• No results found

college van burgemeester en schepenen Zitting van 21 december 2018

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "college van burgemeester en schepenen Zitting van 21 december 2018"

Copied!
56
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

beraadslaging/proces verbaal Kopie

1 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

college van burgemeester en schepenen

Zitting van 21 december 2018

Besluit GOEDGEKEURD

A-punt Stadsontwikkeling / Vergunningen

Samenstelling

de heer Bart De Wever, burgemeester

de heer Koen Kennis, schepen; mevrouw Caroline Bastiaens, schepen; de heer Ludo Van Campenhout, schepen; de heer Claude Marinower, schepen; de heer Marc Van Peel, schepen; mevrouw Nabilla Ait Daoud, schepen; de heer Fons Duchateau, schepen

de heer Sven Cauwelier, algemeen directeur

57 2018_CBS_10996

Omgevingsvergunning. Vereenvoudigde procedure - Hotel Exploitatiemaatschappij Diegem nv/Pelikaanstraat bvba/De heer Stijn De Bie, Pelikaanstraat 84-86, 2018 Antwerpen. Dossiernummer OMV_2018104008/AV - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend bij het college, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet. Aanvrager: Hotel Exploitatiemaatschappij Diegem nv - De Kleetlaan 14 - 1831 Machelen, Pelikaanstraat bvba - Begijnenweide 3 - 2800 Mechelen, de heer Stijn De Bie - Begijnenweide 3 - 2800 Mechelen. De aanvraag omvat het verbouwen en exploiteren van hotels.

Juridische grond

Het omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014, meermaals gewijzigd, en haar uitvoeringsbesluiten bepalen dat niemand zonder voorafgaande omgevingsvergunning een project dat onderworpen is aan vergunningsplicht mag uitvoeren, exploiteren, verkavelen of veranderen.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

1° de gemeentelijke projecten;

2° andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse Regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan de beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar, dat bij dit besluit is gevoegd.

(2)

2 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

Stedenbouwkundige lasten

Omwille van het feit dat deze wijzigingsvergunning de initieel toegekende vergunning (20161684) voor de site aan de NV Cordeel voor een significant deel vervangt, wordt de aanvrager van de voorliggende aanvraag (OMV_2018104008) mee gehouden om de stedelijke ontwikkelingskost te voldoen, samen met NV Cordeel, ieder in verhouding tot hun eigen deel.

Financiële gevolgen Nee

Besluit

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning deels goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager onder volgende stedenbouwkundige voorwaarden:

1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2. de binnenplaats aan de linkerzijde maximaal te vergroenen, zoals een aanleg met grasdals en plantenperken tegen de scheidingsmuur;

3. de trap naar de fietsenstalling moet voorzien zijn van een fietsgoot en de helling ervan moet aangepast zijn, zodat vlot met een fiets naar boven en beneden kan gegaan worden;

4. de ruimte tussen de parkeerplaatsen waar de toegang naar de fietsenstallingen is, moet afgeschermd worden met paaltjes zodat auto’s hier niet kunnen parkeren;

5. laden en lossen op eigen terrein regelen;

6. toegang voor laden en lossen enkel via De Keyserlei tussen 05.00 uur en 11.00 uur;

7. het voorzien van ASTRID-indoor-radiodekking;

8. de voorwaarden uit de vorige vergunning blijven onverminderd gelden voor de ongewijzigde delen.

Uitsluitingen

Het college beslist geen vergunning te verlenen voor volgende reclame-elementen: de 2 verlichte gevelpanelen genaamd ‘neusvlag groot, het verlichte gevelpaneel genaamd ‘neusvlag klein’, de belettering van de zijmuur van de onderdoorrit, de belettering boven de inkomluifel achteraan.

Artikel 3

Het college beslist dat de vergunning ingaat op 21 december 2018 voor onbepaalde duur.

Artikel 4

Het college beslist de plannen, waarvan een overzicht bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

(3)

3 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

Bijlagen

1. verslag GOA_Times New Roman_12_20180802_105019_1.pdf 2. omv2018_2777_advies_Infrabel_dl_1.pdf

3. omv2018_2777_advies_bw.pdf

4. omv2018_2777_advies_Infrabel_dl_2.pdf

5. omv2018_2777_advies_FOD_Astrid_Veiligheidscommissie.pdf 6. omv2018_2777_bijlage_plannen_vergunning.pdf

7. omv2018_2777_bijlage_formaliteiten + alg. VW vergunning CBS.pdf 8. omv2018_2777_bijlage_beroepsmogelijkheden.pdf

(4)

Verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Projectnummer: OMV_2018104008 Gegevens van de

aanvrager:

de heer Stijn De Bie, Begijnenweide 3 te 2800 Mechelen Gegevens van de

exploitant:

Hotel Exploitatiemaatschappij Diegem nv, De Kleetlaan 14 te 1831 Machelen (Brab.) en

Pelikaanstraat bvba, Begijnenweide 3 te 2800 Mechelen Ligging van het project: Pelikaanstraat 84-86 te 2018 Antwerpen

Kadastrale gegevens: afdeling 8 sectie H nr. 1182D19

Inrichtingsnummer: 20180625-0058 (NH Hotel) en 20180625-0057 (Hotel A- Star Group)

Vergunningsplichten: Stedenbouwkundige handelingen. Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen en exploiteren van hotels (wijziging vergunning 20161684)

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

- 14/112016: vergunning (20161684) voor hotel Pelikaanstraat.

Laatst vergunde toestand

- de laatste vergunning is in uitvoering.

Bestaande toestand

- het perceel is gelegen tussen de Beurs voor Diamanthandel (Monument) en een kantoorgebouw;

- de vergunning van 2016 is in uitvoering.

Inhoud van de aanvraag

- de aanvraag betreft het verbouwen van een hotelprogramma met een ondergrondse parkeergarage;

- de vorige bouwaanvraag (hotels Pelikaanstraat) werd op 14 november 2016 vergund, deze vergunning is momenteel in uitvoering;

- de wijzigingen ten opzichte van de vergunde toestand:

o ondergronds is de kelder van het achterste hotel verschoven tot onder de footprint van het gebouw op het maaiveld;

o de kelder is volledig heringedeeld;

o de kern in het midden van de parking is uitgebreid met een liftlanding en afvallokaal;

o het gabarit en de gevelopbouw van het gebouw blijven volledig identiek aan de vergunde toestand, mits één kleine wijziging in het dakprofiel van de keuken van het gebouw vooraan;

4 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(5)

o op het gelijkvloers van het achterste hotel wordt een extra lobby voorzien in plaats van de oorspronkelijke 11 kamers;

o de hoofdingang is verschoven naar de zijkant van het gebouw;

o de technische verdieping op de 13de verdieping is volledig heringedeeld;

o het gelijkvloerse plan van het voorste gebouw is volledig behouden;

o op de verdiepingen zijn er kleine wijzigingen doorgevoerd ter hoogte van de trap- en liftkernen in het volume aan de Pelikaanstraat;

o de geleding en opbouw van de gevel van het gebouw is ongewijzigd gebleven buiten enkele kleine wissels van ramen naar gesloten gevel om omgekeerd;

o de gevel aan de Pelikaanstraat blijft behouden in metselwerk;

o voor alle achterliggende gevels is deze keuze gewijzigd naar architecturale betonnen gevelpanelen waarvan de kleur identiek is aan de kleur van het metselwerk van de voorgevel;

o gevelpubliciteit wordt toegevoegd.

