• No results found

Vraag nr. 66 van 16 december 2004 van de heer MARK DEMESMAEKER

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 66 van 16 december 2004 van de heer MARK DEMESMAEKER"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 66

van 16 december 2004

van de heer MARK DEMESMAEKER IGO Leuven – Haagcampagne

Na analyse van het antwoord van de minister op mijn vraag om uitleg over de werking van interge-meentelijke dienstverlenende verenigingen, op 23 november jongstleden in de Commissie voor Bin-nenlandse Aangelegenheden, Bestuurszaken, In-stitutionele en Bestuurlijke Hervorming en Dec-reetsevaluatie (Handelingen Commissievergade-ring nr. 51 van 23 november 2004, blz. 8-10), wil ik graag nog enkele bijkomende vragen stellen, meer specifiek over de handelwijze van het Inter-gemeentelijk Opbouwwerk voor het Arondisse-ment Leuven (IGO Leuven).

Bij planten- en tuincentra en boomkwekers in de streek van Leuven is er ongenoegen over de activi-teiten van IGO Leuven. Ze hebben het gevoel dat ze het slachtoffer zijn van oneerlijke concurrentie. Ingevolge het decreet van 6 juli 2001 op de inter-gemeentelijke samenwerking, diende de VZW IGO Leuven zich om te vormen tot een interge-meentelijke dienstverlenende vereniging. Op 10 maart 2004 werd deze nieuwe vereniging formeel opgericht. IGO Leuven ontwikkelt projecten en diensten voor en met de openbare besturen en de inwoners in haar werkingsgebied. De activiteiten zijn gesitueerd in de domeinen milieu, welzijn, werkgelegenheid voor kansengroepen, vorming en opleiding, cultuur en toerisme.

Samen met de Regionale Landschappen Noord-Hageland en Dijleland, de Vrienden van Hever-leebos en Meerdaalwoud, Natuurpunt Oost-Bra-bant, de Milieudienst van Interleuven, Vredesei-landen en de 26 deelnemende gemeenten, organi-seert IGO Leuven jaarlijks een haagcampagne, onder het motto : "Meer natuur in je eigen omge-ving".

Op zich is dat een lovenswaardig initiatief. De promotie van streekeigen groen kan de goedkeu-ring wegdragen van iedereen die een hart heeft voor de natuur. Streekeigen groen draagt bij tot het behoud en het herstel van de biodiversiteit. Het Hageland dankt zijn naam aan de talloze ha-gen en houtkanten waarmee de velden en weiden

destijds waren afgeboord. Ze waren een haven voor insecten, vogels en kleine zoogdieren.

Naar ik verneem, was de oorspronkelijke doelstel-ling van de haagcampagne landbouwers aan te zetten om opnieuw hagen en houtkanten aan te planten. Maar omdat de respons vanwege deze sector gering was, werd gemakshalve de privé-tuinsector aangesproken. Privé-personen zijn ge-makkelijker te bewerken en te verleiden door de reclame "Goedkope planten" en een "Steenuil in je kerselaar". Ook dit jaar kregen de mensen de kans om streekeigen plantgoed aan te kopen "aan voordelige prijzen".

Door de omvang die deze actie na tien jaar heeft aangenomen, heerst ongerustheid bij de plaatselij-ke boomkweplaatselij-kers en tuincentra, temeer omdat zij er niet bij betrokken worden. Zij zien met lede ogen aan hoe de actie jaar na jaar groter en groter wordt, dat meer en meer gemeenten meedoen en – vooral – dat het assortiment planten steeds groter wordt. Naast haagplantsoen en houtkanten be-staat dat ook al uit klimplanten, hoogstamfruit-bomen en loofhoogstamfruit-bomen. In 2003 werden bijvoor-beeld al 11.747 klimplanten verkocht. Door de omvang die de acties hebben aangenomen, onder-vinden tuin- en plantencentra een dalende ver-koop van planten. Ik verneem dat sommige be-drijven daardoor personeelsleden tijdelijk moeten laten stempelen. In de Streekkrant van Leuven adverteert de stad als volgt : "Lage prijzen voor haagplanten". Deze publiciteitskosten, maar ook loon- en werkingskosten worden betaald met be-lastinggeld. De plaatselijke handelaars vragen zich af of hier geen sprake is van oneerlijke con-currentie.

