomsten zijn tussen de door de ondernemers genoemde herkomstgebieden en de herkomstgebieden die worden genoemd in secundaire data.
Demografische kenmerken
De demografische kenmerken vertellen iets over de achtergrondkenmerken van de toeristen. In dit gedeelte zal ingegaan worden op de leeftijdsverdeling van toeristen die een bezoek brengen aan de provincie Groningen. Ook in dit gedeelte zullen eerst de gegevens uit de secundaire data besproken worden, waarna deze worden vergeleken met de gegevens uit de interviews.
Onderstaande tabel geeft de leeftijdsverdeling weer voor de dag- en verblijfstoeristen in Groningen.
Samenstelling Dagtoeristen in Groningen Verblijfstoeristen in Groningen
Aantal volwassenen 65+ 13% 15% Aantal volwassenen 18-65 59% 61% Aantal kinderen 12-17 9% 10% Aantal kinderen 6-11 14% 9% Aantal kinderen 0-5 4% 5% Totaal 100% 100%
Tabel 1.12 Leeftijdsverdeling dag- en verblijfstoeristen
Uit tabel 1.12 blijkt dat verreweg de grootste groep dagtoeristen bestaat uit volwassenen in de leeftijd van 18 tot 65 jaar. Andere leeftijdsgroepen die ook een relatief groot gedeelte van de dagtoeristen vormen zijn volwassenen ouder dan 65 jaar en kinderen tussen de 6 en 11 jaar. Opvallend is het geringe aantal kinderen dat meegaat op dagtocht naar de provincie Groningen. Een reden hiervoor kan het geringe aantal aanwezige dagattracties zijn, die interessant zijn voor kinderen. Daarnaast blijkt uit de tabel dat de grootste groep verblijfstoeristen in de leeftijd van 18 tot 65 jaar is. Deze groep wordt gevolgd door volwassenen in de leeftijd van 65 jaar en ouder. De kinderen die met de ouders meegaan op vakantie zijn voornamelijk tussen de 12 en 17 jaar. Als de leeftijdsverdeling van de dag- en verblijfstoeristen met elkaar vergeleken worden, blijken er slechts kleine verschillen te bestaan. Bij de verblijfstoeristen bestaat een iets grotere groep uit volwassenen van 65 jaar en ouder dan bij de dagtoeristen. Bij de dagtoeristen valt echter op te merken dat een grotere groep kinderen in de leeftijd van 6 tot 11 jaar met de ouders meegaat dan bij verblijfstoeristen, terwijl bij de verblijfstoeristen de grootste groep kinderen in de leeftijdscategorie van 12 tot 17 jaar valt.
Aan de ondernemers is in dit kader gevraagd aan te geven in welke leeftijdscategorie volgens hun de toeristen vallen die Oost-Groningen bezoeken. Onderstaande tabel geeft de leeftijdscategorie van de toeristen in het Oldambt weer, volgens de ondernemers van Het Blauwe Lint.
Leeftijdscategorie Aantal ondernemers
30-60 jaar 1
40+ 1
45+ 3
50+ 4
50+ en gezinnen met kinderen 1
55+ 1
65+ 3
Heel divers 2
Heel divers, maar niet 16-22 jaar 1
Totaal 17
Tabel 1.13 Leeftijdscategorie toeristen volgens ondernemers van Het Blauwe Lint
De antwoorden die zijn gegeven door de ondernemers zijn zeer divers, zoals blijkt uit tabel 1.13, maar er is wel een opvallende trend waar te nemen. Verreweg het grootste gedeelte van de ondernemers geeft aan dat de toeristen die naar Oost-Groningen komen ouder zijn dan 30 jaar. Slechts 4 van de 17 ondernemers geeft aan dat de leeftijdscategorie divers is en dat er ook kinderen naar Oost-Groningen komen. Hoewel er wederom geen directe vergelijking gemaakt kan worden tussen tabel 5.16 en tabel 1.12, blijkt wel uit beide tabellen dat de doelgroep zowel volgens de secundaire data als de ondernemers grotendeels uit volwassenen bestaat. Op basis hiervan kan gezegd worden dat er wel overeenkomsten bestaan tussen de gegevens uit secundaire data en de antwoorden die zijn gegeven door de ondernemers.
