• No results found

Inhoudsopgave Bijlagen Bijlagen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Inhoudsopgave Bijlagen Bijlagen"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bijlagen

Inhoudsopgave Bijlagen

(2)

A. Liberalisering, splitsing, privatisering en overname

Cogas bevindt zich in een sterk veranderende markt. Sinds 1 juli 2004 is de Nederlandse ener-giemarkt geheel geliberaliseerd. Liberalisering is het invoeren van concurrentie en keuzevrijheid op een markt. De invoering van de vrije energiemarkt is een Europese ontwikkeling. Het maakt deel uit van de uitgangspunten van de Europese unie: een vrij verkeer van kapitaal, goederen, diensten en personen. De EU heeft het gedachtegoed van de vrije energiemarkt verwerkt in Europese Richtlijnen. Deze richtlijnen schrijven voor aan welke eisen de nationale wetgeving van lidstaten moet voldoen om de markten voor elektriciteit en aardgas vrij te maken. Nederland heeft de eisen uit de richtlijnen verwerkt in de Elektriciteit wet (1998) en de Gaswet (2000). Beide wetten zijn gefaseerd ingevoerd. Grootverbruikers van energie mogen vanaf 1998 een energieleverancier kiezen. Sinds januari 2002 is de midzakelijke markt vrij. Sinds juli 2004 kunnen huishoudens en kleine bedrijven zelf een energieleverancier kiezen.

Naast liberalisering wordt er in de politiek ook gesproken over een splitsing en een privatisering van de energiemarkt. Energie bedrijven die bestaan uit een handels- en een netbeheer bedrijf, zoals Cogas, zijn in het bezit van gemeenten en provincies.

Veel van deze gemeenten vinden het een onwenselijke situatie dat zij aandeelhouder zijn van een organisatie, dat voor een deel uit een commerciële bedrijf bestaat (het leveringsbedrijf). Vanwege het risicovolle karakter van de activiteiten van dit deel van het energiebedrijf, willen deze gemeenten graag afstand doen van de aandelen van de commerciële bedrijven. Om dit mogelijk te maken wil de overheid dat de netbeheerder geheel worden afgesplitst van de handelsonderneming. Zo wordt het netbeheer bedrijf volkomen onafhankelijk en kunnen de gemeenten afstand doen van de aandelen van het commerciële handelsbedrijf in energie. Wanneer deze splitsing is doorgevoerd kan het commerciële handelsbedrijf in energie worden geprivatiseerd.

Gevolgen liberalisatie Cogas

In de vorige paragraaf is de liberalisatie van de energiemarkt besproken. In deze paragraaf wordt ingegaan op de gevolgen van deze ontwikkeling voor Cogas, aangezien dit een belangrijke aanleiding vormt van dit onderzoek.

De liberalisering van de energiemarkt heeft grote gevolgen gehad voor Cogas. Voor de liberalisa-tie was Cogas de enigste leverancier en beheerder van het gas en elektriciteit in haar verzor-gingsgebied. Cogas hoefde als leverancier niet te concurreren met andere energiebedrijven. Na de liberalisatie moesten andere leveranciers toegang krijgen tot het netwerk in het verzorgings-gebied van Cogas. Om de concurrentie eerlijk te laten verlopen is Cogas organisatorisch opge-splitst in twee bedrijven: een onafhankelijk transport bedrijf, Netbeheerder Centraal Overijssel B.V. (Conet) en een commercieel leveringsbedrijf Cogas Energie (Cogas).

Conet, het transportbedrijf is de netbeheerder, het heeft nog steeds een monopoliepositie. Conet is verantwoordelijk voor de aanleg, het onderhoud en beheer van alle elektriciteits- en gasnetten binnen haar verzorgingsgebied. Daarnaast is Conet verantwoordelijk voor het transport van elektriciteit en/of gas over het netwerk. Conet is verplicht om naast Cogas andere energieleve-ranciers toe te laten op haar netwerk.

Tot eind 2006 hield het leveringsbedrijf Cogas zich bezig met de levering van energie (en andere diensten) aan haar afnemers. Het leveringsbedrijf Cogas bevond zich na de liberalisering in een concurrentiemarkt. Cogas leverde haar dienst aan afnemers is heel Nederland. Eind 2006 is het leveringsbedrijf verkocht aan een derde partij. Deze partij is Elektabel. Het leveren van energie maakt sinds die tijd dus geen onderdeel meer uit van de diensten van Cogas.