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten Aangevraagde rubrieken

Rubriek Omschrijving Gevraagd

voor 3.2.2°a) het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk

afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

20.000 m³/jaar – NH Hotel

3.2.2°a) het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

21.900 m³/jaar – Hotel A-Star Group

12.2.1° transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

1x 1.000 kVA – Hotel A-Star Group

12.2.1° transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

1x 800 kVA – NH Hotel 12.3.1° accumulatoren (gebruik van): vast opgestelde batterijen

waarvan het product van het vermogen, uitgedrukt in Ah, met de klemspanning, uitgedrukt in V, meer bedraagt dan 10.000;

50.000 VAh – Hotel A-Star Group

16.3.1.1° inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

99,8 kW – Hotel A-Star Group

16.3.1.1° inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde

177 kW – NH Hotel

5 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(6)

drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

17.3.2.1.1.1°b) opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt ≥ 55°C met een

gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

1,825 ton – NH Hotel

43.1.1°b) het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas.

580 kW – NH Hotel

Fasering

Procedurestap Datum

Indiening aanvraag 27 september 2018 Volledig- en ontvankelijk 22 oktober 2018 Start openbaar onderzoek geen

Einde openbaar onderzoek geen Gemeenteraad voor wegenwerken geen

Uiterste beslissingsdatum 21 december 2018

Verslag GOA 4 december 2018

naam GOA Bieke Geypens en Brenda Dierckx

Openbaar onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

Adviezen

Externe adviezen

Adviesinstantie Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies Onroerend Erfgoed 25 oktober 2018 16 november 2018 Geen advies INFRABEL 25 oktober 2018 29 oktober 2018 Voorwaardelijk

gunstig brandweer/

risicobeheer/

preventie

25 oktober 2018 30 november 2018 Voorwaardelijk gunstig

AQUAFIN NV 25 oktober 2018 Geen advies

ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn FOD Binnenlandse

Zaken - ASTRID veiligheidscommissie

23 oktober 2018 7 november 2018 Voorwaardelijk gunstig

6 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(7)

Interne adviezen

Adviesinstantie Datum advies gevraagd Datum advies ontvangen stadsontwikkeling/ onroerend

erfgoed/ monumentenzorg

22 oktober 2018 15 november 2018 stadsontwikkeling/ mobiliteit 22 oktober 2018 25 oktober 2018 ondernemen en

stadsmarketing/ business en innovatie

22 oktober 2018 24 oktober 2018

ondernemen en stadsmarketing/ visit Antwerpen

22 oktober 2018 23 oktober 2018

Toetsing voorschriften

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk

uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA Pelikaanstraat, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 3 april 2007. Volgens dit bijzonder plan van aanleg ligt het goed in volgende zones: openbare wegenis, zone voor kantoren en zone voor binnengebied.

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).

(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)

De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).

(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via

www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen >

Toegankelijkheid publieke gebouwen)

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.

Algemene bouwverordeningen

7 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(8)

- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene

bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.

(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via

www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen) De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

- Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.

(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)

De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.

- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van

28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.

(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’) De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

o Artikel 27 Open ruimte:

de open ruimte aan de linkerzijde moet maximaal groen en onverhard aangelegd worden;

o Artikel 33 Zaakgebonden publiciteit:

de lichtbakken aan de voorgevel voldoen niet aan de maximale afmetingen;

de grootte van de reclame langs de onderdoorgang en boven de luifel

achteraan staan niet in verhouding tot de maat van het gebouw, zeker gezien de ligging naast een beschermd monument;

Sectorale wetgeving

- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden

opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

- Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.

(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse

8 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(9)

Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

Volgens artikel 27 van de bouwcode moeten de onbebouwde delen van een perceel hun groen karakter zo veel mogelijk behouden. Dit heeft verschillende voordelen. Een goede groeninrichting heeft een aangenamer uitzicht en bevordert de leefkwaliteit van de omliggende bewoners en gebruikers. Het heeft ook ecologische voordelen en beschermd tegen de opwarmingvan de stedelijke omgeving. De aanvraag wijkt af van deze bepaling door de buitenruimte aan de linkerzijde van het perceel volledig te verharden. Dit gebeurt in weerwil van de voorwaarde bij de laatste vergunning om deze binnenplaats in te richten als volwaardig vergroende tuin. Een afwijking wordt niet toegestaan. In voorwaarde wordt opgelegd om deze binnenplaats maximaal te vergroenen, zoals een aanleg met grasdals en plantenperken tegen de scheidingsmuur.

Deze aanvraag bevat ook een aantal reclame-elementen die niet voldoen aan het artikel 33 van de bouwcode. De lichtbakken, waarvan één wordt benoemd als ‘solid flag’

hoewel dit niet beschouwd kan worden als banier of vlag, mogen maximaal een hoogte hebben van 60cm en slechts 60cm uitsteken uit het gevelvlak. De belettering van het budgethotel, zowel op de muur naast de onderdoorgang als op de inkomluifel achteraan het perceel, zijn ontoelaatbaar groot en staan niet in verhouding tot het project en de ligging naast een beschermd monument. Deze afwijkingen zijn niet motiveerbaar.

Daarom worden deze elementen uitgesloten van deze vergunning. Een nieuwe vergunningsaanvraag moet gedaan worden voor deze publiciteit met aangepaste maatvoering en een beperkte visuele impact.

Functionele inpasbaarheid

Deze aanvraag bevat geen wijziging van de vergunde hotelfunctie. De functionele inpasbaarheid blijft gegarandeerd.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag niet leidt tot een verhoging van de parkeerbehoefte. In dit kader werden volgend advies verleend door de stedelijke dienst Mobiliteit.

“Door de wijziging zijn er 11 kamers minder in het budget 1* hotel.