Sociaal-economische kenmerken
Sociaal-economische kenmerken houden nauw verband met demografische kenmerken. De achtergrondkenmerken die in dit gedeelte besproken worden zijn het inkomen en het opleidingsniveau van de toeristen die naar de provincie Groningen komen. Op basis van de gegevens uit secundaire bronnen is het niet mogelijk geweest om hier een uitsplitsing te maken naar dag- en verblijfstoeristen. De gegevens in dit gedeelte hebben dus betrekking op alle toeristen gezamenlijk.
Het inkomen van de toeristen is vaak gevoelige informatie die niet zomaar prijsgegeven wordt. Daarom wordt het inkomen bij interviews vaak verdeeld in drie categorieën, namelijk beneden modaal, modaal en boven modaal. Een modaal inkomen ligt rond de € 30.700,- bruto per jaar. De data uit secundaire bronnen op basis waarvan onderstaande tabel gemaakt is, maakt hetzelfde onderscheid. Onderstaande tabel geeft de inkomensverdeling van de toeristen die naar Groningen komen weer.
Inkomen Percentage Beneden modaal 11%
Modaal 41%
Boven modaal 47%
Tabel 1.14 Inkomensniveau van de toerist die naar Groningen komt
Uit bovenstaande tabel valt af te lezen dat de grootste groep toeristen die naar Groningen komen een modaal tot boven modaal inkomen heeft met 88% van de toeristen.
Aan de ondernemers is in dit kader gevraagd aan te geven wat het inkomensniveau van de toeristen volgens hun is in termen van ‘beneden modaal’ tot ‘boven modaal’. In onderstaande tabel staan de antwoorden van de ondernemers weergegeven.
Inkomen Aantal ondernemers
Modaal tot boven modaal 7
Boven modaal 3
Heel divers 6
Missende waarde(n) 1
Totaal 17
Tabel 1.15 Inkomensniveau van toeristen volgens de ondernemers van Het Blauwe Lint
Uit tabel 1.15 blijkt dat de meeste ondernemers hebben aangegeven dat het inkomensniveau van de toeristen ‘modaal tot boven modaal’ of ‘boven modaal’ is volgens de ondernemers. Dit komt overeen met de gegevens uit secundaire data, die ook aangeven dat het grootste gedeelte van de toeristen een modaal tot boven modaal inkomen heeft. Opmerkelijk is dat uit tabel 1.15 blijkt dat zes ondernemers hebben aangegeven dat volgens hen het inkomensniveau heel divers is. Dit blijkt niet uit tabel 1.14. Dus hoewel er ook hier geen directe vergelijking gemaakt kan worden tussen de gegevens uit secundaire data en de antwoorden van de ondernemers, kan er wel gezegd worden dat de richting van de gegevens met elkaar grotendeels overeenkomt in die zin dat beide gegevens laten zien dat het inkomensniveau richting modaal tot boven modaal gaat.
Opleidingsniveau
Het opleidingsniveau van de toerist die naar Groningen komt is onderverdeeld in vijf categorieën, variërend van lager onderwijs tot HBO/WO. Onderstaande tabel geeft dit opleidingsniveau weer.
Opleiding Percentage Lager onderwijs 6% VBO / MAVO 21% HAVO / VWO 7% MBO 26% HBO / WO 41%
Tabel 1.16 Opleidingsniveau van toerist die naar Groningen komt
Uit tabel 1.19 blijkt dat ruim 40% van de toeristen die naar Groningen komen een HBO of/en WO hebben afgerond. Nog eens een kwart van de bezoekers heeft een MBO-opleiding voltooid. Op basis van deze gegevens kan gezegd worden dat, de grootste groep toeristen die naar Groningen komen, middelbaar tot hoog onderwijs hebben gevolgd met 67%.
In dit kader is er aan de ondernemers gevraag aan te geven wat het opleidingsniveau van de toeristen is volgens hen in termen van laag, middelbaar of hoger onderwijs. De antwoorden van de ondernemers staan weergegeven in onderstaande tabel.
