Vraag nr. 42
van 16 oktober 1997
van de heer CHRISTIAAN VEROUGSTRAETE Strand- en dijkanimatie – Toestemmingsregeling Tijdens het zomerseizoen wordt op de zeedijk en de stranden van de Vlaamse kustgemeenten gere-geld allerlei strand- en dijkanimatie met of zonder commercieel karakter georganiseerd.
Aangezien de zeedijk en de stranden eigendom zijn van de Vlaamse Gemeenschap, dienen de kust-gemeenten hiervoor toestemming te krijgen van de Vlaamse Gemeenschap.
1. Hoe wordt deze toestemming verleend ?
Dienen de gemeenten vooraf een gedetailleerde beschrijving te geven van de geplande activitei-ten of wordt de toestemming globaal voor gans het zomerseizoen gegeven ?
2. Volgens mijn informatie wordt de toestemming gegeven op basis van een gedetailleerde plan-ning opgenomen in de aanvraag door de gemeenten (bijvoorbeeld Knokke-Heist), w a t zeker niet het geval is voor Oostende, waaraan een globale toestemming zonder detaillering wordt verleend.
Waarom dit onderscheid ?
3. Dienen de kustgemeenten voor deze toestem-ming een vergoeding te betalen aan de Vlaamse Gemeenschap ? Zo ja, hoeveel bedraagt deze vergoeding ?
Antwoord
1. De zeedijk en de stranden van de Belgische kust vormen een stuk openbaar domein, i n eigendom van het Vlaams Gewest.
De grootste gedeelten van het strand zijn voor activiteiten betreffende "zee-, z o n n e b a d e n , sport en spel" in concessie gegeven aan de kust-g e m e e n t e n . Alle aanvrakust-gen met betrekkinkust-g tot deze activiteiten dienen dan ook in principe door de kustgemeenten te worden behandeld. Zodra bepaalde activiteiten op het strand hun karakter van "zee-, zonnebaden, sport en spel" v e r l i e z e n , vallen zij uit het regime van de s t r a n d c o n c e s s i e. Deze aanvragen dienen dan tevens te worden behandeld door de adminis-tratie Waterwegen en Zeewezen, de afdeling
Waterwegen Kust, die hiervoor dan een vergun-ning kan afleveren.
De zeedijken vallen volledig buiten het toepas-singsgebied van de strandconcessies. Alle activi-teiten op de zeedijken dienen dus ook door mijn administratie te worden behandeld. D e vergunning die eventueel voor deze activiteiten zal worden afgeleverd en de hieraan gekoppel-de retributie zijn gebaseerd op het besluit van de Vlaamse regering van 16 maart 1994 betreffende het toekennen van vergunningen, het vaststellen en innen van retributies voor het privatieve gebruik van het domein van de waterwegen en hun aanhorigheden, de zeewe-ring en de dijken.
De aanvraag dient tijdig, in principe minstens 2 maanden vooraf, vergezeld van een gedetail-leerde omschrijving van de activiteit, datum en p l a a t s, bij voornoemde afdeling toe te komen. Voor private organisaties en/of personen wordt enkel een vergunning afgeleverd na advies van het college van burgemeester en schepenen van de betrokken kustgemeenten.
2. Een globale vergunning wordt slechts afgele-verd indien het om éénzelfde activiteit gaat die op verschillende data dezelfde of in verschillen-de kustgemeenten wordt georganiseerd. D e retributie wordt individueel en per dag geïnd. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen ingediende aanvragen uitgaande van verschil-lende kustgemeenten.
3. De aangerekende retributie bestaat enerzijds altijd uit een vast recht van 2.500 frank en een zegelrecht van 200 frank dat steeds wordt aan-gerekend per vergunningsaanvraag, en ander-zijds uit een variabel recht dat verschilt naarge-lang het al dan niet commercieel karakter van de activiteit : 5.000 frank/activiteit/dag voor niet commerciële activiteiten en 10.000 frank/activi-teit/dag voor commerciële activiteiten.
De retributie is onderworpen aan de index en wordt in de vergunning gedetailleerd omschre-ven.
Evenwel dient te worden gemeld dat het voor-komt dat activiteiten worden georganiseerd zonder dat een aanvraag bij mijn administratie werd ingediend. Indien dit wordt gesignaleerd door de betrokken kustgemeenten, wordt dit meestal geregulariseerd door middel van een vergunning ad hoc.
Indien een of andere strand- of dijkanimatie noch wordt geverbaliseerd door de politie, noch bij mijn administratie wordt gesignaliseerd, blijft het vaak onmogelijk na te gaan of een bepaalde activiteit al dan niet heeft plaatsge-vonden.
Het ontwerpbesluit van de Vlaamse regering betreffende het toekennen van vergunningen voor privatief gebruik van de waterwegen én de w e g e n , dat momenteel in opmaak is en dat voormeld besluit van 16 maart 1994 zal vervan-g e n , zal een preventief effect hebben, d o o r d a t het voor het privatief gebruik van openbaar domein zonder vergunning, in een verdubbeling van de normale retributie zal voorzien.