9 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(10)

- Luxe 4* hotel met 186 kamers met parkeernorm 3.2/10 kamers 186 x 3.2/10

= 59.52

- Budget 1* hotel met 192 kamers met parkeernorm 0.4/10 kamers 203 x 0.4/10 = 7.68

De parkeerbehoefte voor het hotel is 67 (59.52 + 8.12 = 67.2 67)”

Dit is een vermindering ten opzichte van de parkeerbehoefte van 68 plaatsen uit de laatst verleende vergunning. Voor de parkeerplaatsen van het congrescentrum wordt naar analogie met de vorige vergunning een bijstelling naar 0 toegestaan wegens het gecombineerd gebruik met het hotel en de ligging aan het station. Het aantal nuttige parkeerplaatsen in het project blijft ongewijzigd, namelijk 38 plaatsen in de

ondergrondse parking.

Over de fietsvoorzieningen bevat het advies Mobiliteit het volgende:

“Er worden 3 fietsenbergingen voorzien in de ondergrondse parking voor 55 fietsen.

Deze kunnen zowel door personeel als hotelgasten gebruikt worden.

De fietsenstalling is bereikbaar via een trap of via de helling voor auto’s. De trap moet voorzien zijn van een fietsgoot en de helling ervan moet aangepast zijn, zodat vlot met een fiets naar boven en beneden kan gegaan worden. De deuren naar de fietsenstalling moeten automatisch open gaan. De ruimte tussen de parkeerplaatsen waar de toegang naar de fietsenstallingen is, moet afgeschermd worden met paaltjes zodat auto’s hier niet kunnen parkeren.”

De voorwaarden inzake mobiliteit, zoals opgelegd bij de verleende vergunning van 14/11/2016, blijven gelden en worden integraal overgenomen als voorwaarden bij deze vergunning.

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Door het omvormen van de hotelkamers op het gelijkvloers naar bijkomende

gemeenschappelijke ruimtes voor de hotelgebruikers daalt de bezettingsgraad op het perceel en verhoogt de ruimtelijke kwaliteit. De overige wijzigingen hebben geen impact op de schaal en de bouwdichtheid en zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar.

Visueel-vormelijke elementen

De gevelaanpassingen zijn minimaal en zijn goed geïntegreerd in de reeds vergunde architectuur van het gehele gebouw.

Zoals eerder aangehaald bij ‘beoordeling afwijkingen van de voorschriften’ zijn enkele van de publiciteitselementen te groot en passen zij niet op een visueel

kwalitatieve manier in het ruimere geheel. Hierbij is het belangrijk om te herhalen dat het aanpalende gebouw een beschermd monument is, waardoor een zekere sereniteit nodig is om dit waardevolle straatbeeld niet te verstoren.

Cultuurhistorische aspecten

Naar aanleiding van de ligging naast een beschermd monument werd volgend advies verleend door de stedelijke dienst Monumentenzorg:

10 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(11)

“Inleiding: Naar aanleiding van uw vraag om advies, kan ik u melden dat het voorliggend pand paalt de diamantbeurs die bij ministerieel besluit dd 21/12/2001 werd beschermd als monument. Voor de aanpalende panden gelden er bijzondere eisen van welstand.

Conform gewijzigde adviesplicht bij vergunningsaanvragen bij de wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot aanwijzing van de instanties die over een vergunningsaanvraag advies verlenen door het besluit van de Vlaamse Regering van 12 juli 2013. De adviesverlening in de buurt van een monument wordt beperkt tot een adviesverplichting voor percelen die palen aan voorlopig of definitief beschermde monumenten.

Beoordeling: De geplande nieuwbouw respecteert en verstoort de eigenheid van de monumentale voorgevel van de diamantbeurs niet. De werken zijn dan ook

aanvaardbaar.

Advies: Gelet op bovenstaande argumenten wordt over deze aanvraag een gunstig advies uitgebracht.”

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet het project aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot. De geplande aanpassingen zijn niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

Volgend advies werd herhaald door de stedelijke toeristische dienst ‘ondernemen &

stadsmarketing/visit Antwerpen’: “Het verkrijgen van een omgevingsvergunning bevrijdt een exploitant niet van de plicht om elke logieseenheid te vergunnen of aan te melden volgens het Vlaamse logiesdecreet. Ook dient voldaan te worden aan de vereiste brandveiligheidsnormen waarnaar het betreffende decreet verwijst.”

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

De ingedeelde inrichtingen of activiteiten zijn louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het DABM betreffende verbods- en afstandregels.

De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

11 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(12)

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2. de binnenplaats aan de linkerzijde maximaal te vergroenen, zoals een aanleg met grasdals en plantenperken tegen de scheidingsmuur;

3. de trap naar de fietsenstalling moet voorzien zijn van een fietsgoot en de helling ervan moet aangepast zijn, zodat vlot met een fiets naar boven en beneden kan gegaan worden;

4. de ruimte tussen de parkeerplaatsen waar de toegang naar de fietsenstallingen is, moet afgeschermd worden met paaltjes zodat auto’s hier niet kunnen parkeren;

5. laden en lossen op eigen terrein regelen;

6. toegang voor laden en lossen enkel via De Keyserlei tussen 05.00 uur en 11.00 uur;

7. het voorzien van ASTRID-indoor-radiodekking;

8. de voorwaarden uit de vorige vergunning blijven onverminderd gelden voor de ongewijzigde delen;

Uitsluitingen

Er wordt geen vergunning verleend voor volgende reclame-elementen: de

2 verlichte gevelpanelen genaamd ‘neusvlag groot, het verlichte gevelpaneel genaamd

‘neusvlag klein’, de belettering van de zijmuur van de onderdoorrit, de belettering boven de inkomluifel achteraan.

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De activiteiten zijn niet verboden krachtens het Vlarem, er kan akte genomen worden van de gemelde activiteiten.

Geadviseerde en gecoördineerde rubrieken

Rubriek Omschrijving Gevraagd en

gecoördineerd voor

3.2.2°a) het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

20.000 m³/jaar – NH Hotel

3.2.2°a) het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

21.900 m³/jaar – Hotel A-Star Group

12.2.1° transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

1x 1.000 kVA – Hotel A-Star Group

12.2.1° transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

1x 800 kVA – NH Hotel 12.3.1° accumulatoren (gebruik van): vast opgestelde batterijen

waarvan het product van het vermogen, uitgedrukt in Ah, met de klemspanning, uitgedrukt in V, meer bedraagt dan

50.000 VAh – Hotel A-Star Group

12 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(13)

10.000;

16.3.1.1° inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren,

warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

99,8 kW – Hotel A-Star Group

16.3.1.1° inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren,

warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

177 kW – NH Hotel

17.3.2.1.1.1°b) opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt ≥ 55°C met een

gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als

woongelegenheid wordt gebruikt;

1,825 ton – NH Hotel

43.1.1°b) het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas.