Opleidingsniveau Aantal ondernemers Middelbaar tot hoger onderwijs 3
Hoger onderwijs 5
Heel divers 9
Totaal 17
Tabel 1.17 Opleidingsniveau van de toeristen volgens de ondernemers van Het Blauwe Lint
Uit tabel 1.17 blijkt dat iets minder dan de helft van de ondernemers heeft aangegeven dat het opleidingsniveau van de toeristen die naar Oost-Groningen komen ‘middelbaar tot hoger’ of ‘hoger’ onderwijs heeft gevolgd volgens hen. De overige ondernemers hebben aangegeven dat het opleidingsniveau van de toeristen zeer divers is. Ook nu zijn de gegevens uit de tabellen 1.19 en 1.20 niet direct met elkaar te vergelijken. Dit komt onder meer doordat er geen eenduidige onderverdeling te maken is in wat tot lager, middelbaar en hoger onderwijs behoort.
Op basis van de vergelijking van bovenstaande gegevens met betrekking tot het inkomensniveau en het opleidingsniveau kan gezegd worden dat de gegevens uit de interviews zover er een vergelijking gemaakt kan worden, grotendeels overeenkomen met de gegevens uit de interviews. Op basis hiervan kan gezegd worden dat de ondernemers een beeld hebben van de sociaal- economische kenmerken van toeristen die naar het Oldambt komen, dat goed overeenkomt met de gegevens uit secundaire data.
Onderzoek naar klantwaarden
De klantwaarden zeggen iets over de wensen en behoeften van klanten. Het geeft aan wat klanten, in dit geval toeristen en recreanten, belangrijk vinden in termen van producteigenschappen. In dit gedeelte zullen de motieven en activiteiten van toeristen en recreanten besproken waarvoor zij naar Oost-Groningen komen. Vervolgens zal er gekeken worden hoe de toeristen de mogelijkheden en activiteiten in dit gebied waarderen. Op basis hiervan kan er gekeken worden in hoeverre het Noorden voorziet in de wensen en behoeften van toeristen en recreanten. Bij de bespreking van de data is er weer een onderscheid gemaakt tussen dag- en verblijfstoeristen.
Motieven van toeristen
De motieven voor een bezoek kunnen aan de hand van de secundaire gegevens uit Toerdata Noord besproken worden voor specifiek Oost-Groningen. Allereerst zullen de motieven van toeristen besproken worden om een bezoek te brengen aan Oost-Groningen. Vervolgens zal er gekeken worden voor welke activiteiten toeristen naar Oost-Groningen komen en welke attracties door toeristen het best gewaardeerd worden. Daarnaast zal er gekeken worden welke verbeterpunten genoemd kunnen worden waarin Oost-Groningen beter kan voorzien voor de toerist.
Om te achterhalen wat volgens de ondernemers van Het Blauwe Lint de belangrijkste motieven zijn van toeristen zijn om naar het Oldambt te komen, is er aan hen gevraagd de vijf belangrijkste motieven te noemen. De vijf meest veruit meest genoemde motieven zijn:
• De rust en de stilte in het Oldambt; • De ruimte in het gebied;
• Het onaangetaste karakter van de streek. Hierdoor ontstaat er een soort van nostalgie, want zoals het vroeger was, wordt het nog steeds aangetroffen in het Oldambt;
• De gemoedelijkheid van het platteland. De mensen op het platteland hebben een ander levensritme. Het zijn over het algemeen rustige en vriendelijke bewoners. Ook het leven op het platteland is minder jachtig en meer ontspannen;
• De hoeveelheid natuur die men aantreft in het Oldambt. Hierdoor is er ook sprake van meer frisse lucht.
De gegevens uit secundaire data laten zien dat dagtoeristen voornamelijk naar Oost-Groningen komen vanwege de mogelijkheid tot het maken van dagtochten en het bezoeken van historische plaatsen en monumenten. De verblijfstoeristen daarentegen noemen als belangrijkste motief om Oost-Groningen te bezoeken de rust en ruimte op het platteland, die men daar aantreft. Daarnaast worden als belangrijke motieven de natuur, de goede verblijfsadressen en de vele sportmogelijkheden genoemd. Het blijkt dat een aantal van de genoemde motieven door de ondernemers terug te vinden zijn in de genoemde motieven door toeristen en dan met name de verblijfstoeristen. Deze motieven
maken dat de ondernemers een redelijk goed beeld hebben van de motieven van toeristen om het Oldambt te bezoeken en dus van wat toeristen belangrijk vinden om tegen te komen in het gebied.