Een intergemeentelijke dienstverlenende vereni-ging kan natuurlijk – en graag zelfs – streekeigen groen promoten, maar moet toch ook de lokale economie ondersteunen. Het lijkt erop dat dàt evenwicht zoek is.

(2)

Meestal kent de bevolking de concrete inhoud van de verkoopacties pas op het moment dat de reclamecampagnes van start gaan.

Is de termijn op dat moment al niet lang ver-streken ?

2. Artikel 11 van het decreet van 6 juli 2001 hou-dende de intergemeentelijke samenwerking be-paalt onder andere : "Het samenwerkingsver-band met rechtspersoonlijkheid is een publie-krechtelijke rechtspersoon met een rechtsvorm waarvan de kenmerken vastgesteld zijn krach-tens de bepalingen van dit decreet. Ongeacht haar doelstellingen hebben haar verbintenissen geen handelskarakter".

In zijn antwoord in de commissie laat de mi-nister zich niet uit over het al dan niet zakelijk karakter van deze intergemeentelijke samen-werking.

Wat betekent "geen handelskarakter" ?

Is er bij de haagcampagne van IGO Leuven al dan niet sprake van "handelskarakter" ? Overtreedt IGO Leuven met de haagcampagne artikel 11 van het decreet van 6 juli 2001 hou-dende de intergemeentelijke samenwerking ? 3. Iedereen die planten verhandelt, moet voldoen

aan de fytosanitaire verplichtingen. Het is niet voldoende planten te kopen bij een kweker of handelaar die wettelijk in orde is met deze ad-ministratie; de handelaar zelf dient geregi-streerd te zijn en moet een jaarlijkse bijdrage betalen aan het Federaal Voedselagentschap voor het uitoefenen van deze activiteit, name-lijk planten verhandelen.

Voldoet IGO aan die gestelde eisen ?

Aanvullend antwoord (Antwoord: zie blz. 1076)

In het antwoord op de vraag nr. 66 betreffende de haagcampagne van IGO Leuven, deelde ik de

Vlaamse volksvertegenwoordiger mee dat op de vraag of IGO Leuven moest geregistreerd zijn bij het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV), aan het FAVV zelf uitsluitsel zou gevraagd worden.

Het FAVV deelde mee dat iedere producent, ge-meenschappelijke opslagplaats, verzendingscen-trum, invoerder of ander persoon die gereglemen-teerde soorten verkoopt, bij het Agentschap moet geregistreerd zijn.

Er geldt echter een uitzondering voor kleine pro-ducenten of bedrijven wier totale productie en verkoop van planten bestemd is voor eindgebruik voor personen op de plaatselijke markt, die niet uit hoofde van hun beroep bij de productie van planten betrokken zijn.

Volgens het FAVV kan de haagactie van IGO-Leuven onder deze uitzondering vallen indien ze beperkt blijft tot een jaarlijkse actie die uitslui-tend gericht is op eindverbruik op de plaatselijke markt.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Dit komt voornamelijk omdat één dossier (aanleg fietspaden langs de N79 in Tongeren voor een bedrag van 4,2 miljoen euro) voor deze afdeling niet goedgekeurd en

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door de heer Marino Keulen, Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en

Volgens de administratie van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden (VIPA), dat instaat voor de subsidies, is er een wachtlijst van 160

Binnen welke termijn kan deze openbare ver- eniging beschikken over haar subsidies via het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoons- gebonden Aangelegenheden (VIPA)3. Het

Wat de gesco's betreft dient hun overdracht van het OCMW naar de vereniging dan wel de gemeente vooraf goedgekeurd te worden door de Vlaamse minister van Tewerkstelling.. Ik

In dat geval zijn meerdere oplossingen mogelijk zoals: langs- wegen realiseren waarop de school uitgeeft en waarop dan wel een zone 30 haalbaar is, een ongelijkgrondse kruising

Zowel in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaan- deren, als in het goedgekeurde structuurplan van de provincie Vlaams-Brabant wordt de nadruk gelegd op het eigen karakter van dit

In zijn antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 418) maak- te de minister melding van het feit dat de Vlaamse Regering nog geen gebruik heeft gemaakt van de machtiging om