580 kW – NH Hotel

13 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(14)

Externe adviezen

14 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(15)

Advies Infrabel – vanuit het omgevingsloket – 29 oktober 2018

Geachte,

Ons kenmerk: 3516.2018.445.ANTWERPEN

N.V. Infrabel geeft voorwaardelijk positief advies op omgevingsvergunning van Cordeel Temse nv voor het verbouwen van een hotel en ondergrondse parking in de Pelikaanstraat 86, 2018 ANTWERPEN.

· De fundering van het gebouw mag geen negatieve invloed uitoefenen op de tunnel van de Antwerpse Noord-Zuid spoorverbinding. De funderingswijze is ter goedkeuring voor te leggen aan Infrabel.

· De algemene voorwaarden betreffende bouwaanvragen en veiligheidsafstanden (zie bijlage) dienen strikt nageleefd te worden.

· Bij gebruik van een torenkraan dient de aanvrager een afzonderlijke toelating te bekomen van Infrabel.

Met vriendelijke groeten,

15 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(16)

Brandpreventieverslag

Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen 03 338 88 11 | w w w .brandw eerzoneantw erpen.be

referentie: BW/LIH/2018/G.02677.A7.0011 Datum:28/11/2018 Dossierbehandelaar: kapitein Lieven Hilgert

bza.preventie@brandweerzone.antwerpen.be | 03 338 89 50

A Aanvrager

Stad Antwerpen - SW/V/SV Francis Wellesplein 1 2000 Antwerpen

omgevingsloket@stad.antwerpen.be 03/338 66 66

B Geografische situering

CORDEEL ZETEL TEMSE PELIKAANSTRAAT 86 2018 Antwerpen 7

C Doel en kader

Aanvraag omgevingsvergunning IIOA 2018104008

Aanvraagdatum 25/10/2018

Omschrijving Verbouwen en exploiteren van hotels (wijziging vergunning 20161684).

D Eindconclusie

GUNSTIG brandpreventieverslag

mits naleving van de bijgevoegde opmerkingen en voorwaarden in hoofdstukken F en G.

E Beschrijving gebouw/project

Aard: HG

Bestemming: Horeca

Bereikbaarheid: Vanaf openbare weg door een poort en onderdoorgang  HG is aan de achterzijde.

Specifieke risico’s: NVT

De brandpreventie - bijlage bouwvergunning van 29/10/2018 werd toegevoegd door architect MET ZICHT OP ZEE, ARCHITECTEN.

Digitale plannen zijn ontvangen via het omgevingsloket.

F Motivatie

F.1 Regelgeving, normen en richtlijnen

Er dient bij de bouw en/of exploitatie onder andere rekening gehouden met volgende inzake brandbeveiliging van toepassing zijnde regelgeving, normen en richtlijnen:

16 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(17)

Brandpreventieverslag (2/9) BW/LIH/2018/G.02677.A7.0011

Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen

03 338 88 11 | w w w .brandw eerzoneantw erpen.be Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen w w w .brandw eerzoneantw erpen.be | 03 338 88 11

F.1.1 Koninklijk Besluit van 7 juli 1994

Koninklijk Besluit van 7 juli 1994 (gewijzigd bij KB van 19 december 1997, 4 april 2003, 13 juni 2007, 1 maart 2009, 12 juli 2012 en 7 dec 2016) tot vaststelling van de basisnormen voor preventie van brand en ontplof- fing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen: bijlage 1 (terminologie), bijlage 4/1 (hoge gebouwen), bijlage 5/1 (reactie bij brand) en bijlage 7 (gemeenschappelijke bepalingen).

Wat betreft het concept van de ingediende plannen heeft de brandweer onder andere volgende bemerkin- gen:

Bijlage 4/1 (hoge gebouwen - HG) Geen opmerkingen.

Bijlage 3/1 (middelhoge gebouwen - MG)

3.5.1.1 Ter hoogte van de scheiding tussen compartimenten

De stijlen van het gordijngevelskelet worden ter hoogte van elke bouwlaag aan het gebouwskelet bevestigd.

Met uitzondering van de gebouwen die uitgerust zijn met een automatische blusinstallatie, moeten deze be- vestigingen R 60 zijn ten opzichte van een brand in een onderliggend en naastgelegen compartiment.

De aansluiting van de compartimentswanden met de gevel heeft minstens EI 60 of EI 60 (i-o).

Om het risico van een branduitbreiding langs de gevel tussen compartimenten in een verticaal of horizontaal vlak te beperken, moet voldaan zijn aan één van de volgende voorschriften:

(1) ofwel is de gevel ter hoogte van de aansluiting van de gevel met de compartimentswand (horizontaal of verticaal) voorzien van een brandwerend bouwelement.

De figuren van plaat 3.2 tonen de wijze waarop dit bouwelement aangebracht is ten opzichte van een hori- zontale compartimentswand.

Het omvat:

- hetzij een horizontaal overstek, die minstens E 60 heeft, met breedte "a", gelijk aan of groter dan 0,60 m en dat met de vloer verbonden is (plaat 3.2, figuur A en B);

- hetzij een element samengesteld:

- uit een horizontaal overstek, die minstens E 60 heeft, met breedte "a" en met de vloer verbonden;

- in de bovenliggende bouwlaag, uit een borstwering, die minstens E 60 (o-i) heeft, met hoogte "b";

- in de onderliggende bouwlaag, uit een latei, die minstens E 60 (i-o) heeft, met hoogte "c".

De som van de afmetingen a, b, c en d (vloerdikte) is gelijk aan of groter dan 1 m; elk der afmetingen a, b of c kunnen eventueel nul zijn (plaat 3.2, figuur C tot L).

De figuren van plaat 3.3 tonen de wijze waarop dit bouwelement aangebracht is ten opzichte van een verti- cale compartimentswand.

Het omvat:

- hetzij een element dat zich in het verlengde van de gevel bevindt en dat minstens E 60 (io) heeft; de breedte van dit element (b1+b2+a) (plaat 3.3, figuur A en B) bedraagt ten minste 1 m; de delen van dit element die links en rechts van de hartlijn van de gemene muur gelegen zijn, zijn ten minste 0,50 m breed, indien het gaat om twee verschillende gebouwen (a1 = 0,50 m en a2 = 0,50 m);

- hetzij een verticaal overstek die zich bevindt in de hartlijn van de muur die de scheiding vormt tussen de twee gebouwen of compartimenten en die minstens E 60 (o-i) (plaat 3.3, figuur C) of E 60 (i-o) (plaat 3.3, figuur D) heeft; de lengte van dit element (b1+b2+a) bedraagt ten minste 1 m;

- hetzij een combinatie van de vorige elementen op zulke wijze dat de som van de lengtes ten minste 1 m bedraagt (plaat 3.3, figuur E).