Waardering voor activiteiten door toeristen in Oost-Groningen
Dagtoeristen komen voor diverse activiteiten naar Oost-Groningen. Het is interessant om hier naar te kijken, omdat hier de activiteiten van Het Blauwe Lint gevestigd zijn.
Onderstaande tabel geeft de top-5 activiteiten weer waarvoor de dagtoeristen naar deze regio komen. De percentages geven het relatieve aantal dagtoeristen weer die de
desbetreffende activiteit komen verrichten in Oost-Groningen.
Activiteit in Oost-Groningen Oost-Groningen 1. Bezienswaardigheden bezoeken 23%
2. Musea 14%
3. Natuurwandelen 13%
4. Stads-/dorpswandeling 11%
5. Fietsen 9%
Tabel 1.18 Top-5 activiteiten dag- en verblijfstoeristen in Oost-Groningen
Tabel 1.18 laat zien dat de belangrijkste activiteiten die toeristen tijdens hun dagtocht in Oost-Groningen verrichten, evenals hierboven voor de provincie Groningen, bezienswaardigheden en musea bezoeken zijn. Daarnaast zijn andere activiteiten die tijdens de dagtocht gedaan worden wandelingen maken en fietsen. Nu zal er gekeken worden naar de top-5 activiteiten die door verblijfstoeristen gedaan worden in Oost-Groningen. Deze activiteiten staan in onderstaande tabel weergegeven.
Activiteit Oost-Groningen 1. Bezienwaardigheden bezoeken 18% 2. Natuurwandelen 12% 3. Stads-/dorpswandeling 11% 4. Fietsen 10% 5. Zonnen / zwemmen 9%
Tabel 1.19 Activiteiten verblijfstoeristen Oost-Groningen
Uit bovenstaande tabel blijkt dat verblijfstoeristen vooral bezienswaardigheden bezoeken in Oost-Groningen en natuurwandelingen maken. Dit komt overeen met de activiteiten die dagtoeristen in Oost-Groningen doen, maar daar waar dagtoeristen liever musea bezoeken in Oost-Groningen verrichten verblijfstoeristen liever sportieve activiteiten in de vorm van het maken van wandelingen.
Het is interessant om te kijken hoe de ondernemers denken over de activiteiten die de toerist in het Oldambt verricht. In onderstaande tabel staat middels meervoudige-antwoordenanalyse weergegeven wat volgens de ondernemers van Het Blauwe Lint de vijf belangrijkste activiteiten zijn die de toerist in het Oldambt verricht.
Actviteit Aantal ondernemers
1. Fietsen 15
2. Autoritjes 13
3. Natuurwandelingen 12 4. Uitgaan / uit eten gaan 10 4. Bezienswaardigheden bezoeken 10
Tabel 1.20 Belangrijkste activiteiten die de toerist in het Oldambt doet
Bovenstaande tabel laat zien dat ondernemers aangeven dat de belangrijkste activiteit die de toerist in het Oldambt verricht, fietsen is. Dit wordt gevolgd door autoritjes en natuurwandelingen maken. Als deze activiteiten vergeleken worden met de secundaire gegevens, blijkt dat van de top-5 activiteiten van zowel de dag- als de verblijfstoeristen drie activiteiten overeenkomen met de top-5 activiteiten volgens de ondernemers. Hieruit blijkt dat de ondernemers van Het Blauwe Lint een goed beeld hebben van wat de activiteiten van toeristen in het Oldambt zijn.
Waardering en verbeterpunten Oost-Groningen
In dit gedeelte wordt de waardering van de toerist voor de regio Oost-Groningen besproken. De beoordelingen zijn gebaseerd op de voorzieningen en faciliteiten in de regio. Daarnaast zullen de verbeterpunten die door de toeristen zijn genoemd besproken worden.
