Vraag nr. 60 van 19 maart 1999
van de heer FRANCIS VERMEIREN Streekcharters – Gewestparticipatie
De Vlaamse regering heeft zopas het streekcharter voor de regio Antwerpen goedgekeurd, met de toe-zegging haar medewerking te verlenen aan strate-gische hefboomprojecten.
Door welke instantie wordt deze medewerking tot stand gebracht ?
Welke administratieve krachten worden hiervoor aan het werk gezet ?
Hoe worden die eventueel aangeworven ?
Welke financiële inspanning plant de Vlaamse re-gering in het kader van deze hefboomprojecten ? Worden elders in het Vlaamse gewest eveneens streekcharters gepland ?
Zo ja, welke regio's komen hiervoor in aanmerking ?
Antwoord
De goedkeuring van het streekcharter voor de regio Antwerpen past binnen het vernieuwd regio-naal-economisch beleid dat de Vlaamse regering heeft ingesteld met haar besluit van 20 juli 1994 (besluit houdende de erkenning en betoelaging van streekplatformen in het kader van het regionaal-economisch beleid en het afsluiten van streekchar-ters, gewijzigd op 27 september 1995 en op 23 juli 1998).
Het functioneel beleid heeft, op zowat alle beleids-velden, een belangrijke regionale weerslag. Ten be-hoeve van een optimale regionale economische ontwikkeling zouden de verschillende functionele departementen bij het uitstippelen van het beleid rekening moeten kunnen houden met de sterke en zwakke punten van de streken en met de regionale weerslag van een beleidsbeslissing.
Het vernieuwd regionaal-economisch beleid erkent dat de streken op dit vlak een belangrijke inbreng kunnen leveren. Zij zijn immers goed geplaatst om enerzijds de mogelijkheden en moeilijkheden van een streek aan te geven, en om anderzijds hef-boomprojecten voor te stellen die de economische
situatie in de streek langdurig en doorslaggevend zouden bevorderen.
De Vlaamse regering heeft in haar besluit van 20 juli 1994 het vernieuwd regionaal-economisch be-leid gestalte gegeven. Hierbij wordt in volgende procedure voorzien.
Elk subregionaal samenwerkingsverband kan een aanvraag tot erkenning als streekplatform indie-nen. Dus iedere streek binnen Vlaanderen kan aan het vernieuwd regionaal-economisch beleid deel-nemen. Om door de Vlaamse regering als streek-platform te worden erkend, moet het samenwer-kingsverband aan een aantal voorwaarden vol-doen, onder andere inzake werkingsgebied, juridi-sche vorm en samenstelling van de raad van be-heer. Per subregio kan maximum één streekplat-form worden erkend.
De erkende streekplatformen dienen een streekvi-sie op te stellen. Een streekvistreekvi-sie bestaat uit een be-schrijving en analyse van de sociaal-economische structuur van de streek, van de specifieke factoren die de economische groei, inkomensvorming en werkgelegenheid bevorderen, van de randvoor-waarden ervan en van mogelijke strategische hef-boomprojecten voor die subregio.
Op basis van die streekvisie kan een streekcharter met de Vlaamse regering worden afgesloten. Een streekcharter is een gemeenschappelijke intentie-verklaring waarin het streekplatform en de Vlaam-se regering hun medewerking toezeggen aan de verwezenlijking van een beperkt aantal strategi-sche hefboomprojecten. Het streekcharter heeft ten aanzien van de Vlaamse regering enkel een be-leidsvoorbereidende functie. Het vermindert in niets de bestaande of toekomstige wettelijke en de-cretale bepalingen en creëert evenmin juridisch af-dwingbare rechten.
res-pectieve subregio's.
Dergelijk beleid vereist een doorgedreven horizon-tale coördinatie tussen de diverse functionele gele-dingen van de Vlaamse overheid. Te dien einde werd een stuurgroep opgericht bestaande uit de functionele departementen, de VOI's, de geweste-lijke ontwikkelingsmaatschappijen (GOM), de pro-vinciale bestendig afgevaardigden voor Economie, de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV), de afdeling Planning en Statistiek en de cel Regionaal Economisch Beleid.
De cel Regionaal Economisch Beleid binnen de administratie Economie staat in voor de opvolging en coördinatie van het regionaal beleid.
Op Vlaams niveau is deze cel de enige structuur waarvoor in het kader van het vernieuwd regio-naal-economisch beleid extra personeel – twee contractuelen – werd aangeworven.
De personeelsbezetting van de streekplatformen hangt af van de eigen inbreng van de subregio, naast de twee miljoen werkingssubsidie van de Vlaamse overheid, en varieert bijgevolg sterk. Eventuele aanwervingen zijn de verantwoordelijk-heid van de streek zelf.