Vraag nr. 41
van 26 november 2004
van de heer MARK DEMESMAEKER
Franstalig onderwijs faciliteitengemeenten – Sub-sidies
Op 10 september 2004 stelde ik de minister een schriftelijke vraag onder dezelfde titel (vraag nr. 8). In het antwoord werd gesteld dat de eerste leer-lingentellingen pas gebeuren op de eerste school-dag van oktober 2004 (Bulletin van Vragen en Antwoorden nr. 2 van 22 oktober 2004, blz. 45). Vlaanderen betaalt momenteel het Franstalig on-derwijs in de faciliteitengemeenten. Graag vernam ik van de minister in verband met het onderwijs in de faciliteitengemeenten en voor het schooljaar 2004-2005 het volgende.
1. Kan de minister meedelen hoeveel leerlingen het Franstalig onderwijs per faciliteitengemeen-te in Vlaanderen op 1 oktober 2004 faciliteitengemeen-telde ? 2. Kan de minister ter vergelijking de
schoolbe-volkingscijfers meedelen in het Nederlandstalig onderwijs per faciliteitengemeente ?
3. Hoeveel bedroegen de totaal uitgekeerde wed-desubsidies per gemeente voor het Franstalig onderwijs in de zes Randgemeenten ?
4. Welke bedragen werden er uitgekeerd aan wer-kings- en uitrustingssubsidies ?
Antwoord
1. Het aantal leerlingen in het Franstalig basison-derwijs in de faciliteiten- en taalgrensgemeen-ten op 1 oktober 2004:
Kleuters Lager Totaal
Drogenbos 60 118 178 Kraainem 101 161 262 Linkebeek 86 147 233 Sint-Genesius-Rode 257 436 693 Wemmel 188 391 579 Wezembeek-Oppem 291 472 763 Subtotaal faciliteitengemeenten 983 1725 2708 Ronse 49 126 175 Totaal faciliteiten- en taalgrens-gemeenten 1032 1851 2883
De wettelijke basis voor Franstalig onderwijs in de zes faciliteitengemeenten wordt gevonden in arti-kel 7, §3 B van de wet op het gebruik van de talen in bestuurszaken van 2 augustus 1963. Het betreft uitsluitend kleuter- en lager onderwijs voor leerlin-gen die het Frans als moedertaal of gebruikelijke taal hebben en waarvan het gezinshoofd verblijf houdt in één van deze gemeenten. Het betreft zes gemeentelijke basisscholen (in elke gemeente één) en twee vrije gesubsidieerde basisscholen (St.-Ge-nesius-Rode en Wezembeek-Oppem).
Hoewel de vraagstelling gericht is op de facilitei-tengemeenten, geef ik ook de gegevens met betrek-king tot de taalgrensgemeenten, zoals in antwoord op vraag nr. 8 van 10 september 2004 (Bulletin van Vragen en Antwoorden nr. 2 van 22 oktober 2004, blz. 45 – red.).
Het Franstalig basisonderwijs in de taalgrensge-meenten wordt ingericht in overeenstemming met artikel 6 van de wet houdende taalregeling in het onderwijs van 30 juli 1963 en is bedoeld voor leer-lingen waarvan het Frans de moedertaal of de ge-bruikelijke taal is en waarvan het gezinshoofd ver-blijft in één van de taalgrensgemeenten.
van de leerplichtwetgeving les in een privé-in-stelling, die uiteraard geen getuigschriften basi-sonderwijs kan uitreiken.
2. Het aantal leerlingen in het Nederlandstalig basisonderwijs in de faciliteiten- en taalgrens-gemeenten op 1 oktober 2004 (gewoon + bui-tengewoon basisonderwijs):
Kleuters Lager Totaal
Drogenbos 72 146 218 Kraainem 114 136 250 Linkebeek 73 138 211 Sint-Genesius-Rode 390 670 1060 Wemmel 306 760 1066(*) Wezembeek-Oppem 174 414 588 Subtotaal Faciliteiten-gemeenten 1129 2264 3393 Bever 121 204 325 Mesen 66 113 179 Spiere-Helkijn 155 263 418 Ronse 860 1456 2316 Voeren 153 276 429 Subtotaal taalgrensgemeenten 1355 2312 3667 Totaal 2484 4576 7060
(*) inclusief het buitengewoon basisonderwijs 3. De uitgekeerde weddetoelagen voor het
Franstalig basisonderwijs in de faciliteitenge-meenten voor de maanden september, oktober en november 2004: Drogenbos 126.670 euro Kraainem 205.671 euro Linkebeek 145.429 euro Sint-Genesius-Rode 451.681 euro Wemmel 328.937 euro Wezembeek-Oppem 491.018 euro
Wat de gemeenschapskleuter- en lagere scholen in Ronse betreft, worden de personeelsleden van het Franstalig onderwijs nog steeds op ba-sis van het "Protocol betreffende het beheer der Franstalige scholen in het Nederlands taalge-bied", binnen de toenmalige Belgische regering op 24 mei 1973 gesloten tussen de ministers
Ca-lewaert en Toussaint (punt 5), betaald door de Franse Gemeenschap, gelet op de onderstelling dat de Franstalige minister bevoegd zou zijn voor de pedagogische en personeelsaangelegen-heden, waarbij specifiek Ronse werd vermeld. 4. Aangezien voor het gemeenschapsonderwijs
een globale dotatie wordt toegekend, kan voor dit net niet meegedeeld worden hoeveel wer-kingsmiddelen er werden uitgekeerd ten behoe-ve van het Franstalig onderwijs. Obehoe-verigens is er geen Franstalig gemeenschapsonderwijs in de zes faciliteitengemeenten, aangezien het de taak is van de gemeenten om het faciliteitenon-derwijs in te richten.
Wat betreft het gesubsidieerd onderwijs gaan we uit van een geldwaarde per punt van 58 eu-ro, zoals opgenomen in de aan het Vlaams Par-lement voorgelegde begroting.
Dit komt neer op een bedrag per leerling van – 307,91 euro voor een kleuter in het gewoon
onderwijs,