Aan de ondernemers van Het Blauwe Lint is gevraagd om vijf verbeterpunten te noemen, waarin het Oldambt volgens hun beter kan voorzien. De antwoorden op deze vraag zijn heel divers. Opmerkelijk is wel dat er een aantal punten zijn die veelvuldig genoemd zijn. Deze zijn:
• De bewegwijzering in het gebied moet verbeterd worden. Er wordt middels bebording nog te weinig gewezen op de faciliteiten en plaatsen in het gebied; • De infrastructuur moet verbeterd worden en dan met name de aanleg van fiets- en
wandelpaden. Ook het openbaar vervoer kan hier genoemd worden. Dit moet verbeterd worden om de bereikbaarheid in het gebied te kunnen verbeteren;
• De aanleg van sportmogelijkheden. Ook de mogelijkheden op het gebied van waterrecreatie vallen hier binnen. Er wordt echter wel de verwachting uitgesproken door de ondernemers, die dit punt genoemd hebben, dat dit wel komt als het gebied van de Blauwestad zich verder ontwikkeld;
het belang van de toeristen. Ook de faciliteiten in het gebied moeten beter op elkaar afgestemd worden;
• De ontwikkelingsmogelijkheden van het gebied moeten beter gecommuniceerd worden naar buiten toe. Dit hangt nauw samen met het vorige punt. Het gebied moet beter gepresenteerd worden naar buiten toe om het imago van het Oldambt te verbeteren. Hiertoe moeten er ook andere elementen benadrukt worden in de promotie naar buiten dan alleen rust en natuur.
Deze antwoorden kunnen nu vergeleken worden met de gegevens uit secundaire data. Op basis van de beschikbare secundaire data kunnen er enkele veelgenoemde verbeterpunten door toeristen genoemd worden waar Oost-Groningen beter in kan voorzien. In onderstaande tabel wordt voor zowel de dagtoeristen als de verblijfstoeristen de top 5 van de belangrijkste verbeterpunten voor Oost-Groningen aangegeven.
Dagtoeristen Verblijfstoeristen
1. Toeristische faciliteiten / activiteiten 1. Horeca
2. Promotie en informatieverstrekking 2. Toeristische faciliteiten / activiteiten
3. Horeca 3. Verblijfsaccommodaties
4. Bewegwijzering (wegen / water) 4. Bewegwijzering (wegen / water) 5. Slechtweerfaciliteiten 5. Toeristische infrastructuur (fietspaden /
wandelroutes)
Tabel 1.21 Verbeterpunten voor Oost-Groningen
Uit bovenstaande tabel blijkt dat de genoemde verbeterpunten door dagtoeristen en verblijfstoeristen redelijk met elkaar overeenkomen. Vooral de toeristische faciliteiten / activiteiten, horeca en de bewegwijzering zijn voor verbetering vatbaar. Onder de toeristische faciliteiten en activiteiten vallen de attracties en voorzieningen bij bezienswaardigheden. De toerist geeft deze punten aan, omdat dit gezien wordt als een minpunt tijdens het verblijf of dagtocht. Aan deze punten moet in de toekomst extra aandacht besteed worden in het aanbod van toeristische diensten. Opvallend is dat de genoemde verbeterpunten door toeristen goed overeenkomen met de genoemde verbeterpunten van de ondernemers. Ook de ondernemers noemden het beter voorzien in toeristische faciliteiten, de promotie naar buiten toe, de bewegwijzering en de toeristische infrastructuur als belangrijkste aandachtspunten waarin het Oldambt beter kan voorzien. Ook hieruit blijkt dat de ondernemers heel goed weten wat de toerist belangrijk vindt en waarin het Oldambt beter kan voorzien. Daarnaast kan als opmerkelijk punt wel genoemd worden dat zowel de dagtoeristen als de verblijfstoeristen vinden dat het aanbod in horecagelegenheden te wensen overlaat. Het Blauwe Lint dient hier rekening mee te houden in onder meer de promotie naar buiten toe.
Externe marktoriëntatie - Concurrentenfocus
De concurrentenfocus dient ertoe om te achterhalen wie de directe en indirecte concurrenten van de organisatie zijn om de sterke en zwakke punten van die concurrenten
te kunnen achterhalen. Een concurrentieanalyse moet de benodigde informatie over concurrenten opleveren. Zoals genoemd in hoofdstuk drie, wordt er bij de concurrentieanalyse onderscheid gemaakt in de bedrijfstakanalyse en de concurrentenanalyse. Bij de bedrijfstakanalyse gaat het om een analyse van de intensiteit van de concurrentie op een markt, terwijl bij de concurrentenanalyse een analyse van het gedrag van individuele concurrenten centraal staat.