(3)

belangrijk voor het te voeren beleid van Cogas. Een stijging van de kosten kon, in het verleden, door Cogas worden verrekend in de energieprijzen die Cogas aan haar klanten berekende. Dit is na de liberalisering niet meer mogelijk. Na de liberalisering staat de netbeheerder, Conet, onder toezicht van de Directie Toezicht energie (DTe). DTe is de toezichthouder van de energiemarkt. DTe maakt onderdeel uit van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa). DTe stelt de aansluittarieven, transporttarieven en de leveringstarieven voor elektriciteit en gas vast die de netbeheerder mag hanteren. De DTe stelt de tarieven vast middels benchmarking. De efficiëntie van de bedrijfsvoering worden voor alle netbedrijven met elkaar vergeleken. Tarieven worden vastgesteld op basis van de netbeheerder met de meest efficiënte bedrijfsvoering (‘best in class- principe’).

Naast tariefregulering legt de DTe Conet ook kwaliteitsregulering op. De DTe richt zich niet op de leveringsbedrijven. De leveringsbedrijven worden door de invoering van vrije markt werking gedwongen om een doelmatig bedrijfsvoering te voeren.

Na de liberalisering is het dus niet meer mogelijk om een toename van de investerings- en operationele kosten te verwerken in de prijzen van energie. Terug dringen van deze kosten heeft daarom een hoge prioriteit voor energiebedrijven, omdat deze kosten nu een grote invloed hebben op de winstgevendheid van de organisatie. Een substantieel aandeel van de investerings- en operationele kosten zijn gerelateerd aan de infrastructuur van Conet. Terug dringen van de kosten voor het beheer van de infrastructuur is daarom voor Conet zeer belangrijk. De voorwaar-den van een doelmatige beheersing van de infrastructuur zijn herzien. Voor de liberalisatie waren maximale zekerheid en het mijden van veiligheidsrisico’s de belangrijkste voorwaarden waarop de beheersing van het netwerk plaatsvond. Na de liberalisatie is deze visie veranderd. Een efficiënt en modern, resultaatgericht beheer van de infrastructuur vraagt, na de liberalisatie, om klantgerichte (dus kosteneffectieve) leverzekerheid, een rationele en integrale kostenbenadering en beheerste veiligheidsrisico’s. Het belang van de beheersing van kosten in de nieuwe visie is toegenomen.

(4)

B.

Organisatiestructuur Cogas

In dit hoofdstuk wordt de organisatiestructuur van Cogas belicht. De organisatiestructuur is de afgelopen periode sterk veranderd door de overname van het leveringsbedrijf1. Daarom worden

in deze bijlage enkel de bedrijfsonderdelen genoemd die van belang zijn voor dit onderzoek. Conet

Conet is een netbeheerder. Conet is verantwoordelijk voor de aanleg, het onderhoud en beheer van alle elektriciteits- en gasnetten binnen haar verzorgingsgebied Conet is organisatorisch afgesplitst van Cogas. Dit betekent dat Conet en Cogas twee organisaties zijn die elkaar diensten leveren. Conet is niet volledig afgesplitst van Cogas. Juridisch en economisch is Conet eigendom van Cogas. Conet is ingericht als een ‘ magere netbeheerder’. Dit houdt in dat Conet enkel een regierol heeft. Alle uitvoerende werkzaamheden worden uitbesteed. Deze werkzaamheden worden uitbesteed aan het netbedrijf van Cogas.

Netbedrijf

Het Netbedrijf van Cogas verzorgt het ontwerp, het aanleggen en het onderhouden van de energie-infrastructuur (leidingen, kabels, installaties, etc.). Het betreft werkzaamheden in opdracht van Conet, de netbeheerder, en werkzaamheden in opdracht van derden. De werk-zaamheden vinden plaats in én buiten het verzorgingsgebied van Cogas. Het Netbedrijf bestaat uit de volgende afdelingen:

• Projecten

• Onderhoud & Services

• Asset Maintenance & Engineering • Cost Control

• Meetbedrijf

Het organisatieschema van het netbedrijf van Cogas wordt in Figuur B-1 weergegeven. Netbedrijf