17 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(18)

Brandpreventieverslag (3/9) BW/LIH/2018/G.02677.A7.0011

Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen

03 338 88 11 | w w w .brandw eerzoneantw erpen.be Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen w w w .brandw eerzoneantw erpen.be | 03 338 88 11

(2) ofwel heeft de gevel minstens hetzij E 30 (io) over de volledige hoogte van het gebouw (plaat 3.4 - figuur A) hetzij E 60 (io) om de twee bouwlagen (plaat 3.4 - figuur B).

(3) ofwel zijn de compartimenten gelegen langs de gevels uitgerust met een automatische sprinklerin- stallatie volgens NBN EN 12845 (plaat 3.4, figuur C).

Niet in orde

De koepels van de keuken dienen ten opzichte van de kamers F330 en hoger volgens bovenstaand artikel brandwerend in orde te zijn.

F.1.2 Besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 2017 tot vaststelling van de specifieke brandvei- ligheidsnormen waaraan het toeristische logies moet voldoen.

Wat betreft het concept van de plannen heeft de brandweer onder andere volgende bemerkingen:

1.3 Terminologie

De definities, vermeld in bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 7 juli 1994 tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan nieuwe gebouwen moeten voldoen, zoals gewijzigd, zijn van toepassing.

De inrichtingen worden ingedeeld in drie categorieën:

1° categorie 1: inrichtingen waarvan een of meer verhuureenheden op de eerste, tweede of derde boven- grondse bouwlaag, met inbegrip van het laagste evacuatieniveau, liggen;

2° categorie 2: inrichtingen waarvan een of meer verhuureenheden hoger dan de derde bovengrondse bouwlaag, maar op minder dan 25 meter hoogte liggen;

3° categorie 3: inrichtingen waarvan de verhuureenheden op 25 meter hoogte of hoger liggen.

Het hotel aan de voorzijde is een MG, dus van categorie 2.

Het hotel aan de achterzijde is een HG, dus van categorie 3.

5.5 Evacuatiewegen

‘…’

Binnen een periode van vijf jaar na de inwerkingtreding van dit besluit, zijn alle toegangsdeuren van de ver- huureenheden zelfsluitend of bij brand zelfsluitend.

‘…’

De deuren in evacuatiewegen, met uitzondering van de toegangsdeuren van de verhuureenheden en de gebruikelijke hoofduitgang van het gebouw waarin het toeristisch logies ligt, gaan open in de evacuatierich- ting.

‘…’

Opmerking

Alle toegangsdeuren van de verhuureenheden dienen zelfsluitend of bij brand zelfsluitend te zijn vanaf 2022.

Niet in orde

Alle deuren die uitkomen in evacuatiewegen, behalve de toegangsdeuren van de verhuureenheden, dienen open te gaan in de evacuatierichting. Dit geldt ook voor bergingen op de verdiepingen, net zoals lokalen in de kelder. De deur dF.00.01/02 dient open te draaien in de evacuatierichting.

18 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(19)

Brandpreventieverslag (4/9) BW/LIH/2018/G.02677.A7.0011

Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen

03 338 88 11 | w w w .brandw eerzoneantw erpen.be Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen w w w .brandw eerzoneantw erpen.be | 03 338 88 11

6.3 Restaurants en keukens, met uitzondering van huishoudelijke keukens

De keukens en de combinaties keuken-restaurant, uitgerust met kook-, braad-, bak- of frituurinstallaties, zijn begrensd door wanden die gebouwd zijn in metselwerk of beton, of een brandwerendheid hebben van:

1° EI 30 voor inrichtingen van categorie 1;

2° EI 60 voor inrichtingen van categorie 2 en 3.

Deuren die erin aangebracht zijn, bezitten een brandwerendheid EI₁30 en zijn zelfsluitend of bij brand zelf- sluitend.

Niet in orde

De deur van de keuken naar de kitchenette dient zelfsluitend met EI30 te zijn.

F.1.3 ARAB art.52 en KB betreffende brandpreventie op arbeidsplaatsen

ARAB art.52 en KB 28 maart 2014 betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen zijn bepalingen ten gevolge van het tewerkstellen van personeel. Brandweer merkt op dat de werkgever de verplichtingen moet nakomen en dat de controle berust bij de daartoe bevoegde ambtenaren.

F.1.4 VLAREM

VLAREM zijn bepalingen inzake milieuhygiëne bij bepaalde uitbatingen. Brandweer merkt op dat de controle berust bij de daartoe bevoegde ambtenaren.

A Algemeen

Algemeen

Onafhankelijk van de verplichtingen die aan de exploitant van de omgevingsvergunning opgelegd zijn via de vigerende reglementering omtrent de omgevingsvergunning, onverminderd de maatregelen ter voorkoming en bestrijding van brand die door de exploitant te treffen zijn in uitvoering van de algemene en sectorale milieu- voorwaarden, onverminderd de wetgeving arbeidsveiligheid (in het bijzonder het Koninklijk besluit van 28 maart 2014 betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen) en onverminderd de voorwaarden die opgelegd zijn in de toe te passen wetgeving brandveiligheid adviseert Brandweer Zone Antwerpen de hierna vermelde brand- bestrijdingsmiddelen en bluswateropvang te voorzien.

De exploitant is zelf verantwoordelijk voor de interpretatie en toepassing van de onderstaande standaardvoor- waarden. Voor de interpretatie en toepassing van de standaardvoorwaarden kan de exploitant zich laten bij- staan door een deskundige.

Voor informatie met betrekking tot de ligging van hydranten en de te verwachten debieten van het openbaar leidingnetwerk kan de exploitant ten rade gaan bij Waterlink.

SB23 Snelblustoestellen bij elektrische installaties binnen en buiten

Voorzien van bijkomende snelblustoestellen bij elektrische installaties binnen en buiten In de onmiddellijke omgeving van een lokaal of punt met:

- elektrische installaties en toestellen een verhoogd risico zoals onder andere lasposten, industriële pompen en compressoren,

- laagspanningsinstallaties met verhoogd elektrisch risico zoals onder andere stookplaatsen, technische loka- len met zekeringenkasten, batterijlokalen en spuitcabines,

- hoogspanningsinstallaties,

dienen snelblustoestellen van minstens 5 kg CO₂ - ½ bluseenheid conform NBN EN 3-7 - of van een ander type indien meer aangewezen - aangebracht te worden.

19 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(20)

Brandpreventieverslag (5/9) BW/LIH/2018/G.02677.A7.0011

Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen

03 338 88 11 | w w w .brandw eerzoneantw erpen.be Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen w w w .brandw eerzoneantw erpen.be | 03 338 88 11

F.1.5 Decreet van 1 juni 2012

Decreet van 1 juni 2012 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders moet, indien van toepassing, onverminderd gerespecteerd worden. Het toezicht op deze reglementering berust echter bij de respectievelijk toegewezen ambtenaren.