Tijdens het interview is er met betrekking tot de bedrijfstakanalyse aan de respondenten gevraagd in hoeverre zij zich bezig hielden met de ontwikkelingen in de bedrijfstak. Als de respondent aangaf zich hier regelmatig mee bezig te houden, werd er gevraagd welke ontwikkelingen in de bedrijfstak voor recreatie en toerisme op hem van toepassing waren. Bijna alle respondenten gaven aan in meerdere of mindere mate de relevante ontwikkelingen in de bedrijfstak bij te houden. Een aantal ondernemers gaf aan slechts de ontwikkelingen te volgen binnen Het Blauwe Lint en de Blauwestad op het gebied van recreatie en toerisme. Door de kleinschaligheid van het bedrijf was het volgens hen ook niet nodig om de ontwikkelingen nauwlettend in de gaten te houden. De respondenten die aangaven wel de ontwikkelingen in de bedrijfstak bij te houden, werd gevraagd enkele voor hun relevante ontwikkelingen te noemen. De genoemde ontwikkelingen zijn:
• De toenemende hoeveelheid vrije tijd van mensen;
• De terugloop in de dagtochten die door toeristen wordt gemaakt; • De toenemende vergrijzing in Nederland;
• De toename in weekendtoerisme;
• De toename van het besteedbaar inkomen van mensen in de leeftijdscategorie 50+; • Informatie over de interesses van doelgroep;
• Ontwikkelingen in de concurrentiepositie van campings en andere overnachtingsaccommodaties.
Opvallend is dat bijna alle bovengenoemde relevante ontwikkelingen demografisch van aard zijn. Er wordt nauwelijks gekeken naar andere omgevingsfactoren. Daarnaast wordt er ook niet gekeken naar ontwikkelingen in de geaggregeerde marktfactoren en de bedrijfstakstructuurfactoren. Wel werd aangegeven door een ondernemer dat het soms moeilijk is om een onderscheid te kunnen maken tussen ontwikkelingen die wel relevant zijn en ontwikkelingen die dat niet zijn. Op het moment dat een ontwikkeling wel als relevant wordt ervaren, wordt er gekeken hoe anderen daarmee omgaan en als dit goed is, vindt er een vorm van benchmarking plaats. Op basis hiervan kan gezegd worden dat ontwikkelingen in de bedrijfstak voor recreatie en toerisme op kleine schaal worden gevolgd binnen Het Blauwe Lint. Hoewel Het Blauwe Lint voor een groot gedeelte uit kleinschalige bedrijven bestaat en het voor die bedrijven niet direct van toepassing is om ontwikkelingen in de bedrijfstak te volgen, vormen de bedrijven gezamenlijk wel een grote speler in de recreatie en toeristische sector in het Oldambt. Een betere bewustwording van de relevante ontwikkelingen in de bedrijfstak is daardoor dan wellicht gewenst.
eerder genoemd, op verschillende niveaus plaatsvinden, namelijk op productvorm-concurrentie, productcategorie-productvorm-concurrentie, generieke concurrentie en budgetconcurrentie. Om te achterhalen op welk niveau de ondernemers van Het Blauwe Lint concurrentie ondervinden is aan hen gevraagd of er bedrijven zijn, die zij zien als concurrent. Als er positief geantwoord werd op deze vraag werd er gevraagd welke bedrijven dit zijn. Hierbij werd er een uitsplitsing gemaakt naar branches waarin de ondernemers concurrentie ondervinden en concrete namen van bedrijven die men ziet als concurrent. De antwoorden op de vraag staan weergegeven in onderstaande tabel.