Onderhoud &

services Asset Main-tenance & Engineering Projecten Cost control BMIS Meetbedrijf Inkoop & Logistiek

Figuur B-1: Organisatieschema Netbedrijf

Op de afdeling projecten worden investeringsprojecten (het aanleggen van infrastructuur) van Cogas voorbereid en wordt toezicht gehouden op de uitvoering hiervan. De afdeling onderhoud & services houdt zich bezig met de onderhoud aan de infrastructuur. Het betreft eveneens voorbe-reidende en coördinerende werkzaamheden. De afdeling Asset Maintenance & Engineering (AM&E) voor ziet de projecten- en onderhoud & Services afdelingen van adviezen en voert ondersteunende kostenberekeningen voor de afdelingen uit. De adviezen hebben betrekking op

1 Zie bijlage A

(5)

AM&E de financiële planning op lange termijn vast. De afdeling Bedrijfs Middelen Informatie Systeem (BMIS) maakt onderdeel uit van AM&E. De subafdeling is verantwoordelijk voor de implementatie en beheersing van het BMIS. In het BMIS wordende de ligging gegevens (de kaarten) van de infrastructuur in een informatiesysteem bijgehouden. Dit noemt men een Geografisch Informatie Systeem (GIS). Daarnaast worden alle administratieve componenten van de infrastructuur bijgehouden in een afzonderlijk systeem. Deze combinatie van systemen wordt door Cogas het Bedrijfs Middelen Informatie Systeem (BMIS) genoemd.

(6)

C. Asset Management

De benadering die Cogas gebruikt om deze visie te implementeren heeft noemt zij ‘Asset Management’. Onder Asset Management wordt in dit onderzoek verstaan: “De verzameling van disciplines, methoden, procedures en gereedschappen die als doel hebben een maximaal rende-ment op de infrastructuur te realiseren, waarbij de veiligheid en betrouwbaarheid gewaarborgd blijven”. Veiligheid heeft in deze definitie betrekking op de mate van risico dat klanten willen lopen. Betrouwbaarheid heeft betrekking op de mate van zekerheid of leverbetrouwbaarheid die de klant wenst. Invoering van assetmanagement is niet eenvoudig. Het vereist een cultuur omslag in de organisatie. Het is een incrementeel proces waarvoor meerdere jaren nodig is. Cogas zit midden in dit proces. Het model dat Cogas gebruikt om haar doelstelling te bereiken wordt in Figuur C-1 weergegeven.

Risico- Management model Segmentatie- model Infra- structuur Ontwerp en aanleg Klant- Perceptie- model Financieel- Economisch- Model Verouderings- model Onderhouds model Harmonisatie- model

Figuur C-1: ‘Basismodel Asset Management’ Werking ‘Basismodel Asset Management’

In deze paragraaf zal in grote lijnen de theoretische werking van het ‘Basismodel Asset Manage-ment’ worden belicht. Het uitgangspunt van het ‘Basismodel Asset ManageManage-ment’ is de infrastruc-tuur. Via 6 modellen wordt het onderhoudsmodel en het ontwerp en aanleg van nieuwe projec-ten vastgesteld. In deze paragraaf zal ieder model kort worden behandeld.

Segmentatiemodel

Het segmentatiemodel deelt de infrastructuur op in verschillende segmenten. Deze segmentering vindt plaats op basis van verschillende kenmerken. Enkele van deze kenmerken zijn:

• Jaar van aanleg

• Materiaal eigenschappen • Geografische gegevens • Geologische gegevens

Doel van het segmentatiemodel is het leveren van input aan het verouderingsmodel. Om de informatie te kunnen leveren die hier voor nodig is speelt vernieuwing op het gebied van ICT een belangrijke rol. Op de afdeling BMIS wordt druk gewerkt aan de implementatie van een Geogra-fisch Informatie Systeem (GIS) die dit mogelijk maakt.