Bij het ontbreken van een plaatsingsadvies dient elke wooneenheid (woning, appartement, studio, enzovoort

… ) uitgerust te worden met correct geïnstalleerde optische rookmelders conform NBN EN 14604 die mini- maal geïnstalleerd moeten worden in de nachthal en/of in de slaapkamers.

G Specifieke brandvoorzorgsmaatregelen

Onderstaande maatregelen dienen getroffen door de exploitant/eigenaar. De exploitant/eigenaar is verant- woordelijke voor de goede werking, voor het onderhoud en indien toepasselijk voor de bereikbaarheid bij brand van de onderstaande brandvoorzorgsmaatregelen.

G.1

Muurhaspels met axiale voeding (conform NBN EN 671-1) + muurhydrant (volgens de norm NBN 571 en voorzien van vaste koppelstukken doormeter 45 mm volgens KB van 30 januari 1975) met gemeenschappe- lijke watertoevoer met een binnendiameter van tenminste 70 mm dienen op oordeelkundig gekozen plaatsen opgesteld zodanig dat elk punt van de inrichting kan bespoten worden.

Hun aantal wordt zodanig bepaald dat de af te leggen afstand vanaf om het even welk punt tot het dichtst bijgelegen toestel niet meer bedraagt dan de lengte van de gebruikte haspels.

De haspels dienen gevoed met een leiding onder druk zodanig dat het debiet bij de minst bedeelde haspel gelijk is aan of groter dan 24 liter per minuut.

De leidingen voor bluswater dienen vervaardigd in staal of in een metaal dat minstens dezelfde waarborgen biedt.

De geplaatste muurhaspels dienen voorzien van een vergrendeling derwijze dat men het afsluitmondstuk niet kan verwijderen zonder het openen van een handbediende afsluiter op de watertoevoer.

De overblijvende druk aan de minst bedeelde muurhydrant dient onder alle omstandigheden 7 bar te bedra- gen wanneer deze hydrant zonder slang noch straalpijp 500 liter per minuut debiteert. Bij elke hydrant dient een markering ‘7 bar’ aangebracht te worden.

De eigen pompen voor de brandbestrijding dienen onder alle omstandigheden de vereiste druk op het brandweerwaterleidingsnet te voorzien, zelfs bij het uitvallen van de openbare energievoorziening.

G.2

Snelblustoestellen van minstens één bluseenheid conform NBN EN 3-7 – bij voorkeur 6 kg poeder type ABC of van een ander type indien meer aangewezen - dienen aangebracht te worden op volgende plaatsen:

- Op elke verdieping in de gang per 150m² telkens 1 stuk.

- In de keuken.

- Op het gelijkvloers telkens 1 per 150m² verdeeld over de ruimten.

Verder dient men de overige snelblustoestellen van minstens één bluseenheid conform NBN EN 3-7 – bij voorkeur 6 kg poeder type ABC of van een ander type indien meer aangewezen - doelmatig te verdelen over de inrichting tot men in totaal over 1 toestel per 150 m² (binnenruimte) beschikt.

20 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(21)

Brandpreventieverslag (6/9) BW/LIH/2018/G.02677.A7.0011

Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen

03 338 88 11 | w w w .brandw eerzoneantw erpen.be Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen w w w .brandw eerzoneantw erpen.be | 03 338 88 11

G.3

1. Bouwkundige vereisten

1.1 In een hoogbouw moeten minstens twee aparte trappenhuizen voorzien worden.

Indien de trappenhuizen uitgevoerd worden als ‘helixtrappen’ (gestapelde trappen) moet de lucht voor het in overdruk zetten van de trappenhuizen op een tegenovergestelde plaats aangezogen worden.

1.2 De minimum nuttige breedte van de traparmen, overlopen, sassen, evacuatiewegen en vluchtterrassen is 1,20m zodat er voldoende ruimte is om gelijktijdig te evacueren en interveniëren.

1.3 De deuren van de trappenhuizen en van de sassen voor de trappenhuizen dienen voorzien te worden van doorzichtig brandwerend glas zodat zonder de deur te openen een snelle visuele controle van rookontwik- keling mogelijk is. Minimaal dient een oppervlakte van 20 op 20 cm op een hoogte van 1,5m in doorzichtig glas voorzien te worden.

1.4 Op elke verdieping dient in het sas van het trappenhuis of in de evacuatieweg een vrije oppervlakte van minstens 6m² met een minimale breedte van 1,2m voorzien te worden. Deze oppervlakte zal door brandweer bij een brand gebruikt worden als bruggenhoofd of uitvalsbasis in het gebouw. In het bruggenhoofd, 2 of 3 verdie- pen onder de brand, zal materiaal zoals adembescherming, brandslangen enzovoort opgeslagen worden tijdens de brandbestrijding.

1.5 De reactie bij brand van het materiaal van de gevelbekleding moet minstens behoren tot klasse B-s3, d1 volgens NBN EN 13501-1. (zie KB 7/7/94, bijlage 5/1 art.6 )

Het gevelsysteem (alle onderdelen van de gevel zoals bekleding en isolatie) moet onbrandbaar zijn: ‘End Use Conditions’ A2-s3,d1; elke onderdeel heeft minstens A2-s3,d0 en maximaal 10% van de secundaire draagstruc- tuur is niet onderworpen is aan enige vereiste inzake brandreactie.

(Het doel van deze maatregel is het voorkomen van een snelle branduitbreiding via het gevelvlak. Tevens dient opgemerkt te worden dat alle gevelvlakken meestal niet bereikbaar zijn voor brandweer waardoor er geen per- manente controle en efficiënte blussing mogelijk zijn.)

1.6 Gas / stookolie

Stookinstallaties op gas of stookolie worden niet toegestaan onder het hoge gedeelte van de hoogbouw maar enkel in een bijgebouw. Stookinstallaties op gas worden toegelaten op het dak van de hoogbouw mits de vloer en de muren van de stookplaats minstens EI 120 hebben.

In een hoog gebouw worden geen individuele gasaansluitingen toegestaan (voor bv. kookfornuis, haard, ver- warmingsketel, …)

1.7 Prioritaire Liften (lift voor brandweer)

Minimum 1 prioritaire lift dient voorzien te worden aan de hoofdinkom zodanig dat elk compartiment bereikbaar is met een rolkar of brancard. De afmetingen van de lift zijn derwijze dat ook medische evacuaties op brandcard kunnen plaatsvinden. Minimale afmetingen van de lift zijn 2,10m diep, 1,1m breed en 0,8m vrije deuropening.