Aantal Percentage
Nee 13 76,5%
Ja 4 23,5%
Totaal 17 100%
Tabel 1.22 De identificatie van concurrenten door de ondernemer
Uit bovenstaande tabel valt af te lezen dat slechts 23,5% van de ondernemers heeft aangegeven dat men concurrenten kan identificeren in de eigen omgeving. Dit is een opmerkelijk laag percentage, want hieruit blijkt dat het grootste gedeelte van de ondernemers nauwelijks een besef heeft van de aanwezigheid van concurrenten en hier dus ook niet op wordt geanticipeerd. Op de vraag waarom deze ondernemers geen concurrenten zien in de eigen omgeving was het antwoord over het algemeen dat de ondernemers elkaar als aanvulling zien, maar dat door de diversiteit in de achtergrond van het bedrijf er nauwelijks gesproken kon worden van directe concurrentie. De ondernemers die hebben aangegeven dat zij wel concurrentie ondervinden in hun omgeving, ondervonden dit dan van bedrijven die substituutdiensten aanboden. Een voorbeeld hierbij is dat een ondernemer met een horeca-gelegenheid op 3-sterrenniveau concurrentie ondervindt van andere horeca-gelegenheden op eenzelfde niveau. Op basis hiervan kan gezegd worden dat, de ondernemers die hebben aangegeven concurrentie te ondervinden van andere bedrijven, deze concurrentie plaatsvindt op het niveau van generieke concurrentie. Opvallend is dat op basis van de concurrentieanalyse gezegd kan worden, dat Het Blauwe Lint nauwelijks een externe marktoriëntatie heeft ontwikkeld, omdat zowel de bedrijfstakstructuur en de identificatie van concurrenten nauwelijks wordt bijgehouden door de leden van Het Blauwe Lint. Het bewustzijn hiervan mag dan ook zeker vergroot worden.
Cultuur
Cultuur - Toetsing van de culturele waarden
Zoals genoemd in hoofdstuk drie, heeft Parasuraman (1987) een aantal waarden geïdentificeerd die terug moeten komen in de ondernemingscultuur van organisaties die diensten aanbieden. Deze culturele waarden zijn: klantfocus, flexibiliteit, creativiteit en
wederzijds respect tussen de leden binnen de organisatie. Tijdens het interview zijn per waarde een aantal stellingen voorgelegd aan de ondernemer en deze diende aan te geven op een vijfpuntsschaal in hoeverre de desbetreffende stelling van toepassing was op Het Blauwe Lint. Deze waarden zullen nu afzonderlijk van elkaar besproken worden.
Klantfocus
De klantfocus binnen de cultuur heeft vooral betrekking op de klanttevredenheid. De klanttevredenheid wordt bepaald door de mate waarin de organisatie in staat is om te voorzien in de wensen en behoeften van klanten en dus de klant centraal stelt. De vragen met betrekking tot de klantfocus in het interview zijn hier op gebaseerd. De eerste vraag heeft betrekking op de mate waarin de ondernemer denkt dat Het Blauwe Lint een goed beeld heeft van de wensen en behoeften van de toeristen. Het resultaat van deze vraag is weergegeven in onderstaand tabel.
Aantal Percentage
Zeer goed 0 0%
Goed 14 82,4%
Niet goed / niet slecht 1 5,8%
Slecht 0 0%
Zeer slecht 0 0%
Missende waarde(n) 2 11,8%
Totaal 17 100%
Tabel 1.23 Waardering voor stelling over klantfocus
Uit tabel 1.23 blijkt dat bijna alle ondernemers aangeven dat Het Blauwe Lint een goed beeld heeft van de wensen en behoeften van de toerist. De toelichting die hier meestal bij gegeven wordt, is dat de ondernemers al een aantal jaren gevestigd zijn in het Oldambt en dat men door deze ervaring weet waarvoor de toerist naar het Oldambt komt. Daarnaast geven sommige ondernemers aan een goed beeld te hebben van de wensen en behoeften van de toerist door met hen te spreken en er direct naar te vragen. Opvallend is dat ook als antwoord wordt gegeven dat de huidige bedrijven in het Oldambt inzicht geven in wat de mogelijkheden zijn. Op basis hiervan worden toeristen dan aangetrokken. Hierbij wordt er vooral vanuit de aanbodkant gekeken en niet vanuit het belang van de klant en hoeft er dus niet persé een goed beeld te zijn van de wensen van de toerist, omdat daar niet specifiek naar gekeken wordt. Eén ondernemer geeft aan dat Het Blauwe Lint gedeeltelijk een goed beeld heeft van de wensen en behoeften van de toerist, omdat de gemiddelde toerist avontuurlijker is dan Het Blauwe Lint denkt. Hierdoor worden bepaalde aspecten van het gebied teveel benadrukt in verhouding met andere aspecten. Twee respondenten gaven aan geen antwoord te kunnen geven op deze vraag. Bij de tweede vraag met betrekking tot de klantfocus werd aan de ondernemer gevraagd in hoeverre hij denkt dat de aangeboden diensten van Het Blauwe Lint aansluiten op de
