© NOORDHOFF 2015 CORRECTIEVOORSTEL OEFENTOETS HAVO A DEEL 1 HOOFDSTUK 2 1
HAVO A DEEL 1 CORRECTIEVOORSTEL OEFENTOETS HOOFDSTUK 2 VERWERKEN VAN DATA
TOTAAL 43P
OPGAVE 1 TOTAAL 13P
2p a aantal verstuurde pakketjes = 8 ∙ 2 + 7 ∙ 3 + 4 ∙ 4 + 6 ∙ 5 + 5 ∙ 6 + 3 ∙ 7 + 2 ∙ 8 = 150 2p
2p b 8 + 7 + 4 + 6 + 5 + 3 + 2 = 35 dagen (ofwel 5 weken) 2p
3p c invoeren van lijst 1 = { 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8} en lijst 2 = {8, 7, 4, 6, 5, 3, 2}
1-Var Stats (TI) of 1VAR (Casio) geeft x 4,3 en 1,9 3p
3p d 1-Var Stats (TI) of 1VAR (Casio) geeft ook
minX = 2, Q1 = 3, Med = 4, Q3 = 6 en maxX = 8 1p
boxplot 2p
VERSTUURDE PAKKETJES PER DAG
3p e 35 dagen = 5 weken
19 per week, dus in 5 weken 5 ∙ 19 = 95 pakketjes 1p
150 – 95 = 55 pakketjes met een andere vervoerder 1p
dat is 55 100% 36,7%
150 1p
OPGAVE 2 TOTAAL 4P
1p a nominaal 1p
2p b 66 0, 275
steekproefomvang 1p
steekproefomvan 66
0, 27
g 4
5 2 0
1p
1p c naar verwachting hebben 0,275 ∙ 2826 ≈ 777 gasten de Duitse nationaliteit 1p
OPGAVE 3 TOTAAL 26P
3p a bedrag aan boodschappen 1p
discreet 1p
bedragen in een winkel zijn in centen nauwkeurig, bedragen in bijvoorbeeld halve centen nauwkeurig komen niet voor
de bedragen zijn dus ‘losse’ waarden 1p
2p b 100% – 64% = 36%, dus 0,36 ∙ 800 = 288 klanten 2p
2p c 34% – 8% = 26%, dus 0,26 ∙ 800 = 208 klanten 2p
2p d de klasse met de grootste (relatieve) frequentie is de klasse 40 -< 60 1p
dus 40 -< 60 is de modale klasse 1p
© NOORDHOFF 2015 CORRECTIEVOORSTEL OEFENTOETS HAVO A DEEL 1 HOOFDSTUK 2 2 4p e de relatieve frequenties zijn 18%, 22%, 24%, 16%, 10%, 6% en 4% 1p
de absolute frequenties zijn 144, 176, 192, 128, 80, 48 en 32 1p
polygoon 2p
BEDRAG AAN BOODSCHAPPEN BIJ FILIAAL A
4p f minder dan 80 euro bij A: 0,80 ∙ 800 = 640 klanten 1p minder dan 80 euro bij B: 0,60 ∙ 800 = 480 klanten 1p dus totaal 640 + 480 = 1120 klanten minder dan 80 euro 1p dat is 1120 100% 70%
1600 1p
5p g de kleinst mogelijke omzet bij A is
144 ∙ 0 + 176 ∙ 20 + 192 ∙ 40 + 128 ∙ 60 + 80 ∙ 80 + 48 ∙ 100 + 32 ∙ 120 = € 33 920 1p bij B zijn de relatieve frequenties 8%, 10%, 16%, 26%, 20%, 10% en 10% 1p bij B zijn de absolute frequenties 64, 80, 128, 208, 160, 80, 80 1p de grootst mogelijke omzet bij B is
64 ∙ 20 + 80 ∙ 40 + 128 ∙ 60 + 208 ∙ 80 + 160 ∙ 100 + 80 ∙ 120 + 80 ∙ 140 = € 65 600 1p 65600
339201,9,dus niet 2 keer zo groot. 1p
© NOORDHOFF 2015 CORRECTIEVOORSTEL OEFENTOETS HAVO A DEEL 1 HOOFDSTUK 2 3 4p h de absolute frequenties van A en B samen zijn
208, 256, 320, 336, 240, 128 en 112 1p
de bijbehorende relatieve frequenties zijn 13%, 16%, 20%, 21%, 15%, 8% en 7% 1p
histogram 2p
BEDRAG AAN BOODSCHAPPEN VAN 1600 EMTÉ-KLANTEN