(zie KB 7/7/94, bijlage 4.1, art 6.4.2.4 en 6.4.2.5)

21 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(22)

Brandpreventieverslag (7/9) BW/LIH/2018/G.02677.A7.0011

Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen

03 338 88 11 | w w w .brandw eerzoneantw erpen.be Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen w w w .brandw eerzoneantw erpen.be | 03 338 88 11

Indien in het gebouw liftbatterijen (= naast elkaar gelegen liften) van twee of meer liften voorzien worden, dient per liftbatterij tenminste één lift uitgevoerd te worden als prioritaire lift.

Op het toegangsniveau van brandweer (in principe het gelijkvloers) moet in het bordes een schakelaar met

‘brandweersleutel’ voorzien zijn die brandweer toelaat de bediening van de lift over te nemen.

De brandweerlift en werking ervan moeten voldoen aan de voorschriften van NBN EN 81-72.

2. Brandtechnische vereisten

2.1 Brandweg

Ten minstens 1 zijde van het gebouw dient bereikbaar te zijn voor de hoogtewerker 50m. Hiervoor dient een opstelplaatsen van minstens 6m breed voorzien te worden op een afstand tussen de 8 en 10m van het ge- bouw. Voor de afsteuning van de hoogtewerker dient rekening gehouden te worden met een maximale punt- last van 28ton.

2.2 Muurhydranten met afsluitkraan dienen voorzien te worden volgens onderstaande bepalingen.

- In ieder sas van het trappenhuis is één muurhydrant (DSP45) geplaatst en in de evacuatieweg naast de deur van het sas (kant van de klink) zijn één muurhydrant DSP45 en één DSP 70 geplaatst. De muurhydran- ten (DSP45) dienen zo aansloten te worden op de hoofd- of stijgleiding dat elke muurhydrant DSP45 min- stens 400l/min kan debiteren of de muurhydrant DSP 70 minstens 800 l/min (voorbeeld 2x DSP45 (400l/min) + 1 x DSP 70 (800 l/min) zijn via een leiding met (interne) diameter van minstens 80mm aangesloten op de stijgleiding met (interne) diameter van minstens 100mm zodat minstens 800 l/min geleverd kan worden) -In de evacuatieweg mag de afstand tussen een muurhydrant (DSP45) en het uiteinde van de evacuatieweg of tussen twee muurhydranten (DSP45) maximaal 30m bedragen.

-In geval van activatie van de branddetectie en/of stroomonderbreking dient een veiligheidsverlichting boven de muurhydranten geactiveerd te worden.

2.3 Brandweerwaterleidingen, drukopvoer bluswater, blussystemen

-In het gebouw worden brandweerwaterleidingen voorzien die gescheiden zijn van drinkwaterleidingen.

-De brandweerwaterleidingen zijn van het natte type en staan permanent onder druk.

-Een uitgeefdruk van druk 6 à 7 bar dient verzekerd op het meest ongunstige afname punt. De uitgeefdruk mag afwijkend 5 bar bedragen indien het gebouw gesprinklerd is.

-Het minimum debiet dat geleverd moet worden op een verdieping is 1000l/min gedurende minimum 2uur.

-Een drukopvoerinstallatie rechtstreeks gevoed van het openbaar net of van een bluswatervoorraad dient de gevraagde drukken en debieten te verzekeren.

-Bij het uitvallen van de algemene elektriciteitstoevoer dient een interne noodgroep automatisch spanning te voorzien zodat de drukopvoerinstallatie in bedrijf kan blijven voor een tijdsduur van minimaal 2 uur. Brandweer moet de brandstof van de noodgroep kunnen bijvullen.

-Drukopvoerpunten (2x DSP70 / afsluitkraan / terugslagklep / interne diameter aftakking minimum 110mm) moeten voorzien worden als back-up. De drukopvoerpunten dienen voorzien te worden in de gevel, worden aangeduid met een brandweerpictogram en de tekst ‘BRANDWEER – DRUKOPVOER NATTE LEIDING’ en een geel zwaailicht. Het geel zwaailicht dient geactiveerd te worden ingeval een brand gedetecteerd wordt.

-Indien de evacuatieweg op het gelijkvloers uitstalramen van een commerciële zaak bevat in de in de laatste 3m en deze uitstalramen hebben geen EI120, moeten de commerciële lokalen voorzien worden van een sprinkler- installatie.

22 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(23)

Brandpreventieverslag (8/9) BW/LIH/2018/G.02677.A7.0011

Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen

03 338 88 11 | w w w .brandw eerzoneantw erpen.be Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen w w w .brandw eerzoneantw erpen.be | 03 338 88 11

2.4 Branddetectie en alarmering

-Een algemene en automatische detectie dient in alle gemeenschappelijke delen voorzien te worden.

-Kantoorruimten, handelsruimten, technische ruimten en gelijkaardige ruimten dienen aangesloten te wor- den op de algemene en automatische detectie.

2.5 controlepaneel

-Op het gelijkvloers dient bij de hoofdinkom een controlepaneel voorzien te worden waarop alle actuele in- formatie m.b.t. branddetectie, ventilatie, overdruk trappenhuizen, noodgroep en brandstofpeil, enzovoort ge- bundeld is. Bij het controlepaneel moeten via een PA (omroepinstallatie) op eenvoudige wijze mondelinge boodschappen verspreid kunnen worden in het gebouw zodat tijdens een interventie snel en efficiënt bood- schappen aan de bewoners overgebracht kunnen worden. (overal minstens 65dB)

-Bij het controlepaneel moet een interventieplan van het gehele gebouw beschikbaar zijn alsook sleutels waarmee toegang verschaft kan worden tot de gemeenschappelijke en technische lokalen. De richtlijnen voor het opstellen van het interventieplan kunnen opgevraagd worden bij Brandweer Zone Antwerpen.

-Het controlepaneel is aangeduid met een geel zwaailicht, een brandweerpictogram en de tekst ‘CONTRO- LEPANEEL’ of het hiervoor gebruikte symbool. Indien het controlepaneel slotvast afgesloten wordt, dient het automatisch ontgrendeld te worden bij branddetectie.

-Het controlepaneel en de PA moeten bij het uitvallen van de algemene elektriciteitstoevoer door de interne noodgroep gevoed worden. De voedingskabels en signaalkabels moeten brandwerend uitgevoerd worden.

2.6 Controle

-De drukopvoerinstallatie(s) van het bluswater moet(en) voorzien worden van een systeem dat wekelijks een automatische testprocedure doorloopt. De testprocedure moet voldoen aan een norm van goed vakman- schap.

