• No results found

Vraag nr. 138 van 20 januari 1998 van mevrouw VERA DUA

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 138 van 20 januari 1998 van mevrouw VERA DUA"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 138 van 20 januari 1998

van mevrouw VERA DUA

Europese nitratenrichtlijn – Toepassing

Het rapport van de Europese Commissie over de toepassing door België van de richtlijn 91/676/EEG is niet mals.

Volgens het rapport heeft België de richtlijn over de watervervuiling door nitraten van landbouwoor-sprong niet naar behoren omgezet in eigen wetge-v i n g. De wetge-verwetge-vuiling wordt wetge-veroorzaakt door de kweek van varkens en door de melkproductie. H e t teveel aan nitraat in het water is schadelijk voor het milieu in het algemeen en voor de gezondheid van de mens in het bijzonder. De richtlijn vraagt onder andere de kwetsbare gebieden aan te wijzen. Blijkbaar is dit nog niet gebeurd. De richtlijn schrijft ook actieprogramma's voor. Ook dat is nog niet gebeurd. Ondanks de procedure die Europees commissaris voor het milieu Bjerregaard is gestart tegen België, blijkt er nog altijd geen vooruitgang gemaakt, aldus het rapport.

Zoals bekend, is de nitratenproblematiek in de eer-ste plaats een Vlaams probleem.

1. Hoe komt het dat deze richtlijn nog altijd niet correct is omgezet in de eigen wetgeving ? 2. Welke stappen heeft de minister ondernomen

om tot de omzetting te komen ? Waar liggen de problemen ?

3. Hoe komt het dat, wat de aanwijzing van kwets-bare gebieden betreft, de Europese Commissie opmerkingen heeft ?

Welke stappen heeft de minister in dit verband ondernomen ?

4. Hoe komt het dat er nog geen actieprogram-ma's zijn ontwikkeld ? Welke stappen heeft de minister in dit verband ondernomen ?

5. ls er een procedure tegen België (Vlaams Ge-west) begonnen ?

6. Hoe komt het dat de procedure blijkbaar nog geen gunstige gevolgen heeft ? Wat kunnen daarvan de gevolgen zijn ?

Antwoord

1 en 2. Vooreerst is het nodig op te merken dat in het bedoelde rapport enkel over België wordt geschreven. De Commissie heeft moeten toege-ven dat, wat België betreft, het enkel het Brus-sels Gewest is dat niet aan alle vereisten van de nitraatrichtlijn heeft voldaan. Dit is door de Commissie verduidelijkt in de ingebrekestelling van 28 oktober 1997, waar zij over de verschil-lende gewesten apart handelt. Meer in het bij-zonder heeft de Commissie naar aanleiding van de implementatie van de nitraatrichtlijn bepaal-de vragen aan bepaal-de verschillenbepaal-de gewesten g e s t e l d . Deze vragen hadden betrekking op de manier van omzetten, veeleer dan een apprecia -tie uit te drukken over de correcte omzetting. De omzetting van de nitraatrichtlijn is in Vlaan-deren gebeurd door volgende wetgevingen : het mestdecreet en zijn uitvoeringsbesluiten, V l a-rem II, het decreet van 24 januari 1984 houden-de maatregelen inzake het grondwaterbeheer en de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van oppervlaktewateren tegen verontreiniging en hun uitvoeringsbesluiten.

3. Wat de aanwijzing van de kwetsbare zones betreft, is in de nitraatrichtlijn een vierjaarlijkse evaluatie van deze afbakening opgenomen. Het eerste evaluatierapport hieromtrent dient in juni 1998 aan de Commissie te worden bezorgd. In dit kader werd aan de Vlaamse Milieumaat-schappij en aan Aminal de opdracht gegeven de bestaande afbakening te evalueren en eventuele nieuwe voorstellen te doen. Een eerste proeve van deze evaluatie werd aan de leden van de Commissie voor Leefmilieu en Natuurbehoud op 21 januari voorgeteld.

Op basis van deze gegevens zal worden voortge-werkt.

4. Het Mestactieplan moet worden beschouwd als het Vlaamse actieprogramma. Op dit moment is de Stuurgroep Vlaamse Mestproblematiek bezig met de evaluatie van het MAP.

5 en 6. De bovenvermelde ingebrekestelling door de Europese Commissie op 28 oktober 1997 werd door het Vlaams Gewest beantwoord bin-nen de gestelde termijn van twee maanden. Op dit antwoord heeft de Commissie nog niet geantwoord.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Vlaamse minister bevoegd voor Leefmilieu werd op 12 november 1997 op de hoogte gesteld van allerlei herdenkingsactiviteiten van de Slag bij Nieuwpoort van 1600.. Op 16

– de internationale overeenkomst inzake water- gebieden die van internationale betekenis zijn, in het bijzonder als woongebied voor watervo- gels (Ramsar, 1 9 7 1 )

In tegenstelling tot wat de titel van deze vraag laat v e r m o e d e n , betreft zij enkel de werking met betrekking tot het aspect waarborgverlening door het

Door de onduidelijkheid omtrent een mogelijke nieuwe stedenbouwkundige bestem- ming die de stad Gent aan het geheel wil geven, werd er voor deze verkoop nog geen

Eerst en vooral wens ik te benadrukken dat het in de vraag bedoelde verslag van de auditeur door mij niet kan worden opgevat als een aanklacht tegen het gebrek aan ijver waarmee

Verdeelt men de Oost-Vlaamse gemeenten op basis van productiedruk (1996) en gebruiksdruk (1996) in volgende klassen : (0 - 75) kg P205/ha ; (75 - 100) kg P205/ha ; (100 - 125)

A/A.77.431/X-7986 van 30 maart 1998 inzake een vordering tot schorsing van de auditeur van de Raad van State betrekking heeft op de bouwver- gunning die door de minister

Artikel 17 van het decreet van 16 april 1996 hou- dende de bescherming van landschappen (Belgisch Staatsblad 21 mei 1996) stelt dat de Vlaamse rege- ring binnen de perken van