(7)

Het doel van het klantperceptie model is vast stellen waar het optimum tussen leverzekerheid, veiligheid en de prijs van energie voor de klant ligt. De ontwikkeling van dit model heeft voor Cogas een lage prioriteit. Het bewustzijn van klanten over dit onderwerp is laag. Klanten zijn vanuit het verleden gewend aan een betrouwbaarheid die de 100% benaderd. Theoretisch zou uit het model de impact (in euro’s) per storing moeten komen. Een deel van de klantperceptie is neergeslagen in wetgeving. Voor elke storing langer dan 4 uur moet de netbeheerder aan haar klanten een compensatie betalen. Deze compensatie kan oplopen tot € 450.000 per gebeurtenis. Verouderingsmodel

Het doel van het verouderingsmodel is het vaststellen van de technische levensduur en de faalkans per segment uit de infrastructuur. Dit gebeurt op basis van de verzamelde informatie uit het segmentatiemodel.

Risico management model

Het risico management model bestaat uit twee stappen. Ten eerste wordt per segment een efficiënt instrument vastgesteld waarmee het risico wordt bepaald. Uitval van een hoofdleiding heeft grotere gevolgen voor de algehele betrouwbaarheid dan uitval van een huisaansluiting. Daarom wordt de risicoanalyse voor een hoofdleiding grondiger uitgevoerd dan de analyse van een huisaansluiting. Wanneer een efficiënt instrument is bepaald, wordt in de tweede stap vastgesteld welke mate van risico per segment aanvaardbaar is. Op basis van de technische veroudering en de klantperceptie wordt vervolgens het optimale saneringsmoment vastgesteld. Financieel- Economisch model

Op basis van het risico management model wordt per segment een economisch prognose gemaakt. Dit houdt in dat voor ieder segment een prognose wordt gemaakt van de levenscyclus kosten. Deze kosten bestaan uit de geprognosticeerde investeringskosten, onderhoudskosten, faalkosten en vervangingskosten.

De som van alle economische prognoses vormen samen de investeringsprognose. De investe-ringsprognose is daarom een prognose van de kosten aan de infrastructuur per jaar, uitgezet tegen de tijd. Theoretisch is de investeringsprognose het optimum tussen rendement, leverbe-trouwbaarheid en veiligheid.

Harmonisatie model

De investeringsprognose heeft, over de tijd gezien, een onregelmatig patroon. Reden hiervoor is dat de aanleg van de infrastructuur, over de tijd gezien, onregelmatig heeft plaatsgevonden. Cogas is in 1966, door vier gemeenten in Overijssel, opgericht naar aanleiding van de vondst van de aardgasbel in Slochteren. Een groot gedeelte van het gasnetwerk van Cogas is daarom in de jaren zestig en zeventig aangelegd, om huishoudens aan te sluiten op aardgas. De technische staat van deze delen van de infrastructuur zijn in grote lijnen aan elkaar gelijk. Uit de investe-ringsprognose zal daarom ook naar voren komen, dat de saneringsmomenten van deze delen van het netwerk dicht bij elkaar zullen liggen. Hieraan kleven financiële en praktische grenzen. De hoogte van het bedrag dat Cogas in een periode kan investeren heeft een bovengrens.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Structuur / cultuur Samenwerking / communicatie & kennisdeling Wordt teveel overgelaten aan SMI Structuur / cultuur Taken Specialisten worden onvoldoende. gebruikt

Verkoop Productie Controlling Engineering Technische dienst Logistiek TQM. Customer Service

De beheerder zorgt voor informatievoorziening aan derden over het beheer en het onderhoud van het register, daaronder begrepen de gehanteerde tarieven, de wijze van inschrijven

Stpt kan bemiddelen via 3e organisatie Deventer Cyclisch/presentie Gemeente vindt stpt strikter Ja Steunpunt Stpt kan bemiddelen via 3e organisatie Drachten Maatwerk/integraal

Zolang de AIVD toestemming verleent voor de inzet van de bevoegdheden, daarop toezicht uitoe- fent en er wordt voldaan aan overige voorschriften uit de WiV 2002, is er vanuit

De bebouwing bestaat volledig uit metaal en zijn er geen holten of nissen aanwezig die door gebouwbewonende vogels gebruikt kunnen worden.. Bebouwing met dakpannen of

Door de verticale flexibiliteit is het mogelijk verdiepingen aan een woningcomplex toe te voegen of door verdiepingen met elkaar samen te voegen, zodat er een nieuw soort

Er kan beter rekening worden gehouden met de persoonlijke wensen. geen andere mogelijkheid tot nieuwbouw, maar ook nieuwsgierigheid naar hoe zo'n proces zou verlopen. niemand wist wat