-Jaarlijks dient een controle uitgevoerd te worden door een erkend controleorganisme, welk de bedrijfsze- kerheid van de volledige blusinstallatie bevestigt; (drukopvoer, bluswaternet, sprinkler, hydrantkoppelingen,

…)

-Jaarlijkse dient door een erkend controleorganisme een controle uitgevoerd te worden van het ganse branddetectiesysteem ( inclusief de aansturing van de branddeuren, de rookkoepels, de ventilatie enzo- voort….), het controlepaneel en het PA systeem.

G.4

Voor specifieke gebouwen - zoals ondermeer hoge of complexe gebouwen - en voor specifieke situaties - zoals ondermeer ondergrondse parking > 2500m², brandwegen op privé-terrein en specifieke blusinstallaties - is het wenselijk dat brandweer na de afwerking een operationele verkenning uitvoert. Deze verkenning kan immers een meerwaarde betekenen bij gebeurlijke interventies.

Na de afwerking van het gehele gebouw dient de bouwheer en/of exploitant de brandweer uit te nodigen in functie van een operationele verkenning.

23 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(24)

Brandpreventieverslag (9/9) BW/LIH/2018/G.02677.A7.0011

Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen

03 338 88 11 | w w w .brandw eerzoneantw erpen.be Brandw eer Zone Antw erpen | Noorderlaan 69 --- 2030 Antw erpen w w w .brandw eerzoneantw erpen.be | 03 338 88 11

H Opmerkingen

In het kader van de brandweerhervorming werd op 1 januari 2015 hulpverleningszone Brandweer Zone Ant- werpen opgericht.

De zoneraad keurde het retributiereglement goed dat van toepassing is op brandpreventieopdrachten uitge- voerd door Brandweer Zone Antwerpen.

De aanvrager zal een onkostennota ontvangen a rato van de door de hulpverleningszone gepresteerde tijd voor het behandelen van deze aanvragen.

Dossierbehandelaar

kapitein Lieven Hilgert technicus brandvoorkoming

Medeondertekend door:

majoor Joris Van Linden directeur risicobeheer

24 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

(25)

1. Belangrijke voorafgaande opmerking.

Ingeval u binnen de wettelijk voorziene termijn aanvullende of wijzigende voorschriften ontvangt van Infrabel Directie Asset Management, hebben deze laatste voorrang op onderhavig advies.

2. Bepalingen/voorwaarden

a) Art. 20-23 van de wet van 27/04/2018 (BS 29/05/2018).

Zonder schriftelijke toestemming van Infrabel - Asset Management is het verboden op minder dan 5 meter (of 10 meter*) gebouwen of werken op te trekken, te rekenen vanaf:

de buitenste spoorstaaf, indien de spoorbedding op gelijk niveau ligt met het aanpalend perceel;

de teen van het talud bij spoor in ophoging;

de kop van het talud bij spoor in ingraving.

* Bij spoor in een bocht met straal kleiner of gelijk aan 500 meter.

Wanneer de spoorweg zich in een tunnel bevindt, is het zonder toestemming van Infrabel verboden om te bouwen op minder dan 25 meter van de tunnelingang of in een zone van 25 meter aan weerszijden van de tunnel, of in de zone die zich net boven de tunnel bevindt.

Het is verboden langs de spoorweg binnen een afstand van 25 meter van de dichtstbijzijnde spoorstaaf opgravingen, uitgravingen of uithollingen te verrichten, mijnen of zandputten te openen, exploiteren of werken tot het opsporen van mijnen uit te voeren.

Binnen de 25 meterzone vanaf de dichtstbijzijnde spoorstaaf, is het verboden gebouwen op te trekken waarvan de dakbedekking voorzien is van brandbaar materiaal en brandbare materialen of ontplofbare stoffen op te slaan.

Voor stapels brandbare stoffen welke binnen die zone, zelfs met machtiging, werden gemaakt en door de spoorwegexploitatie in brand mochten raken, kan geen schadeloosstelling worden gevorderd.

Plantengroei langs de spoorwegen moet minimaal 1,5m korter gehouden worden dan de afstand tussen de voet van de plant en de dichtstbijzijnde spoorstaaf. De kap- en snoeiwerken moeten worden gepland voordat de plantengroei deze maximumhoogte bereikt.

Wanneer de spoorweg op een grondverhoging of in ingraving is aangelegd, wordt die afstand berekend tussen de voet van de plantengroei en de bovenrand van de grondverhoging of de ingraving.

Plantengroei die zich bevindt achter muren die langsheen de sporen zijn opgetrokken, moet op dezelfde hoogte van deze muren worden gehouden, behoudens toegestane afwijkingen door de infrastructuurbeheerder.

Alle niet-kruidachtige plantengroei op een afstand van minder dan 8 meter van de spoorstaven kan verboden worden, indien deze plantengroei de veiligheid van het treinverkeer in gevaar kan brengen.

Voor de baanvakken waar de toegestane snelheid boven de 220 kilometer per uur ligt, zijn er binnen een zone van 25 meter vanaf de dichtstbijzijnde spoorstaaf enkel kruidachtige gewassen toegestaan.

Directie Asset Management

20-01 I-AM.A2.GA2, Koningin Astridplein 27, 2018 Antwerpen

Algemene voorwaarden bij bouwaanvragen/omgevingsvergunningen voor aangelanden van Infrabeldomein.

25 / 56

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen info@stad.antwerpen.be

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Artikel 57 §3, 5° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 stelt dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor het vaststellen van de wijze van gunning en

Het college bekrachtigt de afsprakennota met Free Clinic vzw als wettelijk vertegenwoordiger van het samenwerkingsverband Free Clinic vzw, Adic vzw, Dagcentrum De Sleutel en CGG

Deze overeenkomst heeft als voorwerp de toekenning en de aanwendingsvoorwaarden van een toelage ter realisatie van het project Antwerpen Nieuw Zuid - Smart City District.. Artikel 2

Het college keurt de gunning van perceel 1 goed voor het afsluiten van een overeenkomst voor meerjarenopdracht voor dienstverlening in kader van dierenwelzijn, op basis van bestek

Het college beslist de stedenbouwkundige vergunning, met uitsluiting van de uitbreiding ten noorden van het bestaande gebouw (vermits dit geen voorwerp uitmaakt van de huidige

Dit wil zeggen dat Museum Plantin-Moretus verder blijft investeren in de aspecten van het Historisch Huis, de typografische collectie, het Prentenkabinet, de museale

op 10 april 2022: De ontvanger rapporteert over de stand van zaken van de ondersteuningsopdracht en over de behaalde kwartaalcijfers van de periode 1 januari tot en met 31 maart

Het college keurde op 4 oktober 2018 (jaarnummer 8074) de niet geïnstitutionaliseerde horizontale samenwerkingsovereenkomst met Universiteit Antwerpen, Karel de Grote Hogeschool